Vakantiebestemming: rondom huis

Dit jaar blijven we eens een keertje thuis. Net de halve hut verbouwd, de centen zijn op en we horen steeds dat het in Nederland ook leuk vakantievieren is. Dat doen wij dus nu. Vakantie vieren in eigen land. Ik heb een opblaasbaar familiezwembad gekocht bij een drogist, de koelkast ligt tot de nok gevuld met wijn en het is een boel gezelligheid hier in de tuin. Toch kom ik niet los uit mijn gangbare ritme, merk ik. Ik werk normaal gesproken vanuit huis, dus ik plan werk, kinderen, boodschappen, het sociale deel al dwars door mijn werkzaamheden heen. Ik werk niet van 9 tot 5, ik werk soms van 9 tot 12 en van 21 tot 4 omdat dat beter uitkomt (en ik een notoir insomniast ben, dat helpt ook) en alles loopt hier soepeltjes. Net als nu eigenlijk. Er is niet zo veel verschil.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022
Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Van die dingen | Vakantie

COLUMN - De eerste paar dagen keken we nog naar de weersvoorspelling, maar daar zijn we maar mee opgehouden. Donkere wolken met twee druppels blijkt in de praktijk stralende zon en heel warm en een zonnetje met een wit wolkje is zwaar bewolkt en nogal koud. We pakken ons iedere dag in alsof het hartje winter is en pellen laag voor laag af als het weer het toelaat.

Ik was even bang dat we hier een week lang in de regen zouden zitten. Een week voor elke vakantie bookmark ik namelijk Weeronline en kijk veertien dagen vooruit naar wat het weer gaat doen. Dat beloofde niet veel fraais. De tassen werden aangevuld met regenlaarzen, regenjassen, dikke truien, fleecedekens en vier paraplu’s. Van regen smelt je namelijk, dat weet iedereen.

De omgebouwde paardenstal blijkt een perfecte vakantiehut. Alles is er, zelfs wifi (anders las u dit niet, dat snapt u zelf ook wel). De paarden – een stuk of vijftig in de stallen en weilanden om ons heen – hebben een enorme hoeveelheid vliegen bij zich en de landelijke luchten zijn overal, maar dat is dan ook het enige waarover wat te mekkeren valt. Wij mekkeren niet. Wij wuiven vliegen weg en snuiven rurale luchten. We frisbeeën voor de deur op een immens grasveld, we wandelen wat af, de Grotten van Han hebben we uiteraard afgevinkt en de wafels met chocolade en slagroom zijn superlekker. Alleen koken we hier elektrisch. Dat is even een dingetje.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Van die dingen | Autoradio

COLUMN - Het fijne van op vakantie gaan vind ik de autorit. ‘Lekker snel vliegen’ is volledig overschat met twee uur van te voren inchecken, zeven uur vliegen (want als we dan toch het vliegtuig nemen, dan gaan we wel wat verder) en weer twee uur wachten op de koffers en de huurauto. Jankende, want oververmoeide kinderen, bekaf om twee uur ’s nachts aankomen in je appartement, stress en de tweede dag van je vakantie al moe beginnen. Wij doen er niet aan mee.

Wij rijden. Heel relaxed. Via Duitsland naar Italië of richting Frankrijk of Spanje. Dat is fijn, want we doen er een paar dagen over zodat je al op dag één rond een uurtje of vier aan een koud biertje zit in een of ander exotisch dorp. Kinderen een ijsje en een speeltuin, helemaal goed. Nooit te lang in de auto en het spelletje dat met stip bovenaan staat is: zoek een muziekzender die het langer dan tien minuten doet.

Ga je richting Italië, dan gaat dat meestal wel goed. Duitse zenders zijn hartstikke degelijk, dus die gaan een tijdje mee. Ga je door Frankrijk, dan wordt het een uitdaging en daar zit de lol. In België gaan we, om even in te komen, nog voor StuBru. Studio Brussel trekt het namelijk ook nog een klein stukje Frankrijk in, maar dan begint het. Zoeken. Het liedje dat we allemaal leuk vinden begint zuiver, maar bij het tweede refrein zit er al een stevige ruis in. Het is ingewikkeld om een heel lied uit te kunnen zitten. Meezingen hoeft niet voor ons, het gaat om een lied met kop en staart. Kom maar door met die chansons. We zitten niet voor niets in Frankrijk.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Afschrijvingen | Minder vakantie, goed voor de economie?

