Participeren kan ook met een basisinkomen

n het debat over de toekomst van het socialezekerheidsstelsel ligt de nadruk op betaald werk. Maar wat als je participatie breder definieert? Dan komt een basisinkomen als serieus alternatief in beeld. Docent-onderzoeker Barbara Brink bepleit een fundamenteel gesprek over nut en effect. Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) roept in een recent rapport, Sociale en culturele ontwikkelingen 2025op om de achterliggende waarden van beleidskeuzes expliciet te maken. Zo kan zichtbaar worden wat de samenleving belangrijk vindt. Laten we dat bijvoorbeeld doen voor de rol van betaald werk in de discussie over het socialezekerheidsstelsel. De opstellers van het CPB-rapport Kiezen voor later vragen zich af of een basisinkomen een oplossing kan bieden voor de tekortkomingen van het bestaande socialezekerheidsstelsel. Zij concluderen van niet, en noemen als grootste bezwaar dat een basisinkomen de prikkel tot betaald werk vermindert. Maar klopt dit argument wel? En welke waarden zijn hierbij doorslaggevend? Bezwaar Het CPB verwijst naar een Amerikaanse studie waarin aangetoond zou worden dat een basisinkomen de arbeidsdeelname verlaagt. Een basisinkomen staat niet haaks op de bereidheid om te werken> Opvallend genoeg laat het CPB daarbij belangrijke nuances buiten beschouwing van bijvoorbeeld Fins onderzoek. Dat laatste laat zien dat ontvangers van een basisinkomen optimistischer zijn over hun toekomst en meer vertrouwen hebben in hun kansen op de arbeidsmarkt. Leids onderzoek concludeert bovendien dat een basisinkomen mensen in staat stelt om werk te vinden dat zij als betekenisvol ervaren. Een basisinkomen staat dus niet haaks op de bereidheid om te werken. Wat daarbij vaak onderbelicht blijft, is dat het huidige socialezekerheidsstelsel ook niet voor iedereen een prikkel tot arbeid bevat. In de bijstand geldt het ‘huishoudinkomenprincipe’: als één partner werkt en voldoende verdient, heeft de ander geen recht op een uitkering. Hierdoor worden werkloze partners niet individueel aangespoord om hun talenten en vaardigheden in te zetten op de arbeidsmarkt. Veel potentieel blijft onbenut, simpelweg omdat de structuur van het stelsel actieve deelname onvoldoende stimuleert. Een overstap naar individuele bijstandsrechten of een basisinkomen zou deze dynamiek kunnen doorbreken en bijdragen aan een systeem waarin iedereen wordt aangespoord en gefaciliteerd om deel te nemen, ongeacht hun gezinssituatie. Moet een socialezekerheidsstelsel primair gericht zijn op het zo snel mogelijk vinden van betaald werk? Onderzoeken naar het basisinkomen roepen ook een andere vraag op: moet een socialezekerheidsstelsel primair gericht zijn op het zo snel mogelijk vinden van betaald werk, of gaat het ook om het vinden van passend of betekenisvol werk? Het SCP benadrukt in een ander rapport, over de bijstand, dat een socialezekerheidsstelsel dat bijstandsgerechtigden ondersteunt in het vinden van passend werk tevens bijdraagt aan een beter leven van betrokkenen. Dus wat als het stelsel ruimte creëert om mensen te begeleiden naar werk dat bij hun talenten en vaardigheden past, levert dat niet een veel duurzamere oplossing op, voor zowel het individu als de samenleving? Eenzijdig De Bijstand als onderdeel van de Participatiewet is erop gericht mensen te laten uitstromen naar betaald werk. Dit uitgangspunt bepaalt niet alleen de voorwaarden voor bijstandsverlening, maar ook de wijze waarop participatie wordt gewaardeerd. Het stelsel erkent maatschappelijke bijdragen zoals mantelzorg, vrijwilligerswerk en zorgtaken nauwelijks als volwaardige vormen van participatie, ondanks hun belang voor de samenleving. Een basisinkomen kan bijdragen aan de erkenning van alle vormen van maatschappelijke participatie Het SCP merkt op dat de eenzijdige focus op betaald werk ten koste gaat van maatschappelijke betrokkenheid op andere terreinen. Evelien Tonkens, de Utrechtse hoogleraar Burgerschap en Humanisering van de Publieke Sector, wees in 2013 al op de noodzaak om participatie breder te definiëren dan alleen betaald werk. Pas de laatste twee jaar wordt participatie breder gedefinieerd. Dit is onder anderen zichtbaar in de Participatiewet in balans. In die wet, ingediend door de toenmalige minister van Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen Carola Schouten, wordt participatie niet uitsluitend opgevat als het verrichten van betaalde arbeid, maar breder gedefinieerd als vertoon van maatschappelijke betrokkenheid. Betekenisvol Een basisinkomen kan bijdragen aan de erkenning van alle vormen van maatschappelijke participatie. In reactie op de eerdergenoemde Amerikaanse studie naar de effecten van de invoering van een basisinkomen zegt columnist en podcastmaker Simon van Teutem dat de vastgestelde afname van arbeidsparticipatie voornamelijk plaatsvond onder deelnemers met kinderen. Het betrof met andere woorden een groep die betaalde arbeid inwisselde voor informele zorg. Is dat problematisch? Voor Van Teutem niet, voor hem is dat effect eerder reden om te concluderen dat een basisinkomen inderdaad andere vormen van participatie mogelijk kan maken. Bij elke keuze om het stelsel te verbeteren, zal er sprake zijn van een afruil Samengevat lijkt het verstrekken van een basisinkomen mensen in staat te stellen om een bij hen passende en betekenisvolle bijdrage aan de samenleving te bieden. Er is geen bewijs voor het argument van de tegenstanders dat een basisinkomen ertoe leidt dat mensen lui achterover gaan hangen. Het tegendeel is eerder waar. Fundamenteel Vragen over de financiering van en het politieke draagvlak voor het basisinkomen zijn terecht. Maar zoals de Commissie Sociaal Minimum aangeeft: bij elke keuze om het stelsel te verbeteren, zal er sprake zijn van een afruil. Om die afruil goed in kaart te brengen, moeten we het gesprek echter niet meteen afkappen. Voor het goede functioneren van het socialezekerheidsstelsel en van de samenleving als geheel moeten we een fundamenteel gesprek voeren over de waarde van participatie. Alleen dan kunnen we bewuste keuzes maken. Willen we een samenleving waarin iedereen naar vermogen kan participeren? En zo ja, hoe meten we participatie: in geld of ook in maatschappelijke waarde? De keuze moet hoe dan ook expliciet zijn, zodat we onze samenleving en het socialezekerheidsstelsel erop kunnen aanpassen. Dit artikel verscheen eerder bij Sociale Vraagstukken. Barbara Brink is docent en onderzoeker socialezekerheidsbeleid Rijksuniversiteit Groningen

