Boos op politiek, maar op wat/wie precies?

Het tijdschrift The Economist pakte dit weekend uit met een coververhaal over de opkomst van populistisch radicaal rechts (PRR) in Europa. The Economist besteedt uitgebreid aandacht aan partijen als onze eigen PVV, het Franse Front National, de Zweden Democraten en het Vlaams Belang. Volgens het tijdschrift hebben de mensen die op deze partijen stemmen één ding met elkaar gemeenschappelijk: ze zijn boos. Boos op de EU, boos op immigranten, en boos op de politiek. Laat me dit laatste element – de boosheid op de politiek – er vandaag even uitlichten. De Russische politicoloog Kirill Zhirkov onderzocht recentelijk wat kiezers van PRR-partijen met elkaar gemeenschappelijk hebben (zie hier). Hij richtte zich daarbij onder andere op de vraag of PRR-kiezers minder tevreden zijn met de politiek dan mensen die op andere partijen stemmen. Hij verwachtte dat PRR-partijen ontevreden kiezers trekken omdat ze het politieke systeem bekritiseren, gevestigde partijen er van langs geven, een anti-elite discours verspreiden, en claimen dat ze de belangen van ‘het gewone volk’ vertegenwoordigen. Zhirkov verwachtte daarom dat dat PRR-kiezers laag zouden scoren op ‘politiek vertrouwen’ en ‘politieke tevredenheid’. Hij meet politiek vertrouwen door te kijken hoe tevreden mensen zijn met het parlement, het rechtssysteem en politici, en politieke tevredenheid door te kijken of mensen tevreden zijn met de staat van de economie, de regering, en de democratische prestaties van een land. Zijn bevindingen zijn opmerkelijk.

Foto: screenpunk (cc)

Der Unvollendete

RECENSIE - Ik heb Peter Mair altijd een inspirerende politicoloog gevonden: erudiet, kritisch, doordacht. Twee jaar geleden overleed hij. Hij was bezig met een boek. Wat er al als manuscript lag, is nu verschenen onder de onheilspellende titel Ruling the void. The hollowing of Western Democracy. Het is natuurlijk onmogelijk om een onvoltooid boek te beoordelen alsof het een afgerond boek zou zijn, maar wat vertelt Mair in zijn boek?

Mair richt zich op het falen van de partijen, van het vermogen van partijen om kiezers te betrekken bij de politiek en het vermogen van de partijen om te fungeren als uitvalsbasis voor politici. Het falen van partijen is volgens Mair een groot probleem omdat representatieve democratie alleen maar kan functioneren in termen van politieke partijen.

Verwijdering tussen kiezers en partijen

De eerste these is wel bekend. En Mair toont dezelfde getallen die we allemaal kennen. Teruglopende ledenaantallen, grotere electorale volatiliteit.  teruglopende opkomstcijfers. Hij verwijst hierbij veelvuldig naar studies uit het begin van 2000s. Dat leidt, in mijn ogen, tot twee vragen: ten eerste, is sinds 2000 de situatie fundamenteel verslechterd. En zijn volatiliteit, lage opkomst en lage ledenaantallen een probleem?

De situatie lijkt sinds de jaren ’90 niet fundamenteel verslechterd te zijn. Ledenaantallen, opkomstcijfers, volatiliteit zijn niet sterk verslechterd. Mair laat zelf zien dat de jaren met de laagste opkomst en sterkste volatiteit geconcentreerd zijn in de jaren ’90.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Kennisland (cc)

Politiek op slot door sleutelrol partijen

OPINIE - De sleutelrol van politieke partijen in onze democratie moet aan banden gelegd worden door de voorkeursdrempel te verlagen.

Aan onze democratie is altijd gesleuteld. Vaak hadden veranderingen een positieve uitwerking op de representativiteit van de volksvertegenwoordiging, maar sommige maakten de invloed van het volk juist marginaler, bijvoorbeeld de opkomst van politieke partijen. De sleutelrol voor politieke partijen is een bedreiging voor ons democratische stelsel. Partijen trachten het gedrag van hun leden in het parlement namelijk dusdanig te beïnvloeden dat Kamerleden eerder het belang van de partij dan het belang van het volk behartigen.

