We zeggen niet alleen maar sorry om verantwoordelijkheid te nemen voor onze daden. Van klassieke dichters, tot moderne Big Tech-bedrijven; al eeuwen worden mooie woorden gebruikt om er vooral zelf beter van te worden. Hoe werken die retorische excuses precies? En waarom slikken we ze?
Tijdens onze zoektocht naar de waarde van verontschuldigingen, hoorden wij steeds weer: Excuses moeten gericht zijn op verbroedering. In de praktijk lijkt het woord sorry soms ook nog een andere bedoeling te hebben. Een sorry kun je ook inzetten om je eigen positie veilig te stellen en je verantwoordelijkheid juist af te schuiven. Als PR-strategie om je eigen imago te redden. Zo kleedde Chris Wetherell, ontwerper van de retweet-knop zijn excuses aan met het poëtische "We might have just handed a 4-year-old a loaded weapon. Social media is broken. And the retweet is a big reason why." Wetherell bekende weliswaar schuld, maar kaatst met deze zinnen in feite het echte probleem terug naar de macht van ongrijpbare algoritmes. En bovendien: de retweet-knop bestaat nog steeds. Wij gingen op zoek naar het hoe en wat van de retorische sorry. Wat blijkt: de PR-excuses van vandaag de dag maken gebruik van eeuwenoude trucjes.
Dichterlijke onvrijheid
‘Ik heb echt geprobeerd om een heldendicht over U te schrijven. Maar plots dook Cupido op en stal mijn zesde versvoet. En met slechts vijf voeten in het metrum, kan ik alleen nog maar over de liefde schrijven’. Dit is, grof vertaald, waar de ‘Amores’ mee openen, de liefdespoëzie van de Latijnse dichter Ovidius. “Zijn beste woordkunsten zette Ovidius in om zijn excuses aan te bieden aan keizer Augustus”, vertelt classica prof. dr. Antje Wessels (LEI). Zij is als hoogleraar Latijnse Taal en Literatuur verbonden aan het departement voor ‘Arts in Society’. “Ik vind dit éen van de mooiste voorbeelden van een recusatio”. Een poëtisch stijlmiddel waarin een dichter uitlegt waarom hij niet in staat is zich aan zijn oorspronkelijke schrijfplan te houden, maar in plaats daarvan een andere stijl kiest.
Waarom was het zo belangrijk dat een dichter zich daarvoor verontschuldigde? Wessels legt de oorzaak bij de identiteitspolitiek, die kenmerkend was voor keizer Augustus’ heerschappij (27 BC – 14 AD). Dichterlijke vrijheid was daar niet vanzelfsprekend. Augustus’ keizerschap markeerde een nieuwe periode van vrede, na een donkere tijd vol bloederige burgeroorlogen. Een nieuwe identiteit moest opgebouwd. En dichters moesten helpen. Zij werden geacht om in hun verzen de aangebroken tijd te verheerlijken, lof te spreken over de nobele keizer. Heldhaftige epieken wilde Augustus zien. Boordevol triomf en glorie, beschikt en gevierd door de grote Goden.
De sluw sorry
Aan deze opdracht konden de dichters niet zonder slag of stoot ontsnappen, aldus Wessels. “Ovidius en collega’s waren in hoge mate ingebed in het politieke systeem. Zij waren afhankelijk van de machthebbers." Het hof bood hun immers financiële steun en aanzien, in ruil voor dichterlijke lofprijzingen. “Schrijven over andere onderwerpen zou hun positie in gevaar kunnen brengen.” Besloot een dichter toch de stap te nemen, dan was het verstandig om de mond met stroop, smoesjes en sorry te smeren.
De essentie van deze recusatio is volgens Wessels dan ook: “nee zeggen, zonder de ander in het harnas te jagen”. Door de ander te vleien met mooie woorden, houd je de machthebber welwillend en geef je tegelijkertijd blijk van je onmisbare dichterlijk talent. Een slim idee is om toch terloops de heldendaden en het nobele karakter van de heerser te noemen: ‘Ik ben helemaal niet goed genoeg om [vul in] te prijzen, mijn collega is veel beter.’ Maar het belangrijkste, zegt Wessels: “leg de verantwoordelijkheid bij een derde partij.” Het is niet de schuld van de dichter dat hij niet aan de verwachtingen kan voldoen, want de dichter is slechts een speelbal van de goden.