Elk jaar duikt er rond vakantietijd een interview op met econoom Arjo Klamer waarin hij de Nederlandse ‘vakantiecultus’ bekritiseerd. Onze hele economie lijkt gericht te zijn op het vieren van vakantie, het land ligt drie maanden stil, we raken er door ontregeld en het kost veel te veel geld – tot wel 14 procent van ons nationaal inkomen, dat ook nog eens voor een groot deel in het buitenland wordt uitgegeven. Door wat vakantie in te leveren zouden we zo maar eens het begrotingstekort of de stijgende zorgkosten kunnen betalen. Kan het inderdaad wel wat minder met die vakantie?

Volgens Klamer geven we zeven procent van ons inkomen uit aan vakanties en moeten we daar vanwege de door de vakantie misgelopen productiviteit nog eens zeven procent bij optellen. Klamer denkt dat vakanties ons dus tot wel 14 procent van ons BBP, dus zo’n 80 miljard euro, kosten.

Die eerste zeven procent lijkt me een redelijke schatting. Iets minder dan een maandsalaris. (Het CBS zit wel een stuk lager). Maar een groot deel geven we uit in eigen land en dat wat we in het buitenland uitgeven stroomt deels weer terug doordat we steeds meer ‘all-inclusive’ schijnen te boeken bij grote westerse touroperators. En vergeet niet: er zijn natuurlijk ook miljoenen buitenlandse toeristen die naar Nederland komen. Zo erg is het nou ook weer niet.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Anton Raath (cc)

Ebem Emaël

COLUMN - Eben Emaël. We zouden naar de Sint Pietersberg fietsen, tot ik ineens die woorden op de kaart zag staan, net over de Belgische grens, op een steenworp van Maastricht. Eben Emaël, een mysterie op fietsafstand.
           Maar er was nog een andere reden.
           Toen ik de op de lagere school zal, las ik het liefst boeken over de Tweede Wereldoorlog. Enkel over de militaire kant ervan, de rest was me te zwaarmoedig of te saai, dat weet ik niet meer. Enkele keren per jaar viel er een folder in de bus die een abonnement aanprees op een hele serie boeken die mijn selectieve interesse deelde (van een bedrijf dat inmiddels oorlog heeft ingeruild voor borduren en tarot kaartleggen). Mijn ouders piekerden er niet over om die serie te kopen, maar de folder bood altijd een deeltje aan ter kennismaking, voor een gulden of tien. Als ik het deeltje nog niet had, dan bestelden mijn ouders het. Ik keek vooral naar de foto’s.
           Toen ik Eben Emaël zag staan, herinnerde ik me een zwart-wit foto: een hoge en lange schuine wand langs een kanaal. Het zou een fort zijn. Ik begreep de foto niet. Die ongerijmdheid had hem beschermd tegen het verloop van drie decennia, duizenden liters bier, vele honderden boeken en een onschatbaar aantal uren geouwehoer.
          Het fort bleek gesloten, maar toevallig stond er een gids te wachten op een groep voor een besloten rondleiding. We mochten mee. Een kleine drie uur lang dwaalden we door het enorme ondergrondse complex.
         De gids was een onopvallende man van mijn leeftijd die, als ik hem goed begreep, meer tijd in het fort doorbracht dan bij zijn gezin. Vroeger zou ik daar schamper over gedaan hebben.
         Het verhaal van het fort is prachtig. Het werd vlak voor de oorlog aangelegd en gold als een onneembare vesting, een van de beste forten ter wereld. De allereerste oorlogshandeling van de Nazi’s op 10 mei 1940 was het uitschakelen van het fort. Het duurde 15 minuten. Volgens de Belgen was het 30 minuten.
        De gids herhaalde het vaak, heel vaak, en met een zekere wellust: 15 minuten. Het had iets van leedvermaak, wat vreemd aandeed in het licht van zijn toewijding aan het fort. Maar later dacht ik: juist het falen van hen die we bewonderen en liefhebben biedt troost. Als zij al falen, dan mogen wij dat ook.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

Niet dezelfde plek (slot)

Waarin de auteur ons tussen al het verkiezingsgeweld door vertelt hoe zijn vakantie op dezelfde camping (maar niet dezelfde plek) als vorig jaar afliep.

