Vrijheid en markten in balans

van Willem Schramade, eerder verschenen in het themanummer van idee-magazine (tijdschrift voor het sociaal-liberalisme) over marktmacht (april 2021) De term ‘vrije markt’ suggereert een simpele relatie tussen markten en vrijheden: vrijere markten zorgen voor meer vrijheid. Maar zo simpel is het niet. Markten faciliteren vrijheid slechts tot op bepaalde hoogte. Ze moeten goed gestructureerd worden om effectief te zijn. Markten zijn dus geen doel op zich, maar een middel om vrijheid te realiseren. Maar hoe zorg je ervoor dat het middel goed functioneert? Daar zijn zes richtlijnen voor te benoemen. Wat Marx en de neoliberalen met elkaar gemeen hebben In het neoliberale denken leiden minder markt en meer overheid automatisch tot minder vrijheid en efficiency. Het adagio is: overheid, ga aan de kant, dan komt alles goed. Zo zijn in naam van de vrijheid veel waardevolle instituties afgebroken, waaronder ook burgerlijke zelforganisatie buiten overheid en markt om – met alle schade van dien. Karl Marx zag hetzelfde lineaire verband maar dan omgekeerd: hoe meer markt, hoe meer ongelijkheid en onvrijheid. De in zijn naam uitgevoerde experimenten zijn dramatisch slecht afgelopen, met extreme vormen van staatsingrijpen. Kortom, beide visies hebben een grote blinde vlek voor de door hen gewenste situatie, maar zien scherp de gevaren van de ongewenste tegenovergestelde situatie. Daar is een les uit te leren: zowel te veel als te weinig marktinvloed is slecht voor vrijheid. Het beste voor onze vrijheid – en onze welvaart en ons welzijn – is een gezonde zone waarin noch markt, noch overheid al te dominant is. Verder is de dichotomie markt-overheid te simpel. Van Witteloostuijn et al. (2012) [1] onderscheiden drie ordeningsprincipes: markten, bureaucratieën en relaties, die ieder met verschillende mechanismes opereren. Denk bij markten aan prijsprikkels; bij bureaucratieën aan afdwingbare rechten en verantwoordelijkheden; en bij relaties aan vertrouwen, reputatie en on afdwingbare rechten en verantwoordelijkheden. Dat de situaties zonder markt problematisch zijn, is evident gezien de onvrijheid in feodale, communistische en andere dictatoriale samenlevingen. Laten we daarom op de situatie van te veel markt inzoomen om beter te begrijpen wat er nodig is om in de gezonde zone te blijven. De prijs van te veel marktinvloed Excessieve marktwerking brengt tenminste twee problemen met zich mee: ten eerste de verdringing van niet-financiële vormen van waarde; ten tweede hebben dergelijke markten de neiging zichzelf te ondermijnen. Veel zaken krijgen een prijs, ook als ze geen prijs horen te hebben. Als mensen worden betaald voor dingen waarvan ze vinden dat ze die toch al horen te doen, dan worden die activiteiten minder waardevol. Dat is ethisch problematisch en werkt vervreemdend. Andersom zijn er veel waardevolle zaken die ten onrechte geen prijs krijgen, zoals schone lucht. Het gevolg is dat we roofbouw plegen op de planeet, de ongelijkheid toeneemt en de vrijheid voor velen afneemt – omdat ze moeite hebben het hoofd boven water te houden en niet beschikken over wat filosofen Amartya Sen en Martha Nussbaum de potenties (capabilities) van het menselijk leven noemen. Het tweede probleem van excessieve marktwerking is de neiging van vrije markten om zichzelf te ondermijnen. In veel markten profiteren de grootste spelers van schaalvoordelen en marktmacht die zichzelf versterken