Hoe verlichten we de toekomst?

Je kent ze wel. Monotoon verlichte kantoorruimtes waar tl-buizen het felle licht gelijkwaardig over de ruimte verspreiden. Als het aan architect en lichtontwerper Rogier van der Heide ligt, is dat soort verlichting snel verleden tijd. Technologische ontwikkelingen geven ons steeds meer mogelijkheden om met licht te experimenteren. Het wordt gemakkelijker om precies te bepalen waar en wanneer we welk licht willen plaatsen. Als ambassadeur van het International Year of Light spreekt Van der Heide bij Studium Generale over hoe we met licht de wereld aantrekkelijker en misschien zelfs gezonder kunnen maken. Prof. dr. Leon Kenemans (Biopsychologie en Psychofarmacologie, UU) gaat daar dieper op in en vraagt zich af: wat is het effect van licht op ons welzijn? De mogelijkheden van licht zijn eindeloos. Maar we benutten ze nog niet genoeg. Een nieuw licht De kans is groot dat je wel eens een werk van Van der Heide hebt gezien. Zo ontwierp hij onder andere het licht voor de openbare bibliotheek in Amsterdam, het BBC Broadcasting House in Londen, en het nieuwe Rijksmuseum. Indrukwekkende designs voor grote publieke ruimtes.

Tegenlicht: De Slimme Staat

REPORTAGE - Tegenwoordig eist en krijgt de private sector verreweg het meeste krediet voor technologische innovatie. Vanavond (om 21u05 op NPO 2) biedt Tegenlicht weerwoord aan dit idee; met o.a. de Italiaans-Amerikaanse econome Mariana Mazzucato.

We denken dat nieuwe technologie wordt ontwikkeld door hippe bedrijven als Google en Apple.Maar is dat wel zo? Tegenlicht onderzoekt het innovatieklimaat in Europa en welke rol overheid en bedrijfsleven daarin spelen.

Wie betaalt er voor de ontwikkeling en wie verdient eraan?

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: ibmphoto24 (cc)

Power to the patient

DATA - Wie is eigenaar van medische data: de patiënt of de zorgverlener? Zolang deze discussie niet is uitgevochten, blijft het lastig om zorginnovatie door te voeren. En blijft het ingewikkeld om de zorgconsument zelf aan het stuur te zetten. 

We kennen allemaal het cliché van de patiënt die met klachten bij de huisarts komt en op het web al helemaal heeft uitgezocht wat er aan de hand zou kunnen zijn. Zodra ons lijf het ook maar een beetje laat afweten, gaan we googelen. We hebben echter maar beperkte toegang tot informatie, onder andere als gevolg van slechte zoekvaardigheden. Bovendien gaat de informatie die we vinden, niet over ons eigen lichaam of over onze eigen gezondheid: het is algemene gezondheidsinformatie, waarvan we de betrouwbaarheid vaak niet tot nauwelijks kunnen voorstellen. Toch is het internet de ideale basis om tot de juiste informatie te komen, iets wat Watson feilloos aantoont.

Ook de medische sector omarmt het web, maar helaas op een beperkte manier.

Ze zien het web vooral als een logistiek systeem dat ze primair voor eigen gebruik kunnen inzetten – ze blijven negeren dat medische gegevens in eerste instantie eigendom van de patiënt zijn. De discussies over patiëntendossiers gaan dan ook vooral om distributievraagstukken en toegangsrechten. Die halsstarrigheid van de medische professionals is wellicht deels te wijten aan het beleid van Minister Schippers van Volksgezondheid. Zij wil dat binnen vijf jaar elke patiënt ‘inzicht’ krijgt in zijn medische gegevens, maar dat is wat anders dan benadrukken de patiënt ook eigenaar is van de data. Het door haar gepromote EPD en LSP kwamen echter niet van de grond.

Foto: Alan Trotter (cc)

Ook de auto moet aan klimaatdoel bijdragen

COLUMN - Bijna onopgemerkt schroeft het kabinet de ambities voor zuiniger en schoner rijden omlaag, via de Autobrief-II die donderdag in de Tweede Kamer wordt besproken. Mathijs Bouman legt in zijn column (FD, 1 september) al de vinger op een paar merkwaardige maatregelen in de autobrief. Nog merkwaardiger is dat de automobiliteit door de autobrief eerder minder dan meer CO2 hoeft te reduceren.

