De keerzijde van kennis over zwangerschap

Van gezond eten en veel bewegen tot inleidingen en keizersneden: de zwangere vrouw moet alles uit de kast halen om de baby veilig ter wereld te brengen. Van de vrouw zelf wordt verwacht dat ze alles maar ondergaat en daarbij vooral niet te veel weerstand biedt. Ook in onderzoek naar zwangerschap lijkt het belang van de vrouw vaak ondergeschikt aan dat van de baby. Hoe voorkomen we dat vrouwen slechts als omhulsels van het kind worden gezien? Die vraag stond centraal tijdens de avond Baas over eigen Buik? met wetenschapssocioloog prof. Trudy Dehue (RUG) en verloskundige prof. Ank de Jonge (Amsterdam UMC). Dehue vertelde over de geschiedenis van het bestuderen van zwangerschap en wat bleek? Die geschiedenis staat bol van voorbeelden waarbij de zwangere vrouw onjuist of niet wordt weergegeven. Zo ook in onderstaande gravure van Jan van Rymsdyk uit 1774, waar een kind in de baarmoeder staat afgebeeld. “Je ziet de benen van de vrouw nog net als twee koteletten tevoorschijn komen”, vertelt Dehue grappend. Duidelijk is dat de volledige aandacht op het kind staat gericht en dat de zwangere vrouw buiten beeld is gelaten. [caption id="attachment_349105" align="aligncenter" width="288"] Pregnancy by Jan van Riemsdyk and William Hunter, Public domain, via Wikimedia Commons[/caption] De vergeten moeder? Dat de aandacht door de geschiedenis heen vooral naar het kind in ontwikkeling uitging, zien we ook nu nog terug. “Met nieuwe technologie kunnen we bijvoorbeeld signalen van het ontwikkelende hart van het embryo opvangen, waardoor we eerder zijn gaan spreken over een kloppend hartje,” aldus Dehue. Dit beïnvloedt de manier waarop de rol van vrouwen in zwangerschap geportretteerd wordt. “In dit stadium is het embryo nog altijd sterk afhankelijk van de bloedtoevoer van de vrouw en dus ook háár hart, maar er wordt over gesproken alsof dat niet het geval is.” De technologie is bepalend voor hoe zwangerschap bestudeerd wordt en omdat deze methoden gericht zijn op het kind en niet op de vrouw, wordt die laatste nogal eens vergeten in het proces. Door de toegenomen kennis over zwangerschap, zijn we ons steeds bewuster geworden van de bijkomende gezondheidsrisico’s. Dit voorkomt veel leed, maar wordt soms ook te ver doorgevoerd in de praktijk. “Er wordt nog maar weinig aan het natuurlijke beloop overgelaten en dit gaat vaak ten koste van andere zaken,” aldus De Jonge. Zo wordt er tegenwoordig sneller gekozen om de bevalling bij vrouwen in te leiden, bijvoorbeeld bij een zwangerschap na 41 weken of bij een oudere leeftijd van de moeder. Voor zwangere vrouwen is een inleiding echter niet altijd prettig. Er is onder andere vaker pijnstilling bij nodig, omdat de bevalling langer kan duren. Ook zijn de gezondheidseffecten op lange termijn onbekend.” De verantwoordelijkheid van zwangerschap Dehue en De Jonge zijn het daarnaast eens over het hoge verantwoordelijkheidsgevoel dat zwangere vrouwen