De Marokkaanse cultuur als zondebok

De islam of Marokkaanse cultuur heeft helemaal niets te maken met de benadeelde positie van Nederlandse Marokkanen, stelt historica Nadia Bouras in een interview met Michel Hoebink. De sociale achterstand van Nederlandse Marokkanen komt niet door hun cultuur, zoals in Nederland vaak beweerd wordt. Het is een gevolg van hun migratiegeschiedenis. Dat stelt de Marokkaans Nederlandse historica Nadia Bouras. 'Nederlandse politici vegen hun stoepje schoon door de Marokkaanse cultuur de schuld te geven.' In de jaren tachtig voltrok zich een stille tragedie in de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. De Marokkaanse mannen, die in de twee decennia daarvoor naar Nederland gekomen waren, lieten hun gezinnen overkomen. Maar die massale gezinshereniging viel samen met economische recessie. De Marokkaanse vaders raakten massaal werkloos. Gezinshereniging en economische recessie vormden samen een giftige cocktail, zegt Bouras, die onlangs aan de universiteit Leiden promoveerde op de banden van de de Nederlands Marokkaanse gemeenschap met het land van herkomst Marokko.

Foto: Bas Bogers (cc)

Politie moet z’n werk beter doen

INTERVIEW - Donkere mensen, Marokkanen en Oost-Europeanen worden op straat makkelijker staande gehouden door de politie dan blanke Hollanders. Dat bleek uit onderzoek van cultureel antropoloog Sinan Çankaya naar de interpretatie van willekeurige voorbijgangers door Amsterdamse agenten.

Eenderde tot tweederde van de interacties tussen burger en agent vindt plaats voordat er een overtreding of misdrijf is gepleegd. De agent heeft een bepaald vermoeden bij een willekeurige passant en spreekt hem/haar aan onder het mom ‘vragen staat vrij’. Dat heet proactief werken, en de politie zet er steeds meer op in.

Maar wie er op straat staande gehouden wordt, is veelal geen kwestie van objectieve politie-informatie. De onderbuikgevoelens van de agent bepalen vaak wie hij aanspreekt. En dat zijn meestal mensen met een bepaalde etnische achtergrond. Marokkanen, Turken, Oost-Europeanen: veel vaker dan blonde Hollanders worden ze door een agent staande gehouden voor een praatje. ‘Maar dat geldt ook voor mensen die donkere kleding met capuchons of bontkragen dragen,’ zegt Sinan Çankaya, die in  opdracht van de politie Amsterdam-Amstelland onderzoek deed naar de interpretaties van Amsterdamse agenten. Daarvoor hield hij 59 diepte-interviews en observeerde hij 25 diensten van de Amsterdamse noodhulp.

Afgaan op uiterlijk, maar geen discriminatie

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Straatracisme is niet typisch Marokkaans

Naar aanleiding van een vreselijk incident – een zwangere Marokkaanse vrouw werd door vijf Marokkaanse straatjongens uitgemaakt voor ‘negerhoer’ omdat zij naast een zwarte man liep en is vervolgens mishandeld waardoor zij mogelijk haar baby heeft verloren – is de vraag opgeworpen of Marokkanen een racismeprobleem hebben. Bart Schut merkt terecht op dat het incident tot niet minder maatschappelijke verontwaardiging zou moeten leiden dan wanneer de daders wit waren geweest. Maar het antwoord dat hij geeft op de vraag of Marokkaanse jongens in Nederland vanwege hun cultuur racistisch zijn, is misleidend, stelt Jan Dirk de Jong, socioloog en criminoloog.

Het provoceren van mensen in de publieke ruimte is volkssport nummer één onder Marokkaanse straat- jongens (zowel de criminele als de niet-criminele) en het plegen van geweld of het dreigen daarmee is hun taal van de straat. Wat dat betreft, is er niet veel veranderd sinds de bekende criminoloog Buikhuizen de Nederlandse ‘nozems’ van na de oorlog vanwege hetzelfde gedrag aanduidde als ‘provo’s’ (een benaming die Roel van Duijn kaapte en van een andere betekenis voorzag).

