Halsema: ‘Wilders winkelt behoorlijk selectief in de grondrechtensupermarkt’
Vorige week zaterdag hield Femke Halsema een lezing over de relatie tussen vrijzinnigheid, religie en politiek, die in de pers en het blogcircuit ruimschoots aandacht kreeg. Als je niet beter wist, zou je bijna denken dat de voorvrouw van GroenLinks nooit eerder was opgekomen voor de emancipatie van vrouwen en homo’s, dat ze nooit eerder op de barricaden had gestaan voor gelijke behandeling van alle burgers in ons land. Je kreeg stellig de indruk dat rechts dit thema al jaren geleden op de agenda had geplaatst en Halsema nu eindelijk, als eerste van de linkse elite in hun kielzog gevolgd was. Daar zijn wel een aantal kanttekeningen bij te plaatsen.
Om te beginnen is het natuurlijk niet zo dat rechts van oudsher strijdt voor vrouwenemancipatie. Door de jaren heen is dat toch vooral een strijd ter linkerzijde geweest. Bovendien is het lang niet voor het eerst dat GroenLinks zich met dit thema bezighoudt, want emancipatie en ontwikkeling zijn thema’s die de partij na aan het hart liggen. Zo nodigde GroenLinks in 2006 moslimvrouwen uit naar de Tweede Kamer, om van henzelf te horen hoe ze zelf naar hun positie kijken, wat ze zelf denken te kunnen doen aan hun emancipatie en wat ze van anderen en de overheid daarin verwachten. Ook in die tijd stelde Halsema al dat de emancipatie van vrouwen een mensenrecht is.
De interpretatie van rechts gaat ook voorbij aan het feit dat het nieuwe nogal rechtse kabinet tot nu toe niet laat zien vrouwenemancipatie hoog in het vaandel te hebben staan. Niet meer dan drie vrouwen kon men in onze samenleving vinden die geschikt waren voor het ministerschap. Stel je daarover kritische vragen, dan krijg je van rechtse mensen als antwoord dat de vrouwenstrijd achterhaald is, dat het aantal vrouwen er niet toe doet en dat het om de kwaliteit gaat. Waarmee dan natuurlijk simpelweg wordt gesuggereerd dat vrouwen met kwaliteiten er niet zijn. Terwijl het zonneklaar is dat een aantal mannen in het kabinet in ieder geval zelf niet over relevante bestuurlijke ervaring beschikt. Het zijn het soort argumenten dat wij vrouwen nu al decennialang horen. Je krijgt dan ook het gevoel dat we nogal teruggeworpen worden in de tijd. Dat gevoel wordt versterkt door de kabinetsplannen voor de kinderopvang, die men zodanig wil saneren dat een gemiddeld gezin straks zo’n 3000 euro per jaar extra kwijt is voor kinderopvang. Het lijkt me duidelijk wie de rekening daarvan gaat betalen. Dit soort maatregelen draagt niet bepaald bij aan de emancipatie en participatie van vrouwen.