Door: Foto: RDNE Stock Project via Pexels.com.
Foto: Youtube (uitzending RTV Utrecht, 27 september 2024)

Asielzoekers en statushouders als pseudoburgers

ANALYSE - door Jaco Dagevos

De kabinetsmaatregelen dempen de integratie en participatie van asielzoekers en statushouders. Het gevaar dreigt dat dit een categorie pseudoburgers creëert, vindt hoogleraar Jaco Dagevos. Waar gaat het naartoe met het participatiebeleid voor asielzoekers en statushouders?

In politieke en maatschappelijke discussie weinig aandacht voor de implicaties van het voorgenomen kabinetsbeleid voor de participatie van asielzoekers en statushouders die al in Nederland verblijven. Dat terwijl de voornemens van het kabinet rond de participatie van asielzoekers en statushouders ingaan tegen de positieve ontwikkelingen die er de laatste jaren zijn geweest. De discussie gaat vooral over het terugdringen van de (asiel)migratie. Men kan van mening verschillen over de omvang van de migratie en de noodzaak om daar wat aan te doen, maar los daarvan is het belangrijk om te stimuleren dat asielzoekers en statushouders de Nederlandse taal leren en aan het werk kunnen gaan.

Meer aandacht voor participatie

In de afgelopen jaren zijn er twee maatregelen genomen die meer ruimte bieden voor de participatie van asielzoekers in ons land. Eind 2023 werd de 24-weken-eis afgeschaft. Dit betekent dat asielzoekers het gehele jaar mogen werken. Dit was het resultaat van jarenlange adviezen vanuit de wetenschap en van maatschappelijke organisaties en werkgevers. Een door een werkgever aangespannen rechtszaak gaf uiteindelijk de doorslag. En met succes: kort na het afschaffen van de 24-weken-eis nam het aantal aan asielzoekers afgegeven werkvergunningen snel toe.

