Angst voor de toekomst
De moeder aller crises is daar. Na de hypotheekcrisis, de bankencrisis en de eurocrisis hebben we nu een complete vertrouwenscrisis. Als burgers en ondernemers geen vertrouwen hebben in de toekomst, dan valt het economische raderwerk stil. Terwijl de politici grappend en grollend spreken over kleuters en poedels mist men het grote gevaar. Wij zijn bang voor de toekomst. Wij, ja wij met zijn allen, wij geloven er niet meer in. Ondernemers investeren niet meer. Consumenten houden de hand op de knip. De angst is niet ingegeven door waandenkbeelden, maar door een internationaal gebrek aan politiek leiderschap, daadkracht en duidelijkheid.
Wie gaat er volgend jaar een procentje op achteruit? Wie moet er een jaartje langer doorwerken? Echt, dit is klein bier in vergelijking met de vertrouwenscrisis. Premier Rutte heeft een plan ingediend om een eurocommissaris aan te stellen. Deze man of vrouw gaat landen die er een potje van maken bestraffen. Goed plan, waardeloze timing. Het is te laat: we zitten al vuistdiep in de shit. De schulden van de zuidelijke landen nemen alleen maar toe. Griekenland is in economisch opzicht een Duits deelstaatje. Dat de politieke wil ontbreekt om dat land snel te redden zegt veel. Hieruit blijkt namelijk dat Italië het evenmin redt. Ratingbureaus zeggen het klip en klaar: Italië gaat bankarotta. De steunaankopen van de ECB hebben alleen tijd gekocht. Rente op Italiaanse staatsleningen stijgt, de schuld neemt toe en de Italiaan pikt niet nog meer bezuinigingen van lopend lijk Silvio.