BRIEF - Geachte heer De Hond,
De afgelopen jaren zijn gouden jaren voor u geweest. Sinds uw site peil.nl in 2002 online ging, is Nederland al vijf keer naar de stembussen geweest om een nieuwe Tweede Kamer te kiezen. Gemiddeld elke twee jaar was dus heel Nederland benieuwd naar wat u te vertellen had. Dat moet lekker voelen.
Ik kan me voorstellen dat je er ijdel van wordt als iedere politieke journalist altijd eerst even jou belt voordat hij zijn verhaal gaat schrijven. Je kunt er het idee van krijgen dat je altijd gelijk hebt en dat iedereen altijd zit te wachten op de uitslagen van jouw peilingen.
Dat die eerste aanname niet klopt, blijkt vrijwel na iedere verkiezing. Maar nog nooit zo duidelijk als de laatste keer. U zat er 18 zetels naast. Op de 150 zetels is dat toch ruim 10 procent. Is dat erg? Niet heel erg denk ik. Peilen is nu eenmaal geen exacte wetenschap.
Het probleem dat ik echter met u heb, is dat u het wel vaak als zodanig verkoopt. Van tevoren blaast u altijd heel hoog van de toren en profileert u zich altijd sterk als Koning Eénoog in het land der blinden. En als de voormalige blinden dan na de verkiezingen verhaal komen halen, zegt u dat u niet op de peilingen mag worden afgerekend.