Quote du Jour | Kapotte gemeentefinanciën

 

De provincie Zuid-Holland slaat alarm, omdat de financiën van de gemeenten aldaar helemaal kapot gaan. Met alle gevolgen van dien:

Het is voor het eerst dat de provincie merkt dat meerdere gemeenten moeite hebben met het dekkend maken van de begroting. De situatie ‘is te herleiden naar het tekort aan middelen voor Wmo, Jeugd en Participatie.’ Het leidt tot ingrijpende maatregelen. Enkele voorbeelden: 600 tot 800 kinderen kunnen niet mee met schoolreisjes omdat subsidies worden stopgezet (in Zoetermeer), er komt een inkomensgrens voor subsidie van kinderopvang (in Alblasserdam) en plannen voor duurzaamheid en biodiversiteit worden versoberd (in Teylingen).

Smit en Vermeulen vrezen dat de problemen leiden tot een afname van het vertrouwen in de overheid. ‘De samenleving begrijpt in toenemende mate niet meer hoe de politiek zich voor hen inzet, terwijl zij tegelijkertijd ook horen dat het economisch gezien voor de wind gaat.’

Foto: daisy.images (cc)

Soepelere bijstand brengt meer gezondheid, participatie en vertrouwen

ONDERZOEK - Het strenge bijstandsregime leidt niet tot meer uitstroom naar werk. Soepelere regels doen dat evenmin, maar zorgen wel voor meer gezondheid, participatie en politiek vertrouwen, blijkt uit promotieonderzoek van János Betkó. Vooral voor de meest kwetsbaren.

Tussen 2017 en 2020 werd in Nijmegen een bijstandsexperiment gehouden. Ik verdedigde er recent mijn proefschrift over. In dit gerandomiseerde experiment werden bijstandsgerechtigden gevolgd in zowel het reguliere regime van de Participatiewet als in twee alternatieve, wat ruimhartigere regimes. Deze alternatieven waren meer onvoorwaardelijk van aard en gaven deelnemers meer ruimte, door het verregaand versoepelen van de re-integratieregels en de mogelijkheid meer bij te verdienen naast de uitkering.

Dergelijke experimenten vonden ook plaats in vijf andere gemeenten.[1] De resultaten ervan zijn in meerdere rapporten en artikelen beschreven, onder andere op Sociale Vraagstukken. Belangrijke conclusie uit alle experimenten was dat er qua uitstroom uit de uitkering naar werk weinig verschil is tussen de reguliere en de experimentele aanpakken.

De huidige aanpak, met alle dwang, verplichtingen en boetes, blijkt het in dat opzicht dus niet beter te doen dan een meer onvoorwaardelijke aanpak, gebaseerd op meer vertrouwen in en autonomie voor mensen in de bijstand.

Alternatieve regimes voor subgroepen beter

Foto: Hebi B., via Pixabay.

Burgers in beraad voor het klimaat

VERSLAG - Het is een primeur: het eerste burgerberaad van de provincie Gelderland en het eerste burgerberaad in Nederland voor het klimaat! We zijn in september gestart met 150 burgers en op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan het advies. Het Gelders Burgerberaad Klimaat adviseert de provincie over het vernieuwen van het Gelders Klimaatplan. En ik ben erbij, want ik ben één van de geselecteerde burgers.

Burgerpanel

Voorafgaand aan het burgerberaad vond er een online onderzoek plaats: het burgerpanel. Via ouderwetse post zijn duizenden burgers gevraagd om de provincie te adviseren wat betreft maatregelen om CO2-uitstoot in te perken. 3.363 burgers hebben hier aan meegedaan; zij gaven voor 12 voorgestelde maatregelen aan in hoeverre de provincie daar op in moet zetten volgens hen. Ze konden schuifjes verplaatsen van ‘minimaal inzetten’ naar ‘maximaal inzetten’. Volgens deze raadpleging zijn de populairste maatregelen: ‘energieverbruik van
bedrijven helpen verminderen’, ‘stimuleren van zonnepanelen op daken’ en ‘bestaande huizen duurzamer maken’. Het rapport van de uitkomsten is via de website van Gelderland te bekijken.

Maar dat was nog niet alles! De deelnemers werden uitgenodigd om zich op te geven voor het burgerberaad dat in vier dagen verspreid over vier maanden verder gaat werken aan een zwaarwegend advies. Uit de geïnteresseerden werden 150 deelnemers gekozen. Zij zijn zo goed als mogelijk een representatieve afspiegeling van de Gelderse inwoners.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Sharon Mollerus (cc)

Mens van het Jaar: de stille meerderheid

COLUMN - Wie namens de zwijgende meerderheid zegt te spreken, moet zijn mond houden. Stilte is immers de stem van die meerderheid, dus wat schreeuwen eigenlijk al die zelfbenoemde woordvoerders van de ‘stille meerderheid’?