als ze geen halt worden toegeroepen. Dat kan leiden tot gevaarlijk veel macht voor spelers met diepe zakken. Denk aan de grote techbedrijven of de manier waarop miljardairs met hun media-imperia de publieke opinie in landen als het Verenigd Koninkrijk beïnvloed hebben. In het ergste geval is sprake van corporate capture, de situatie waarin machtige spelers overheden hun wil opleggen. Dit ondermijnt vrijheid op een manier die vergelijkbaar is met de situatie van te weinig markt. Economisch historicus Bas van Bavel beschrijft hoe verschillende markteconomieën op deze manier ten onder gingen, vaak met een schijn van welvaart doordat elitemarkten – zoals die voor kunst en financiële diensten – bleven doorgroeien terwijl de welvaart en vrijheid van de bevolking al scherp afnamen. [2] Vrije markten zijn zozeer doel op zich geworden dat vergeten wordt dat ook in vrije markten veel marktmacht kan ontstaan en dat de vrijheid van markten in feite fictie is. Want markten floreren bij de gratie van gezonde instituties, dus als die andere twee ordeningsprincipes – bureaucratieën en relaties – ook goed functioneren. Iedere markt kent regels en grenzen die de keuzevrijheid beperken. Ha-Joon Chang, econoom aan de Universiteit van Cambridge, zegt het zo: ‘Een markt lijkt alleen vrij doordat we de onderliggende restricties zo volledig accepteren dat we ze niet meer zien. Hoe vrij een markt is, kan niet objectief worden vastgesteld. Het is een politieke definitie’. [3] Bovendien is de vrijheid van markten secundair aan de vrijheid van mensen zelf, en die laatste komt in gevaar bij machtsconcentraties. Kortom, het is gevaarlijk om vrije markten als doel op zich te beschouwen. Ze zijn een middel. De gezonde zone van gematigde marktinvloed Maar hoe zorg je ervoor dat het middel goed functioneert? Hoe blijf je in de gezonde zone van marktinvloed? Daar is een zestal richtlijnen voor te benoemen. 1. Beter zicht op waarde Als we niet oppassen, verdringen markten waardevolle zaken die niet op de markt plaatsvinden. Denk aan vervuiling, maar ook aan zelforganisatie. Men spreekt vaak over de dichotomie tussen overheid en markt, maar in die strijd is de ruimte voor de burger doorgaans de dupe. In plaats van de tegenstelling overheid-markt, is het interessanter om financiële waarde af te zetten tegen niet-financiële waarde: sociale waarde (S) en ecologische waarde (E). Dergelijke waarde wordt nauwelijks gemeten of expliciet gemaakt. We hebben dus een scherper zicht nodig op niet-financiële waarde, zodat we die kunnen veiligstellen. Het waardevenster [4] hieronder visualiseert dat. Een groot deel van de economie bevindt zich in kwadrant 1; roofbouw waarin financiële waarde wordt gecreëerd ten koste van andere vormen van waarde. Denk aan industriële activiteit die schade toebrengt aan klimaat en biodiversiteit (negatieve E) en die mensen in de leverketen in slechte omstandigheden laat werken tegen te weinig loon om behoorlijk van te leven (negatieve S). Die waardevernietiging op E en S ondermijnt ons welzijn en onze vrijheid. Idealiter vindt alle activiteit plaats in kwadrant 2. Om die verschuiving te faciliteren, dienen sociale en ecologische waarde zichtbaar te worden gemaakt in ondernemingsrapportages, belastingen, overheidsbudgetten en nationale rekeningen. Daaruit volgt dat brede welvaart een centralere plaats in het programma van D66 mag innemen. 