Manoeuvreren tussen pandemie en oorlog vereist democratische stuurmanskunst

We waren de coronacrisis nauwelijks te boven, of de Oekraïnecrisis verscheen. Om die megacrises, en ‘kleinere’ noodsituaties, de baas te kunnen, wil de overheid daadkrachtig kunnen optreden. Daarmee zet ze de democratie echter op het spel, waarschuwt bestuurskundige Joram Feitsma. Opvallend vloeiend lijkt de Nederlandse samenleving van de ene megacrisis in de andere overgegaan: van pandemie naar oorlog, en daartussen ogenschijnlijk-net-iets-minder-acute crises rondom wonen, biodiversiteit en klimaatopwarming. Er lijkt geen ontkomen meer aan: ook Rutte-IV wordt een crisiskabinet. Elke crisis is anders en heeft een eigen dynamiek. Zo was de coronacrisis primair een volksgezondheidskwestie die al gauw een economische ondertoon kreeg. In de strijd om Oekraïne staan bovenal nationale soevereiniteit en veiligheid op het spel, en inmiddels ook de energiezekerheid. Omtrent corona zijn allerhande experts bezig met het identificeren van nieuwe virusvarianten en het anticiperen op nieuwe coronapieken. Nucleaire dreiging laat zich een stuk minder gemakkelijk wetenschappelijk modelleren. Hoewel het vrij logisch is dat een mondiale verspreiding van een virus anders doorwerkt in beleid en samenleving dan een escalatie van een internationaal militair conflict, is dit gegeven misschien toch gebaat bij nadere reflectie. Technocratische insteek coronacrisis Een elementair contrast is zichtbaar in de mate waarin de crises stuurbaar worden geacht. Opvallend was hoe snel de bestuurlijke aanpak van de coronacrisis haast als vanzelfsprekend een technocratische insteek kreeg. Ofwel, wetenschappelijke expertise werd leidend in het bepalen van de bestuurlijke koers. De aanvankelijke aanname was dat de coronacrisis een rationeel-wetenschappelijk op te lossen vraagstuk betrof. Meer kennis van het virus, van de verspreiding en de effecten van de maatregelen ertegen waren nodig. De versmelting van bestuur en wetenschap kreeg vorm via een verband tussen de ministeriële Commissie Crisisbeheersing en het wetenschappelijk consulterend Outbreak Management Team (OMT) en resulteerde in een trits aan technocratische toepassingen. Daaronder vielen het continu inwinnen van, en sturen op wetenschappelijke adviezen van het OMT, het koersen op ‘openingsplannen’ en ‘routekaarten’, en het publiekelijk monitoren van de virusverspreiding en andere relevante variabelen. Het coronadashboard gaf als signaal: deze crisis is kenbaar en daarmee beheersbaar. Politieke aanpak Oekraïnecrisis Heel anders ging dat toen de oorlog in Oekraïne uitbrak. Daar bleef een verstrengeling van wetenschap en bestuur uit, er kwam geen centraal adviserend wetenschappelijk ‘Invasion Management Team.’ Er waren weliswaar genoeg politicologen, defensie-experts en Rusland- en Oekraïnekenners die zich in het publieke debat mengden, maar het beroep op wetenschappelijke expertise was overduidelijk minder dan bij de coronacrisis en werd in mindere mate geïnstitutionaliseerd. De aanname was dat dit vraagstuk geen wetenschappelijke, maar een politieke aanpak vereiste. De insteek van het Nederlandse kabinet kreeg vooral invulling door vele internationale politieke overleggen en dito besluiten over steun voor Oekraïne en sancties tegen Rusland. Besluiten werden niet genomen op basis van wetenschappelijke feiten, maar op grond van morele waarden als vrijheid, democratie en soevereiniteit. Stappenplannen bleven uit. Het signaal daarvan: de Oekraïnecrisis is noch voorspelbaar noch beheersbaar. Ideeënstrijd over crises Deze analyse kan uitgediept worden met Deborah Stone’s denken over causale verhalen. Van haar weten we dat rond de totstandkoming van beleid onvermijdelijk een ideeënstrijd om probleemdefinitie plaatsvindt. Over wat de aard van het probleem is en wie of wat de crisis veroorzaakt. Ook tijdens crises doen verschillende causale verhalen de ronde. De vertellers ervan proberen elk de toekenning van schuld en verantwoordelijkheid te beïnvloeden en oplossingsrichtingen te legitimeren. Hoe kunnen we dit gegeven koppelen aan crisiskabinet Rutte-IV, manoeuvrerend tussen pandemie en oorlog? Beheersbare natuurramp Wat de coronacrisis betreft, domineerde aanvankelijk het causale verhaal van de crisis als beheersbare natuurramp. Een exogeen natuurverschijnsel dat ons overkwam, maar dat met virologisch onderzoek en epidemiologisch modelleren gekend en getemd kon worden. Het causale verhaal