Onze zoektocht naar de zwijgende meerderheid, het Nederlandse synoniem voor ‘silent majority’ en die we derhalve hier stug de stille meerderheid zullen noemen, leverde niets op. Een conclusie kan zijn dat de Nederlandse bevolking te genuanceerd in elkaar steekt om ooit een echte stille meerderheid te kennen. Verkiezingsuitslagen geven een dermate verdeeld beeld weer dat die conclusie misschien is te rechtvaardigen.

Misschien is het geen meerderheid maar een groep ‘ongehoorden’, die net groot genoeg zou zijn om een publieke omroep voor op te richten. Hebben de initiatiefnemers zich al opgeworpen als woordvoerder van de stille meerderheid? Het zou hun geloofwaardigheid aantasten.

Niet dat ze daar wakker van zullen liggen, want als ze voor onwaarheden niet terugdeinzen, zullen ze ook niet in hun eerste de beste contradictio in terminis stikken. Net als hun pleitbezorger die al eens demonstreerde hoe 18 onwaarheden in 2 minuten zonder enig weerwoord op de publieke omroep werden vertoond.

Nee, wij konden geen concrete stille meerderheid vinden. Wel veel burgers voor klimaatmaatregelen, ook veel burgers die ontwikkelingshulp steunen en boeren en burgers die de landbouw veranderen. Ook al hoor en lees je daar weinig over, wij gaan niet roeptoeteren dat we hier de stille meerderheid nu wél hebben gevonden.

Foto: FaceMePLS (cc)

Kunst op Zondag | Schaamlap

De aflevering van vorige week, over met kunst verfraaide windmolens en zonnepanelen, roept een bekende vraag op. Moeten kunstenaars zich lenen om schaamlappen te maken die de schandvlekken in de openbare ruimte bedekken?

U kent het wel: om bouwputten en constructiewerken te beschermen tegen passerend publiek, verbergt men ze achter kale schuttingen, doodse steigerdoeken en weerzinwekkende hekwerken.

Die zijn er eigenlijk nog teveel, in aanmerking genomen dat ooit is bedacht dat de overlastervaring van omwonenden en passanten enigszins gecompenseerd kan worden door de boel op te frissen met een vrolijk kleurtje, ja zelfs met kunst.

In 2012 werden gedichten van scholieren aangebracht op schuttingen in de spoorzone-op-de-schop rond station Delft. Schilderwerk door Micha de Bie, Davy de Ronde en Matthijs Nieuwenhuizen.

Een put. Normaal verdiep ik mij.

Stop met zeuren.

Micha de Bie beschilderde in 2013 samen met Davy de Ronde en Mike Freeke ook de schutting rond de Delftse Nieuwe Kerk, destijds in restauratie.

In veel gevallen komt kunst op bouwschuttingen tot stand door harmonieuze samenwerking tussen lokale overheid, aannemers, uitvoerders en kunstenaars. Al dan niet geholpen door participerende burgers.

In 2017 paste de gemeente Dordrecht een andere werkwijze toe. Toen een nalatige ondernemer zelfs na opleggen van een fikse dwangsom zijn bezit niet opknapte, werd de bouwval weggewerkt achter een wandschildering. Filmpje 1 min. 35”.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Bengt Nyman (cc)

Voorbij de usual suspects: waarom participeren burgers niet?

ANALYSE - Onderzoeksrapporten geven telkens weer aan dat Nederlandse burgers zich vaak niet gehoord voelen door de politiek.  In reactie daarop organiseren veel lokale/provinciale/nationale overheden bewonersavonden, G1000 bijeenkomsten, referenda en voorzien ze allerlei andere participatiekanalen. …Om dan te merken dat ze weer dezelfde burgers zien als altijd – de usual suspects. Een gastbijdrage van Kristof Jacobs, eerder verschenen op Stuk Rood Vlees.

Hoe kan dit? En waarom blijven de ‘unusual suspects’ thuis?

Het waarom is cruciaal

Er is best veel statistisch onderzoek gedaan naar politieke participatie. We weten dat vooral hogeropgeleide, oude, blanke mannen participeren. Dat zegt iets, maar daarmee weten we nog niet waarom die andere groepen meer geneigd zijn om thuis te blijven. En dat laatste is net cruciaal.

In een recente studie in het tijdschrift European Journal of Political Research, onderzocht de Belgische onderzoeker Vincent Jacquet welke redenen de thuisblijvers gaven om thuis te blijven bij G1000-initiatieven.[1]

Opzet van de studie: diepte-interviews

Willen we inzicht krijgen in de achterliggende redenen waarom mensen thuisblijven, zeker bij nieuwe en veeleisende vormen van participatie, dan is het zinvol om ook gebruik te maken van kwalitatief onderzoek. Dat is wat Jacquet deed in zijn studie. Hij interviewde een diverse groep van 34 thuisblijvers die hadden besloten om niet deel te nemen aan drie Belgische burgerfora (de nationale G1000; het Climate Citizens Parliament in de Provincie Luxemburg en de lokale G100 in het Brusselse).

