Twitter. Wat is het? (3/3)

Een draadje over Twitter. Over vrijheid, meningsuiting en waarom presidenten geen Twitteraccount moeten hebben. Over monopolies en het sociale mechanisme dat Twitter macht geeft. Over de vraag of Twitter eigenlijk wel een bedrijf moet zijn. |deel 1| |deel 2| Standard Oil Theodoor Roosevelt, de 26ste president van de V.S., liet het Bureau of Corporations een rapport opstellen over Standard Oil dat in 1906 naar het congres werd gestuurd. Sinds 1890 was de Sherman Antitrust Act tegen monopolievorming van kracht. Maar hoewel ze was aangenomen, werd ze nog niet afgedwongen. Daar moest verandering in komen. Zeker na de publicatie van 19 artikelen van journalist Ida Tarbell onder de naam The History of the Standard Oil Company. Het vernietigende rapport liet nog duidelijker het machtsmisbruik zien dat Standard Oil gebruikte om concurrenten uit te schakelen. Maar alvorens de zaak naar de rechter te sturen nodigde hij directeur John D. Rockefeller uit voor een geheime bijeenkomst in het Witte Huis. Hij opperde dat het private kartel Standard Oil niet perse opgebroken hoefde te worden. Het zou ook een publiek kartel kunnen worden, met de staat als aandeelhouder. Het ging hem namelijk niet zozeer om het economische probleem, het monopolie en het gebrek aan concurrentie. Dat zou in een publieke variant immers blijven bestaan. Het ging hem om het politieke probleem. Het ging hem om de macht van Standard Oil, dat zich boven de wet waande. Dat ondermijnde de macht van de democratie. Rockefeller weigerde. Een proces volgde. En na jaren procederen besloot het hooggerechtshof in 1911 dat Standard Oil in 34 delen moest worden opgebroken. [1] Standard Oil en Twitter zijn op bijna alle vlakken onvergelijkbaar. Standard Oil was evident een monopolie, Twitter is dat niet. Maar Roosevelt onderkende bovenal het politieke probleem. Dat is waarom hij handelde. En daar lijkt de casus van Standard Oil op die van Twitter. Als één man zoveel macht heeft dat hij de verbinding kan verbreken tussen de president en 80 miljoen toehoorders, dan is er een politiek probleem. En dan moet er iets gebeuren. Digitale bedding publiek debat Laten we eerst kijken waar die macht nou eigenlijk in zit. Wat gelijk leidt tot de vraag, wat is Twitter eigenlijk? Wellicht kun je Twitter het best beschrijven als een digitale bedding. Door die bedding klotsen dagelijks oneindige hoeveelheden berichten met persoonlijke besognes en dierenfilmpjes. Maar die berichtjes vormen ook debatten, over maatschappelijke en politieke zaken. Berichtgeving over en weer, tussen politici en kiezers, tussen links en rechts en boven en beneden. Het is een digitale publieke sfeer. En dus onderdeel van de publieke sfeer waar een democratie niet zonder kan. Orde van grootte The Guardian noemde Twitter de megafoon van Trump. Die vergelijking slaat de plank een beetje mis. Niet omdat Twitter geen versterker is, maar omdat ze een veel effectievere versterker is dan een megafoon. Twitter is voor de meeste mensen met een paar honderd volgers als een megafoon. Maar meer dan 80 miljoen volgers is een andere orde van grootte. Een analoge vergelijking. Stel je doet vandaag een kaartje op de bus met de boodschap “VVD beleid leidt tot falende overheid, nee tegen Rutte als premier!” en morgen ontvangen alle 8 miljoen Nederlandse huishoudens dat kaartje. Dan schrik je en vraag je je af, hoe doet Post NL dat? En het blijft niet onopgemerkt. De NOS bericht erover. Kranten en talkshows besteden er aandacht aan. Er komt een hashtag #kaartje. Maurice de Hond ziet een dip in de peilingen van de VVD. Dat is ongeveer de orde van grootte van één Trump tweet en hij verstuurde er dagelijks velen. Daarmee dirigeerde hij