Neoplatonisme en gnosis (4)

Laatste deel van een vierdelige reeks over de laatste, naar mystiek neigende stromingen binnen de antieke filosofie.  De christelijke gnosis De best bekende gnostische stromingen zijn christelijk van aard en zijn gedocumenteerd in de boeken uit Nag Hammadi. Tussen de christelijke gnosis en het traditionele christendom bestaan nogal wat verschillen. Het christendom is begonnen als een joodse stroming rond Jezus van Nazaret, maar al snel werd het geloof van deze messias ingeruild voor geloof in hem. Hij gold – en geldt – als goddelijk, terwijl de mens sterfelijk is. God en mens zijn van elkaar verwijderd geraakt – denk hier aan het vraagstuk van de erfzonde – en alleen door de kruisdood is hierin verandering gekomen.

Door: Foto: Bron: Livius.org
Foto: Bron: Livius.org

Neoplatonisme en gnosis (3)

Derde deel van een vierdelige reeks over de laatste, naar mystiek neigende stromingen binnen de antieke filosofie.

Wat is gnosis?

Het Griekse woord gnosis betekent zoiets als kennis. Het woord wordt wel gebruikt als aanduiding voor een verzameling Romeinse religieuze oriëntaties, waarvan we de christelijke kennen uit de Nag Hammadi-geschriften. De joodse en andere gnostische oriëntaties zijn minder goed gedocumenteerd. We zouden de gnostische opvattingen een religieus geloof kunnen noemen, ware het niet dat een gnosticus juist denkt dat hij niet iets gelooft maar dat hij iets weet. Hij heeft inzicht, kennis, begrip. De gnosticus kent weinig twijfel. Meer precies is de kennis van de gnostici een kennis voor ingewijden, die als enigen begrip hebben van het ware. Het gaat daarbij niet om boeken, maar om zelf bereikte inzichten.

Al aanwezige kennis

Onderling verschilden de gnostici van mening over hoe kennis over het goddelijke verkregen moest worden. Waar de ene stroming het zocht in de ascese, om door versterving los te komen van het lichaam, zochten andere het in extreem libertinisme, het vrijlaten van alle genoegens, een loskomen van alle geboden door zich over te geven aan het lichaam. Anderen onderwierpen zich weer aan vormen van meditatie. Deze stromingen deelden echter allemaal één overtuiging: de kennis van het goddelijke is in elk mens al aanwezig. Alle materie komt immers voort uit het Ene. De kennis moet alleen naar boven worden gehaald.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Bron: Livius.org

Neoplatonisme en gnosis (1)

In het Romeinse Rijk van de derde eeuw na Christus heerst een crisissfeer: vijandelijke aanvallen, een tegenvallende economie, verschillende epidemieën – we weten niet goed hoe groot al die rampen waren en wat de samenhang was, maar dat het ernstig was, wordt uit wat overgeleverd is en vooral uit wat uit die tijd juist aan data ontbreekt wel duidelijk.

Wellicht vormden die crisis de aanleiding voor de verspreiding van verschillende oosterse religieuze ideeën in de Romeinse wereld. Ze gingen een grotere rol gingen spelen in het denken van die tijd. De stoïcijnen, die ooit de filosofische agenda hadden bepaald, verloren aan invloed en maakten plaats voor een nieuwe filosofische school. Dit zogeheten Neoplatonisme combineerde kenmerken van het “oude denken” met een nieuwe spiritualiteit. Deze school geldt als de laatste grote filosofische stroming van de oude wereld.

Geen gewone platonisten

Als de grondlegger van het Neoplatonisme geldt de filosoof Plotinos, die leefde rond het midden van de derde eeuw. Hij en zijn volgelingen beschouwden zichzelf overigens niet als een nieuwe filosofische school, maar als platonisten die de ware filosofie van Plato uitwerkten. Ze noemden zichzelf dan ook gewoon “platonisten”. De accenten die zij in het platonisme legden, wijken echter dermate sterk af van de standpunten van Plato zelf, dat hedendaagse oudheidkundigen hen aanduiden als Neoplatonisten.

Foto: Bron: Livius.org

Cicero (4): De deugd

Vierde deel van een vijfdelige reeks over de wijze waarop de Romeinse senator Cicero de Griekse filosofie voor zijn landgenoten ontsloot. 

Voor zijn beschrijving van de deugd grijpt Cicero terug op Plato. Die noemde wijsheid, moed, matigheid en rechtvaardigheid de kardinale deugden. Wijsheid is de deugd van het verstand, of van de heersers. Moed is de deugd van het temperament, of de ordehouders. Matigheid is de deugd van het lichaam, of van het volk. En rechtvaardigheid ontstaat als die elementen met elkaar in evenwicht zijn. Een handeling is volgens deze filosofie pas goed als ze vanuit deze deugden wordt verricht. Geen enkele mag ontbreken. Overweeg in dat kader eens de volgende stellingen:

  • Een moedige en beheerste handeling is niet rechtvaardig als deze niet goed doordacht is.
  • Moedig en rationeel gedrag is niet gerechtvaardigd als daarbij geen maat kan worden gehouden.
  • Zonder de moed om beslissingen te nemen is een gematigde en verstandige levenshouding zinloos.
  • En als iemand wel moedig is, maat weet te houden en wijs is, maar niet rechtvaardig, is iemand eerder gevaarlijk dan goed.

