Deze post gaat in op de veranderingen in de autobrandstofsector veroorzaakt door het biobrandstofbeleid van de Europese Unie. Het gaat hier specifiek om biobrandstof waaronder ethanol, biodiesel, biomethanol, pure plantaardige olie enzovoorts. Naar biomassa welke verstookt wordt in elektriciteitscentrales wordt niet gekeken.
In 2010 moet 5.75% en in 2020 moet 10% van de autobrandstof gedekt worden door biobrandstoffen. Deze minimum streefcijfers vanuit Brussel betekenen nogal wat, zeker vanwege het bindende karakter. In 2005 bedroeg de consumptie van autobrandstof in de Europese Unie om en nabij de 8 miljoen vaten per dag. Aangezien 1 vat aardolie 159 liter bevat tanken we in Europa 1.27 miljard liter per dag om aan onze vraag naar wegtransport te voldoen. Het aandeel biobrandstoffen in 2005 bedroeg volgens de raming van de Europese Comissie 1% of 80.000 vaten per dag. Vrijwel de gehele biobrandstof productie werd gedekt door eigen Europese productie. De Europese vraag naar aardolie is vrij stabiel, en stijgt volgens het Internationaal Energie Agentschap in de periode tot aan 2020 met 0.2% per jaar.
Dat betekent dat er ongeveer 460.000 vaten per dag aan biobrandstof getankt moet worden in 2010 volgens Brussel en in 2020 ongeveer 820.000 vaten per dag. Naar verwachting van het Internationaal Energie Agentschap stijgt de Europese productie van biobrandstoffen richting de 200.000 vaten per dag in 2010. Als de ramingen correct zijn moeten er dagelijks 260.000 vaten aan biobrandstof geïmporteerd worden om aan de Europese richtlijn te voldoen, een zeer hoge hoeveelheid. De doelstelling van 5.75 procent voor 2010 zal waarschijnlijk niet gehaald worden. De impacts op het landbouwareaal beginnen tegen 2010 ook te tellen. Het landbouwareaal in Europa bedekt 40.7% van de 430 miljoen hectare aan Europese oppervlakte. Als we uitgaan van 1500 liter aan biobrandstofproductie per hectare per jaar is er 7.74 miljoen hectare aan areaal nodig om 200.000 vaten per dag aan biobrandstof te produceren. Dat betekent dat 4% van het Europese landbouwareaal tegen 2010 gebruikt wordt om biobrandstoffen te telen.