2. Markten inrichten voor betere uitkomsten Waarde moet niet alleen beter zichtbaar, maar ook beloond worden. Dan worden de activiteiten in kwadrant 1 gedwongen zich te verbeteren en naar kwadrant 2 te verschuiven. Of ze worden financieel zo verzwakt dat ze naar kwadrant 2 afzakken, zoals met kolen al gebeurd is. Deels valt dit te regelen binnen markten, door regelgeving en belastingen die prijzen dichter bij hun echte prijzen brengen. Denk aan vliegtickets waar eindelijk wel btw op wordt geheven en wel belasting wordt betaald over de veroorzaakte CO2-uitstoot en schade aan biodiversiteit. Maar het gaat ook om de inbedding van markten in de samenleving en de interactie tussen de verschillende soorten waarde. Denk aan de brandstofbelastingverhoging van de Franse president Macron, die logisch was vanuit klimaatoverwegingen (E), maar sociaal (S) slecht was omdat die de onderkant van de middenklasse in de verdrukking bracht. Macron had veel meer succes kunnen hebben als hij die groep tegemoet was gekomen met bijvoorbeeld een lagere belasting op arbeid. Dat zou environmental justice zijn geweest. 3. Stel de grenzen van de markt vast Er zijn ook activiteiten die niet op de markt thuishoren, omdat ze op een markt hun maatschappelijke waarde verliezen. Dat geldt vooral voor activiteiten die in kwadrant 4 vallen: ze zijn maatschappelijk waardevol, maar niet financieel winstgevend voor de uitvoerder. Denk aan de meeste overheidstaken. Maar het geldt ook voor sommige activiteiten die zowel maatschappelijk als financieel winstgevend zijn (kwadrant 2), bijvoorbeeld in de zorg. Door artsen te betalen voor het aantal behandelingen krijgen ze prikkels om slechter werk af te leveren, terwijl ze hogere kwaliteit leveren wanneer relaties het leidende ordeningsprincipe zijn. Dus het is wellicht beter om een systeem te hebben dat vaste bedragen uitkeert, met discretionaire aanpassingen bij uitschieters. 4. Brede toegang tot basisvoorzieningen Gezonde markten staan voor iedereen open en bieden vrijheid en ontplooiingsmogelijkheden. Maar dan moet de basis wel in orde zijn. Dit betekent: voor iedereen toegankelijk onderwijs – en niet dure scholen voor de elite die toegang geven tot de juiste posities; goed functionerende rechtspraak tegen lage persoonlijke kosten – en niet een praktijk waarin diepe zakken gewone mensen kapot kunnen procederen; voor iedereen betaalbare gezondheidszorg en gezond voedsel – en geen menu van goedkoop ongezond eten voor de armen; voor iedereen betaalbare woonruimte – en niet woonmarkten die gekaapt worden door vastgoedimperiums. 5. Grenzen stellen aan spelers met diepe zakken Ook dient de invloed van spelers met diepe zakken beperkt te worden. Of het nou gaat om Facebook, louche miljardairs of de Chinese overheid; juist doordat we nauwelijks grenzen stellen aan hun invloed, kunnen dergelijke partijen onze vrijheid ondermijnen. Laat hen niet de facto standaarden zetten, informatiestromen manipuleren of onbeperkt concurrenten opkopen. Marktmacht gaat ten koste van de samenleving: consumenten, werknemers en leveranciers worden uitgeknepen en innovatie neemt af. Concurrentie is waardevol: het is hét middel tegen gevestigde belangen. Sterk optreden tegen monopolies en oligopolies is dan ook van groot belang. Probleeminventarisatie moet ook minder naïef plaatsvinden: als de EU een onderzoek naar duurzaam investeren laat doen, dan moet ze die opdracht niet aan de grootste vermogensbeheerder ter wereld (BlackRock) geven. Het betekent ook meer aandacht voor zaken waar we als liberalen te weinig oog voor hebben gehad, zoals grenzen aan accumulatie door de rijken (door hogere erfbelasting en vermogensbelasting) en mogelijk beperkingen op de mobiliteit van kapitaal, zodat grote bedrijven weer serieus belasting gaan betalen. 