Wie was het meest succesvol aan de onderhandelingstafel?

door Simon Otjes (eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees) Het regeerakkoord ligt er. Na een formatie van negen maanden zijn VVD, D66, CDA en ChristenUnie eruit. We hebben het eindresultaat van de onderhandelingen. Een cruciale vraag voor politicologen is wie daar de meeste invloed op heeft kunnen uitoefenen. Journalisten stellen al de vraag: heeft de VVD niet te veel weggegeven? Volgens de Telegraaf ademt het akkoord D66. Kunnen we een beeld krijgen van welke partij aan het langste eind getrokken heeft? En kunnen we een beeld krijgen van onder welke voorwaarden een partij succes boekt? Het meten van onderhandelingssucces Papier is geduldig. Vage formuleringen kunnen veel conflicten afdekken. Ook dit akkoord blinkt daarin uit: “We bezinnen ons op de positie van het lokale bestuur en de positie van de burgemeester daarbinnen om het toekomstbestendig te maken.” Tussen de partijen die de burgemeester in huidige vorm willen behouden en de partijen die een directer democratisch mandaat willen, is hier een wazig compromis gesloten. Bovendien worden sommige beslissingen uitgesteld in verband met de nieuwe bestuurscultuur. De financiële paragraaf van het regeerakkoord is een stuk preciezer. De coalitiepartijen committeren zich aan bepaalde bedragen. Bovendien: partijen hebben ook bij de doorrekening hun programma in eenzelfde mal aangeboden. Die twee, de programma’s en het regeerakkoord, zijn zo direct te vergelijken. Deze financiële paragraaf bevat het overgrote deel van het akkoord: klimaat, economie, zorg, onderwijs veel van deze voornemens hebben financiële implicaties, maar zelfs de rol van de Tweede Kamer staat in de budgettaire bijlage. Samen met mijn collega David Willumsen ontwikkelde ik zo een methode om vast te stellen onder welke voorwaarde partijen succes boeken bij coalitie-onderhandelingen. Deze methoden hebben we al eerder ingezet bij formaties tussen 2007 en 2017 in een conferentiepaper. Hoeveel van hun programma krijgen partijen in het regeerakkoord We kunnen zo turven welk deel van het programma van de onderhandelende partijen in het akkoord gekomen is. De bij het CPB ingeleverde financiële paragraaf van de VVD had 110 punten, ik zie daar ongeveer een derde van terug in het regeerakkoord. Ook D66 en CU zien een derde van hun financiële paragraaf terug (zij het dat zij bijna twee keer zoveel punten hadden ingeleverd bij het CPB). Het CDA scoort iets beter: zij bijna de helft van hun punten terug.  Partij Voorstel-len Waarvan in regeerakkoord Miljarden verschoven Waarvan in regeerakkoord VVD 110 34% 44.5 32% CDA 119 48% 48.8 61% D66 203 36% 188.5 17% Christen-Unie 188 34% 256.9 15% Tabel 1: Voorstellen van VVD, CDA, D66 en CU in de doorrekening in de financiële paragraaf van het regeerakkoord   Nu behandel ik hier de 5 miljoen die het CDA geregeld heeft voor de ondersteuning van de Tweede Kamer en de 3 miljard aan lastenverlichting voor de middeninkomens gelijk, terwijl dat eerste bedrag maar een fractie is van de tweede bedrag. We kunnen dus ook rekening houden met hoe belangrijk voorstellen zijn, door ze te wegen naar hun budgettaire impact: de VVD wilde volgens zijn financiële paragraaf ongeveer 45 miljard op de Rijksbegroting schuiven. 29% daarvan komt terug in het regeerakkoord. D66 en de ChristenUnie doen veel ruigere voorstellen: zij schuiven 200 miljard (D66) en 250 miljard (CU). Beide willen een nieuw belastingstelsel invoeren waarvoor een groot deel van de Rijksbegroting op de kop moet. Zij realiseren een veel kleiner deel van hun ambities gewogen naar budget: ongeveer een zevende. De sterke positie van het CDA wordt hier wel bevestigd: het CDA schuift 50 miljard in hun plannen. Daarvan komt 60% terug in het regeerakkoord.[1] Waarom is het CDA zo succesvol? Het beeld dat hier sterk uit naar voren komt is dat de partijen elkaar niet veel ontlopen. Toch lijkt het CDA er het meeste eruit gesleept te hebben. Is dit een kwestie van onderhandelingsstijl Hoekstra? Om de uitkomsten van onderhandelingen te begrijpen, moeten we goed weten wie er aan tafel zitten en wat zij willen. Het klinkt banaal maar de beste voorspeller van of een voorstel in het regeerakkoord komt is of andere partijen aan tafel het steunen. Van de voorstellen die maar door één partij gedaan worden, komt minder dan een kwart in het regeerakkoord. Van de voorstellen die alle partijen aan tafel komen komt meer dan de helft in het regeerakkoord. Aantal partijen voor Aantal voorstellen Aandeel in regeerakkoord Aandeel in regeerakkoord (gewogen naar euro’s) 1 231 23% 8% 2 180 33% 16% 3 129 58% 56% 4 80 55% 42% Tabel 2: Aantal partijen voor en deel in het regeerakkoord Als we dat wegen naar euro’s wordt het effect nog scherper: slechts 8% van de voorstellen die door één partij worden