Over het belang van woorden
Woorden zijn belangrijk in de politiek. In de mond van politici zijn woorden wapens zoals we in de Nederlandse politiek dagelijks kunnen zien: hoofddoekjes worden kopvodden en de verzorgingsstaat wordt een geluksmachine. Maar ook het omgekeerde is mogelijk: er zijn ook woorden die men liever niet in de mond neemt. Omdat het onderwerp niet altijd vermeden kan worden gebruikt men dan een eufemisme. Natuurlijk hebben politici niet het alleenrecht als gaat om de woordkeus: de journalistiek moet ook meewerken. Journalisten kunnen er voor kiezen of ze meedoen met het spel van de politici of niet. Als het goed is doen ze dat natuurlijk niet.
Afgelopen donderdag was de ‘284-voudige vrijspraak’ van Ahmed Ghailani in het nieuws op de volgende manier:
Het is een merkwaardige veroordeling: deze man is waarschijnlijk schuldig aan de dood van honderden mensen maar hij wordt tot levenslang veroordeeld omdat hij ‘heeft meegedaan met een samenzwering om Amerikaanse eigendommen te vernietigen’. Eigendommen? Niet alleen is de beschuldiging merkwaardig maar ook de gang van zaken rond zijn proces: hij is in al in 2004 opgepakt maar hij wordt blijkbaar pas nu veroordeeld, ruim zes jaar later. Om het nog vreemder te maken blijkt dat hij wordt vrijgesproken op 284 van de 285 beschuldigingen. Het is alsof men een schot hagel heeft afgeschoten: er zal dan vast wel één kogeltje raak zijn.