haakte comfortabel in op het aloude rationalistische Verlichtingsidee van de mens, die met wetenschappelijke technieken de wereld beheerst. Vanuit dit klassieke mens-versus-natuur-frame leek een technocratische aanpak, leunend op het planmatig sturen met wetenschappelijke expertise, al snel de logische optie. Paul ’t Hart beschrijft hoe gaandeweg het frame van de crisis als ‘man-made disaster’ momentum kreeg, waarmee de pandemie meer werd gezien als een vermijdbaar en dus laakbaar falen van de politiek en gezondheidszorg. Het draaide niet meer alleen om het indammen van een natuurgevaar (exogeen), maar ook om het beter organiseren van het bestuurlijke en maatschappelijk dienstverlenende veld (endogeen). De exogene interpretatie bleef van invloed. Ook al werd meer gewezen naar falend beleid en menselijke en organisatorische gebreken, het bleef evengoed vanzelfsprekend om te praten in termen van een nature-made virus dat de samenleving van buitenaf binnendrong. Het gangbare causaal verhaal over corona berustte op een mix van endogene en exogene elementen. Cruciaal hierbij is dat de aanname van technocratische beheersbaarheid ferm overeind bleef. Ook nu, met het najaar op komst, bestuderen virologen nieuwe virusvarianten, komen epidemiologen met scenario’s, en presenteren bestuurders pandemische paraatheidsplannen die vervolgens door politici en journalisten gecontroleerd worden. Dit hele complex van crisismanagement blijft gestut op een diep geloof het probleem uiteindelijk te kunnen ophelderen en beteugelen. Grillig mensendrama Over de oorlog in Oekraïne ontstond een heel ander beeld, namelijk een causaal verhaal van een doelbewust door mensen aangericht probleem – de crisis als grillig mensendrama. Hier was geen koel rationalistisch mens-versus-natuur-frame op te plakken. Dit was mens tegen mens, gemeenschap tegenover gemeenschap, verhaal tegenover verhaal. Spoedig na het uitbreken van de oorlog gingen verschillende theorieën de ronde over wat de motieven zouden kunnen zijn achter de Russische invasie, hoe en door wie dit conflict was begonnen en waar de historische beginpunten gezocht moesten worden. Al deze beelden vertrokken vanuit eenzelfde onderliggende aanname, namelijk dat deze oorlog haar oorsprong vindt in het (intentionele) gedrag van mensen. Wellicht een simpele constatering, maar het gegeven dat we ons hiermee begeven op het terrein van menselijk handelen en complexe sociale interactie binnen en tussen gemeenschappen heeft een belangrijk gevolg. Het Verlichtingsdenken met haar geloof in de voorspelbare en ordelijke natuur der dingen is hier niet van toepassing. Eerder volgt deze oorlog de ‘wetten’ van de menselijke passie, irrationaliteit en chaos. Onvoorspelbaar karakter De diversiteit aan duidingen van het verrassende gedrag van Poetin en de kleine kring om hem heen, onderstreept vooral het onvoorspelbare karakter van deze crisis. Politiek handelen laat zich niet modelleren. Een technocratische houding bleef dan ook uit. De ‘oorlog tegen het virus’ dacht men wetenschappelijk te kunnen managen, de oorlog in Europa geenszins. Die vereist een primair politieke aanpak en legitimatie van maatregelen. Vanuit dat meer politiek ingestoken crisismanagement zijn anticonservatieve koerswijzigingen ingezet. Zo waren er toetredingen tot de NAVO en de EU, versterkingen van defensie op Europees niveau, grote wijzigingen in nationaal defensiebeleid, en boycots van gas en olie uit Rusland in combinatie met andere vrij radicale ombuigingen in het energiebeleid De radicaliteit hiervan, en vooral de verknoping met langetermijnagenda’s rondom defensie en energie was sterker dan die van de technocratische corona-aanpak. Een die weliswaar ook grootschalige maatschappelijke sturing omvatte – van totale lockdowns tot gigantische financiële steunpakketten – maar vooral een incidentele en herstelgerichte aard had. Verwetenschappelijking versus expliciete politisering De postcorona-utopieën die aanvankelijk oprezen, kregen amper praktische uitwerking. Bij latere coronagolven maakte het romantisch idealisme plaats voor een mengeling van pragmatisch presentisme en dubieuze nostalgie in de hoop terug te keren naar een oud normaal. De dynamiek rondom de oorlog in Europa was een andere: daar behoorde terugkeren naar een oud normaal niet tot de mogelijkheid in de publieke en bestuurlijke verbeelding. Er werd noodzaak gevoeld om een nieuw normaal te creëren, slagzinnen als #buildbackbetter