gedaan, komt dan in het regeerakkoord. Van de voorstellen die alle partijen steunen is dat vijf keer zo veel. Het verschil tussen het gewogen en het ongewogen resultaat geeft aan dat met name ‘goedkope’ voorstellen die één partij doet in het regeerakkoord komen en dat duurdere voorstellen niet in de geplande investeringen en bezuinigingen komen, zelfs als alle partijen het steunen. [2], [3] Overlappende programma’s Hoekstra had dus niet zo zeer een harde onderhandelingsstijl maar de juiste partijen aan tafel: meer dan de helft van de voorstellen van het CDA stonden ook in de financiële paragraaf van D66. De overlap met de andere twee partijen was ongeveer 40%. Ook tussen de CU en D66 was veel overlap: ongeveer helft van de CU-plannen stonden in het D66 programma en vice versa. In VVD programma In CDA programma In D66 programma In CU Programma VVD-voorstellen 38% 41% 41% CDA-voorstellen 35% 52% 43% D66-voorstellen 22% 31% 46% CU-voorstellen 24% 28% 49% Tabel 3: Overlap tussen partijen   Wie aan tafel zit, bepaalt wat er op tafel komt We zien hier dus wel íets van de onderhandelingsstijl van Hoekstra: door GL en PvdA hard te vetoën kon hij onderhandelen met een coalitie waarin het CDA veel overlap had. We zien hier ook waarom D66 bewoog. Het uitsluiten van de ChristenUnie was inhoudelijk onhoudbaar: D66 zag een veel groter deel van haar programma terug bij de CU dan bij de VVD. De vraag waarmee dit stuk opende, is dus fundamenteel verkeerd. Onderhandelingen worden niet gewonnen door een enkele partij. In een regeerakkoord komt datgene waar partijen het gezamenlijk over eens zijn. Als één partij iets wil is de kans dat het in het regeerakkoord komt twee tot zes keer zo klein als wanneer alle partijen iets willen. Noten [1] Ik moet hier wel een methodologische caveat maken, de mallen van de doorrekening van de programma’s en de financiële paragraaf zijn niet precies hetzelfde. Dat betekent dat de toewijzing soms arbitrair en in de ogen van experts misschien verkeerd is. Bovendien: voor het conferentiepaper heb ik de codering tot in den treure gecontroleerd. Dit is daarentegen een eerste telling. Daar kunnen foute inschattingen of zelfs scheve tellingen in zitten. Ik sta open voor correcties! Als iemand alle coderingen wil doorlopen, mail me, ik heb graag een tweede check! [2] Bij mij roept dit de vraag op wat er gebeurd is met de andere helft van de voorstellen waar deze partijen het wél over eens zijn. Een deel hiervan staat wel in het regeerakkoord maar niet in de financiële paragraaf: Invoering digitale dienstenbelasting – moet volgens het regeerakkoord op het Europese niveau geregeld, terwijl de partijen in hun doorrekening zeggen hier 200-400 miljoen mee op te halen. Invoeren vrachtwagenheffing  – stellen de regeringspartijen uit tot 2030 terwijl de partijen in hun doorrekening zeggen hier gemiddeld 1 miljard mee op te halen Nieuwe artsen in loondienst nemen – gaat het regeerakkoord pas doen als andere maatregelen uitgeput zijn. Maar een deel -volgens mijn tellingen- ook niet: Verlagen van de arbeidsongeschiktheidsfondspremie voor kleine werkgevers Baangerelateerde Investeringskorting (de compensatie voor het niet afschaffen van de dividendbelasting) afschaffen Verhogen van de uitgaven voor de WMO Beperken van de 30% regeling voor expats [3] We kunnen de berekening ook omgekeerd maken: hoeveel van het regeerakkoord komt bij een bepaalde partij vandaan. Als we kijken naar de punten in de financiële paragraaf komt meer dan een derde bij D66 vandaan. De CU en het CDA zitten daar vlak in de buurt met ongeveer 30%. De VVD zit daar ruim onder met 20%. We kunnen dit wegen naar hoeveel euro’s met het voorstel gemoeid is: dan zitten CU, D66 en CDA allemaal net onder 50% en de VVD net onder 40%.  Partij Aandeel voorstellen in het coalitieakkoord van Aandeel voorstellen in het coalitieakkoord van (gewogen naar euro’s) VVD 19% 38% CDA 28% 44% D66 36% 46% CU 31% 47% Geen van deze 59% 29% Tabel 4: Aandeel voorstellen regeerakkoord per partij D66, CU en CDA komen hier dus alle drie goed uit. Dat veel bij D66 en CU vandaan komt, komt deels omdat ze ook veel plannen hadden. Maar let wel: D66 heeft veel van haar meer ambitieuze plannen niet in dit akkoord gekregen. Opvallend is ook dat bijna 60% van de punten in de financiële paragraaf niet in de doorrekening van een van de betrokken partijen zat. Dat niet heel raar: het mediane voorstel dat er niet komt, kostte 65 miljoen euro. Dat ligt onder de grens van 100 miljoen die CPB hanteert om een voorstel mee te nemen. Als we dan ook kijken naar de voorstellen gewogen naar euro’s is dit nog maar 30%. En toch zitten hier ook grote posten tussen. Het kabinet wil bijvoorbeeld 1,5 miljard uit het Europees Recovery and Resilience Facility. In de doorrekening hadden de partijen hun hand nog niet in die snoeppot gestoken.