ervaren als gevolg van de toegenomen kennis. “Zwangere vrouwen weten steeds beter hoe hun individuele keuzes de gezondheid van het kind beïnvloeden,” vertelt De Jonge. Zo is onder andere bekend dat sporten tijdens de zwangerschap een positieve invloed op de ontwikkeling van het kind heeft. Vrouwen ervaren hierdoor een hoge druk om het goed te doen. “Alle gezondheidsproblemen die het kind mogelijk ervaart, kunnen immers het resultaat zijn van haar gedrag. Het lijkt onacceptabel dat er in het zwangerschapsproces sprake kan zijn van domme pech.” Dehue haakt hierop in: “En vrouwen die vervolgens gestrest raken door de druk die zij ervaren, krijgen dan weer de boodschap dat hun stress de gezondheid van het kind aantast.” Zwangerschap is in de loop der tijd veranderd van iets wat je overkwam en wat door de natuur bepaald werd, in een taak met allerlei verplichtingen voor de vrouw. Een veelgehoord signaal van vrouwen is dat hun omgeving zich ongevraagd bemoeit met de zwangerschap. Veel kennissen delen ervaringen, tips en meer over wat de vrouw in verwachting moet doen en laten. Aan de andere kant: sommige zorgverleners klagen in de media over dat vrouwen zelf te veel controle willen hebben over hoe hun bevalling verloopt en een lijstje van eisen aanleveren om bijvoorbeeld bepaalde medische handelingen al bij voorbaat uit te sluiten. Volgens De Jonge is het juist goed dat vrouwen goed geïnformeerd hun bevalling in gaan en dat er toestemming aan vrouwen gevraagd wordt voor bepaalde handelingen zoals inwendig onderzoek. “Ik heb, zo’n twintig jaar geleden, een tijdje in Engeland gewerkt en daar werd áltijd om toestemming gevraagd voordat een vrouw werd ingeknipt. Eenmaal terug in Nederland wilde ik dit ook invoeren, tot grote verbazing van mijn collega’s. “Maar wat als die vrouw dan ‘nee’ zegt?” In mijn ervaring gebeurt dat eigenlijk nooit. Als je uitlegt dat het nodig is omdat de gezondheid van de baby in gevaar is, is er geen enkele vrouw die een knip weigert.” De Jonge ziet dat zorgverleners soms worstelen met wat ze medisch gezien zouden aanbevelen en wat de zwangere vrouw graag wil. De aandacht voor de vrouw kan hierbij in het gedrang komen. En de oplossing? “Het is belangrijk dat vrouw en zorgpersoneel de dialoog aangaan over de onderlinge verwachtingen en wensen. Zorgverleners zijn ook mensen en vinden het soms moeilijk om te gaan met het scala aan wensen dat gesteld kan worden door vrouwen in verwachting,” stelt De Jonge. Volgens Dehue verdient de verloskundige zorg meer erkenning. “Het is belangrijk om de expertise van de zorg te waarderen. Bij een bakker mag ik aangeven wat voor brood ik wil en kan ik vragen naar de ingrediënten. Een goede bakker gaat hierover openlijk in gesprek en een goede klant ontkent hierbij niet de expertise van de bakker. Zo zou de relatie tussen de verloskundig expert en de zwangere vrouw ook moeten zijn.” Dit artikel van Remco Sleiderink verscheen eerder bij Studium Generale Utrecht.