De vier kardinale deugden werden door Aristoteles uitgewerkt en aangevuld met nog drie deugden, maar Cicero bracht ze weer terug tot de vier die Plato noemt. Hiermee blonk Cicero wederom niet uit in originaliteit, maar hij bleek wel zeer invloedrijk. Dankzij hem zouden de kardinale deugden in de Romeinse samenleving een belangrijke rol spelen. En dat niet alleen, ook in de kerkelijke scholastiek (middeleeuwse filosofie) zouden ze een sleutelpositie innemen binnen de ethiek

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Bron: Livius.org

Cicero (3): Eclecticisme

Derde deel van een vijfdelige reeks over de wijze waarop de Romeinse senator Cicero de Griekse filosofie voor zijn landgenoten ontsloot. 

Skeptisch platonisme

Als jongeman was Cicero filosofisch geschoold in het skeptisch platonisme, zoals ook Karneades had verdedigd. Het blijkt ook uit zijn werk. Niet voor niets schrijft hij in de vorm van pleidooien en dialogen. Alles wat hij beweert trekt hij ook weer in twijfel. Vooral bij de stoïcijnse veronderstelling dat alles wat verschijnt fundamenteel redelijk en goed is, zet hij zijn vraagtekens.

Daarbij pleit hij voor een pragmatische houding, en in die lijn is hij er niet vies van een beetje rondshoppen bij de verschillende Griekse filosofische stromingen. Elementen daaruit zet hij in waar hij ze toepasselijk acht. Dit zien we vooral in zijn grote, tweedelige werk over zijn ideale staat: De re publica en De legibus. Dit werk is het toppunt van eclecticisme.

Qua vorm baseert Cicero zich hier op Plato. Cicero had namelijk de ambitie een eigen versie van Plato’s grootste werk Politeia te schrijven, als nieuwe standaard voor toekomstige politiek. Bovendien werd Plato in de Oudheid alom geroemd om zijn literaire talent, en daarin was hij ook voor Cicero een groot voorbeeld.

Foto: bron: Livius.org

De Grieks-Romeinse natuurwetenschappen

Het optreden van Karneades toont dat er in Rome weerstand kon zijn tegen de Griekse filosofie. Tegelijk adopteerden de Romeinen uit de Griekse filosofie wat hun van pas kwam. Als het bijvoorbeeld ging om de natuurwetenschappen stonden de Romeinen open voor Griekse ideeën. In de tweede eeuw v.Chr. ontstond een breed gedragen consensus over de wijze waarop de natuur in elkaar stak.

Empedokles

De eerste Griekse filosofen hadden verklaringen gezocht voor tal van natuurverschijnselen. In de hellenistische tijd meenden de meeste wetenschappers dat ze er wel zo ongeveer uit waren. Zoals zoveel filosofen in de voorgaande eeuwen aanvaardden ze de atoomtheorie en de vier elementen van Empedokles: aarde, lucht, water en vuur.

Aarde had volgens de denkers in de Oudheid de neiging zich richting het middelpunt van het universum te bewegen, om daar de wereld te vormen. Het water was minder zwaar, en dreef daarom op de aarde. Zo werden de zeeën gevormd. Lucht en vuur waren lichter en stegen dus op. Zo ontstond de dampkring.

De hellenistische natuurwetenschappen

Net als de stoïcijnse en epicurese filosofen waren de hellenistische wetenschappers materialisten: alles was materie. Omdat lichamen die ver uit elkaar stonden, zoals hemellichamen, elkaar toch bleken te beïnvloeden, meenden de toenmalige wetenschappers dat ze op een of andere materiële wijze verbonden moesten zijn. Theorieën over zwaartekracht bestonden nog niet. De fysieke wereld moest volgens hen dus in fysieke termen verklaarbaar zijn.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Bron: Livius.org

Karneades in Rome (1)

In de derde eeuw v.Chr. kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School, het Epicurisme, de Stoa en de Skepsis. Het was onvermijdelijk dat er ook combinaties zouden komen.

Toen de Romeinen rond 270 v.Chr. het Italiaanse vasteland in hun macht hadden, kwamen ze als vanzelf in botsing met de andere grote machten rond de Middellandse Zee: eerst het rijk van Karthago en daarna de hellenistische staten in het oosten.

Tijdens al deze oorlogen was er volop diplomatiek verkeer. Vanuit de Griekse stadstaten en koninkrijken reisden talloze gezanten naar Rome. Zij zagen in de nieuwe supermacht een mogelijke bondgenoot in hun eigen conflicten. Zo kwam in 155 v.Chr. vanuit Athene een zekere Karneades naar Italië.

