Boze witte mannen: een handleiding
COLUMN - De verkiezing van Trump heeft als effect dat mensen zich gelegitimeerd voelen in hun discrimineren van minderheden: de KuKluxKlan organiseert een feestje en ineens worden er meer verse hakenkruizen en racistische incidenten gemeld. Wat doe je eraan, vanuit je luie stoel aan de andere kant van de oceaan, behalve wanhopen? Kevin Munger, een politicoloog aan New York University, heeft een simpele suggestie: hij corrigeerde racisten online, waardoor ze zich meetbaar fatsoenlijker gingen gedragen.
Naast fysieke bedreigingen vindt een deel van het etteren en discrimineren plaats op Twitter. De onderzoeker knutselde een aantal twitterbots in elkaar. (Een bot is een onecht profiel dat via bepaalde regels automatisch tweets uitstuurt; leuke voorbeelden hier, minder leuke hier.) Greg en Rasheed, de bots, hadden een duidelijk ‘wit’ of ‘zwart’ profiel en kregen soms 5 en soms 500 volgers toebedeeld. Ze deden maar één ding: tegen mensen die in meer dan 3% van hun tweets het woord ‘nigger’ gebruikten, twitterden ze “hé man, het zijn wel mensen die je pijn doet met dit soort woorden”.
Niet iets waar je veel van verwacht in deze tijden. De onderzoeker vermoedde dat dit zinnetje niet zoveel effect zou hebben als het van ‘Rasheed’ kwam – die naam klinkt zwart, en corrigeren werkt beter als het door iemand uit je eigen groep gebeurt. Die verwachting kwam uit: Rasheeds opmerking had geen effect. Sterker nog, als Rasheed weinig volgers had, maakte degene die hij corrigeerde juist meer racistische opmerkingen in de weken erna. Maar als een ‘witte’ bot met veel volgers exact dezelfde opmerking twitterde, gebruikte de ontvanger in de week daarna 25% minder racistische scheldwoorden. Dat effect bleef zelfs een maand voelbaar.