Door: Foto: Pregnancy by Jan van Riemsdyk and William Hunter, Public domain, via Wikimedia Commons
Foto: Ivan Radic (cc)

We moeten het meer hebben over datasolidariteit

DATA - Het debat over het delen van persoonsgegevens gaat al te vaak over privacy, menen Daniel Kapitan en Egge van der Poel. Volgens de twee docenten/adviseurs moeten we het meer hebben over de maatschappelijke waarde van data delen, over datasolidariteit.

Privacy domineert nog steeds het debat rondom het delen en hergebruik van persoonsgegevens, zoals blijkt uit de discussie rondom het verstrekken van vaccinatiegegevens door het RIVM aan het CBS. Maar privacy is het probleem niet.

Maxim Februari schreef tijdens de eerste lockdown al dat het een ‘gruwelijk misverstand’ is om te denken dat databescherming om privacy van een individu gaat. Het gaat niet om een afweging tussen het private belang van privacy en het maatschappelijke belang van – in het geval van COVID – een draaiende economie en een gezonde bevolking.

Betrouwbaar data (her)gebruiken

Het echte vraagstuk is dat wij als maatschappij zoeken naar een betrouwbare en eerlijke manier om data te gebruiken en hergebruiken als collectief goed. Op Europees niveau wordt gewerkt aan wetgeving die zulk hergebruik van data mogelijk moet maken. Het feit dat de lopende consultatie duizenden pagina’s aan reacties heeft opgeleverd, geeft de complexiteit van het vraagstuk weer. Wel lijkt er consensus te zijn dat geen enkele organisatie, publiek noch privaat, een te grote vinger in de pap zou moeten hebben. Er moet steeds balance of power blijven om misstanden te voorkomen.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: B Rosen (cc)

Zelfkennistest

COLUMN - Voor mensen die zich afvragen of ze wellicht complotdenker zijn, heb ik hier een korte test. De test is ook goed te gebruiken als leidraad voor zelfonderzoek, voor wie dat zou willen.

Ben je het eens of oneens met de volgende beweringen? Je mag je antwoorden toelichten.

  • Onze politici zijn in het algemeen niet te vertrouwen.
  • Er zijn al heel wat “complotten” waar gebleken. Ik wijs de gedachte van een wereldwijd complot daarom niet bij voorbaat af.
  • Ik loop niet braaf in de kudde mee. Vroeger zou ik dat uit angst wel gedaan hebben.
  • Verbinding met mezelf voelen is voor mij het allerbelangrijkste. Ik vertrouw allereerst op wat mijn intuïtie en mijn gevoel zeggen.
  • Veel zogenaamde experts dienen een belang en bovendien spreken ze elkaar vaak tegen. Ik vertrouw daarom liever op mijn eigen expertise.
  • Het komt weleens voor dat anderen me een “complotdenker” noemen, maar ik noem mezelf liever een “compleetdenker”.
  • Als ik merk dat een video van YouTube verwijderd is vind ik dat verdacht. Kennelijk iets waarvan “ze” vinden dat ik het niet mag zien, een waarheid die “ze” proberen te verbergen.
  • Landelijke kranten lees ik niet en naar het NOS journaal kijk ik al jaren niet meer. Internet is mijn belangrijkste informatiebron. Google is mijn vriend. Ik ben gewend om mijn eigen research te doen.
  • Ik post regelmatig links naar YouTube filmpjes om mijn visie te ondersteunen.
  • Ik vind Wikipedia misleidend. Kijk maar eens naar wat ze over vaccinatie schrijven. Wikipedia is trouwens een hobby van gepensioneerde witte mannen en daar heb ik geen trek in.
  • Ik vind mezelf vooral heel kritisch. Ik wil weten waarom iets zo is en ik haak af als een goede onderbouwing uitblijft.
  • Ik probeer nuchtere, feitelijke vragen te stellen. En vaak krijg ik op die vragen geen bevredigend antwoord. Maar bevredigende antwoorden moeten er toch zijn.
  • Ik ben in het verleden vaak niet gehoord, en mensen zijn over mijn grenzen heen gebanjerd. Maar nu heb ik geleerd om te leven vanuit mijn waarheid. Ik heb recht op mijn eigen waarheid want ik ben vrij om te denken wat ik wil.
  • Ik wil de controle hebben over mijn eigen leven, en ik ga mensen uit de weg die dat proberen te verhinderen door mijn diepste overtuigingen tegen te spreken.
  • Ik wil me niet teveel inlaten met mensen die negativiteit uitstralen, en daarom houd ik me zoveel mogelijk buiten debatten en discussies.
Foto: Hubble ESA (cc)

Kunst op Zondag | Kosmospolitisme

Nee, dat is geen tikfout in de titel. Er zijn mensen, kosmopolieten, die bijvoorbeeld om redenen van klimaat verder dan hun landgrenzen kijken. Om diezelfde redenen zoeken anderen het in heel het al: de kosmospolieten. Miniscuul verschil, reuze reikwijdte.

