DATA - ‘Meer dan 200.000 professionals werken samen om de kans op een terroristische aanslag zo klein mogelijk te maken.’ In 2008, toen de publiekscampagne ‘Nederland tegen terrorisme’ liep, werkten er al heel wat mensen in het ‘anti-terrorismebestel’. Dat zijn er anno 2011 waarschijnlijk meer, want het budget groeit gestaag door (bekijk de ontwikkeling verderop in dit artikel).
Het anti-terrorismebestel is inmiddels een gevestigde orde in Nederland. Dat schrijft ook Erik Akkerboom, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb), in een beschouwend stuk over de afgelopen 10 jaar terrorismebestrijding in de Militaire Spectator. ‘Het heeft institutioneel en operationeel stevig vorm en inhoud gekregen.’ Hij is er stellig in dat dit nog verder moet worden uitgebouwd. In de Nationale Terrorismestrategie staat hoe: ze pakken de vijf peilers verwerven, voorkomen, verdedigen, voorbereiden en vervolgen aan. Verder geeft Akkerboom aan er naar te streven anti-terrorismewerk een ‘normale’ tak van beveiligings- en opsporingswerk te maken. Goed ingebed dus.
Akkerboom gaat nogal vanzelfsprekend uit van voortgang. Van doorgaan, van groei (investeringen), en zelfs van ‘in beton gieten’. Maar is dat wel echt hoe het verder moet met het anti-terrorismebestel?
Sinds 2001 is er een aantal wetten en maatregelen ingevoerd om het voorkomen van terroristische daden te vergemakkelijken. Zo mogen personen ook bij vage verdenkingen opgepakt worden, kunnen bankrekeningen van personen eenvoudig geblokkeerd worden en is een van deze wetten de reden dat telecomaanbieders al onze gegevens verplicht een half jaar lang moeten bewaren.