De doelstelling voor 200.000 volledige en semi-elektrische voertuigen in 2020 wordt niet gehaald en ook niet meer nagestreefd, elektrische auto’s met een flinke actieradius worden minder gestimuleerd. Dat betekent praktisch dat veel kilometervretende lease-rijders liever zullen kiezen voor diesel en benzine (waarvoor de bijtelling omlaag gaat) dan voor elektrisch (waarvoor de bijtelling boven de 50.000 Euro omhoog gaat). Voor rijden op groen gas, ongeveer even schoon als elektrisch rijden, komen geen vergelijkbare stimulansen als voor stekkerauto’s.

Het is terecht dat staatssecretaris Wiebes van Financiën de autobelastingen opnieuw doordenkt. De fiscale prikkels voor volledig en hybride elektrische auto’s waren succesvol, maar ook veel te duur. Vooral de zogeheten plug-in hybrides (PC Hoofttractoren met een elektrisch pretpakket) slurpten belastinggeld én nog steeds veel brandstof. Voor hetzelfde belastinggeld is veel meer CO2-winst te boeken.

Betere prikkels
Maar om dat voor elkaar te krijgen zijn betere prikkels nodig dan nu in de Autobrief II staan.
Idealiter zou elke ton CO2 op dezelfde manier moeten worden behandeld, ongeacht de techniek waarmee deze wordt gereduceerd. En ongeacht de gewichtsklasse van de auto, het aantal kilometers dat iemand rijdt of de haarkleur van de chauffeur. Die gelijke behandeling ontbreekt in de Autobrief II.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Todd Lappin (cc)

Drones voor de samenleving, drones tegen de samenleving

ACHTERGROND - Dit blog maakt deel uit van een drieluik over drones, privacy, flight safety en security. Hier deel I en deel II. Vandaag deel III.
Het begrip drones wordt hier als generieke verzamelnaam gebruikt voor onbemande en op afstand bestuurde vliegende objecten (RPAS).

De drone heeft een januskop. Burgers beschermen of bespieden? Infrastructuur inspecteren of saboteren? Hulpverlening bij incidenten in beeld brengen of belemmeren? Een pizza bezorgen of een explosief afleveren? De mogelijkheden van drones zijn eindeloos. Dat dubbele gezicht wordt vooral veroorzaakt door de persoon achter de drone: iemand met de beste bedoelingen, of iemand met minder prettige bedoelingen. Dit dubbele gezicht bepaalt de komende jaren het veiligheidsbeleid rondom drones.

In augustus 2015 kwam het kabinet (namens De Ministers van Veiligheid en Justitie en EZ, en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu) met een (tweede) brief over drones. Daarin wordt het disruptieve karakter van drones onderschreven: de techniek snelt voort en de impact van drones is nog niet geheel te overzien. Die brief gaat zowel in op economische kansen (denk aan diensten op het gebied van bewaking, inspectie, onderzoek en media), als op risico’s rondom vliegveiligheid, privacy en security. Met dat laatste gaat het om de openbare orde en veiligheid, dus de bescherming van burgers tegen drones.

Foto: Todd Lappin (cc)

Overheidsbeleid vergroot kans op ongeluk met drones

ACHTERGROND - Dit blog maakt deel uit van een drieluik over drones, privacy, flight safety en security. Deel I verscheen hier. Vandaag deel II.
Het begrip drones wordt hier als generieke verzamelnaam gebruikt voor onbemande en op afstand bestuurde vliegende objecten (RPAS).

Drones zijn te koop in de speelgoedwinkel, maar drones kunnen ook professioneel worden ingezet voor allerlei innovatieve doeleinden. Het verschil is groot, maar in beide gevallen wordt gebruik gemaakt van hetzelfde luchtruim waar zich ook ander vliegverkeer bevindt. De overheid kijkt onvoldoende naar de risico’s die dit oplevert.