Kosmospolitisme lijkt wel een trend. Het kietelt als vanouds de fantasie, hetgeen goed te zien was in de tentoonstelling ‘Science Fiction: A Journey into the Unkown’ (Kunsthal Rotterdam). In twee andere tentoonstellingen worden op uiteenlopende wijze belicht wat kunstenaars tegenwoordig over buitenaardigheden te melden hebben.

In het Kunstfort bij Vijfhuizen, waar we vorige keer de drones beschreven die plantengroei op Mars mogelijk kunnen maken, nog tot 6 oktober ‘Supre:organism’, een kritische kijk op ruimteactiviteiten (in samenwerking met de Waag).

In Kunsthal KAde, Amersfoort, tot 12 januari 2020 ‘One way ticket to Mars’, vier perspectieven op reizen naar Mars (verlangen, de reis, het verblijf en heimwee).

Holbewoner, jager, landbouwer, dorpeling, stedeling, wereldburger, ruimtevaarder. Wellicht eindigt de menselijke evolutie ergens ‘lost in space’. De kans dat bij de ruimtelijke ontdekkingsreizen kunst wordt gevonden is al lang geen fantasie meer.

De Belgische kunstenaar Paul Van Hoeydonck kreeg de opdracht een beeldje te maken dat door de bemanning van de Apollo 15 op de maan is neergelegd, naast een gedenksteen met de namen van omgekomen kosmonauten.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Martin Tod (cc)

Kunst op Zondag | Kunst hoef je helemaal niet te ‘snappen’

ANALYSE - Vandaag in Kunst op Zondag een gastbijdrage van Clinton P. Verdonschot, een artikel dat eerder verscheen op Bij Nader Inzien.

Toen afgelopen 5 mei Childish Gambino (a.k.a. Donald Glover) de single “This is America” uitbracht, ontplofte het internet. Iedereen, zo leek, had vrij genomen voor een bijzondere sessie muziekvideo bingewatchen. Dat leek mij niet eens zo gek: de eerste keer dat ik de clip zelf zag, voelde als een lawine van subtiele en minder subtiele verwijzingen naar de kwestie van racisme in de V.S. Ik heb meteen die avond de video nog minstens drie keer bekeken, daarna heb ik een nieuwsartikel gelezen over de vele verwijzingen in de clip, en toen heb ik de clip nóg maar een keer gekeken. Dit is de clip, voor degenen die hem nog niet hebben gezien:

Waar ik het nu vooral over wil hebben is dat nieuwsartikel en de talrijke interpretaties die worden aangeboden op YouTube. Die variëren namelijk van zinnige observaties tot wilde fan-theorieën over de ‘diepere’ betekenis van de song.

Nu wil ik niemand het plezier ontzeggen om eindeloos te speculeren over wat Childish Gambino misschien wel/niet bedoelde te zeggen met (bijvoorbeeld) zijn vreemde danspasjes, maar ik wil wel beargumenteren dat die mindset niet noodzakelijk is om de clip te bekijken. Met andere woorden, je hoeft de clip helemaal niet te zien als een uitdaging om allerlei verborgen verwijzingen te ontdekken. Sterker nog, ik denk dat die mindset je soms ook blind kan maken voor wat de kracht van een kunstwerk kan zijn.

Foto: DaveBleasdale (cc)

Kunst op Zondag | Verboden vruchten

De Boekenweek is ten einde. Na een week ‘verboden vruchten’ kunnen we dus weer over tot de orde van de dag: zoete koek.

In haar propaganda ging De Boekenweek geheel voorbij aan de mythische verboden vruchten en legde de nadruk op genot.

De mens is genotzuchtig. Maar toegeven aan genot levert soms strijd op, met ons geweten, onze levensovertuiging, onze omgeving en onze fysieke dan wel geestelijke grenzen. Wel willen, niet mogen, toch doen: verboden vruchten, zowel in het leven als in de letteren.

Drank, drugs en vooral seks. Daar moest het over gaan. Terwijl het verboden fruit afstamt van een aan alle kanten rammelend verhaal over het verbod op kennis.