waren niet nodig om toch radicale en structurele hervormingen door te voeren. De respons op de pandemie leek dus in sterkere mate verwetenschappelijkt dan de respons op de oorlog in Oekraïne. Door een cruciaal verschil: corona kon gemakkelijker als kenbaar (natuur)verschijnsel worden gezien en daarmee dankbaar object worden van bestuurlijke maakbaarheidsdrift. De radicaal onvoorspelbare oorlog in Oekraïne maakte een expliciet politieke besluitvorming noodzakelijk. Crisisisme en polarisatie Behalve bovengenoemd contrast is er ook continuïteit in beleid en maatschappij zichtbaar in de beweging van pandemie naar oorlog. Wat opvalt, is dat het kabinet wederom een crisismodus heeft aangenomen en zijn handelen van daaruit legitimeert. De recente geschiedenis laat zien dat het uitroepen van een crisis een speciale kracht en rechtvaardigingsgrond kan aanboren, waarmee voorheen ondenkbare besluiten opeens mogelijk worden. Het beroep op noodzaak en onvermijdelijkheid – ‘There Is No Alternative’ – bleek in zowel de oorlog als de pandemie een bijzonder krachtig argument voor vergaand bestuurlijk optreden. Het leidt tot de afkondiging van noodverordeningen en spoedmaatregelen met ingrijpende inperkingen. De zonzijde daarvan was dat binnen normaliter trage maar zorgvuldige beleidsprocessen opeens belangrijke beslissingen voor de toekomst afgedwongen konden worden. Denk bijvoorbeeld aan een onafhankelijker, en potentieel ook duurzamer energiebeleid. De schaduwzijde treedt op wanneer het beroep op de uitzonderingstoestand genormaliseerd raakt. Het kritische werk van Giorgio Agamben laat zien wat er gebeurt wanneer het nood-breekt-wet-denken een instrument wordt en de democratische checks and balances buiten spel komen te staan. Kort gezegd, democratische processen gedijen niet goed in een samenleving die zich laat verleiden tot crisisisme en bij een bestuur dat zich van nood naar nood beweegt omwille van de bestuurlijke daadkracht. Een andere continuïteit kan worden gevonden in de aanhoudende maatschappelijke polarisatie en wat je een ‘schizoïde informatieomgeving’ zou kunnen noemen. De dynamiek van het publieke debat over het coronabeleid werd, na een aanvankelijke sterke solidariteit, in belangrijke mate gekoppeld aan een stugge loopgravenoorlog tussen een mainstream en een alternatief-kritische kring. Dreigende uitholling democratie Gesprek en contact tussen deze informatiezuilen werd bemoeilijkt door wederzijdse verguizing en pathologisering. Enerzijds cognitief beperkte wappies die uit vrees voor onzekerheid hun toevlucht zochten in paranoïde complotverhalen en anderzijds gehersenspoelde schapen die gedwee meegingen in de media geproduceerde angsthypnose. Er heerste een sterk wij-zij gevoel en simplistisch goed-kwaad denken, waarin beide kringen de waarheid en monopolie op liefde, goedheid en zorg opeisten. Dit schizoïde wij-zij en goed-kwaad denken manifesteerde zich ook in de informatie over de oorlog in Oekraïne. Ook daar ontstond een weerspannige mainstream-versus-alternatief-dynamiek die een gedeeld basaal besef van de sociale werkelijkheid steeds onmogelijker maakte. Terwijl aan de mainstreamkant een eenduidig westers moralistisch perspectief met Rusland als boosdoener werd herhaald, construeerden alternatieve mediakanalen een ander beeld. Omroep Ongehoord Nederland bijvoorbeeld verweet de EU en NAVO te provoceren en legitimeerde de Russische invasie onder het mom van ‘iedereen iets gunnen’. Dat dit alternatief-kritisch geluid officieel plek heeft gekregen bij de publieke omroep, toont hoe de mainstream-versus-alternatief-dynamiek gaandeweg versterkt en geïnstitutionaliseerd raakt. De doorgetrokken lijnen wijzen beiden op een dieper probleem: de uitholling van democratische processen. Het gevaar daarvan komt echter niet zozeer van buitenaf, maar van binnenuit. Van een bestuur in zelfverkozen ‘permacrisis’ dat daadkracht afdwingt en haar democratische identiteit verdoezelt. En van een publiek debat waarin de verschillende sociale verbeeldingen niet meer bij elkaar komen. Kortom, een staat onder permanente druk ziet zich geplaatst voor de cruciale opgave om de democratie niet onder diezelfde druk te laten bezwijken. Dit artikel verscheen eerder bij Sociale Vraagstukken. Joram Feitsma is universitair docent en trainer bij het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: © Eric Yahnker - Pandemic Lovers (after Magritte), 2020, Oil on canvas copyright ok. Gecheckt 22-04-2022