In de luchtvaart wordt gebruik gemaakt van een kanon waarmee kippen op (stilstaande) vliegtuigen worden afgeschoten, daarmee de botsing tussen vogels en vliegtuigen simulerend. De kippen, met een gewicht van zo’n 2 kg, worden afgevuurd op zowel de ramen van de cockpit als op draaiende motoren – relevant omdat vogels ook bij het opstijgen of landen vliegtuigen in de problemen kunnen brengen.

Die kippentest – uitgebreid nagedaan in een uitzending van televisieprogramma MythBusters – kan een beetje vreemd overkomen, maar ieder vliegtuigonderdeel – motor, elektronica, stoelen – wordt afzonderlijk getest en gecertificeerd en dat geldt ook voor het vliegtuig als geheel. Dit proces, dat in de VS voor ieder nieuw vliegtuigtype zo’n vijf jaar in beslag neemt, heeft als beoogd eindresultaat een certificaat waarmee onderbouwd kan worden dat het vliegtuig luchtwaardig en veilig is. Ook wanneer vliegtuigen gemodificeerd worden, moeten die wijzigingen en hun effecten op het geheel opnieuw getest worden. Dit test- en certificeringsproces wordt uitgevoerd door toezichthouders als de Federal Aviation Agency (in de VS) en in Europa door de EASA.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Wesley Fryer (cc)

Kenniseconomie met een snelheid van 8 Mbps

OPINIE - In de jaarlijkse Knowledge Economy Index ranking van de Wereldbank neemt ons land wisselende plaatsen in de top tien in. Nederland heeft de ambitie om bij de beste 5 kenniseconomieën van de wereld te behoren. Een gebrekkige ICT-infrastructuur zorgt echter voor een slecht fundament.

Een jaar geleden liet SER-kroonlid Hans Kamps zien dat hij er weinig van begreep, die kenniseconomie. “We hebben het in Nederland steeds over een kenniseconomie, terwijl 60 procent van de jongeren naar het vmbo gaat,” aldus Kamps in dagblad Trouw. De kenniseconomie is een ecosysteem dat uit veel meer dan alleen hoger onderwijs en onderzoek bestaat. Een kenniseconomie impliceert weliswaar dat een belangrijk deel van de economie op de productiefactor kennis drijft, maar deze kan niet bestaan zonder de andere productiefactoren (arbeid, kapitaal, natuur). Evenmin is er een onder- of bovengrens: wanneer is je economie een echte kenniseconomie?

Typisch een containerbegrip dus, die kenniseconomie. Wel is duidelijk te bepalen wat een kenniseconomie nodig heeft. Zonder ‘ecosysteem’ blijft een kenniseconomie slechts een idee. Het fundament van een kenniseconomie begint bij goed primair en voortgezet onderwijs, waar kennis en informatie vrij kunnen stromen. Mensen moeten zowel in onderwijs als daarna in werk verbonden zijn – met elkaar en met informatie. Een robuuste technologische infrastructuur, ook in het onderwijs, is daarbij uitermate belangrijk. Uiteraard gaat een kenniseconomie pas echt werken als de arbeidsmarkt voldoende flexibel en divers is en het bedrijfsleven in staat is innovaties te vermarkten. Maar het begint bij het onderwijs.

Foto: Foto (cropped): Bo Eide (cc)

Alleen symptoombestrijding kan het milieu redden

Hoe zou het toch zijn met Boyan Slat? U weet wel, die opgeruimde Delftse student die een geweldig idee had om de oceanen te reinigen van de ‘plastic soep’ die overal rond drijft. Boyat stelde voor om al die snippertjes plastic bijeen te drijven door middel van een systeem van met elkaar verbonden boeien, die, in samenwerking met zeestromingen, het plastic verzamelt.

Boyat lanceerde zijn idee een paar jaar geleden, en werd daarna geruime tijd als een wonderkind op handen gedragen, van zaaltje naar zaaltje – zo van: een puur Hollandse vinding zal de wereldzeeën redden! Welnu, het gaat goed met Boyat. Hij doorstond de gekte en werkt zijn idee nu uit met hulp van een aantal bedrijven en instituten onder de vlag van The Ocean Cleanup. Al zal het nog wel even duren voordat de eerste serieuze experimenten met anti-plastic-soep-boeien uitgevoerd kunnen worden.

