Een ongewenste campagne
OPINIE - De Turkse campagne voor Erdogan’s grondwetswijziging komt de Nederlandse campagnevoerders voor de Tweede Kamerverkiezingen slecht uit.
Premier Rutte vindt het ongewenst dat zijn Turkse collega Cavusoglu naar Nederland komt om campagne te voeren voor het referendum in Turkije over een nieuwe grondwet. In Nederland woont een kwart miljoen Turken met stemrecht. Bij de parlementsverkiezingen in november 2015 bracht minder dan de helft een stem uit, maar de overgrote meerderheid van de stemmen ging wel naar de AK-partij van Erdogan. De Turkse president wil geen enkel risico lopen. Volgens een peiling van onderzoeksinstituut Gezici wijst 58 procent van de Turken de invoering van het presidentieel systeem af.
Cavusoglu is niet van plan zijn bezoek aan Nederland af te zeggen. ‘Wij gaan waarheen wij willen en praten met onze staatsburgers.’ Fijntjes voegde hij daaraan toe: ‘Waar is de democratie of de vrijheid van meningsuiting waarover jullie zeggen ons iets te willen leren? Hoe zit het met de vrijheid van vergadering?’ Vice-premier en PvdA lijsttrekker Lodewijk Asscher reageerde daarop verontwaardigd: ‘Zijn staatsburgers wonen in Turkije, en daar kan de vrijheid van meningsuiting een stuk beter.’ Hij vindt het verkeerd om Turkse Nederlanders steeds ‘aan hun haren terug te slepen’ en noemde de uitspraken van de Turkse minister een gotspe. D66-lijsttrekker Pechtold zei zich voor 100 procent bij de woorden van Asscher aan te sluiten.