Misplaatst optimisme

COLUMN - Ook mij hangt het de keel uit. Ik wil argeloos de schouder van een collega kunnen beetpakken, iemand vanzelfsprekend omhelzen, hartelijk handen schudden, tegen een vertrouweling aanleunen, een vriend stevig vastpakken. Ik kan gelukkig thuis werken, zonder financiële consequenties, maar ik mis de dagelijkse omgang met collega’s vreselijk. Vooral dat je nu voor zowat alles een formele videomeeting moet beleggen hindert me – alle terloopsheid, alle natuurlijkheid is kwijt.

Inmiddels haat ik dat opgelegde optimisme van Rutte, zijn jubelend-bezwerende ‘Jongens, we doen het goed!’ Want we doen het helemaal niet goed: we zijn er collectief slecht aan toe.

Er zijn duizenden mensen vroegtijdig overleden, tienduizenden zijn ernstig ziek geweest, soms met langdurige consequenties, we zijn allemaal bang geweest dat wij of onze geliefden besmet zouden raken, en we hebben in een paar maanden tijd onze zorgverleners volledig uitgewoond. Soms parasitaire maar rijke bedrijven als Booking hebben miljoenen overheidssteun geïncasseerd, terwijl kunstenaars, muzikanten, theatermakers en acteurs de pest konden krijgen en kleine podia stilletjes omvallen. Kinderen en jongeren hebben maandenlang school gemist en kregen inderhaast in elkaar geklust onderwijs-op-afstand. De werkloosheid stijgt schrikbarend, en veel bedrijfjes gaan failliet.

Intussen neemt de besmettingsgraad weer toe, nu ook onder jongeren, en Rutte steekt zijn duimen maar weer eens omhoog. Hij deelt complimentjes aan het volk uit, als was het strooigoed.

Foto: Jernej Furman (cc)

Corana Nul rapportage

DATA - Behalve de actuele RIVM-rapporten zijn ook de dagelijkse rapporten van de WHO boeiende lectuur. Alleen al om te zien waar ter wereld het coronavirus geen verder schade meer lijkt toe te brengen. Van de 179 landen die met het virus te maken kregen, zijn er 48 nu hopelijk virusvrij.

Van alle 196 staten is 91% getroffen door het coronavirus. Daarvan lijkt 27% geen nieuwe slachtoffers meer te hebben.

We plukken uit het WHO Situation Report 97 (26 april) alleen die 48 landen (territoria rekenen we even niet mee) waar nul nieuwe meldingen zijn en ook nul nieuwe overledenen zijn gemeld.

In het overzicht vermelden we ook met hoeveel corona-overledenen een land tot nu toe te maken heeft gehad. Wat jammer dat Nederland er nog niet bij staat, maar we feliciteren de volgende…..