Bij het uitdagend en agressief benaderen van mensen buiten straatjongens opvallende kenmerken van de ‘ander’ uit ter verheffing van de eigen groep en ter legitimering van hun ziekelijke wangedrag. Zo voelen Marokkaanse straatjongens zich als groep beter dan bijvoorbeeld punkers (‘zwervers’), de homo’s (‘viezeri- ken’) en diverse andere Nederlan- ders (‘racisten’). Volgens de jongens lokken de slachtoffers met hun ‘an- dere’ – opgevat als denigrerende – houding het provocerende en agressieve gedrag zelf uit. De jongens creëren op die manier verbeelde vijanden ten opzichte van wie zij zich beter en machtiger willen voelen. Zij wissen hun negatieve groepsidentiteit (‘kut-Marokkanen’) tijdelijk uit en vervangen die door de positieve identiteit van ‘kapot moeilijke’ (verschrikkelijk stoere) straatjongens.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Marokkaanse man zoekt blonde prinses

Een bijdrage van Mohammed Benzakour.

Dacht even dat ik was beland op een datingsite: ‘Marokkaanse vrouw zoekt blonde prins’. Maar nee, gewoon de opiniepagina. Een geschoolde Marokkaanse vrouw maakt gewag van haar vruchteloze zoektocht naar de Marokkaanse prins en ziet zich nu gedwongen haar geluk te zoeken bij een blonde proseliet.

Nieuw is deze hartenkreet niet. Met de regelmaat van de biologische klok duikt wel ergens een artikel of interview op van een ‘hoogopgeleide Marokkaanse vrouw’ (HMV) die zucht onder het juk van een onvervuld verlangen: waar is toch die Marokkaanse prins? Hoewel volgens CPB-statistieken er duizenden van rondlopen (academisch, stropdas, baan, ABN), bevallen ze de HMV niet. Want luttele kopjes koffie verder, soms met beschuit toe, blijkt hij toch niet de ware prins. Aan de titel ‘prins’ hangt immers een protocol: de Marokkaanse man mag niet erg gehecht zijn aan Marokkaanse tradities, vindt familiebanden triviaal en crèches ideaal, moet zijn potje kunnen koken, is bekend met de werken van Bowles en Weiss, neemt geen aanstoot aan leggings, en niet te vergeten: moppert niet als vrouwlief structureel na tienen thuiskomt omdat haar ‘social network life’ nu eenmaal vergt dat ze in vijf bestuurscommissies zit en alle recepties afstruint met een doos visitekaartjes. Tja, kom daar maar eens om, gij hopeloos ouderwetse Marokkaanse man.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Te veel aardige Marokkanen?

Al die aardige, lieve en slimme Marokkanen: slijmjurken zijn het. Ik noem een Ali B., de nationale knuffelmarokaan, lacht om ieder grapje even hard. ‘Oh is dat zo Matthijs, o gut o gut, wat een malligheid.’ Zit hij weer te kirren bij DWDD. Onlangs was het weer raak. Een islamitische B-acteur met een onuitsprekelijke naam wint een Gouden Kalf. En maar blij doen. ‘Oh bedankt mamma en pappa, oh bedankt alle politici, ik ben zo blij met mijn fokking gouden kalf.’ Aansteller. Nog erger is het bij mij in de buurt. Als ik de buurtsuper binnenwandel, is er alleen ‘s ochtends nog een Nederlandse kassajuffrouw te bekennen. Doodchagrijnig, hondsmoe en ze kijkt altijd dwars door je heen. Gewoon, normaal. Nee, dan die jonge Berbermeisjes die er ’s avonds staan. Altijd vrolijk, altijd vriendelijk en vaak nog knap ook. Alsof ik daar intrap.

