WW: Cadeautips deel 2
De woensdagmiddag is op GeenCommentaar Wondere Woensdagmiddag. Met extra aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen in Wetenschap- en Techniekland.

De Sint is weer in het land en met ook de Kerst voor de deur is het weer tijd om te peinzen wat je voor cadeau’s moet kopen en wat je op je eigen verlanglijstje moet zetten. Wij van de WW helpen graag een handje met cadeautips voor de betere beta-nerds. Vorige week gaven we al suggesties voor de wis- en scheikunde-fans, vandaag volgen nog een drietal tips:
Allereerst voor de biologen. Voor normale mensen kan je natuurlijk één enkel huisdier cadeau doen, wie wil er nou geen puppy of poesje in je schoen? Maar voor een bioloog is dat misschien een beetje karig. Eén van de interessante vragen die biologen altijd fascineert is hoe organismen zich verhouden tot de omgeving en hoe een heel ecosysteem in elkaar zit. Daarom is GC’s biologen-cadeautip van dit jaar een heus ecosysteem: de Ecosphere. Wat de Ecoshpere zo interessant maakt is dat het daadwerkelijk een volledig afgesloten systeem in een afgesloten, glazen bol is (natuurlijk is er wel invloed van licht). De Ecosphere is een volledig afgesloten, zelfvoorzienend waterwereldje, waarin rode garnaaltjes en algen elkaar in leven houden. Je hoeft ze dus niet te voeren: ideaal dus voor verstrooide professoren. De ecospeheres zijn er in verschillende soorten en maten (vanaf zo’n 50 euro). Ze zijn behalve in de officiele (Duitse) webshop, ook te verkrijgen bij bijvoorbeeld amazon.com of deze Nederlandse site.
Voor natuurkundigen is het lastiger echt goede cadeau’s te vinden. Hedendaagse natuurkunde is aan de ene kant dusdanig theoretisch van aard dat er weinig cadeau’s voor te bedenken zijn terwijl aan de andere kant de instrumenten waarmee experimentele natuurkunde gedaan wordt bijzonder groot, duur en erg onpraktisch zijn. Voor geinige cadeau’s is het beter om terug te gaan naar de goede oude natuurkunde uit de tijd van Newton. En dan zijn er wel degelijk een aantal gadgets te vinden die natuurkundige principes inzichtelijk maken.
Het Turkije-sceptische betoog luidt ongeveer zo: sommige Europese politici mogen Turkije dan een belangrijke partner vinden, de Europeaan voelt wel aan zijn theewater dat Turkije geen Europees land kan worden omdat het geen deel heeft gehad in de historische ontwikkeling die vanuit het westers Christendom, via Renaissance en Verlichting, resulteerde in onze tolerante en democratische samenleving. Dat het land sinds de jaren 1920 ingrijpend moderniseerde onder Atatürk en diens republikeinse opvolgers doet niet ter zake, want door elites doorgevoerde juridische en politieke veranderingen kunnen “nooit een geschiedenis en een cultuur veranderen” en Turkije zal dan ook altijd intoleranter, corrupter, autoritairder en vooral islamitischer blijven dan Europa lief is. Alle modernisering ten spijt zullen het eeuwenoude Europees-Turkse antagonisme en de daarmee samenhangende culturele verschillen sterker blijken dan de wens tot integratie. We moeten dan ook niet langer het onmogelijke verlangen (noch van de Europese burger, noch van de Turkse) en een alternatieve vorm zoeken voor de Europees-Turkse samenwerking.