Foto: Michał Koralewski (cc)

De twee oorzaken van de wooncrisis en over opsluiting in de vrije huurmarkt

ANALYSE - Dat de woningmarkt in crisis is weten we. Maar de analyses van het probleem en dus ook van de oplossingen lopen uiteen. Je kunt twee scholen onderscheiden. De ene school ziet vooral het tekort aan woningen als probleem en wil dat er gebouwd wordt. De andere school ziet vooral de financialisering van de woningmarkt als probleem. Beide zijn relevant, maar het is goed te ontrafelen waarom en hoe ze zich tot elkaar verhouden. Dan komen we vanzelf terecht bij de vraag of bouwen een oplossing is.

De school we moeten bouwen

Eerst iets over die twee scholen.

De VVD, de partij die op allerlei manieren heeft bijgedragen aan het probleem, is zonder twijfel onderdeel van de we moeten bouwen-school. Zoals te lezen in het verkiezingsprogramma: “belangrijk is […] dat er genoeg betaalbare huizen zijn. De laatste jaren is de krapte op de woningmarkt flink toegenomen. Door extra te investeren in nieuwbouw […] zijn de afgelopen jaren de eerste stappen gezet voor meer betaalbare woningen.” Ze stelt allerlei maatregelen voor die dat bouwen eenvoudiger moet maken. Maar de analyse van de problemen op de woningmarkt is flinterdun. De inhoudelijke bijdrage van woordvoerder Koerhuis beperkt zich tot het herhalen van het ene woord ‘bouwen’.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Quote du Jour | Personeelsbeleid van anderen

Partijen moeten zich niet met personeelsbeleid van anderen bemoeien.

