Een paar zeer vreemde situaties de afgelopen tijd. Allereerst de situatie van Friso van Saase, die zeer tegen de wens van zijn ouders werd ingeschreven als Turk, omdat de vader van zijn moeder Turks is. Volgens de ouders werd hen domweg gezegd dat ze geen keus hadden. Blijft Friso Turks, dan moet hij over een jaar of 18 het Turkse leger in. Daarnaast zal hij waarschijnlijk in de CBS-statistieken door het leven gaan als een derde-generatie allochtoon.
De andere vreemde situatie is in Amsterdam, waar de stad de namenlijst met de toegestane namen aan Marokkaanse ouders blijft overhandigen bij de geboorte van een kind. Deze lijst wordt in Marokko als onderdrukkingsmiddel gebruikt om niet-Arabische namen, bijvoorbeeld die van Berbers, eruit te krijgen.
In Amsterdam wordt deze namenlijst blijkbaar nog steeds standaard aangeboden, waarmee de hoofdstad indirect benadrukt dat er toch vooral een ‘correcte’ naam gekozen moet worden. Zo draagt men tegelijkertijd – weliswaar indirect – bij aan onderdrukking in Marokko.
In Rotterdam heeft burgemeester Aboutaleb, zelf een Berber, de lijst inmiddels verboden. Cohen wil dat dus niet, en houdt vast aan het standaard aanbieden van de lijst.
Beide gevallen tonen een doorgeschoten ambtenarenapparaat aan dat, in plaats van dienstbaar te zijn, zelf beslissingen voor mensen probeert te nemen. Dat ambtenaren dit kúnnen doen, wil nog niet zeggen dat ze het moeten doen.