6. Burgerschap in plaats van consumentisme Een gezondere marktinvloed vraagt ook om een mentale omslag. Burgerschap heeft veel terrein verloren aan consumentisme – een mentaliteit waarin materiële consumptie als wezenlijk deel van de eigen identiteit wordt gezien en de echt belangrijke zaken juist ondergesneeuwd raken. Paul Collier, econoom aan de Universiteit van Oxford, roept op tot ‘investeren in ethisch burgerschap’. [5] Dat houdt in dat een kritische massa van burgers de maatschappelijke doelen van bedrijven en financiële sector zo goed begrijpt, dat zij hen erop aanspreekt en druk uitoefent door achting of afkeuring te laten blijken. Omgekeerd helpt het als politici hun betrokkenheid laten zien, voorbij de voortdurende soundbites. Geloofwaardigheid valt op te bouwen door middel van wat economen signalling noemen: actie ondernemen die zoveel moeite kost dat een onoprechte partij het nooit zou doen – bijvoorbeeld door zorgvuldig en geduldig de benodigde nieuwe instituties op te bouwen. Conclusies In tegenstelling tot conservatieven of sociaaldemocraten leggen liberalen niet graag iets op aan anderen. Dat maakt het schijnbaar moeilijker om stevige standpunten in te nemen. Maar we kunnen wel degelijk ferm zijn zonder onze principes te verloochenen: door pal te staan voor spelregels en instituties die zowel veel ruimte bieden aan individuele mensen als sturing geven op collectieve uitkomsten. Als mensen perse vervuilend willen consumeren dan mogen ze tot op bepaalde hoogte gewoon hun gang gaan, mits ze betalen voor de aangerichte schade. De meesten zullen echter vrijwillig schoner, gezonder en eerlijker gaan consumeren en daar de voordelen van plukken. Markten zijn geen hogere machten aan wier grillen we overgeleverd zijn. Het zijn menselijke constructen waaraan we voortdurend onderhoud moeten plegen. Als we dat doen, dan leveren ze op waar ze voor zijn: vrijheid, welvaart en ontplooiingsmogelijkheden voor iedereen, nu en in de toekomst. [1] Van Witteloostuijn, A., Sanders, M., Hesseling, D. & Hendriks, C. (2012). Governing Governance. A Liberal-Democratic View on Governance by Relationships, Bureaucracies and Markets in the 21st Century. European Liberal Forum. [2] Van Bavel, B. J., & van Bavel, B. (2016). The invisible hand? How market economies have emerged and declined since AD 500. Oxford University Press. [3] Chang, H. J. (2012). 23 things they don’t tell you about capitalism. Bloomsbury Publishing USA. [4] Schramade, W. (2020). Duurzaam kapitalisme. Een andere kijk op waarde. Bertram + de Leeuw. [5] Collier, P. (2018). The Future of Capitalism: Facing the New Anxieties. Penguin UK. Willem Schramade is hoofd advies duurzaam investeren bij Schroders en daarnaast onderzoeker in duurzame financiering en ondernemingswaardering. Zijn laatste boek Duurzaam kapitalisme - Een andere kijk op waarde verscheen in november 2020 bij Bertram + de Leeuw Uitgevers. Idee-magazine is de periodieke uitgave van de Mr. Hans van Mierlo Stichting, het wetenschappelijk bureau van D66. Wij danken de auteur en de redactie voor hun medewerking. Dit artikel is onderdeel van de Sargasso serie Een ander kapitalisme.