Deze geprikkelde reactie van Mark Rutte komt nadat Gert-Jan Segers van de Christen Unie heeft gezegd niet meer met hem, maar nog wel met zijn partij te willen samen werken. Dezelfde Mark Rutte dus die een paar dagen lang ontkende over een ‘functie elders‘ voor Pieter Omtzigt te hebben gesproken met de verkenners voor de formatie van een nieuwe regering. Hoeveel boter heb je dan op je hoofd? De hele boterberg van de jaren ’60 en ’70?

Foto: CorporatieNL (cc)

Scheefwonen of scheefhuren, er is geen verschil

COLUMN - We hadden de afbraak van de (sociale)woningmarkt wel aan kunnen zien komen. Want afbraak is het. Alleen huizenbezitters zijn volwaardige burgers in de ogen van de VVD en zij krijgen zeer lucratieve aftrekvoordelen. Het is zelfs nog schever, hoe rijker je bent hoe meer voordeel je geniet. Het nu zichtbare gevolg daarvan is een standenmaatschappij die de democratie aantast, meent Harry Bleeker.

Scheefhuren

De poging van de VVD om de sociale aspecten in de woningmarkt te framen met termen als “scheefhuurder” is niet alleen zorgelijk en betreurenswaardig, maar soms ook ronduit lachwekkend. Laat ik een poging wagen dit aan te tonen.

Scheefhuurders dat zijn vreselijke mensen die in een sociale huurwoning wonen terwijl ze best veel meer huur zouden kunnen betalen. Dit wordt met droge ogen gezegd, terwijl het in de huidige woningmarkt voor starters op de koopmarkt, maar ook voor huurders, onmogelijk is om een betaalbaar huis te vinden.

Er is een inkomensgrens waarboven je niet in aanmerking komt voor sociale huur of huurtoeslag. Ik bespreek hier de term scheefwonen en heb het niet over de huursubsidie. Wat het spiegelbeeld is en waarover nog geen onenigheid bestaat.

Soms ga je, tijdelijk of niet, meer verdienen dan die inkomensgrens en dan huur je volgens de VVD dus scheef (te weinig huur=positief scheef wonen).  Waarom een inkomensgrens? Omdat je geacht wordt een bepaald gedeelte van je inkomen aan huur te moeten besteden. Je doet de starters op de woningmarkt te kort door te blijven zitten in een voor jou te goedkope huurwoning. Is dat zo? Doe je starters niet veel meer te kort door de woningmarkt over te laten aan diegenen die, gefaciliteerd door Stef Blok, bakken geld hebben om te investeren en huurders slechts zien als de ultieme suffe melkkoeien. Op zijn minst merkwaardig in dit verband vind ik het volgende.

Foto: Ministerie van Buitenlandse Zaken (cc)

De VVD heeft een prima alternatief voor Rutte als premier

COLUMN - Nee, het is nu niet aan de orde. Maar na april, de maand van de tegenmacht, die er niet kwam. De radicale ideeën bij nieuwsuur, die er niet waren. De inhoud waarover het moest gaan, wat zonder inhoudelijke onderhandelingen niet gaat. Drie maanden stilstand levert zomaar weer een reden om te beginnen over de positie van Rutte. En dan hoop je dat hij klaar staat in de coulissen. Al zit hij er vermoedelijk niet op te wachten. Dat mag geen beletsel zijn. Het hoeft ook geen vier jaar te duren.

De VVD heeft dus een uitstekende opvolger voor Rutte in huis. Niet Edith Schippers, of Jeanine Hennis-Plasschaert. Maar iemand die als minister-president voldoende autoriteit zou hebben om zich boven de partijen op te houden. En één van de zeldzame VVD-ers met moreel gezag. Bovendien iemand die wel raad weet met de voormalige bestuurspartij, die begint met de c van corruptie.