journalisten en het dagelijkse nieuws, sommeerde partijleden, kleineerde en intimideerde tegenstanders. Het zette tal van levens op z’n kop. Dat is niet louter het versterken van een boodschap. Dat is het uitoefenen van macht. Macht Voor zijn trouwe aanhangers waren zijn berichten ook niet alleen informatie, maar ook een soort instructie. Over wat te vinden en wat te doen. Als twittergeneraal zette hij aan tot online activisme, betogingen op straat en uiteindelijk een mars naar het Capitool. Zo vormde Twitter naast de ambtelijke bureaucratie die hij met een handtekening opdracht gaf, een parallele informele bevelstructuur waar hij met een tweet zijn troepen overal in het land kon toespreken. De macht die dat grote gehoor Trump verschaft is tegelijkertijd de macht die het Twitter verschaft. Als het met Twitter niet mogelijk zou zijn meer dan 100 volgers te hebben, dan zou ze geen noemenswaardige macht hebben. De macht van Twitter komt dus voort uit de digitale publieke sfeer waar ze beheerder van is en het bereik van twitteraars met veel volgers. Is Twitter een bedrijf? Twitter is in ieder geval geen traditioneel bedrijf. Geen fabriek waar producten van de lopende band rollen, of kantoor waar diensten worden verkocht. Een traditioneel bedrijf is ook volledig ingebed in de economie. Aan alle kanten heeft ze te maken met financiële prikkels en transacties. Twitter opereert deels in de economie, als bedrijf in de advertentiemarkt. Maar het belangrijkste deel van het bedrijf opereert in de publieke sfeer. In die zin heeft ze overeenkomsten met een mediabedrijf. Een krant bijvoorbeeld verkoopt ook advertenties. Maar daar draait het wel om de publieke functie van nieuwsgaring, door een onafhankelijke redactie. En hoewel die onafhankelijkheid soms onder druk staat, bijvoorbeeld door commerciële belangen, geldt ze wel als uitgangspunt. Bij Twitter dat eenzelfde dubbelhartigheid kent, lijkt zo’n scheiding niet aanwezig. Private concentratie van macht Hoewel er door velen op was aangedrongen was het toch een schok toen het gebeurde. Bekend was natuurlijk dat Twitter CEO Dorsey in theorie de macht had Trump te verbannen. Op 9 januari werd duidelijk dat hij het ook deed. In deel 1 betoogde ik al dat er een goede kant aan die verbanning zat. De scheiding der machten in een democratie, beoogt macht te spreiden in plaats van te concentreren. Door vier jaar lang verlengstuk te zijn van de macht van Trump deed Twitter het omgekeerde. Het concentreerde macht in de hand van Trump. Naast de rode knop op z’n bureau had hij ook de blauwe knop op z’n telefoon. De verbanning van Trump illustreert dat de markt toch een tegenkracht kan zijn. Maar waar Milton Friedman, die ik in dat verband aanhaalde, weinig aandacht voor had, was de schaduwkant van machtsconcentraties in de markt. Om nog maar niet te spreken van de ongewone casus die Twitter is. Een concentratie van macht bij een bedrijf dat opereert buiten de markt, in de publieke sfeer, als bedding van het debat in het hart van onze democratie. Waarin schuilt het gevaar? De vraag is dan: waarin schuilt het gevaar van die concentratie van macht? Daar zijn vast vele antwoorden op mogelijk, maar mijn inschatting is dat dat gevaar tweeledig is. Het eerste gevaar zit hem in wat we niet zien, omdat de openheid over wat er allemaal gebeurt in de machinekamer beperkt is. Dat zal om kleine dingen gaan. Tweets die verwijderd worden, of juist meer dan gemiddeld gedeeld worden, omdat ze bepaalde onderwerpen aanhalen of standpunten innemen. De toegang die kleine gebruikers wordt ontzegd. Subtiele promotie of censuur van bepaalde twitteraars. Het is mij niet duidelijk of en in welke mate dat gebeurt, maar dergelijke kleine dingen zijn van grote