COLUMN - Een van de goede dingen van crises als deze is dat je merkt wie je werkgever is. Ik heb er twee en ze blinken allebei uit in menselijkheid. (‘Ja, jongen, dat moet ook wel, als ze jou in dienst houden.’) Uit bepaalde hoeken van de academische wereld klinken allerlei gruwelverhalen, maar zowel op het Meertens Instituut als aan de Radboud Universiteit pikt iedereen het allemaal heel menselijk op.
Ik heb mijn bazen op beide plaatsen beter leren kennen, en dat waren aangename lessen.
Nu is een kernaspect van het bestaan natuurlijk dat mensen zo verschillend kunnen reageren op zelfs alledaagse gebeurtenissen – en dus al helemaal op zoiets onverwachts als een quarantaine.
Vorige week publiceerde Daniël Wigboldus, de voorzitter van het Nijmeegse College van Bestuur, bijvoorbeeld een column waarin hij beschrijft hoe hij de afgelopen weken ontdekte hoe belangrijk ‘rust, reinheid en regelmaat’ voor hem zijn: hoe hij een heel strak schema heeft, Ook schrijft hij:
Tip: blijf een helder onderscheid maken tussen werken en vrije tijd. Met al dat thuiswerken wordt het wel heel makkelijk om continu met werk bezig te zijn.
Dat lijkt wel een aardige tip, maar in ieder geval kan ik er in mijn huidige leven niets mee. Dat komt doordat er, behalve een vrouw die óók vanuit huis college geeft, een zesjarige in mijn huis rondloopt.