Een glazen bol vol criminelen

In 2017 moet Nederland het eerste land worden waar 'predictive policing' nationaal wordt toegepast. Door data en algoritmen wordt misdaad voorkomen. Onomstreden is het niet. Waar liggen de valkuilen? “The ‘Minority Report’ is a modern fact, not fiction.” Het hoofd van de politie in New York William Bratton refereerde met deze uitspraak naar de sciencefiction film The Minority Report (2002). In de film is het aantal ernstige misdrijven teruggebracht tot nul. De Pre Crime-politie voorspelt moorden en stopt moordenaars voordat ze de daad uitvoeren. Deze voorspellingen worden gedaan door drie gemuteerde mensen die misdaden visualiseren voor ze gepleegd worden. De film waarschuwt voor een overheid die in de hoofden van de burgers kruipt en geen boodschap heeft aan recht op privacy. Maar het stelt ook de vraag: is ons gedrag te voorspellen? Misdaad aanpakken voordat het heeft plaatsgevonden gebeurt niet alleen in films. Anno 2017 maken politiekorpsen overal ter wereld gebruik van algoritmes om preventief in te grijpen. Volgens Bratton is dit nieuwe instrument van de politie de toekomst. Ook in Nederland wordt predictive policing enthousiast ontvangen.

Spionnen op de weg

NIEUWS - Als u met uw smartphone de ravage en slachtoffers van een verkeersongeluk rijdt te filmen, kunt u altijd nog zelf door de dashcam van een medeweggebruiker worden gefilmd en aangegeven worden bij de politie.

Volgens het AD is de politie blij met ingeleverde dashcambeelden van incidenten, maar zijn die alleen bruikbaar als de aangever ook een getuigenverklaring wil geven. Spioneren is één ding, verklikken is misschien een stapje te ver voor sommigen.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Maëlick (cc)

Sociale media faciliteren zelfbedrog

ONDERZOEK - Zelfbedrog lijkt iets te zijn wat mensen per definitie zelf doen. Jij zelf bedriegt jezelf. Maar wie beter kijkt ziet dat het een sterk sociaal verankerd fenomeen is. Technologie en vooral sociale media spelen een cruciale rol in ons zelfbedrog, schrijft Roy Dings op Sociale Vraagstukken.

Wetenschappers karakteriseren zelfbedrog doorgaans in termen van ‘gemotiveerde irrationaliteit’. Dit houdt in dat iemand die zichzelf bedriegt een motivatie heeft om op een irrationele manier met informatie om te gaan (vgl. Mele 2001). Simpel gezegd: iemand die zichzelf bedriegt ziet wat hij wil zien, leest wat hij wil lezen en hoort wat hij wil horen.

Veel wetenschappers hebben hierdoor de neiging om zelfbedrog te bestuderen als individueel verschijnsel. Immers, als zelfbedrog te maken heeft met een verstoorde informatieverwerking, dan moeten we onderzoek doen naar de cognitieve mechanismen die een dergelijke verstoring mogelijk maken.

Maar zelfbedrog is tevens een sociaal fenomeen: er zijn ook sociale mechanismen die bijdragen aan ons zelfbedrog (zie bijvoorbeeld Dings 2017).

Jezelf voor de gek houden

De traditionele benadering van zelfbedrog erkent dat wat andere mensen doen en zeggen (of juist niet doen of nalaten te zeggen), informatie is die we kunnen gebruiken om onszelf voor de gek te houden. Als ik vier mensen vraag om commentaar te leveren op mijn artikel, en drie daarvan zijn vrij negatief, dan bedrieg ik mezelf wanneer ik bovengemiddelde waarde hecht aan die éne positieve reactie, bijvoorbeeld door mezelf wijs te maken dat de drie critici slecht gelezen hebben.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Kiezen voor onwetendheid

COLUMN - De Amerikaanse schrijver Upton Sinclair verzuchtte ooit dat “It’s hard to get a man to understand something, when his salary depends on his not understanding it.” Inderdaad steken mensen vaak hun hoofd in het zand als het gaat om de impact van hun acties voor anderen.