Karneades in Rome

Karneades was een aantal jaar eerder voorzitter geweest van de platoonse Academie. Het was de tijd geweest waarin de Romeinen hun invloed in Griekenland vergrootten en meer dan ooit belangstelling kregen voor de Griekse cultuur. In Rome was dus een in filosofie geïnteresseerd publiek, dat hij op twee opeenvolgende dagen toesprak. Hij hield twee betogen die volkomen met elkaar in tegenspraak waren. Op de eerste dag hield hij een lang en vurig betoog waarin hij het Romeinse rechtssysteem verheerlijkte. Op de tweede dag maakte hij zijn eigen argumentatie, en daarmee ook het Romeinse rechtssysteem, met de grond gelijk.

Foto: bron: livius.org

Skepsis (1): Wat is waar?

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School, het Epicurisme en de Stoa. Een andere nieuwkomer was de Skepsis.

Hoe zit de werkelijkheid in elkaar? Volgens natuurwetten, zoals de stoïcijnen dachten, of volgens het fundamentele toeval van Epikouros? Was er een onveranderlijke waarheid, zoals Plato en Aristoteles die aannamen, of was er een eeuwig stromende wereld, zoals die waar Herakleitos over sprak? Reden genoeg om te twijfelen. Alle reden tot scepsis.

Skepsis

Een sceptisch persoon is in ons huidige vocabulaire iemand die kritisch nadenkt over alles wat anderen voor waar aannemen. Die omschrijving past ook prachtig bij de hellenistische Skepsis. Deze skeptici twijfelden namelijk aan alle voorgaande overtuigingen.

Er is volgens de antieke skeptici geen enkele methode waarmee je de juistheid van een mening achterhalen kunt. Gevoel en waarneming zijn beide eenvoudig te misleiden, en we laten ons dan ook vaak in de luren leggen. Met het verstand kom je al helemaal niet achter de waarheid. Kijk maar naar wat al die filosofen zoal hebben beweerd. Verstand hadden ze, maar ze waren het misschien nog vaker met elkaar oneens dan mensen zonder verstand.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: Bron: Livius.org

De vroege Stoa (5): Logica

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School en het Epicurisme. De bekendste was de Stoa. 

Als het gaat om logica en wetenschap verschilde de Stoa fundamenteel van insteek met eerdere filosofische scholen. Eerder waren de platoonse Academie en vooral het Lyceum van Aristoteles dé autoriteiten op het gebied van wetenschapsfilosofie en logica. Wat die beide scholen bindt, is dat zij geïnspireerd door hun voorganger Parmenides naar de essentie der dingen zochten, naar een onveranderlijke waarheid achter de veranderlijke verschijnselen.

Aristotelische logica

Plato vertrouwde daarbij vooral op de ratio, terwijl Aristoteles meer vertrouwde op de waarneming. Maar alle twee waren typische dualisten: volgens hen schuilt er een onveranderlijke geestelijke wereld achter de wereld van de materiële verschijnselen.

Het klassieke voorbeeld van de aristotelische logica was:

Uitspraak A: Alle mensen zijn sterfelijk. (een algemeen oordeel)
Uitspraak B: Sokrates is een mens. (een specifiek oordeel)
Conclusie: Sokrates is sterfelijk. (de conclusie)

Deze logica is gericht op het classificeren van zaken: ze richt zich op de relatie tussen het algemene en het bijzondere. Daarmee beschrijft zij het wezen der dingen. Het gaat er in deze vorm van logica om de dingen die er zijn te beschrijven door middel van hun kenmerken, door de onveranderlijke principes achter de verschijnselen te vatten.

Foto: Bron: Livius.org

De vroege Stoa (1): Zenon versus Krates

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School en het Epicurisme. De bekendste was de Stoa.

Het woord ‘stoïcijns’ staat in onze taal voor ‘onbewogen’. De stoïcijnse filosofen, aan wie onze taal dit woord heeft te danken, staan er dan ook om bekend dat ze pleitten voor soberheid, en het vermijden van al te heftige emoties.

In dat streven stond de Stoa, zoals deze school ook wel heet, echter niet alleen. De lijfspreuk van Solon van Athene was al ‘alles met mate’, en dat bleef een lijfspreuk van veel Grieken. Ook Plato vond dat de geest zich niet teveel moest aantrekken van emoties, omdat die hoorden bij het lichaam. Plato’s leerling Aristoteles pleitte voor een evenwichtig leven: extreme emoties keurt hij af. En we zagen hoe ook Epikouros, een filosoof van het genot, uiteindelijk pleitte voor kalmte en soberheid.

Het wantrouwen van heftige emoties was dan ook onderdeel van de hele Griekse cultuur. Alleen Aristippos week hier enigszins van af. De soberheid is dan ook niet door de stoïcijnen uitgevonden, en is zelfs niet het kenmerk waarmee de stoïcijnen zich van andere Griekse filosofen onderscheidden. Maar waarin verschilden zij dan wel?

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Volgende