Opgeruimd staat netjes
OPINIE - Praten over cultuur is moeilijk. Ik heb het nu niet over cultuur in de algemene zin (“al het menselijke gedrag voor zover het niet is aangeboren”) maar in de beperkte zin van cultuur-met-een-hoofdletter-c: de podiumkunsten, de beeldende kunsten, de letteren, wetenschap, de humaniora. Het probleem daarmee is: je geniet méér als je begrijpt wat er gebeurt, maar dit veronderstelt voorkennis en wie voorkennis uitlegt, komt al snel pedant over. Het lijkt dan een reeks vormpjes om de vormpjes.
Dat is wat ik tegen heb op het Groot Dictee. Het heeft helemaal niets, maar dan ook werkelijk he-le-maal niets, te maken met cultuur. Het stelt de vormpjes, de rare regeltjes centraal en pretendeert dat díe iets zeggen over taal en cultuur. Maar het gaat om de grote ideeën. In de cultuur van Noordwest-Europa gaat het bijvoorbeeld om vrijheid, waarheidsliefde, Verlichting en gemeenschapszin. Voor Nederland mag je er botte onbevangenheid aan toevoegen en voor Vlaanderen hoffelijke onoprechtheid. Ik weet niet meteen of die generaliseringen kloppen, maar de culturele discussie zou dáár over moeten gaan. En niet over het minutieus gekalligrafeerde epistel dat de witteboordencrimineel coûte que coûte moest schrijven over kasuarissen.
Het Groot Dictee is net zoiets als mensen uitleggen wat de Dorische, Ionische en Korinthische bouwordes zijn en ze een Griekse tragedie laten zien, en vervolgens claimen dat dat een klassieke vorming is. Maar daar gaat het natuurlijk niet om. Een klassieke vorming is het inzicht dat anderen, die eerder leefden, op een bepaalde manier groter waren. Het is een denkwijze waarin je eigen onwetendheid centraal staat. Het is in laatste instantie karaktervorming. Ook over de geldigheid van de in de voorgaande zinnen gegeven generaliseringen valt te discussiëren maar dát is dan een discussie van een beter kaliber dan het kinderachtige geneuzel over het kinderachtige potjeslatijn van de kinderachtige Thierry Baudet.