Op zoek naar een oplossing voor deze impasse moet allereerst worden gekeken naar de formele rol van Kamerleden in de Tweede Kamer. Volgens artikel 50 van onze Grondwet moeten de Staten-Generaal het gehele Nederlandse volk vertegenwoordigen. Vervolgens bepaalt artikel 67, derde lid, dat de leden van de Kamers dit op een onafhankelijke manier dienen te doen. Zij stemmen zonder last. Hiermee hebben Kamerleden grondwettelijk een onafhankelijke en zelfstandige positie binnen onze parlementaire democratie. Alhoewel deze positie de iure onomstreden is, is deze positie de facto aan ernstig verval onderhevig. Oftewel: het staat er wel zo mooi, maar het werkt anders.

In de praktijk functioneren Kamerleden alles behalve zelfstandig. Zij maken (praktisch) altijd deel uit van een politieke partij. Aanvankelijk vervulden deze partijen een ondersteunende rol voor min of meer gelijkdenkende Kamerleden. Tegenwoordig spelen deze partijen een sleutelrol binnen de politiek. Het politieke beleid wordt niet langer bepaald door de leden van de Tweede Kamer zelf, maar door het bestuur van hun politieke partij. Daarmee is de Grondwettelijke onafhankelijkheid tot een staatsrechtelijke fictie gedegradeerd. Partij- en fractiediscipline bepalen het politieke handelen van Kamerleden en daarmee de besluitvorming binnen het parlement. Zo was het partijvoorzitter Lilianne Ploumen die uiteindelijk Job Cohen het mes in de rug stak.

Foto: copyright ok. Gecheckt 12-10-2022

De online CoalitieChecker is terug

DATA - Wegens succes geprolongeerd. Bij de vorige verkiezingen was onze CoalitieChecker al mateloos populair. Begrijpelijk, gezien het complexe en gefragmenteerde politieke landschap. En nu is de situatie eigenlijk nog hetzelfde.

Daarom hebben we de oude code wat afgestoft en er de nieuwste peilingen in gestopt, zodat iedereen alvast kan gaan oefenen met het formeren. Want zoals het er nu uitziet, wordt dat nog een hele klus. De 4 mogelijke 3 partijen coalities hebben allemaal zowel de SP als de VVD in zich. Daar zullen weinigen hun geld op durven zetten.

De Kunduz-coalitie is ook goed te volgen. En die lijkt op weg te zijn naar een meerderheid.

We zijn benieuwd of de politieke partijen de komende maanden lastig gevallen zullen worden met de uitkomsten van onze CoalitieChecker.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Houden partijen zich aan hun verkiezingsmandaat?

Vandaag hoop ik te promoveren tot doctor in de politicologie. Bij het onderliggende proefschrift ‘Political Parties and the Democratic Mandate’ behoren twaalf stellingen. In deze serie een korte toelichting op enkele van de meest prikkelende. De laatste aflevering: ‘De mate waarin partijen hun mandaat vervullen is in de afgelopen 60 jaar niet achteruitgegaan en wat betreft issue saliency in Nederland zelfs verbeterd’

Veel mensen zijn sceptisch over het functioneren van politieke partijen. Ruim 90 procent van de ondervraagden uit het Nationaal Kiezersonderzoek zegt te geloven dat politici meer beloven dan ze waar kunnen maken. Als ik als onderzoeker naar het verkiezingsmandaat aan kennissen uitlegde waar mijn onderzoek over ging, kortweg of partijen zich aan hun verkiezingsmandaat houden, was een veelgehoorde reactie: “Dat zal dan wel een heel kort onderzoek zijn, want we weten toch allemaal dat partijen hun beloftes breken.” Een systematisch onderzoek naar de politieke stellingname van partijen tijdens verkiezingen en in het parlement laat echter zien dat het met dat verkiezings- of partijmandaat helemaal niet zo slecht gesteld is. De afgelopen zestig jaar is er geen sprake van een verslechtering van de mate waarin partijen zich aan hun mandaat houden.