Wat er voorafging: deel 1, deel 2.

Na de man met de OV-fiets, arriveerde een man in een donkere auto. Het voertuig was her en der met stukjes duct-tape beplakt, zoals je de wondjes verzorgt van een scheerbeurt met een te bot mes. Zijn zoontje ging met een stripboek op een klapstoel zitten. Ondertussen zette de man met een geconcentreerde blik een grote De Waard-tent op – het type bezit dat bij een boedelscheiding wordt ingedeeld bij de kapitaalgoederen.
    Het zoontje deed eindeloos met het stripboek. Misschien kon hij niet zo goed lezen of wilde hij het contact met zijn leeftijdsgenoten nog even uitstellen.
    De gescheiden vriendinnen van mijn vrouw sloegen de man belangstellend gade. Hij had kort haar, een juristenbrilletje en een vriendelijke gezichtsuitdrukking.
    Ik vroeg hen hoe ze zijn sociaaleconomische status inschatten. Het leek me dat de dames niet op zoek waren naar een kostganger.
    Van de status kon je niets van zeggen, vond een van hen, een psychotherapeute. Ze was getrouwd geweest met een man die zichzelf had heruitgevonden als kunstenaar, dus ze leek me geschoold in het detecteren van uitvreters.
    Toen de tent overeind stond en de auto was weggebracht, zette de man een kopje kruidenthee voor zichzelf en het zoontje. Dat dronken ze op terwijl ze zwijgend naast elkaar zaten voor de tent.
    Mijn vrouw en haar vriendinnen dronken ook kruidenthee.
    Ik probeerde de interesse van de dames aan te wakkeren. Maar het wilde niet vlotten met de begeerte.
    Na de man met de OV-fiets en de man met de kruidenthee, trok mijn vrouw de heldere conclusie dat we ons soort mensen, onszelf dus eigenlijk, niet begeerlijk vonden.
    Die observatie sprak me aan. Waarheid is mooi, maar waarheid met beetje zelfkastijding is beter. De heroïek van de kleinburger ligt in het masochisme, het vermogen om genot te destilleren uit vernedering.
    Ik drink weliswaar geen kruidenthee, of welke thee dan ook, maar toch observeerde ik de man in het besef mezelf te observeren.
    Je hoort mensen wel eens zeggen dat ze op vakantie zo fijn tot jezelf kunnen komen. Alsof dat moeilijk is. Je hoeft alleen maar om je heen te kijken, dan weet je precies wat voor vlees je in de eigen kuip hebt.
    Anderen zien dat ook. Een paar dagen eerder had de eigenaar van een kanoverhuurbedrijf meteen geraden op welke camping we stonden. Tussen zijn bedrijf en onze camping zaten zeker tien andere campings. Maar hij had geen moment geaarzeld.
    Wie moeite heeft tot zichzelf te komen, kan zich wenden tot kanoverhuur Nieuwe Brug.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

Niet dezelfde plek

Waarin de auteur terugkijkt op de tijd die hij deze zomer doorbracht op de camping.

We gingen naar dezelfde camping als vorig jaar. Als ik dat aan iemand vertelde, was de volgende vraag steevast: Ook dezelfde plek?
Nee, het was niet dezelfde plek. We stonden een meter of acht verderop en daarover was ik enigszins ontstemd. Vorig jaar waren we min of meer per toeval op nummer 208 beland, maar daarna heb ik aan zoveel mensen verteld hoe optimaal die plek was – tussen de bomen, een mooi stuk gras erbij, de kont naar de buren, zicht op het speeltuintje met onze kroost, buiten gehoorsafstand van het toiletblok maar niet te ver voor nachtelijke kinderplassen – dat ik het zelf ben gaan geloven. Als ik eenmaal iets geloof, dan raak ik er niet meer zomaar vanaf. Dat komt omdat mijn religie veel werk maakt van bewijsvoering en bewijzen moffel je niet zomaar weer onder het gras. Met apodictische geloofsartikelen heb ik niets.
De hele vakantie observeerde ik de mensen die dit jaar op 208 stonden met een zekere vijandigheid. Ze hadden hun tent verkeerd gezet en daardoor werd een groot deel van de optimaliteit verkwanseld. Ze hadden net zo goed op onze plek, 209, kunnen staan. Ook hielp het niet dat de vrouw hun kinderen filmde met een iPad.
Elk jaar neem ik me voor om Applebezitters van de deportatielijst af te halen, maar telkens blijkt dat ze er niet af willen. Misschien moet ik hen gaan zien als rokers. Mensen die we een zwakheid gunnen, zolang ze extra accijns betalen en hun hobby niet pal voor de ingang van gebouwen of in benauwde vergaderruimtes uitoefenen.

