COLUMN - De magische datum van 23 juni nadert met rasse schreden, in het Verenigd Koninkrijk is de discussie over een Brexit inmiddels volledig uit de hand gelopen. Voor- en tegenstanders slingeren elkaar bedragen om de oren die de EU het VK per dag zou kosten, smijten met aantallen immigranten, en strijden over wat soevereiniteit nou eigenlijk betekent.
In deze discussie krijgt de EU de schuld van alles wat niet goed gaat in het VK: werkloosheid, slechte dure huurwoningen, verouderde openbare voorzieningen, globalisering en de recessie. En natuurlijk de immigratie. De EU, dat zijn de elites, zakkenvullers, egoïsten. Daar moeten we zo snel mogelijk vanaf.
Het gebrek aan kennis is vaak pijnlijk, de Britten zijn, net als veel andere EU-burgers, heel slecht geïnformeerd over wat de EU is. Ze hebben het over een dictatuur, een superstaat, een soort hogere macht. Dat is ook niet verwonderlijk: decennialang hebben politici mislukkingen op de EU afgeschoven, en successen voor zichzelf opgeëist. Eerlijke informatie werd weinig of niet gegeven. Daar plukken we nu de zure vruchten van.
Cameron heeft de gevolgen van zijn beslissing om een referendum over het EU-lidmaatschap te houden niet voorzien. De woede, de frustratie, de haat die tijdens de campagne naar boven is gehaald, heeft de Britse maatschappij gespleten. De schade is groot, of er nu een Brexit komt of niet.