Uit voorgaand onderzoek van Robert Thomson was al bekend dat Nederlandse regeringspartijen ongeveer 60% van hun beloftes geheel of gedeeltelijk weten om te zetten in beleid. Dat is niet perfect, maar toch een redelijk percentage. Mijn analyse is breder en kijkt naar de politieke stellingname voor en na verkiezingen. Het kan namelijk zo zijn dat partijen hun beloftes wel nakomen, maar ook een hele hoop andere dingen doen die niet in lijn met hun verkiezingsprogramma zijn. Door te kijken naar het belang van onderwerpen voor partijen (issue saliency) en hun politieke posities heb ik een meer omvattende analyse van het partijmandaat gemaakt. Daarbij zijn verkiezingsprogramma’s vergeleken met parlementaire debatten. Op die manier kan namelijk ook gekeken worden naar het partijmandaat van oppositiepartijen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Sociale sferen & democratie

In een interview, een tijdje geleden, merkte Wouter Bos op dat mensen beslissingen maken als burger, maar soms ook als werknemer, investeerder of consument, hij verwees hierbij naar het werk van Robert Reich. Dit gecombineerd met de discussie over de toekomst van de functionele bestuurslaag van de waterschappen inspireerde me tot het uitwerken van het idee van een democratie op basis van verschillende sociale sferen. Het idee gaat intellectueel terug op Walzer’s Spheres of Justice. Hij stelt voor dat er in verschillende sociale sferen verschillende principes van rechtvaardigheid gelden. Hoe zou een democratie eruit zien waarbij burgers de kans krijgen om vanuit verschillende maatschappelijke rollen en daarbij horende belangen en principes van rechtvaardigheid te kunnen stemmen?

Je zou je kunnen voorstellen dat er drie belangrijke maatschappelijke sferen zijn: de economische sfeer, de publieke sfeer en de sfeer die betrekking heeft op ruimtelijke ordening. In ieder van deze sferen zijn burgers met verschillende ‘petten’ actief: in de economische sfeer zijn we allemaal werkgevers of werknemers; in de publieke sfeer zijn we allemaal actief als ‘client’; in de milieusfeer zijn we allemaal bewoner. Je zou je kunnen voorstellen dat al deze groepen apart vertegenwoordigd worden. In plaats van één parlement met 150 leden zouden er drie parlementen kunnen zijn met 50 leden.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Links in Denemarken

Vlag Denemarken met de Kleine Zeemeermin (Foto: Flickr/florriebassingbourn)

Nederland en Denemarken verschillen niet veel van elkaar. Iedereen die wel eens in Kopenhagen is geweest kan dat beamen: het is net Amsterdam. Qua partijen verschilt Denenmarken ook niet zo veel van Nederland. Er zijn rechtse populisten, sociaal-democraten, conservatieve liberalen, progressieve liberalen en conservatieven. In het parlement zitten twee partijen links van de grote sociaal-democratische partij: de Socialistisk Folkeparti (Socialistische Volkspartij, SF) en de Enhedslisten (Eenheidslijst). Daarnaast zijn er twee buitenparlementaire partijen die raakvlakken hebben met progressieve, sociale of groene idealen.

De Socialistisk Folkeparti lijkt erg op een van de partijen die in GroenLinks is opgegaan: de PSP. Beide partijen zijn opgericht op het hoogtepunt van de Koude Oorlog eind jaren ’50. Ze waren op zoek naar een derde weg tussen het stalinisme van de USSR en het kapitalisme van de USA. In de jaren ’60 pikten de partijen nieuwe thema’s op zoals feminisme en milieu-bescherming. De SF werd een middelgrote partij, die tussen de 4% en 10% van de stemmen kreeg en een belangrijke politieke factor werd, en die met regelmaat sociaal-democratische minderheidsregeringen steunde.

Een belangrijk thema voor de SF is Europese samenwerking. In de jaren ’70 was de partij mede door haar eurosceptische opstelling sterk gegroeid. In 1992 voerde de partij een succesvolle referendumcampagne tegen het Verdrag van Maastricht. Nadat het Deense volk dit verdrag heeft afgewezen, werd de SF intensief betrokken bij de heronderhandelingen. Dat leert de SF dat ze op Europees gebied best succes kan boeken. De mening van de SF over Europa begint langzaam te schuiven. Tot twee keer toe besluit de SF-Europees parlementariër zich niet aan te sluiten bij de zeer eurosceptische Verenigd Europees Links-fractie, maar bij de fractie van de Europese Groenen, waar er minder dogmatisch wordt gedacht over Europa. In een intern referendum in 2005 sprak een ruime meerderheid van de partij zich uit voor de Europese grondwet.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het onervaren Kamerlid, over de dalende zittingsduur van parlementsleden

De Tweede Kamer (Foto : Flickr/Jackie Kever)

Politici zijn eigenlijk maar amateurs. Er is geen opleiding tot Tweede Kamerlid of minister. Niemand heeft een diploma nodig om verkozen te worden: de kiezers beslissen uiteindelijk of ze iemand een geschikte vertegenwoordiger vinden. Natuurlijk, partijen kijken naar de kwaliteiten van hun kandidaat-politici. Maar actief zijn in het bedrijfsleven, maatschappelijke organisatie, als ambtenaar of zelfs als politicus op lokaal niveau is geen garantie dat je ook zult slagen als Tweede Kamerlid. Hoewel er veel wordt gesproken over de professionalisering van de politiek, zijn onze volksvertegenwoordiger meestal relatief onervaren.