Nieuwe meldingen totaal doden nieuwe doden Vietnam 0 0 0 Brunei Darussalam 0 1 0 Cambodja 0 0 0 Laos 0 0 0 Fiji 0 0 0 Papua Nieuw Guinea 0 0 0 Spanje 0 22524 0 San Marino 0 40 0 Monaco 0 1 0 Vaticaanstad 0 0 0 Maldiven 0 0 0 Timor (west) 0 0 0 Bhutan 0 0 0 Libië 0 2 0 Syrië 0 3 0 Jemen 0 0 0 Ecuador 0 576 0 Venezuela 0 10 0 Trinidad en Tobago 0 8 0 Bahama’s 0 11 0 Antigua en Barbuda 0 3 0 Belize 0 2 0 Dominicaanse Republiek 0 0 0 Grenada 0 0 0 Saint Kitts and Nevis 0 0 0 Saint Lucia 0 0 0 Saint Vincent 0 0 0 Nicaragua 0 3 0 Suriname 0 1 0 Ghana 0 10 0 Mauritius 0 9 0 Tanzania 0 10 0 Zambia 0 3 0 Oeganda 0 0 0 Benin 0 1 0 Guinee Bissau 0 0 0 Eritrea 0 0 0 Malawi 0 3 0 Angola 0 2 0 Botswana 0 1 0 Centraal Afrikaanse Republiek 0 0 0 Namibië 0 0 0 Burundi 0 1 0 Seychellen 0 0 0 Gambia 0 1 0 São Tomé and Principe 0 0 0 Mauretanië 0 1 0 Zuid Sudan 0 0 0
Foto: Marco Verch Professional Photographer and Speaker (cc)

Besmettelijk Nederland (2)

Majesteit, gefeliciteerd met een besmet koninkrijk.

Het coronavirus COVID-19 verdringt andere besmettelijke ziektes. Dat was onze waarneming in een eerder artikel.

Inmiddels is het al zo ver. Met 4475 overledenen (bron RIVM t/m 26 april) overtreft het coronavirus in de statistieken het aantal jaarlijkse griepdoden (gemeten over 1950 tot en met 2018). Het dichtst in de buurt komen de jaren 1951 en 1953 met respectievelijk 1608 en 1579 aan griep overleden mensen.

Op het gebied van andere besmettelijke ziekten komen de infectueuze en parasitaire ziekten nog het meest in buurt: in 2015 en 2018 overleden daar respectievelijk 3497 en 3323 mensen aan.

Pas als we de griepcijfers en die van infectueuze en parasitaire ziekten bij elkaar optellen (cijfers CBS) blijkt dat er maar twee jaren waren die meer overledenen telden dan het coronavirus nu veroorzaakt. In 1951 en 2018 waren er 37 en 45 overledenen meer. Een dermate klein verschil dat vandaag al door het coronavirus zal zijn ingelopen.
© Sargasso besmettelijke ziekten ivm coronavirus sterftecijfers
Update: het duurde 1 dag langer, maar toen stond de teller bij de RIVM op 4711 door corona overledenen. Het hoogste aantal virusdoden sinds 1950.

Is het ‘afschalen’ van maatregelen wel verstandig, terwijl het virus dus nog steeds slachtoffers maakt? Ja, de toename neemt af, maar het is nog steeds toename. De IC’s zijn nog steeds overbezet, de zorg staat nog steeds onder hoge druk.

Foto: Muffin Elfa (cc)

Meest geplaagde kabinet

DATA - Eén ding is zeker: het kabinet had er niet op gerekend ooit getroffen te worden door een plaag als deze. Als er iemand is die graag in de schoenen van de minister-president en de direct verantwoordelijke ministers wil staan, sta op!

Nu is er bijna geen kabinet geweest die géén crisis van de een of andere soort en omvang voor de kiezen kreeg.  Kunnen we achterhalen welk kabinet de meest geplaagde van de laatste 70 jaar is? Of wie de meest geplaagde minister-president is?

Aan de hand van drie onderwerpen kunnen we dat enigszins vaststellen. Laten we om te beginnen eens naar de griep kijken.

Griep

Het huidige kabinet heeft voorlopig nog de handen vol aan de corona-crisis en had al een fikse griepepidemie achter de rug in 2018-2019. Omdat er elk jaar wel een ‘gewone’ griep de kop op steekt, kan een kabinet dat de langste zittingsduur heeft ook het meest door griep geteisterd zijn?

In ieder geval zal kabinet Rutte III de boeken in gaan als het meest door griep geplaagd kabinet. Op basis van geschatte cijfers, want de actuele cijfers veranderen en bovendien is het corona-virus nog niet uitgewoed.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: david silver (cc)

De maakbaarheid van een gezonde samenleving

COLUMN - “Het coronavirus deelt nu al een gevoelige klap uit aan de globalisering” (Trouw, 21 maart).