Door: Foto: Flickr CC BY-NC 2.0 by Rasande Tyskar rethink capitalism Corona times Hamburg

Closing Time | Where we are

Het zou u vergeven zijn als u zou denken dat Curtis Harding een vergeten soulzanger uit de jaren zeventig is. Hij zou zo uit de gloriejaren van Motown kunnen zijn weggelopen. De 43-jarige Amerikaan maakt echter pas albums vanaf 2014.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Terence Faircloth (cc)

Kunst op Zondag | Oorlog

“In elk westers museum, in elke permanente collectie van elke grote galerie in het westen, hangen oorlogsschilderijen”, schrijft de Canadese kunstenares Magda Wojtyra onder deze foto op haar Flickr-account.

Giuseppe Cesari – De overwinning van Tullus Hostilius op de troepen van Veii en Fidenae (1601)
oorlog

Het schilderij is gemaakt door de Italiaanse kunstenaar Giuseppe Cesari (1568 – 1640). Afgebeeld is de waanzin die Tullus Hostilius, de derde koning van Rome, losliet op de Romeinse steden Veii en Fidenae.  Het verhaal gaat dat die Tullus aanstuurde op een oorlog om zijn ‘macht en glorie’ te bewijzen. Hij was in zijn 32-jarige regeerperiode (672–640 voor Christus) sowieso een oorlogszuchtig type.

Magda Wojtyra ziet oorlog dan ook niet anders dan:

De destructieve logische conclusie van privébezit en waanvoorstellingen van een geïndividualiseerd ego, van laffe angst, gevierde hebzucht en onderdrukte lust.

De stelling van Magda Wojtyra (in elk westers museum hangen oorlogsschilderijen) klopt voor zover het om musea voor oude(re) kunst gaat. Daar sterft het van de veldslagen en massamoorden. Soms als heldhaftigheid, vaker als bloedige confrontaties.

Oudheid en middeleeuwen staan er bol van. Je zou zeggen: de wereld is er sindsdien een stuk op vooruit gegaan. Tot de Eerste en Tweede Wereldoorlog alweer (nog steeds?) tot ellende van onvoorstelbare proporties leidden.

Foto: Sjoerd Luidinga (cc)

Doorpakken met stikstofreductie

ANALYSE - Het belangrijkste signaal van de afgelopen verkiezingen is dat de kiezer een hekel heeft aan onduidelijkheid en getreuzel

Na de afgelopen verkiezingen horen we velen beweren dat het nu gepast zou zijn pas op de plaats te maken met het stikstofbeleid voor de landbouw. Dat is echter precies de verkeerde conclusie.

Uitgesproken voor- en tegenstanders van stikstofreductie in de landbouw hebben zich in de eerste kamer volkomen gelijkwaardig verdeeld. Tegenover de 16 zetels in de eerste kamer voor BBB, die graag het beleid wil afzwakken, staan er bijna evenveel van GroenLinks en de PvdA, voor wie het allemaal niet snel genoeg gaat. Tegenover de 4 zetels van Wilders, die zijn hakken in het zand wil zetten, staat met hetzelfde aantal zetels de partij voor de Dieren, die het liefst de bio-industrie morgen helemaal wil afschaffen. En de SGP, die vooral niets wil veranderen, heeft één zetel minder dan Volt, die ook op dit dossier vooral juist veel en snel wil veranderen.

De zetels van Ja21, die geen verandering wil, staan qua aantal weer gelijk aan die van de SP, die de megastallen wil sluiten. En dan hebben we nog 50+ en de onafhankelijken, die beide over het hele stikstofvraagstuk zo vaag mogelijk verkiezen te doen. Kortom, uitgesproken voor- en tegenstanders van harde maatregelen in het stikstofdebat staan er na deze verkiezingen links en rechts van het kabinet precies even sterk voor.

Closing Time | Tourner dans le vide

Indila kreeg een tijdje terug wereldwijde bekendheid doordat het refrein van dit nummer door filmpjesmakers onder allerlei clipjes van Andrew Tate werd gezet.

De zangeres zelf heeft verder niks te maken met deze alfamannetjesputter. Ze kan tieners wel motiveren om Frans te leren.

Foto: Bron: Livius.org

Aristoteles (6): Het Corpus Aristotelicum

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

In de tijd van Aristoteles, de vierde eeuw v.Chr., was er nog maar weinig sprake van systematisch onderzoek. Daardoor kon het niet anders of de door hem voorgestelde regels voor de logica sloegen in als een bom. Hij is dan ook de geschiedenis ingegaan als de wetenschapper-filosoof.