betekenis. Ze tornen aan democratische beginselen, zoals voor iedereen toegankelijk politiek debat. Het tweede gevaar zit hem in de krachten die op Twitter zelf kunnen worden losgemaakt. De bestorming van het Capitool is niet louter aan Twitter toe te schrijven, maar is zonder sociale media ondenkbaar. Heeft Twitter zicht op die gevaren en kan ze die een halt toe roepen? Onze democratisch gekozen leiders lijken in ieder geval niet bij machte zelf in te grijpen zodra er op Twitter, of elders, iets ontspoort. Wat kan er veranderen? Twitter heeft weinig weg van een monopolie. En opbreken, wat bij anti monopoliewetgeving een uitkomst kan zijn, is bij Twitter moeilijk voor te stellen. Standard Oil toen, en bijvoorbeeld Facebook nu, bestaan uit verschillende bedrijfsonderdelen die je uit elkaar kan halen. Twitter niet. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat wetgeving niets uit kan halen. Wellicht kan het helpen bij het afdwingen van een grote mate van transparantie. Voor overheidsinstellingen kan je een beroep doen op de WOB. Kan daar een variant van komen die geldt voor alle organisaties die opereren in het publieke domein? Een Wet Openbaarheid Publieke Infrastructuur (WOPI). Dat je met een beroep op die wet inzicht krijgt in wie en wat er gecensureerd wordt bijvoorbeeld. Een veel ingrijpender suggestie is om digitale publieke infrastructuur op één of andere wijze onderdeel te maken van ons stelsel van democratische instituties. Een geformaliseerde plek naast de uitvoerende, de wetgevende en de rechterlijke macht. Misschien met verkiezingen voor het bestuur, zoals die er ook voor de waterschappen zijn. Een instituut dat zorg draagt voor de digitale bedding van het debat, dat zoveel ruimte biedt als de vrijheid van meningsuiting in onze grondwet toestaat. De software wordt uitbesteed. Moderatie, censuur en uitsluiting van het debat kan makkelijk bij de rechterlijke macht getoetst worden. Los van alle praktische haken en ogen kent zo’n voorstel het gevaar van politieke inkapseling. Als de publieke sfeer en het politieke debat teveel onderdeel wordt van de instituties van de macht dan wekt dat terecht argwaan. Zeker in een land waar partijpolitiek zich weinig aantrekt van de scheiding der machten. Een nieuwe meent Een goede machtsbalans is essentieel en daarom moeten we misschien zoeken naar een organisatievorm tussen markt en staat in. Signal, de app die langzaam terrein wint ten opzichte van Whatsapp, wordt ontwikkeld door de Signal Technology Foundation, een stichting zonder winstoogmerk. Maar het kan ook een vereniging, of een coöperatie zijn, een soort meent dus. Waarbij in de juridische akte die eraan ten grondslag de politieke voorwaarden voor een vrij debat worden opgenomen. Slot De belangrijkste conclusie lijkt me in ieder geval dat we onderkennen dat de macht van Twitter een politieke zaak is. Geen voer voor economen, maar voor politici. Zij moeten zich buigen over de vraag hoe onze digitale publieke sfeer er in de toekomst uitziet. Moet die in private handen blijven, of is dat geen goed idee? Maar is er al een politicus met een alternatief? Of dringt de noodzaak pas door als ons Binnenhof hetzelfde overkomt als het Capitool op 6 januari? Het ingrijpen van Roosevelt, dat leidde tot het opsplitsen ven één van de grootste bedrijven die de wereld ooit heeft gezien, was weinig subtiel. Het werd een ijkpunt voor het Amerikaanse anti-monopoliebeleid. De niet te onderschatten rol van sociale media in de publieke sfeer vraagt politici met verbeeldingskracht en een zelfde gebrek aan subtiliteit. [1] The Curse of Bigness, Tim Wu p. 58-68 | deel 1 - Twitter moet @JoeBiden de mond snoeren | | deel 2 - Twitter en het HEMA rookworstmonopolie |