Hij gaat zichzelf niet op de borst slaan, daarom moeten anderen dat doen.

Ervaring

Zo is het best handig als een premier iets weet en begrijpt van belangrijke dossiers. Denk bijvoorbeeld aan de woningbouw. Het is alweer even geleden, maar als staatssecretaris van VROM zat volkshuisvesting en stadsvernieuwing vier jaar lang in zijn portefeuille. Verder snapt hij als (voormalig) commissaris van twee woningbouwcorporaties waarschijnlijk ook hoe de sociale huursector is klemgereden. Dat helpt bij de herintroductie van een minister van Volkshuisvesting.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

VVD wil met een racistische partij regeren

VVD-lijsttrekker Mark Rutte heeft de voorkeur uitgesproken voor een coalitie van zijn partij, D66, CDA en nieuwkomer JA21, meldt het NRC. JA21 presenteert zichzelf graag als het redelijke alternatief voor PVV en FVD, maar laten we niet vergeten dat JA21 zich afsplitste van het FvD vanwege antisemitische uitspraken maar niet vanwege andere racistische standpunten, vooral haat jegens islam en moslims, wat natuurlijk niet verwonderlijk is gezien de racistische standpunten van Eerdmans’ vorige partij Leefbaar Rotterdam.

Foto: ALDE Party (cc)

De rechtsstaat: straffend of vol mededogen

COLUMN - Bijdrage van Joyce Hes.

Afgelopen donderdag zat ik aan de buis gekluisterd en volgde ik het debat in de Tweede Kamer over de beruchte notulen uit de ministerraad. Er waren een paar zaken die me opvielen. In het eerste gedeelte ging het er flink aan toe. De fractievoorzitters van de diverse coalitiepartijen werden zeer stevig aan de tand gevoeld en de verwijten waren niet van de lucht.

Het tweede gedeelte waarin het kabinet aan het woord kwam, was opvallend veel gematigder van toon. Het leek wel of de eerste ronde een afreageerronde was geweest zodat in de tweede ronde de grootste felheid eraf was. Was hiervoor gekozen? Was er een psycholoog ingeschakeld? Of was het feit dat de eerste helft integraal werd uitgezonden op NPO 1 leidend geweest?

Wat ook opviel was dat er uitgebreid werd gesproken over de kwestie of er nu wel of geen opzet (een politieke reden) was geweest bij het onvoldoende voorlichten en in zekere zin dus ‘kaltstellen’ van de Kamer, waarmee artikel 68 van de Grondwet zou zijn overtreden. Eigenlijk leek mij de uitleg van Hoekstra nog het betrouwbaarst: om staatssecretaris Snel, die de boel duidelijk niet meer in de hand had, te beschermen, had Hoekstra ervoor gekozen voor te stellen Omtzigt te sensibileren en de Kamer even ‘on hold’ te zetten (mijn term). Bewindslieden zoals ook Cora van Nieuwenhuizen en Rutte zelf hadden meer aandacht gehad voor de lastpakkerij uit de geledingen van de Tweede kamer, juist ook van coalitiegenoten dan voor de slachtoffers van de Toeslagenaffaire.

Foto: Quite Adept (cc)

Arrogantie van de macht

COLUMN - Het was niet zozeer het het gelieg, verpakt als ‘daar heb ik geen herinnering aan’; dat hadden we al eerder gezien van Mark Rutte. Wat me het meest stoorde aan Ruttes optreden was al een week eerder gebeurd. Nadat de aantekeningen van de verkenners waren uitgelekt, en de Kamer opheldering had geëist wie hun collega Pieter Omtzigt nu die ‘functie elders’ had toegedacht, vroeg een journalist van de NOS aan Rutte of iemand hier nog verantwoording over ging afleggen.