Net als Plato was Aristoteles ook een veelschrijver. Hij werkte zijn denkbeelden en opvattingen zorgvuldig uit in toegankelijk geschreven dialogen, die men in de Oudheid hoog aansloeg wegens hun literaire kwaliteit. Helaas zijn ze allemaal verloren gegaan.

Corpus Aristotelicum

Daarnaast schreef Aristoteles een immense hoeveelheid wetenschappelijke verhandelingen, doorgaans in een nogal cryptisch jargon. Van die geschriften, waarvan ook weleens is aangenomen dat het gaat om collegedictaten, is naar schatting de helft overgebleven. Helaas ging Aristoteles daarin vaak slordig te werk. Voor een wetenschapper maakte hij opmerkelijk veel waarnemingsfouten.

En omdat hij zoveel autoriteit genoot, had dit het grappige gevolg dat iedereen in de Late Middeleeuwen geloofde dat een vlieg vier poten had. Aristoteles had dat nu eenmaal zo opgeschreven. Dit zegt overigens meer over de manier van denken en voelen in de Middeleeuwen dan over Aristoteles.

Foto: Kasia (cc)

Machtswisseling in Polen nog ver weg

Paus Franciscus is ernstig in verlegenheid gebracht door een boek van de Nederlandse correspondent van Trouw Ekke Overbeek over zijn voorganger Johannes Paulus II. Het boek laat zien dat de voormalige paus, toen hij kardinaal was in Krakau, wist dat priesters onder zijn gezag kinderen misbruikten. Hij bezorgde hen andere functies, waarin ze in sommige gevallen nieuwe slachtoffers maakten. De aartsbisschop van Krakau, Marek Jedraszewski vergelijkt de onthullingen in het boek met de moordaanslag op de paus in 1981. Regeringspartij PiS kwam na de uitzending van een tv-documentaire waarin slachtoffers van het misbruik aan het woord kwamen direct in het geweer ter verdediging van hun Poolse paus. Premier Morawiecki liet een filmpje vervaardigen waarin hij zijn bewondering uit voor kardinaal Woytila. ‘Vandaag woedt niet alleen een oorlog voorbij onze oostgrens’, zegt de premier, terwijl op de achtergrond beelden te zien zijn van Johannes Paulus die mensenmenigten zegent. ‘Helaas zijn er kringen die proberen om in Polen niet een militaire, maar een oorlog om de beschaving te ontketenen.’ Horen we iets dergelijks niet ook wat verder naar het oosten?

Franciscus laat een ander geluid horen. Hij veroordeelt zijn voorganger niet direct, maar wijst op de context van de tijd. ‘In die periode werd alles nog in de doofpot gestopt.’ Maar, zo zegt de paus in hetzelfde gesprek, de katholieke kerk heeft wat hem betreft haar les geleerd. Sinds de misbruikschandalen in Boston, die in 2002 openbaar werden, heeft de kerk volgens de paus een nieuwe houding aangenomen bij misbruikgevallen. ‘De koe wordt bij de horens gevat.’

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Closing Time | The Seventh Seal

De Amerikaanse hardrockband Van Halen is in Nederland vooral bekend omdat oprichters Eddie en Alex van Halen hier opgroeiden. Weinig mensen weten echter dat hun moeder van Indische afkomst was.

Eddie van Halen staat bekend als een van ’s werelds beste rockgitaristen. Het concert hierboven is met zanger Sammy Hagar. The Seventh Seal werd genomineerd voor een Grammy Award in de hardrock-categorie.

Closing Time | Nusrat Fateh Ali Khan goes metal

Wat gebeurt er als je drums en ronkende gitaren onder traditionele Pakistaanse qawwali plaatst? Youtuber Andre Antunes – beter bekend van muzikale grappen met razende ‘Karens’ en extatische pinksterpredikers – probeerde het uit.

Tal van Pakistaanse metalheads en Nusrat Fateh Ali Khan-fans laten zich inmiddels lovend uit over het resultaat.

Volgende