De vroege Stoa (1): Zenon versus Krates

Foto: Bron: Livius.org
Serie:

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School en het Epicurisme. De bekendste was de Stoa.

Het woord ‘stoïcijns’ staat in onze taal voor ‘onbewogen’. De stoïcijnse filosofen, aan wie onze taal dit woord heeft te danken, staan er dan ook om bekend dat ze pleitten voor soberheid, en het vermijden van al te heftige emoties.

In dat streven stond de Stoa, zoals deze school ook wel heet, echter niet alleen. De lijfspreuk van Solon van Athene was al ‘alles met mate’, en dat bleef een lijfspreuk van veel Grieken. Ook Plato vond dat de geest zich niet teveel moest aantrekken van emoties, omdat die hoorden bij het lichaam. Plato’s leerling Aristoteles pleitte voor een evenwichtig leven: extreme emoties keurt hij af. En we zagen hoe ook Epikouros, een filosoof van het genot, uiteindelijk pleitte voor kalmte en soberheid.

Het wantrouwen van heftige emoties was dan ook onderdeel van de hele Griekse cultuur. Alleen Aristippos week hier enigszins van af. De soberheid is dan ook niet door de stoïcijnen uitgevonden, en is zelfs niet het kenmerk waarmee de stoïcijnen zich van andere Griekse filosofen onderscheidden. Maar waarin verschilden zij dan wel?

Zenon de stoïcijn

We zullen het zien als we Zenon volgen, de eerste stoïcijn. Hij kwam uit Kition op Cyprus en we treffen hem in Athene ten tijde van Epikouros, zo rond het jaar 300 v.Chr. Door een schipbreuk in Athene beland, was hij zó onder de indruk geraakt van de verhalen over Sokrates, dat hij besloot zijn verdere leven te wijden aan de filosofie.

En omdat hij meende dat de cynici Socrates’ ware erfgenamen waren, ging hij in de leer bij de cynicus Krates. Van alle filosofen waren de cynici met hun totale aversie van bezit misschien wel de koningen van de soberheid. Ze wezen in ieder geval elke vorm van luxe af.

De aard van de natuur

De cynicus Crates, bij wie Zenon in de leer ging, was gesteld op linzen: eenvoudig voedsel dat symbool stond voor de eenvoud die de cynici bepleitten. En daarom had hij bedacht dat zijn leerling bij wijze van statement maar met grote potten linzensoep moest gaan rondsjouwen. De cynici hielden nogal van dit soort ludieke acties.

Zenon voelde zich echter behoorlijk opgelaten en gaf blijk van zijn ongenoegen. Krates lachte hem daarop uit en sloeg de pot kapot, waardoor Zenon besmeurd werd met het voedsel. Maar Zenon begreep deze les helaas niet. In plaats van als een volmaakt cynicus zijn ego te negeren en te lachen om het voorval, nam hij de benen, met het schaamrood op de kaken. Leven naar de natuur was voor deze leerling toch te hoog gegrepen, aldus het strenge oordeel van Krates.

Toch is deze uitspraak, ‘leven naar de natuur’, juist hét credo geworden van de stoïcijnse school die Zenon van Kition stichtte. Alleen verstond Zenon daaronder iets anders dan terugkeren naar een schaamteloze dierlijke staat, zoals de cynici.

Deze reeks is gebaseerd op het boek De wereld vóór God van Kees Alders. Het boek biedt een introductie tot de filosofische stromingen van de oude wereld en is hier te bestellen.

Reacties zijn uitgeschakeld