Zo weten we bijvoorbeeld allemaal wel dat er nadelen zitten aan het consumeren van goedkoop vlees, voor het klimaat en dierenwelzijn. Maar omdat we graag vlees eten en niet teveel willen betalen kijken we de andere kant op. De film “The Big Short” illustreert soortgelijke neigingen in de financiële crisis. Bankiers en investeerders profiteerden van de handel in onbetrouwbare hypotheken, en zagen verder geen reden voor diepgaand onderzoek.

Dat financiële prikkels “gewilde onwetendheid” kunnen opleveren is ook in het laboratorium bewezen. In een onder afgebeeld experiment door moest een participant (afgebeeld in het blauw), geld verdelen tussen zich zelf en een andere, passieve deelnemer (in het rood). In de linker situatie is de keuze eenvoudig: optie A levert beide deelnemers meer op dan optie B. In het rechter geval is de keuze lastiger: optie B is egalitairder en heeft een hoger totaalbedrag, maar kost de blauwe speler wel 1 dollar ten opzichte van optie A. Het bleek dat ongeveer driekwart van de blauwe deelnemers bereid was om dat offer te maken.

Duurzaam gedrag is niet mannelijk

Vrouwen vertonen duurzamer gedrag dan mannen:

Compared to men, women litter less, recycle more, and leave a smaller carbon footprint.

Want het is niet mannlijk:

Men may shun eco-friendly behavior because of what it conveys about their masculinity. It’s not that men don’t care about the environment. But they also tend to want to feel macho, and they worry that eco-friendly behaviors might brand them as feminine.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Energiebesparing, dat zouden anderen moeten doen

COLUMN - Energiebesparing is een belangrijke manier om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Het vormt een van de pijlers van het Nederlandse energieakkoord, dat tot forse reducties in gebruik moet leiden, met o.a. een appel aan de verantwoordelijke burger. Dat is optimistisch, want energie besparen vinden we vooral voor anderen van belang.

Een Amerikaanse studie in het vakblad Judgment and Decision Making onderzoekt onze houding ten opzichte van onze eigen energiebesparende activiteiten van onszelf en die van anderen. In een survey werd mensen gevraagd om de effectiefste actie te noemen die zij zelf konden doen om hun energiegebruik terug te brengen. De meest genoemde activiteit was een “makkelijke” actie, het vaker uitschakelen van het licht, Op twee stond een wat moeilijkere gedragsverandering, namelijk minder autorijden.

Daarnaast werd de respondenten gevraagd om eenzelfde actie te noemen voor “Amerikanen” in het algemeen. Hier bleek het patroon om te draaien: minder autorijden stond op één als de effectiefste maatregel voor Amerikanen.

Om dit makkelijk-voor-mij-moeilijk-voor-de-ander patroon beter te begrijpen deden de auteurs een tweede studie, waarbij ze respondenten vroegen om uit een lijst besparingsacties de effectiefste voor henzelf en voor “Amerikanen” te kiezen. Ook moesten ze voor elke actie aangeven hoe groot ze dachten dat de energiebesparing was, hoe moeilijk het was om die actie uit te voeren en hoe toepasbaar die actie was in hun eigen leven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

50 tinten manipulatie

COLUMN - Wat is manipulatie, en hoe ver mag de overheid gaan in het beïnvloeden van haar burgers? Dat waren de hoofdvragen in de keynote toespraak van Cass Sunstein, getiteld 50 shades of manipulation, afgelopen weekend in Wageningen.

Cass Sunstein, is een Amerikaanse jurist en beleidsmaker, en staat vanwege zijn hoge productiviteit ook wel bekend als de “one man think tank”. Zijn bekendste boek heet “Nudge”, waarin hij voorstelt dat minimalistische interventies gebaseerd op gedragseconomisch onderzoek mensen voor hun eigen fouten kunnen behoeden. Daarop kreeg hij veel kritiek van liberalen die zulke zogenaamde “nudges” als manipulatie afdoen. Sunstein’s nieuwste boek, The ethics of influence dat in september uitkomt, is een antwoord op die kritiek. In zijn keynote speech afgelopen zondag op een conferentie in Wageningen over gedrag en beleid, gaf hij een voorproefje.