De essentie van dat verhaal is dat een of andere god eens wilde uitzoeken of zijn mensen gehoorzaam, onvoorwaardelijk en blindelings in hem wilden geloven. Die god ontwierp een testje die zo in elkaar zat dat het wel verkeerd af moest lopen. Waarna er de meest onlogische dingen gebeurden.

Michelangelo – fresco Sixtijnse kapel. De Verleiding en de Verdrijving uit het paradijs, 1508 – 1512.
cc flickr Dennis Jarvis photostream Italy-3227 Michelangelo Sistine Chapel

Een larmoyant verhaal tegen de ratio, tegen de essentie van de vrije wil, tegen de nieuwsgierigheid en zeker tegen de vrijheid van meningsuiting. Voor al die zaken werd de mens genadeloos gestraft.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Een halfvol glas?

COLUMN - In de recente golf wetenschappelijke replicatieprojecten waren vorige week de gedragseconomen aan de beurt. Een studie in het blad Science rapporteerde 18 pogingen tot replicatie van toppublicaties in dat vakgebied. Daarvan bleken 11 studies repliceerbaar, met nog een aantal in een schemergebied. Reden voor het weekblad The Economist om victorie te kraaien voor de economische wetenschap, terwijl de Volkskrant juist over een “aframmeling’’ spreekt. Is het glas half leeg of half vol?

Onder mijn collega-gedragseconomen is de stemming licht positief, ondanks het feit dat volgens de officiële statistiek ruwweg 95% van de studies repliceerbaar zouden moeten zijn. Eén van de redenen is dat eigenlijk niemand een resultaat van 95% had verwacht. Dat komt voornamelijk door de zogenaamde publication bias, de neiging van tijdschriften om spectaculaire resultaten te publiceren, waardoor “nulresultaten” vaak in de kast blijven liggen. Een tweede reden is dat economen er in ieder geval beter vanaf komen dan de psychologen, waar het replicatiepercentage in een soortgelijke studie rond de 39% lag (met nog ongeveer 30% in een soort schemergebied).

Je zou dus denken dat in ieder geval de psychologen zich achter de oren krabben, maar ook daar zijn de meningen verdeeld. Een aantal toppsychologen, waaronder David Gilbert trekken juist de replicatiestudies in twijfel, met het argument dat er subtiele verschillen waren tussen de replicaties en de originelen, zogenaamde “infedelities”, die voor mislukte replicaties zorgden. In sommige gevallen is dat punt geldig, bijvoorbeeld voor een experiment dat het effect van positieve emoties bestudeerde door mensen een Robin Williams video te laten zien. De replicatie mislukte, wellicht door het feit dat Williams in de tussentijd was overleden.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Wie wint, bemint (zichzelf)

COLUMN - Als we iemand anders verslaan in een directe competitie, zijn we daarna oneerlijker. Dit resultaat van een nieuwe studie in het Amerikaanse blad PNAS, roept interessante vragen op over de effecten van competitie op ongelijkheid.

In het experiment lieten auteurs de proefpersonen privé twee dobbelstenen gooien, waarna ze gevraagd werden de som van de gegooide ogen te rapporteren. Die bepaalde de verdeling van 12 Israelische shekels tussen de proefpersoon en een toevallig uitgekozen partner. Hoe hoger de gerapporteerde som, hoe meer geld voor de rapporteur, en hoe minder voor de partner. Er was dus een duidelijke zelfzuchtige prikkel om te liegen over het aantal gegooide ogen.

In een controleconditie bleken de deelnemers echter een gemiddelde van 7 ogen te rapporteren, precies wat je zou verwachten in een eerlijke groep rapporteurs. Dat veranderde wanneer er een competitie vooraf ging aan de dobbelsteentaak, waarin de twee proefpersonen puzzels moesten oplossen. De winnaar, die door de auteurs in feite willekeurig werd bepaald, bleek daarna gemiddeld hogere ogen te rapporteren (8.75) dan de verliezer (6.35).