Het Kamerlidmaatschap wordt steeds meer een carrièrestap in plaats van een roeping. Het is een opstapje naar een ministerschap, staatssecretariaat, lokaal bestuurder of een andere functie binnen of buiten de overheid. Nu is het niet zo slecht dat Tweede Kamerleden geen enorme plucheklevers zijn, maar enige balans tussen doorstroom en ervaring is wel belangrijk. De Kamer vormt immers de tegenmacht tegen regering en ambtenarij; om die controlerende taak uit de voeren is ervaring belangrijk.

In de huidige Tweede Kamer zitten 65 nieuw verkozen leden. Nog eens 47 personen zitten maximaal vier jaar in de Kamer (die zijn dus voor het eerst verkozen in of na 2006). Slechts 14 Kamerleden hebben meer dan tien jaar ervaring. Sharon Dijksma (PvdA) en André Rouvoet (ChristenUnie) zijn het meest ervaren: zij kwamen in 1994 voor het eerst in de Tweede Kamer. Tot de lichting uit 1998 behoorden onder andere GroenLinks-fractievoorzitter Femke Halsema en PVV-fractievoorzitter Geert Wilders. Gemiddeld genomen is de parlementaire ervaring nu iets minder dan 4 jaar. Voor de verkiezingen was dit nog zes jaar. Ter vergelijking: in Engeland was de gemiddelde zittingsduur kort voor de verkiezingen in mei bijna vijftien jaar. Ministers zijn daar ook parlementslid, wat de cijfers iets vertekent, maar zelfs dan: een groot verschil.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Verkiezingen: partijen en hun uitdagingen

GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Vandaag is dat Kaj Leers, met een beschouwing van de uitdagingen en problemen van de partijen.

Nederland mag over enkele maanden weer naar de stembus om een nieuwe regering te kiezen. Het slagveld ligt er nu nog maagdelijk en bloemrijk bij, maar is wel totaal overhoop gegooid nu de PvdA uit het kabinet gestapt is. Sommige partijen moeten hun strategie fors bijstellen. De contouren van het nieuwe slagveld zijn duidelijk.

Geen twijfel: de verkiezingen van 2010 gaan over twee zaken. Ten eerste de bezuinigingen. Die moeten er komen, daar is iedereen het over eens. Zoals ik hier schreef is de keuze straks als vanouds tussen links en rechts. Het vallen van het kabinet betekent dat de PvdA de vrijheid heeft om zichzelf terug te trekken in het linkse kamp, terwijl het CDA hetzelfde kan doen in het rechtse kamp.

De tweede zaak is onmiskenbaar de factor Wilders. Maar in tegenstelling tot wat Wilders zelf het liefst doet – zich afzetten tegen linkse partijen – zijn het de rechtse partijen en de SP die het meest van hem te duchten hebben.

SP

Agnes Kant heeft het moeilijk. Ze heeft op sociaal-economische onderwerpen een stevige concurrent in Geert Wilders, die veel kiezers van haar afsnoept. Wilders heeft veel sociaal-economische SP-punten overgenomen. Tegen zijn verbale geweld kan Kant moeilijk op, ook al omdat Wilders ook op sociaal-cultureel terrein kiezers bij haar weghaalt met zijn stevige standpunten inzake moslims en criminaliteit. Kant kan nu niet dezelfde standpunten gaan huldigen. Wil ze kiezers teruglokken van het Wilders-kamp, dan loopt ze het gevaar teveel naar links te moeten overhellen om nog aantrekkelijk te zijn voor meer gematigde kiezers van de PvdA en Groenlinks. Een manier om dat te voorkomen is door te proberen coalities te sluiten met die partijen, zoals Halsema nog voorstelde in 2006 (het ‘kopje koffie’ met Bos). Op die manier kan Kant nog proberen de verschillen met de PvdA en Groenlinks te minimaliseren.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Volgende