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: stalkERR (cc)

Twitter en het HEMA rookworstmonopolie (2/3)

ANALYSE - Een draadje over Twitter. Over vrijheid, meningsuiting en waarom presidenten geen Twitteraccount moeten hebben. Over monopolies en het sociale mechanisme dat Twitter macht geeft. Over de vraag of Twitter eigenlijk wel een bedrijf is.

Begin januari besloot Twitter het account van Trump uit te zetten. Van verontwaardiging over de vermeende censuur van de president (zie deel 1) verplaatste de aandacht zich echter al snel naar de macht van Big Tech. Dat werd goed geïllustreerd in enkele tweets van Thijs Kleinpaste:

Dat klinkt niet onredelijk en sluit naadloos aan bij hoe er in de V.S., waar hij woonachtig is, in toenemende mate over big tech gedacht wordt. Onderzoeker en journalist Matt Stoller, bevindt zich in het hart van die discussie en schreef:

Tiny Tech

Beide opmerkingen zijn begrijpelijk als Facebook of Amazon worden bedoeld, maar niet als het gaat om Twitter. Twitter kunnen we niet rekenen tot Big Tech zoals dit plaatje van SOMO laat zien. Twitter is Tiny Tech. Het woord Big Tech helpt overigens ook niet bij een analyse van Big Tech. Het suggereert een gelijkvormigheid, van zowel de bedrijven als de problemen die ze veroorzaken, die er niet is.

Maar over Tiny Tech Twitter, is dat relatief kleine bedrijf een monopolie? En wat is eigenlijk een monopolie? Het woord kennen we voornamelijk uit de economische theorie. Een fabrikant heeft een monopolie als hij een bepaalde markt domineert, omdat hij (nagenoeg) de enige producent van een bepaald product is.

Foto: stalkERR (cc)

Twitter moet @JoeBiden de mond snoeren (1/3)

ANALYSE - Een draadje over Twitter. Over vrijheid, meningsuiting en waarom presidenten geen Twitteraccount moeten hebben. Over monopolies en het sociale mechanisme dat Twitter macht geeft. Over de vraag of Twitter eigenlijk wel een bedrijf is.

Al drie weken rust. Waar sommige volgers al tijden naar snakten gebeurt op 9 januari. Twitter zet Trump uit en beëindigt zo informeel z’n presidentschap. Vragen volgen: is dit een goed idee? Wordt hier de vrijheid van meningsuiting overboord gegooid? Is dit een monopolistisch probleem? Enig ongeloof. Veel reacties van mensen die wel zien wat er gebeurt, maar niet begrijpen wat ze zien. In gradaties van onbegrip. Een driedelige poging om de situatie te verhelderen, waarbij ook duidelijk wordt waarom @Joe Biden op zwart moet.

Vrijheid van staatsbemoeienis

Don junior, wiens belezenheid we natuurlijk niet in twijfel trekken, weet wel waar hij het zoeken moet als z’n vader van Twitter wordt verbannen.

Maar was vader Trump de dag na z’n verbanning even door de westvleugel naar de Press Briefing Room gelopen, dan had de hele wereldpers hem daar opgewacht. In alle vrijheid hadden zijn woorden een breed gehoor bereikt. Via traditionele media, maar ook via Twitter en Facebook. Die verbanning heeft Trump geenszins zijn vrijheid om te spreken ontnomen.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Quote du Jour | Werk voor robots en stofzuigers

‘De teamleider staat toe dat mensen drugs gebruiken om sneller te werken’, zegt de Poolse Karolina via Facebook-chat. ‘Cocaïne en amfetamine.’ Karolina nam ontslag en zocht een andere baan. ‘Dit was geen baan voor normale mensen maar werk voor robots en stofzuigers.’ Stofzuigers – dat zijn werknemers die amfetamine gebruiken, vertelt ze. ‘Wij herkennen ons niet in deze getuigenis’, schrijft Jumbo.