“De staat blijkt twee keer in twaalf jaar tijd onmisbaar om de wereld voor een depressie te behoeden. Het neoliberalisme is nu echt dood, maar wat komt er in de plaats?” (MO*, 19 maart).

“Er is momentum voor grote veranderingen” (Volkskrant, 20 maart)

In plaats van in één keer de draconische maatregelen te treffen die een Chinees communistische bestuurde staat nam, wordt in ons land eerst geëxperimenteerd met het vertrouwen in de eigen verantwoordelijkheid van het individu en stapje voor stapje naar een algehele noodtoestand toegewerkt.

Nog even en ‘gans het raderwerk staat stil’ omdat het coronavirus dat zo wil.

Optimisten beweren dat uit deze crisis heel wat te leren is en die lessen toegepast moeten worden als we weer gezond zijn.  Is het mogelijk, terwijl er hard getimmerd wordt aan de inrichting van de huidige zieke samenleving, te werken aan de maakbaarheid van een gezonde maatschappij?

Testen, testen, testen

Het enige vuiltje aan de lucht lijkt het virus te zijn. Verder knapt de boel aardig op omdat er minder met de auto wordt gereden (van 130 via 100 naar 0 km maximumsnelheid), er minder wordt gevlogen en de industrie op een lager pitje draait.

Foto: Screenshot Buienradar copyright ok. Gecheckt 12-10-2022

Raar weer

Woensdagnacht (of eigenlijk al donderdag dus)

COLUMN - Oh My God. Ik keek net even op buienradar om te kijken wat het weer vandaag gaat doen. Donderdag ben ik altijd vrij en een rondje markt is dan wel even leuk. Of eindelijk eens wat puinruimen in de tuin. Dinsdag en woensdag was het raar weer, met periodes met zon, dan opeens weer slagregen en vandaag zelfs hagel.

Brievenbus

Maar toen zat ik op kantoor, en hoefde slechts een klein ommetje te maken om de brievenbus te legen. Die trouwens vol met water gelopen was (?), waardoor de 2 papieren facturen die erin lagen helemaal waren doorgelopen. Ja, die heb je nog wel eens hoor, het is zeldzaam maar je moet waakzaam blijven. In het verleden ben ik die bus wel eens vergeten, en dat levert dan zomaar een boete wegens te laat betalen op. Dus nu staat in mijn agenda dat ik elke dinsdag om half 4 even mijn ommetje maak. Het is maar een paar meter, maar je bent altijd langer bezig dan je denkt. Want de postbode mietert elke dag alle post voor nr. 34 en soms ook van nr. 32 in één van de brievenbussen. Aangezien er meer dan 10 bedrijven zitten, ben je wel even zoet met herverdelen. Dat levert ook af en toe de gênante situatie op dat je per ongeluk post voor iemand anders openmaakt, zoals buurman Art laatst onze belastingenvelop. Maar ach, Art mag dat, hij is een goeie buur én een goeie klant.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: EuroCrisisExplained .co.uk (cc)

Hoe een nieuw digitaal geldsysteem de volgende crisis kan voorkomen

ONDERZOEK - Het lijkt ons economisch voor de wind te gaan, maar volgens experts is het wachten op de volgende bubbel die barst. Is het tijd voor een systeemverandering?

De wereldeconomie maakt gunstige tijden door, maar onder het oppervlak ontstaan grote risico’s, zo waarschuwde het IMF vorige week. Als we niet oppassen zitten we in drie jaar weer in de volgende crisis. Econoom Martijn Jeroen van der Linden (TU Delft) is niet verbaasd. Als we ons huidige systeem niet veranderen, zullen we altijd van crisis naar crisis gaan. Ja, we hebben de touwtjes strakker aangetrokken na de crisis – en zo’n 30.000 pagina’s aan regels opgesteld – maar het onderliggende probleem is daarmee niet verholpen: de instabiliteit van het verdienmodel van banken.

Toen de crisis uitbrak werkte Van der Linden bij de ING. Het viel hem op dat niemand hem daar kon uitleggen wat er op dat moment aan de hand was. Hoe kunnen banken omvallen? Hoe ontstaat financiële instabiliteit? Het motiveerde hem tot zijn promotieonderzoek naar hoe ons monetaire systeem werkt en hoe dit beter kan worden ingericht. Zijn oplossing: een nieuw digitaal cashsysteem in publiek beheer.

Wat is de rol van banken en waarom is ons systeem per defintie instabiel?

Volgende