ACHTERGROND - Zo concludeert de Anne Frank Stichting.
Gisteren bracht de Anne Frank Stichting haar jaarlijkse rapport uit over racisme, antisemitisme en extreemrechts geweld in Nederland.
Zowel het eigen persbericht als de berichtgeving in de media concentreerde zich op de conclusie dat Justitie strafrechtelijke discriminatieartikelen maar heel zelden inzet. Als er al sprake is van vervolging, wordt meestal gekozen voor de aanklachten belediging of bedreiging.
Het rapport (pdf) bevat echter meer interessants. Zo wordt gemeld dat het aantal gemelde racistische of antisemitische incidenten in 2013 licht toenam ten opzichte van 2012: van 2077 naar 2189.
De onderzoekers verwachten overigens dat het aantal incidenten in 2014 verder zal toenemen dankzij de strijd in Gaza, de discussie rondom Zwarte Piet en de uitspraken van Wilders over ‘minder Marokkanen’.
PVV
Maar misschien wel de meest pregnante conclusie van het rapport – ook gezien de laatste politieke peilingen – stond echter half verstopt in het hoofdstuk over extreemrechts.
De afstand tussen PVV en ‘klassiek extreemrechts’ nam de afgelopen periode steeds verder af, zo wist het rapport haast tussen neus en lippen door te melden (p. 59):
De afgelopen onderzoeksperiode is de afstand tussen klassiek extreemrechtse formaties en de PVV echter afgenomen. Wanneer we de drie criteria uit de definitie van extreem-rechts – ideologie, sociale genealogie en magneetfunctie – opnieuw beschouwen in relatie tot de PVV, zien we dat er bij twee van die drie instrumenten relevante veranderingen hebben plaatsgevonden.