Het is de elfde van de elfde vandaag. In het zuiden gaan ze door het lint voor iets carnavalesks. In het noorden kijken kinderen met bezorgde blik naar het stormweer buiten en vragen ze zich af of hun lampion wel blijft branden als ze vanavond langs de deuren gaan om te zingen dat koeien staarten hebben. Is het eigenlijk wel zo’n geschikte datum voor de Dag van de Duurzaamheid?
Nou ja, we hebben het ermee te doen. En omdat duurzaamheid ook betekent dat je geen of in elk geval zo min mogelijk voedsel weggooit, heb ik besloten vandaag mijn koelkast leeg te eten. Of er in elk geval een flinke hap uit te nemen, want er zit nogal wat in. Zo heb ik nog een halve pompoen, een halve groene kool en een half kilo aardappelen en liggen er ook nog een goede honderd gram aangebraden varkenshaas en een half onsje gerookt spek, beide van de scharrelslager, in mijn koelkast. Ik vermoed dat we dat met ons tweeën vanavond op geen stukken na op krijgen, maar gelukkig is er morgen weer een dag.
En dan zijn die kinderen er nog. Hoe ga je daar nou mee om op de Dag van de Duurzaamheid? Al dat snoepgoed is in elk geval verre van duurzaam, al was het alleen maar omdat het allemaal per stuk verpakt moet zijn omdat het anders veel te eng is. Gewoon een koekje geven komt je op een verwijtende blik en een streng verbod van een meebedelende ouder te staan. ’t Moet in de praktijk allemaal van Mars of Haribo komen. Leve de afvalberg, en dan zwijg ik nog over de ingrediënten.