Stunttechnologie

Mooi toch? Nee, je kunt er ook anders tegenaan kijken. Huub Dijstelbloem, hoogleraar ‘filosofie van wetenschap en politiek’ (hoe verzin je het) aan de UvA, vindt het maar niks wat Boyat doet. In de NRC (20 augustus) noemt hij zijn voorstel een voorbeeld van ‘stunttechnologie’. Dat wil zeggen:

(…) innovaties die niet door overheden, maar door jonge ondernemers, kunstenaars en wereldverbeteraars met veel bombarie in de media worden gelanceerd. Voorbeelden hiervan zijn het project van Boyan Slat om de oceanen van plastic te ontdoen en de lichtgevende wegen en smogzuigende installaties van Daan Roosegaarde.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Department for Transport (DfT) (cc)

Met de zelfsturende auto naar de gedroomde stad

COLUMN - “Het is de hoop op een betere toekomst die je vandaag gevangen houdt
Ram Tzu

Wordt het al tijd om de stad aan te passen aan de opkomst van de zelfsturende auto? De meeste planologen tijdens het Automated Vehicles Symposium 2014 in San Francisco vinden het daar te vroeg voor. De auto-industrie moet volgens hen eerst maar eens met een heldere roadmap komen. Deze behoudende planners lijken een goed punt te hebben. Volgens IHS Automative verschijnt de eerste zelfsturende auto in 2030 op straat en is na 2050 bijna het hele wagenpark zelfsturend. In 2035 zijn er wereldwijd zo’n 54 miljoen zelfsturende auto’s; dat is zo’n vijf procent van de meer dan een miljard auto’s die nu al op de wereld rondrijden. Van zo’n ontwikkelingssnelheid ga je als plannenmaker niet meteen rennen toch?

Sommige planologen doen dat echter wel. Neem de Amerikaanse stedenbouwkundige Michael Arth en maker van de documentaire New urban cowboy: Toward a new pedestrianism. De opkomst van IT luidt volgens hem het einde in van een tijdperk van stedelijke wildgroei, brede autobanen en eindeloze parkeerplekken. Hij voorziet een toekomst met veel minder auto’s (die elektrisch en zelfsturend zijn en gedeeld worden) en waarin we thuiswerken en -recreëren in hyperrealistische virtuele werelden. En het stadsbeeld wordt bepaald door compacte woongebieden met veel groen, fietsers en wandelaars.

Foto: Todd Lappin (cc)

Wat doet die drone boven mijn hoofd?

COLUMN - De cameradrone biedt ongekende mogelijkheden. Een daarvan is het afrekenen met onze privacy. Een ongewenste cameradrone observeert zonder aanspreekbare observator.

Sommige mensen gaan heel ver in het bewust openbaren van hun privéleven. Maar wie vindt het prettig als er mensen voor hun huis blijven staan en langdurig naar binnen blijven staren?

Het besef van privacy heeft veel te maken met controle: als informatie over ons handelen wordt vastgelegd, willen we dat graag weten en er invloed op kunnen uitoefenen. Het kan een bewuste keuze zijn om een TV-ploeg in je privéleven toe te laten, waarbij je vooraf duidelijke afspraken hebt gemaakt over wat er wel en niet gefilmd en uitgezonden mag worden.

Ook als gebruiker van diensten van Google en Facebook willen we graag zelf aan het stuur blijven zitten. Wanneer de privacy onder druk staat, maar we een goede uitleg krijgen over het waarom (denk aan de trajectcontrole op de A2) dan zijn we bereid veel te slikken.
Naarmate de controle verder verschuift van ons naar een andere partij – bijvoorbeeld wanneer Facebook je profielfoto voor advertentiedoeleinden mag gebruiken, zonder dat je weet waar en wanneer – worden we steeds minder enthousiast en verandert ‘waarnemen’ in ‘gluren’.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Vorige Volgende