De vroege Stoa (2): De Natuur

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School en het Epicurisme. De bekendste was de Stoa.  Wat de natuur betreft herkende Zenon zich meer in het standpunt van de tweehonderd jaar eerder levende filosoof Herakleitos, dan in dat van de cynici. Van Herakleitos leent Zenon het idee dat onze wereld continu verandert en zich laat leiden door natuurwetten. Deze natuurwetten vormen de ware aard van de natuur. En hier sluit Zenon zich bij aan. Maar Herakleitos dacht in tegenstellingen, die beschouwde hij als de moeder van alle verschijnselen. Zenon heeft (geheel in lijn met de hellenistische tijd, waarin de natuurwetenschappen een hoge vlucht namen) een natuurwetenschappelijke manier van kijken, en verwerkt deze in zijn versie van de filosofie van Herakleitos. Hij ziet in plaats van tegenstellingen oorzaak-gevolg-relaties als de kracht achter verandering.

Door: Foto: Bron: Livius.org
Foto: (bron: livius.org)

De eerste filosofen: slot

In het licht van de moderne wetenschap …

ACHTERGROND - De materialistische visie, waarin we uitgaan van een wereld die is opgebouwd uit vaste elementen, is voor de westerse mens vanzelfsprekend. We leren er op school over bij natuurkundeles. Deze visie is in onze cultuur diep geworteld. Wij beleven de wereld als opgebouwd uit vaste substantie, opgebouwd uit moleculen, atomen en elektronen.

Maar hoe vanzelfsprekend het denken in vaste substanties ook mag lijken, voor klassieke filosofen was het dat niet. Veel wijsgeren verwezen liever naar Herakleitos verwezen dan naar Parmenides. In de filosofie van Herakleitos spelen vaste substanties geen rol en zijn geestelijke concepten even reëel als tastbare zaken.

Behalve dat de materialistische visie dus vaak filosofisch is aangevochten, komt deze overtuiging definitief op losse schroeven te staan door ontwikkelingen in de moderne wetenschap. Die heeft niet alleen verfijningen van materialistische modellen opgeleverd, maar kwam met natuurwetenschappelijke theorieën die de bodem onder het filosofisch materialisme leken weg te slaan: naarmate deeltjes kleiner bleken, gedroegen ze zich onlogischer. Massa is energie en vice versa. En zo voort.

Dit zijn zaken waar Parmenides, met zijn geloof in onveranderlijkheid en essenties, waarschijnlijk nooit rekening mee had kunnen houden. Puntje voor Herakleitos? Wellicht.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: (bron: livius.org)

De eerste filosofen en het boeddhisme

ACHTERGROND - Tot in de negentiende eeuw was men er nog van overtuigd dat de filosofie pas ten tijde van Sokrates tot wasdom was gekomen. Tegenwoordig zien we dat anders. Nu worden de natuurfilosofen beschouwd als degenen die het fundament legden voor het Griekse denken. Daar valt veel voor te zeggen.

Reductionisme en materialisme

Al bij de natuurfilosofen komen we de eerste ontwikkelingstheorieën tegen, die het ontstaan van het heelal, de aarde en zijn levende wezens op een andere manier verklaren dan met behulp van mythen. Daarbij zien we herkenbare zaken ontstaan, zoals empirisme en reductionisme. Daarnaast introduceren de natuurfilosofen het idee van een onveranderlijk Zijn achter de verschijnselen.

Xenofanes liet in het midden wat dit dan was, en noemde het voor het gemak ‘God’. Voor Pythagoras waren de getallen het onveranderlijke Zijn achter de verschijnselen. Voor Herakleitos was de natuurwet of logos de hogere waarheid.

Een belangrijke botsing in die periode, waarvan de echo’s nog lang zouden nadreunen, is die tussen Parmenides en Herakleitos. Zij lijken in veel opzichten lijnrecht tegenover elkaar te staan. Parmenides stelt dat beweging en verandering illusies zijn, terwijl Herakleitos zegt dat verandering hét kenmerk is van de werkelijkheid: alles stroomt. Meer verschil is toch niet denkbaar?

Foto: (c) Livius.org

De eerste filosofen (7): Zenon van Elea

Een gelopen wedstrijd

ACHTERGROND - Achilleus en een schildpad besluiten een hardloopwedstrijd te houden. Natuurlijk gaat Achilleus ervan uit dat hij deze met gemak zal winnen. Hij weet immers dat hij meer dan twee keer zo snel rent als de schildpad.

Als het dier vraagt of hij met een voorsprong van een meter of tien mag starten, gaat Achilles dan ook welwillend akkoord. Hierop barst de schildpad echter in lachen uit en beweert hij de wedstrijd hierdoor al gewonnen te hebben.

‘Waarom?’ vraagt Achilleus natuurlijk.

‘Welnu,’ zegt de schildpad: ‘op het moment dat jij op de plek bent gekomen waar ik gestart ben, dan ben ik alweer een stukje verder nietwaar?’

‘Dat klopt,’ lacht Achilleus, ‘maar de afstand tussen ons is dan al veel minder geworden dan die tien meter!’

‘Inderdaad,’ zegt de schildpad, ‘Maar als je aangekomen bent op dat punt waar ik toen was, dan ben ik weer net een stukje verder gekropen, toch?’

Achilleus knikt.

‘En telkens zal je naar de plek hollen waar ik het laatst was,’ stelt de schildpad. ‘Maar in de tijd die jij nodig hebt om daar te komen, ook al is die nog zo kort, zal ik altijd een stukje verder kunnen lopen. Telkens lig ik een klein stukje voor, en moet je weer een heel klein stukje inhalen. En het aantal stukjes dat je in zal moeten halen, is oneindig, ook al zijn ze nog zo klein. Je kunt me dus nooit inhalen,’ lacht de schildpad.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

Zeno de Stoïcijn

Een serie over de belangrijkste filosofische stromingen van het vroege Hellenisme – de tijd na Alexander de Grote en voor de opkomst van de Romeinen – waarin verschillende rijken bestuurd door Griekse elites het hele Midden-Oosten, Griekenland en Zuid-Italië beheersden. We bekijken daarbij hoe de filosofen zich tot elkaar verhielden. In deze aflevering komen we de stichter van school van de Stoïcijnen oftewel de Stoa tegen: Zeno de Stoïcijn.

Kalmte en soberheid

Het woord ‘stoïcijns’ staat in onze taal voor “onbewogen”. Dit woord is afgeleid van de stoïcijnse filosofie. De stoïcijnse filosofen staan er dan ook om bekend dat ze pleitten voor een onbewogen leven, door het vermijden van al te heftige emoties. Maar zij waren zeker niet de enige filosofen die in de Hellenistische tijd en daarvoor pleitten voor een dergelijke levenswijze. Ook Plato vond dat de geest zich van emoties maar niet zoveel moest aantrekken. Emoties horen volgens hem bij het lichaam. Plato’s leerling Aristoteles pleitte voor een evenwichtig leven: extreme emoties keurt hij daarom af. En we zagen dat ook Epicurus, een filosoof van het genot, uiteindelijk pleitte voor kalmte en soberheid, omdat na wijn de kater komt. Het wantrouwen van heftige emoties was dan ook een kenmerk van de gehele Griekse cultuur. Alleen Aristippos, die we twee afleveringen terug bespraken, week hiervan af.