Volgens Sunstein is een actie manipulatief als die de reflectieve en deliberatieve capaciteiten van een ander onvoldoende aanspreekt. In deze definitie speelt het onderscheid tussen onze onbewuste “automatische” processen en onze bewuste “deliberatieve” processen (respectievelijk Systeem 1 en 2, in de terminologie van gedragswetenschapper Daniel Kahneman) een dus een belangrijke rol.

Zo zijn bijvoorbeeld subliminale advertenties een duidelijk geval van manipulatie, net als andere marketingtechnieken die vooral ons “Systeem 1” beïnvloeden. Sunstein geeft als voorbeeld een gezondheidsdienst die zegt dat een bepaald medicijn “de kans op ziekte X halveert”, in plaats van te zeggen dat die kans daalt van één op een miljoen naar één op twee miljoen. De dienst is manipulatief, omdat het mensen niet alle informatie geeft voor een bewuste keuze.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Onverbeterlijk optimisme

COLUMN - “Dan maak je maar zin”, antwoordde mijn moeder wanneer ik niet naar muziekles wilde, omdat die toch wel weer stom zou zijn. Omdat ik natuurlijk ook geen zin had om zin te maken, probeerde ze mij uit te leggen dat optimisme en positivisme het leven prettiger en productiever maken.

Een studie uit 2010,uitgebracht door het National Bureau of Economic Research in de V.S., geeft mijn moeder wat dat laatste betreft gelijk. De onderzoekers maten het optimisme van een cohort MBA studenten, mensen die vaak later belangrijke functies in het bedrijfsleven bekleden. Ze deden dat met vragen als “In onzekere tijden, verwacht ik meestal het beste” of “Als er dingen voor mij fout kunnen gaan, dan zullen ze dat ook doen.”

Twee jaar na hun afstuderen enquêteerden de auteurs de studenten opnieuw. Het bleek dat de optimistische studenten sneller een baan hadden, terwijl ze juist minder sollicitaties deden. Ook was het na twee jaar waarschijnlijker dat ze binnen hun baan promotie hadden gemaakt.

Een interessante vraag is hoe dat komt. Misschien is het simpelweg zo dat optimistische mensen met minder tevreden zijn. Dat bleek echter niet het geval: ze gingen niet sneller in op een arbeidsaanbod, werkten in vergelijkbare bedrijfstakken en verdienden niet minder dan hun pessimistische collega’s. Ze verdienden overigens ook niet meer, wat de hypothese ontkracht dat optimisten slimmer zijn of beter in hun baan. Dat dat niet het geval is bleek ook uit het feit dat optimisten niet vaker een baan kregen bij hun favoriete bedrijf, hoewel ze dat zelf wel verwachtten.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Schelling’s egonomie

COLUMN - In het artikel “Egonomics, or the art of self-management” uit 1978 beschrijft de latere Nobelprijswinnaar Thomas Schelling de vele manieren waarop wij onszelf bestrijden. Droogjes noteert hij dat “[we] spend a lot of time trying to get ourselves to do what we already decided to do.”

Het artikel bestaat voornamelijk uit voorbeelden van zulk zelf-management: de wekker die buiten ons bereik staat zodat we ’s ochtends uit bed komen, de barricades op onze spaarrekening zodat we onszelf niet beroven, en het bietsen in plaats van kopen van sigaretten als rem op het rookgedrag. “In these examples’’, schrijft Schelling, “everybody behaves like two people, one who wants clean lungs and a long life, and another who adores tobacco or one who wants a lean body and another who wants desert.”

Terugkijkend illustreert het artikel prachtig de vooruitgang in de gedragseconomie. Schelling’s anekdotische voorbeelden zijn ondertussen vervangen door gecontroleerde experimenten, van systematisch uitstelgedrag tot het feit dat mensen bereid zijn te betalen voor barrières op het opnemen van spaargeld. Schellings’ intuïties over de meerdere zelven die in ons huizen zijn nu in wiskundig uitgewerkte modellen gevat, zoals Laibson’s beta-delta model, en het planner-doer model, en leiden tot nieuwe, testbare hypothesen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Vorige Volgende