Nee, antwoordde Rutte, en loog nog maar eens dat de opmerking over Omtzigt niet van hem kwam. En nu, vroeg de journalist. Tsja, zei Rutte: de verkenners waren afgetreden, er zouden nieuwe komen, en dat was dat. De voormalige verkenners zouden niet toelichten waar die opmerking over Omtzigt vandaan kwam. En toen zei hij het: ‘Niemand gaat hier uitleg over geven.’

Het was geen constatering, maar een opdracht aan de verkenners, waarvan er eentje dient als (demissionair) minister in Ruttes regering en de ander prominent lid van zijn partij, de VVD. Kortom: mensen over wie Rutte macht heeft. ‘Niemand gaat hier uitleg over geven.’ Bek houden, jullie allebei. Rutte deed de zaak ter plekke af als een bedrijfsongevalletje. Zand erover, schouders ophalen en doorgaan. Niets aan de hand, niets te zien. Doorlopen, mensen.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: -JvL- (cc)

Listig stemgedrag

COLUMN - Gelukkig is stemmen in de stembureaus iets heel anders dan stemmen in de Tweede Kamer. Wel jammer dat veel kiezers hun stemgedrag niet laten afhangen van wat de partij van hun keuze aan stemgedrag in het parlement vertoont.

Daarom nog even ter herinnering….

Tijdens de plenaire vergadering van 16 april 2020 kwamen deze motie aan de orde:

Motie van het lid Beckerman c.s. over een tijdelijke huurstop en een huurverlaging voor de sociale en de vrije sector:
overwegende dat thuisblijven essentieel is in de strijd tegen corona; constaterende dat velen door de coronacrisis inkomen verliezen; verzoekt de regering, een tijdelijke huurstop alsmede een huurverlaging voor zowel de sociale als de vrije sector mogelijk te maken.”
De motie werd verworpen. Tegenstemmers waren VVD, CDA, D66, ChristenUnie en Van Haga.

Op dezelfde vergadering werd ook nog over deze moties gestemd:
Motie van het lid Nijboer c.s. over bevriezen van huren en compensatiemaatregelen voor woningcorporaties.
Motie verworpen Tegen: VVD, CDA, D66, ChristenUnie, SGP, FVD, Van Haga.

Motie van het lid Dik-Faber over een moreel beroep op woningcorporaties om de voorgenomen huurverhoging uit te stellen.
Aangenomen. Tegen waren VVD, D66, SGP, FVD, Van Haga.

Die moties waren allemaal ‘corona gerelateerd’. Maar ook een motie die een kleine bijdrage had kunnen betekenen in de woningcrisis sneuvelde in november 2020.

Foto: Fossielvrij NL (cc)

Klimaat: doorrekeningen verkiezingsprogramma’s door PBL

ANALYSE - Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft ook dit keer de verkiezingsprogramma’s van verschillende politieke partijen doorgerekend. Dit keer hebben slechts zes partijen hun verkiezingsprogramma laten doorrekenen door PBL, terwijl er 10 meedoen aan de doorrekening van het Centraal Planbureau (CPB). Ter vergelijking in 2017 deden 7 politieke partijen mee. In 2017 haakte het CDA af, dit keer de VVD. Daarnaast doet de Vrijzinnige Partij dit keer niet mee aan de Tweede Kamerverkiezingen. Hierbij een poging tot duiding van het boekwerk dat PBL heeft afgeleverd, waarbij ik deze constatering van het CPB-directeur Pieter Hasekamp in het achterhoofd hou:

Vrijwel alle partijen vergroten de overheidsuitgaven en geven een impuls aan de economie. Daarnaast zien we dat alle partijen de lasten voor bedrijven verhogen en dat de meeste partijen financiële lasten verschuiven naar toekomstige generaties.”

Want als er één onderwerp is waarin Nederlandse politici al jaren de rekening doorschuiven naar toekomstige generaties dan is het klimaatbeleid, want Nederland is een trage starter op het gebied van klimaatbeleid. Als politieke partijen dan nu de financiële kosten van hun beleid naar de toekomst schuiven hoop je dat dat gepaard gaat met goed milieu- en klimaatbeleid, zodat dat deel van rekening voor toekomstige generaties lager wordt.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Vorige Volgende