De Groene Amsterdammer schrijft op basis van onderzoek van het platform voor onderzoeksjournalistiek Investico over drugs op de werkvloer, wat “een gigantisch probleem” is onder vooral arbeidsmigranten. Vooral “flexmigranten” die vaak in distributiecentra, kassen en voedselverwerkende fabrieken werken zijn kwetsbaar voor een problematische verslaving. Soms dus aangemoedigd door de werkgever of uitzendbureaus. “De uitzendbureaus beschermen de mensen die drugs gebruiken. Want zij zijn sterker, sneller en kunnen langer door”, zegt een Slowaakse man in Trouw.

Foto: Sloop 2e Carnissestraat, Rotterdam. Foto van Gwen van Eijk, gebruik op Sargasso met toestemming

Een stukje Rotterdam claimen voor gelijkheid

Een groep Rotterdammers heeft vanochtend een pand gekraakt in Delfshaven om actie te voeren voor een betaalbare woningen en een hoger minimumloon.

Wij Rotterdammers hebben dit pand in bezit genomen, want we streven naar een betere voorziening van onze huizen. We strijden #Voor14 minimumloon en we willen een beter leven in plaats van overleven. Daarom doen wij mee aan deze actie”, zegt een van de actievoerders.

De actie wordt gesteund door Aktiegroep Oude Westen, Recht op de stad Rotterdam, Bond Precaire Woonvormen, Rotterdamse Sociale Alliantie, Stichting Huurders Rotterdam Vestia, FNV Lokaal Rotterdam, Rotterdam Voor 14, SP Rotterdam, ROOD Rotterdam, NIDA Rotterdam, Rotterdam BIJ1, Arbeiderspartij van Turkije – afdeling Nederland en Cultural Workers Unite.

In een statement zeggen zij:

De ongelijkheid in Rotterdam wordt steeds groter en zichtbaarder. Overal in de stad worden sociale huurwoningen slecht onderhouden en gesloopt om plaats te maken voor dure woningen. De huurprijzen blijven maar stijgen in onze stad en het inkomen van Rotterdammers met een minimumloon of een uitkering blijft achter. Ook is er steeds minder ruimte voor hun sociale activiteiten en initiatieven. Zij worden onze stad uit geduwd. Er lijkt geen plek meer voor hen te zijn.

Wij accepteren dit niet. Daarom steunen wij de Rotterdammers die zijn ingetrokken in het pand aan de Havenstraat in Delfshaven. Zij claimen een stukje Rotterdam terug om aandacht te vragen voor de strijd van vele Rotterdammers. Met hen willen wij dat de rijkdom en de ruimte in onze stad eerlijker worden verdeeld. Alleen dan kan iedere Rotterdammer meedoen en een plekje hebben. Dit kan door het minimumloon in 2022 naar 14 euro per uur te verhogen en door sociale huurwoningen goed te onderhouden en te renoveren.

Onze gemeenteraad wilde eerder niet luisteren. Nogmaals roepen wij hen op ervoor te zorgen dat iedere Rotterdammer betaalbaar kan wonen en een fatsoenlijk inkomen heeft. Wij roepen Gemeente Rotterdam op te kiezen voor ons.

Wij willen een bloeiende, kleurrijke stad waarin iedereen kan wonen en leven in plaats van overleven.

Foto: Thomas Hawk (cc)

Wanneer is iemand te rijk?

ONDERZOEK - door Vincent Buskens en Ingrid Robeyns.

Nederlanders zijn het er in grote lijnen over eens wanneer mensen simpelweg teveel geld hebben. Toch vinden ze overheidsmaatregelen die voorkomen dat mensen extreem rijk worden, zoals een bovengrens aan spaargeld en erfenissen, niet nodig. Extreme rijkdom belasten om de armoede van anderen te verlichten, vindt men wel een goed idee.