Mijn garagehouder uit het Atlasgebergte, ook zo’n glijert. ‘Nee, hoor meneer Bouman, uw auto kwam weer gladjes door de APK dit jaar. U hoeft dit jaar weer niets bij te betalen. Dat heb je met die Japanners, hè!’ Daarna lacht hij er onschuldig bij. Of wat te denken van Fatima van de kinderopvang? Ze spreekt accentloos Nederlands, is poeslief voor de kinderen en alles is altijd even pedagogisch verantwoord. Toe maar. Al die vriendelijke en aardige Marokkanen zorgen ervoor dat ik mezelf soms betrap op enge gedachten. Gewoon, vooroordelen. Dan zie ik een groepje van die bontkragen mijn kant opkomen en dan denk ik: ‘Die zijn vast op weg naar hun oude moedertje. Gaan haar verrassen met een vers bosje bloemen.’ Onzin natuurlijk, want ik kén ze geeneens! Ze lopen gewoon toevallig langs een bloemenzaak. Gek, hè?

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Detailpolitiek (29): Verstoorde rouwstoet

Zou PVV-Kamerlid Joram van Klaveren een obsessie hebben voor Marokkaanse jongeren die rouwstoeten verstoren? In Amersfoort werden deze zomer enkele rouwstoeten door Marokkaanse jongeren verstoord. Van Klaveren stelde er drie keer Kamervragen over.

Sommige lezers van deze site vinden dit een zeer belangrijke bezigheid voor Kamerleden: het stellen van vragen om de regering te controleren. Nu zullen de meeste lezers het eens zijn dat het onfatsoenlijk is om rouwstoeten te verstoren, en dus ook dat daar iets aan gedaan moet worden. Leveren Kamervragen nu het gewenste resultaat op? Laten we kijken naar de antwoorden van minister Donner op de vragen van Van Klaveren.

Aangiften en aanhoudingen
Van Klaveren wil weten hoe vaak rouwstoeten door Marokkanen worden verstoord. Donner constateert dat hier geen gegevens over bestaan want er is geen registratie van. Dit had Van Klaveren ook zelf op kunnen zoeken. De incidenten die door Van Klaveren zijn genoemd hebben geen aangiften opgeleverd en ook geen aanhoudingen. Dit is een taak van de politie, en je kunt je afvragen of de Kamer inzicht moet hebben in individuele aangiftes.

Van Klaveren wil dat minister Donner zegt dat het om een structureel probleem gaat, maar Donner deelt die mening niet. Hij wil ook niet speculeren over de motieven van deze jongeren. Ook wil Donner er niets aan doen, omdat de gemeente over de openbare orde gaat. Ook dat had Van Klaveren van te voren kunnen weten. Donner heeft bovendien al eerder gezegd dat hij geen onderzoek wil naar antisemitisme onder moslims. Dat herhaalt hij nog maar eens.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Quote van de Dag: Maakbaarheid volgens Ahmed Marcouch

[qvdd]

Marokkaanse en Antilliaanse gemeenschappen hebben er enorm veel belang bij om de norm te stellen en die uit te dragen. Hoe? Marokkanen en Antilianen, stel dat mooie carrièreperspectief bij het bedrijfs­leven uit en solliciteer bij de politie.

Ahmed Marcouch vindt blijkbaar stiekem dat Marokkanen en Antillianen eerst maar de problemen in hun eigen gemeenschap op moeten lossen voordat ze mee gaan doen aan de Hollandse carrièrejacht. Dat is zo’n beetje hetzelfde als zeggen dat iedereen die uit een links nest komt eerst maar eens de problemen in bestuur en ambtenarij moet gaan oplossen voor dat men zich in het bedrijfsleven kan begeven. Volstrekte waanzin dit. Individuen zijn verantwoordelijk voor hun eigen gedrag, niet voor het gedrag van de ‘gemeenschap’ waartoe anderen hen rekenen. Marcouch moet de bal op dit punt bij de politie leggen, en niet bij de Marokkaanse en Antillianse ‘gemeenschappen’.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Vorige Volgende