Autistisch parlement vraagt om revolutie
Als ik het in dit stuk heb over het parlement, bedoel ik eigenlijk de gehele landelijke politieke top, dus regering, eerste en tweede Kamer. Ze zijn allemaal direct danwel indirect product van een landelijk “democratisch” proces.
En het is nu juist het “democratische” aan het proces waar het begint te knellen. Alleen leeft het parlement in staat van ontkenning.
In 2002 was er de Fortuyn revolte. Het leek er even op dat het parlement daarna inzag dat hun houding en aanpak niet meer aansloot bij hoe een groot deel van Nederland het op dat moment wilde.
Maar na een paar obligate bestuurlijke vernieuwingsinitiatieven onder D66, werd het al heel snel stil. De adviezen van het burgerforum zijn nooit serieus besproken, laat staan de aanbevelingen van de Nationale Conventie.
Het referendum over de Europese Grondwet dat in 2005 voor behoorlijk wat reuring zorgde in de samenleving kreeg geen opvolging na herziening van die grondwet, zeer waarschijnlijk vanwege de ongewenste uitkomst van de eerste.
De Raad van Economisch Adviseurs is door het parlement terzijde geschoven omdat men er toch niet naar wilde luisteren.
En deze week krijgt de Nationale Ombudsman het zwaar te verduren in het parlement omdat hij kritiek heeft op het functioneren van de overheid.
Uit de eigen evaluatie van de Tweede Kamer door de Raad voor Openbaar Bestuur bleek dat ze allerlei oorzaken voor het wantrouwen in hun functioneren zagen, maar dat het altijd buiten henzelf lag.