Do as the Romans do
In gesprek met Wessels is een glimlach moeilijk te onderdrukken. Je voelt haar genieten van de vindingrijkheid, sluwheid en het creatieve woordenspel van de klassieke dichters. Wat zij bovendien zo fascinerend vindt, is dat de klassieke sorry de tand des tijds moeiteloos heeft doorstaan. “De retorische trucs van de recusatio zijn nog steeds te horen in het publieke debat”. Zonder Cupido, maar ook nu nog wringt men zich in bochten om de eigen positie te beschermen.
“Hoe het boetekleed gedragen wordt, is belangrijker dan verantwoordelijkheid nemen", aldus cultuursocioloog Siri Beerends (UT). Bij SETUP, platform voor technologie-kritiek, bestudeerde ze hoe technologiebedrijven omgaan met misstappen. Beerends noemt taxibedrijf Uber als voorbeeld. In 2017 verloor Jip Welkers haar zus door een aanrijding met een Uber-taxi. Welkers riep het bedrijf ter verantwoording, maar kreeg een PR-machine terug. Pas twee jaar later kwam Uber met excuses. “Een dode mus: Uber erkende de kern van het probleem niet”, vindt Beerends. Het bedrijf zei enkel sorry voor het rijgedrag van hun chauffeurs. Maar volgens Beerends had Uber verantwoordelijkheid moeten nemen voor hun businessmodel dat onveilige verkeerssituaties veroorzaakt. “Uber-chauffeurs moeten soms wel 60 uur rijden om een normaal inkomen te verdienen. Ze worden opgejaagd om zoveel mogelijk klanten goedkope ritjes aan te bieden en moeten doorlopen actief blijven op de app om klanten te werven. De chauffeurs zijn in die zin medeslachtoffer van de werkwijze van Uber.” Uber besloot die structuur niet te veranderen. In plaats daarvan startte het bedrijf een campagne om chauffeurs beter op te leiden.
De pr-paradox
Er is iets paradoxaals aan de hand met de retorische sorry. Vaak is het glashelder dat we te maken hebben met onoprechte spijt en verborgen agenda’s. Waarom slikken we ze toch? Beerends: “we weten dat Big Tech het verdienmodel niet snel zal veranderen. Kapitalistische dataverzameling is hun levensader.” En hoewel steeds meer mensen deze structuur afkeuren, kunnen we niet ontkennen dat we Uber, Facebook en Amazon maar al te graag gebruiken. Hetzelfde bij de poëtische sorry. Ovidius is afhankelijk van Augustus voor zijn levensonderhoud, maar andersom heeft Augustus hem net zo hard nodig.
Die wederzijdse belangen maken ons wellicht wat vergevingsgezinder. Maar ook dan rest nog de vraag: Als beide partijen erkennen dat de excuses oprechtheid missen, waarom vragen en maken we ze dan nog? Beerends concludeert: “Mensen houden van theater. We lijken het heerlijk te vinden om af en toe wat ophef mee te maken. We willen ons boos maken, we willen tranen zien. Ook al is het maar voor de show”. Ook Wessels ziet: “Het is een spel. Daar houden mensen van, evenals de esthetiek en schoonheid van de taal”. Kunnen we daar iets aan doen, of heeft Jupiter ons zo gemaakt?
Dit artikel verscheen eerder bij Studium Generale Utrecht.
In een serie van zes artikelen onderzoeken Larissa Biemond en Nienke Floor het fenomeen excuses. Iedere week bekijken zij excuses vanuit een andere wetenschappelijke invalshoek. Wanneer is een excuses nodig? Hoe zeg je sorry? Zijn er verschillen tussen persoonlijke en publieke of politieke spijtbetuigingen? En zijn officiële verontschuldigingen een effectief middel in het helen van wonden uit het verleden?