Sinds het boek van Piketty ‘Kapitaal in de 21ste eeuw’ (2014) is de discussie over sociale ongelijkheid weer opgelaaid en zeker ook over de wenselijkheid dat sommigen in onze samenleving extreem veel geld en kapitaal accumuleren. In de politiek zien we dan ook steeds meer voorstellen om bijvoorbeeld extreem rijken zwaarder te belasten. Filosofen hebben zich afgevraagd of er een ‘rijkdomsgrens’ bestaat als tegenhanger van de armoedegrens en of er in de samenleving consensus zou zijn over waar zo’n grens zou kunnen liggen tussen mensen die rijk zijn en mensen die extreem rijk zijn – gedefinieerd als dat ze veel meer luxe hebben dan nodig.

Wij onderzochten dit aan de hand van twee vragen. Bestaat er consensus binnen een representatieve steekproef van Nederlanders over waar een rijkdomsgrens min of meer zou moeten liggen? En vinden mensen dat de overheid maatregelen moet nemen om te voorkomen dat mensen teveel kapitaal vergaren en te ver boven de rijkdomsgrens uitkomen?

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Quote du Jour | Misrekening

Verschuiven van zorg naar de gemeenten blijkt een misrekening van het Rijk.

Vandaag bracht het Sociaal en Cultureel Planbureau een rapport uit waarin de decentralisatie van deze zorg wordt geëvalueerd. De regering krijgt huiswerk:

De betrokken ministeries zijn nu aan zet om realistische doelen te stellen en regels beter op elkaar af stemmen.

Met de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Jeugdwet en de Participatiewet in 2015 waren de verwachtingen hooggespannen: kwetsbare burgers zouden zelfredzamer zijn dan wat men altijd dacht en mensen zouden op miraculeuze wijze meer voor elkaar gaan zorgen.

Foto: Rasande Tyskar (cc)

Institutioneel racisme in Nederland

LONGREAD - Institutioneel racisme wordt wel gedefinieerd als een vorm van racisme die zichtbaar wordt in de praktijken van politieke en sociale instituties. Het is een vorm van onzichtbaar racisme die zich manifesteert naast openlijk of alledaags racisme. In deze empirische verkenning probeert Jan de Jonge institutioneel racisme zichtbaar te maken aan de hand van cijfers op het gebied van onderwijs, arbeidsmarkt en inkomen.

In Nederland zijn recentelijk een aantal onderzoeken gepubliceerd (o.a. door het Sociaal Cultureel Planbureau en het Centraal Plan Bureau) die uitkomsten naar personen met en zonder migratie-achtergrond geven. Zo kunnen verschillen tussen Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders en Nederlanders zonder migratieachtergrond met elkaar vergeleken worden. Ik heb gekeken naar het onderwijs, de arbeidsmarkt en naar de relatieve inkomensverschillen.

Het is duidelijk dat daarmee geen beeld wordt gegeven over de omvang van institutioneel racisme in Nederland. Ik kijk niet naar de rechtspraak, het politie-optreden, het handelen van de belastingdienst of de praktijken in de horeca, de woningsector en dergelijke. In die zin pretendeer ik niet een alomvattend onderzoek te hebben gedaan naar het vóórkomen van institutioneel racisme in Nederland. Ik beschouw de uitkomsten van het onderwijs, de arbeidsmarkt en de inkomens-verschillen als relevante indicatoren, maar niet als doorslaggevend.

Quote du Jour | Ziekenhuizen hebben te weinig flexibiliteit

De strengere maatregelen die Rutte vanavond gaat aankondigen hebben alles te maken met een krap ziekenhuissysteem, schrijft de NRC vandaag. Hoe kan het dat ziekenhuizen nu alweer te weinig bedden hebben voor coronapatiënten? „We hebben weinig flexibiliteit.” Wim van Harten, directeur van het Arnhemse Rijnstate Ziekenhuis zegt:

 „Zorgverzekeraars kopen scherp in en dat maakt het onmogelijk om buffers, lege kamers en extra bedden met personeel, aan te houden. We hebben weinig flexibiliteit om uit te breiden bij een epidemie. Er moet een oplossing worden bedacht om de weerbaarheid van het ziekenhuissysteem te verbeteren.”

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Vorige Volgende