OPINIE - Om echt maatwerk te kunnen leveren zal het beslissingsproces veel zorgvuldiger moeten worden geanalyseerd en gestructureerd dan thans het geval is, betoogt Dato Steenhuis (voormalig Procureur-Generaal en lid van het College van Procureurs-Generaal Openbaar Ministerie) op Ivoren Toga.
De rechter levert maatwerk. Dat is althans de stelling, het uitgangspunt. Maatwerk staat voor zorgvuldigheid, niet alles over één kam scheren maar gelijke gevallen gelijk behandelen en ongelijke ongelijk naar de mate van hun ongelijkheid. Ik ga bij de discussie of de rechter dit uitgangspunt waarmaakt voorbij aan de fase van de schuldvaststelling en beperk me tot de strafmaat.
Bij de bepaling daarvan houdt de rechter, zo blijkt uit de formule voor de motivering, rekening met de ernst van het feit, de persoon van de dader en de omstandigheden waaronder het delict werd gepleegd. Bij de weging van deze drie factoren moet hij dus zo goed als mogelijk proberen te voldoen aan het eerder genoemde maatwerk uitgangspunt.
Bij de ernst van het feit is dat, prima vista, het eenvoudigst. Soms steekt de wetgever zelfs de helpende hand toe, bijvoorbeeld door onderscheid te maken tussen de opzet en de schuld variant van een strafbaar feit. Maar ook als dat niet gebeurt, is deze variabele in het algemeen het makkelijkst te kwantificeren en daarmee op één noemer te brengen. Bij vermogensdelicten door de schade in geld uit te rekenen, bij geweldsdelicten door het letsel zo objectief mogelijk in kaart te brengen, bij dronken rijden door het bloedalcoholgehalte etc. etc.