Kunst op Zondag | Musea

Uw KoZ-redacteur is op vakantie. Zonder vastomlijnde plannen en voornemens. Maar het zou leuk zijn onderweg een museum te treffen, dat zich als onverwachte verrassing aandient.

Museumgebouwen zijn soms kunst op zichzelf. De buitenkant of, het interieur of de gehele architectuur kan al een mooie beleving zijn. Of  het gebouw ook weerspiegelt wat het herbergt, is een kwestie van vele interpretaties.

De meest spectaculaire gebouwen vind je in het buitenland. Iets minder spectaculair, maar niet minder fraai, zijn een aantal Nederlandse museumgebouwen.

Een paar bekende museumgebouwen op een rij.

Het Bonnenfanten Museum, Maastricht.

Het Groninger Museum.

Het  Fries Museum, Leeuwarden.

Het Chabot Museum, Rotterdam.

Spanje kent meerdere, zeer fraaie museumgebouwen.

Het Palacio de Cristal in Madrid.

Het Guggenheim Museum Bilbao.

Maar verspreid over Europa vinden we nog meer verrassingen.

Het Kunsthaus Gras, uiteraard in Gras,  Oostenrijk.

Het Vitra Design Museum in Weil am Rhein, Duitsland.

Het Paul Klee Museum, te Bern, Zwitserland.
Twee verschillende opvattingen om Salvador Dalí met een museumgebouw te eren.

Het Dalí Theatre-Museum in Figueres, Spanje.

Wat een verschil met The Dalí Museum in Florida, USA.

Ik ben benieuwd welke musea jij tijdens je vakantie bent tegengekomen en binnengelopen. Met een aardige toelichting stellen we zo Sargasso’s museumgids samen.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Heilig (vakantie)huisje

Vakanties zijn kostbaar en we hebben ze niet echt nodig. Door een paar vakantiedagen in te leveren zouden we alle overheidstekorten kunnen oplossen.  Maar dat gaat nooit gebeuren, betoogt Arjo Klamer, hoogleraar culturele economie  aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Nederlanders gaan weer massaal op vakantie. Het jaarlijkse ritueel wordt zoals gewoonlijk met man en macht uitgevoerd, crisis of geen crisis. Niets lijkt zo heilig voor Nederlanders als hun vakantie. Wee degene die durft te suggereren dat het wel wat minder kan met die vakanties.

De Nederlandse vakantie is een uiterst kostbare aangelegenheid. Nederlanders geven ongeveer zeven procent van hun inkomen uit aan vakanties. Voor een belangrijk deel doen ze dat in het buitenland, dus dat geld vloeit weg uit de Nederlandse economie. Tel daarbij de tijd dat niet wordt gewerkt op, en de de totale kosten van de Nederlandse vakantie komen te liggen tussen de 12 en 14 procent van het bruto binnenlands product. Breng het geld in mindering dat verdiend wordt aan de vakanties van Nederlanders in Nederland, en dan blijkt dat Nederlanders nog steeds flink meer uitgeven aan hun vakanties dan aan hun gezondheidszorg.

Onproductief

De vergelijking met de gezondheidszorg heeft meer kanten. Want net als wanneer zieke mensen onproductief zijn, zo zijn vakantievierders dat. Op vakantie voeren ze niets uit. Dat is ook de bedoeling van vakanties. Nederlanders zijn minstens vijf weken per jaar inactief.

Vorige Volgende