Om erachter te komen waar dit effect vandaan kwam, vervingen de onderzoekers in een andere conditie de competitie door de vraag om een herinnering te beschrijven aan een recent gewonnen competitie. Dat bleek een soortgelijk effect te hebben als het daadwerkelijk winnen van een competitie. Een herinnering aan het halen van een zelf gesteld doel had geen effect, wat erop duidt dat oneerlijkheid alleen toeneemt als we iemand anders verslaan.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Taal in Tirol

COLUMN - Op de skipistes in Zuid-Tirol waar ik deze dagen doorbreng spreekt ongeveer de helft van de bevolking Italiaans en de andere helft Duits. Ik spreek beide talen vrij goed en maak er een sport van om te raden welke taal obers en liftpersoneel spreken, om in de juiste taal een gesprekje te beginnen. Ik heb het idee dat een goede gok een vriendelijker service oplevert, een idee dat volgens experimentele data niet helemaal op verbeelding berust.

Zuid-Tirol was tot de eerste wereldoorlog een deel van Oostenrijk Hongarije, maar werd daarna officieel ingelijfd door Italië. Dat begon vervolgens een Italianiseringscampagne, door Italiaans als enige officiële taal toe te staan, Duitstalige scholen te sluiten en Italianen uit andere gebieden naar de regio te verplaatsen. Als tegenreactie werden er in de jaren 60 heuse terroristische aanslagen gepleegd door een Tiroler bevrijdingsfront. De spanningen werden pas opgelost toen de regio een autonome status kreeg met gelijke rechten voor beide taalgroepen.

Een recent, nog ongepubliceerd paper laat echter zien dat de animositeit 50 jaar later nog niet uit de lucht is. De auteurs doen een experiment op scholen in Merano, waarin de kinderen moeten besluiten hoeveel muntjes ze willen inzetten op de samenwerking met een ander kind. Hoe meer muntjes je inzet, hoe meer de ander erop vooruit gaat. Samen zijn de kinderen het beste af als ze beide het maximum aan munten inzetten op samenwerking, maar individueel levert het meer op om de ander uit te buiten en niets in te zetten. Een echt “Prisoners dilemma” dus, waarbij de verdiende munten werden omgezet in speelgoed en snoep.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Immigratiezorgen en bitterheid

COLUMN - Het anti-immigratie populisme groeit, daarvan getuigt de verkiezingsoverwinning van het Front National en de nieuwe records van de PVV in de opiniepeilingen. In de Verenigde Staten leidt Donald Trump in opiniepeilingen van de Republikeinse voorverkiezingen, ondanks (of dankzij) vergaande voorstellen tegen moslimimmigratie. Maar wie zijn de stemmers die zich zoveel zorgen maken over vluchtelingen?

Een discussie-paper dat vorige week door een vooraanstaand Duits onderzoeksinstituut werd gepubliceerd, vindt een sterke relatie tussen zorgen om immigratie en “bitterheid” in het leven. Het paper baseert zich op data van het Duitse socio-economic panel, waarin onder andere de vraag wordt gesteld “Compared to other people, I have not achieved what I deserved”. De mate van instemming met die stelling interpreteren de onderzoekers als “bitterheid”, een complexe emotie die bestaat uit een mix van boosheid en wanhoop, gevoed door het gevoel slecht behandeld te zijn door anderen of door het lot.

De auteurs laten zien dat de mate van bitterheid sterk samenhangt met “Worries about immigration”. Onder de zeer bitteren geeft 43% aan grote zorgen te hebben over immigratie, terwijl dat onder de minst bitteren 16% is. Die relatie bestaat voor zowel mannen als vrouwen van alle bevolkingsgroepen en opleidingsniveaus, in stabiele en onstabiele arbeidsrelaties en in zowel West als Oost-Duitsland. Daarnaast laten de auteurs zien dat personen die bitterder worden met de tijd, ook meer zorgen over immigratie uiten, een effect dat niet wordt gedreven door onderliggende veranderingen in inkomen.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Volgende