Foto: Marco Verch Professional Photographer and Speaker (cc)

Kortetermijnvisie

NIEUWS - Op de korte termijn…..

Vandaag:
Dag van de Participatie. Professionals uit praktijk en wetenschap gaan zich een dagje bezighouden met  “participatievraagstukken in de fysieke leefomgeving” en buigen zich over zaken als de “spanning tussen politiek en participatie”, “hoe werkt nationaal beleid door lokaal?” en “ambtenaren hebben in de participatiesamenleving andere vaardigheden, een andere werkhouding en soms meer vrijheid nodig om hun werk goed te kunnen doen”.

Het is ook de dag van de BHV. U weet wel, dat stukje bedrijfshulpverlening waardoor bijna alle hardwerkende Nederlanders EHBO’ers zijn geworden. Hoewel… Ruim 500.000 BHV’ers op bijna 9 miljoen werkenden lijkt weinig. Tot in 2007 gold een wettelijke verplichting is 1 BHV’er op 50 werknemers.  Toen werd de Arbo-wet gewijzigd en nu geldt de verplichting om “doeltreffende maatregelen te nemen op het gebied van bedrijfshulpverlening”.

Dinsdag 5 november:


De Eerste Kamer heeft een gevoelige agenda: er wordt o.a. gestemd over moties betreffende krimp van de veestapel als beleidsinstrument in het stikstofreductiebeleid en een quick scan naar vergelijkbare risico’s PAS. En er wordt gedebatteerd over de Wet experiment gesloten coffeeshopketen.

De plenaire vergadering van de Tweede Kamer behandelt de Defensiebegroting en jast er een waslijst moties doorheen, o.a. op gebied van de gezondheidszorg en binnenlandse zaken (bijvoorbeeld de motie voor een verbod op giften aan politieke partijen, waarvan herkomst onduidelijk is en de motie “geen inmenging in de vrije pers en de strijd tegen desinformatie staken”.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Doneer voor ¡eXisto!, een boek over trans mannen in Colombia

Fotograaf Jasper Groen heeft jouw hulp nodig bij het maken van ¡eXisto! (“Ik besta!”). Voor dit project fotografeerde hij gedurende meerdere jaren Colombiaanse trans mannen en non-binaire personen. Deze twee groepen zijn veel minder zichtbaar dan trans vrouwen. Met dit boek wil hij hun bestaan onderstrepen.

De ruim dertig jongeren in ¡eXisto! kijken afwisselend trots, onzeker of strak in de camera. Het zijn indringende portretten die ook ontroeren. Naast de foto’s komen bovendien persoonlijke en vaak emotionele verhalen te staan, die door de jongeren zelf geschreven zijn. Zo wordt dit geen boek óver, maar mét en voor een belangrijk deel dóór trans personen.

Foto: Sebastiaan ter Burg (cc)

Democratie vernieuwen: iets minder geloof en wat meer argumenten graag

OPINIE - Als we niet oppassen stijgt het gesprek over lokale democratie op wegens gebrek aan zwaartekracht, stellen Menno Hurenkamp en Evelien Tonkens. Leuke voorbeelden zijn goed, maar vergelijking van wat werkt en wat niet is beter. En dat laatste gebeurt amper, ook niet in het laatste nummer van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken.

Sommige mensen hebben grote monden, andere grote hersenen en weer andere grote portemonnees. En die kenmerken overlappen ook nog eens vaak. Is het niet fijn voor iedereen die geeft om vrijheid, broederschap én gelijkheid dat deze categorie mensen flink in de wielen gereden wordt door instituties en hun perfide handelingen zoals regels verzinnen en handhaven? Zeker nu we uit zo’n beetje al het vergelijkend economisch, sociologisch en politicologisch onderzoek van de afgelopen jaren leren dat de ongelijkheid in termen van geld, macht en invloed eerder groter dan kleiner wordt?

Het laatste nummer van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken over ‘De haperende lokale democratie’ denkt echter een andere kant op. Het bevat gevalsbeschrijvingen van lokale experimenten en pleidooien om vooral door te gaan met het vervangen of tenminste aanvullen van de representatieve democratie. Maar geen evaluaties op basis waarvan bestuurders, burgers of politici lokaal hun eigen afwegingen kunnen maken. Dat is een gemiste kans.

Volgende