Er zijn nog steeds wijsneuzen die denken dat UNRWA wel kan worden afgeschaft
COLUMN - Twee commentatoren waren er vorige week die zich laatdunkend uitlieten over The United Nations Relief and Works Agency voor de Palestijnen, kortweg UNRWA. Sterker nog: zij toonden zich voorstander van het stopzetten van alle betalingen. Als het aan hun ligt mag deze organisatie snel worden afgeschaft. Zij vonden het tijd dat de nazaten van de Palestijnen die door Israël zijn verdreven, of die zijn gevlucht, eindelijk eens gaan werken. Te lang is er voor hun onderwijs, gezondheidszorg en ook voedsel gezorgd. Ze moeten gewoon de handen uit de mouwen steken.
Er zijn een paar problemen met deze opmerkingen. Om te beginnen: dit is een radicale oplossing van een door Israël geschapen probleem, maar dan wel op kosten van de slachtoffers zelf en van hun gastlanden. Zo’n 750.000 Palestijnen werden indertijd verdreven. Ze kwamen terecht in vluchtelingenkampen op de Westoever en in Gaza en in Libanon, Syrië, of Jordanië. In de loop der jaren groeide hun aantal. Inmiddels zorgt UNRWA voor zo’n vijf miljoen mensen. Voor wat Gaza of de Westoever betreft is duidelijk dat UNRWA hun reddingsboei is. Ze mogen immers maar heel beperkt werken in Israël, er is grote werkloosheid en ze en hebben weinig mogelijkheden.