Politiekledingvoorschrift geeft voeding aan debat

Met het kledingvoorschrift voor de politie én haar politieke dictaat heeft minister Yeşilgöz de discussie over het al dan niet mogen of kunnen dragen van religieuze symbolen bij geüniformeerde beroepen onbedoeld juist een nieuwe impuls gegeven. Diversiteit, inclusie, antidiscriminatie en representatie maken daar onlosmakelijk onderdeel vanuit. Vrouwen als Sarah Izat, Esma Kendir, Saida Derrazi en vele anderen maken ons dat dagelijks duidelijk. Het gaat hier om mensenrechten en keuzevrijheid. Op 20 juni organiseerde ik in opdracht van het bureau van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR) in Haarlem een sessie over Neutraliteit & Inclusie, die toespitste op het al dan niet kunnen of mogen dragen van religieuze symbolen bij geüniformeerde beroepen. Een week later lag er een kledingvoorschrift voor de politie. "Ik hoop dat de discussie klaar is en dat er niet langer over de ruggen van agenten een politieke discussie wordt gevoerd over dit onderwerp", liet verantwoordelijk minister Dilan Yeşilgöz (VVD) weten. Sessie in Haarlem In zijn inleiding liet godsdienstwetenschapper en moraalfilosoof Patrick Loobuyck van de Universiteit van Antwerpen nog eens – en zo bleek niet overbodig - zien dat neutraliteit vele soorten en maten kent en maakte hij ook korte metten met het misbruik van het beginsel scheiding van Kerk en Staat. Vlak daarvoor had ik hem bijgepraat over de Nederlandse situatie. Daarbij refereerde ik onder andere aan de eind 2022 aangenomen moties van PPV Kamerlid Helder, die de opmaat vormde voor het kledingvoorschrift. We kregen een geanimeerd gesprek over de schuivende notie in Nederland over neutraliteit, die steeds meer aanschurkt tegen het strikte (exclusieve) Franse laïcité-model, waarin religiebeleving zich uitsluitend achter de eigen voordeur voltrekt. Hoe anders dan de inclusieve en soms zelfs compenserende neutraliteit die de Amsterdamse burgemeester Job Cohen zo’n 20 jaar geleden voorstond. In dezelfde voorbereiding merkte ik ook de enorme terughoudend, vooral bij de rechtelijke macht en de politie, om in te gaan op de uitnodiging aan de sessie deel te nemen, laat staan een inhoudelijke bijdrage te leveren. Na het nodige masseerwerk zaten er uiteindelijk wel vertegenwoordigers van het leger, de douane, de brandweer én de politie in een panel om het gesprek met elkaar en de zaal aan te gaan. Belangrijke en gedeelde uitkomst: neutraliteit en onpartijdigheid zit voor alles in handelen, niet in uiterlijkheden of in het dragen van religieuze symbolen. Verder was er een brede consensus bij de panelleden over het belang het gesprek verder binnen en buiten de eigen organisaties te blijven voeren. Daarmee liepen zij allemaal onbedoeld vooruit op de discussieboycot van de minister. Want hoewel haar bevoegdheid zich niet uitstrekken naar het leger (defensie), de douane (financiën) of de boa’s (gemeenten) probeert ze wel de bestuurlijke toon te zetten. Politieke discussie? Van een politieke discussie merkte ik anders dan de minister eerlijk gezegd de laatste jaren niet zo veel. Het lijkt er sterk op dat na de strijd van Sarah Izat en de positieve uitspraken van hoofdcommissaris Aalbersberg in Amsterdam in 2017, vanuit het Haagse (VVD) torentje werd aangestuurd op een discussieverbod. Dat werd hooguit doorbroken door als dissident opgevoerde meningen van politiemedewerkers die zich bezighielden met diversiteit en inclusie binnen de eigen organisatie. Met de - gesteund door het CDA - aangenomen moties voor boa’s (2021) en de politie over een verbod op religieuze symbolen op zak, hoeft de minister van Veiligheid & Justitie weinig politieke weerstand en discussie meer te verwachten. De nieuwe samenstelling van de Eerste Kamer zal haar extra geruststellen. Het is dan ook veel meer de discussie binnen de beroepsgroepen en met de samenleving als geheel die nog gevoed en gevoerd moet gaan worden. De behoefte daaraan werd van alle kanten bevestigd. Door één van de politievakbonden, door talloze (wijk)agenten, door de kwartiermaker Diversiteit én door plaatsvervangend korpschef Liesbeth Huyzer. Zij zei: “Laten we vooral met een open mind blijven kijken naar dit vraagstuk en de hand blijven reiken naar iedereen, ook naar hen die vanuit overtuiging hun geloof zichtbaar tot uiting willen laten komen” Diversiteit, inclusie, antidiscriminatie en representatie maken onlosmakelijk onderdeel uit van de bredere discussie. Vrouwen als Sarah Izat, Esma Kendir, Saïda Derrazi en vele anderen maken ons dat dagelijks duidelijk. Het gaat hier om mensenrechten en keuzevrijheid. Het College voor de Rechten van de Mens zit niet verassend bovenop dit dossier. Daar kom bij dat ook deze wijziging in de wetgeving weer als algemeen geldend (religieuze symbolen) wordt gepresenteerd, maar zoals uit de motie van Helder blijkt in de praktijk net als meer recente tijdelijke wet- en regelgeving vooral bedoeld is en negatief uitwerkt voor moslim(a')s. Hoe dan ook, met het kledingvoorschrift voor de politie én haar politieke dictaat heeft minister Yeşilgöz de discussie onbedoeld juist een nieuwe impuls gegeven. In november organiseer ik met de NCDR een tweede sessie over het al dan niet kunnen of mogen dragen van religieuze symbolen bij geüniformeerde beroepen. Die stond overigens ook al voor haar gespreksboycot gepland. Wordt van alle kanten vervolgd dus. Dit artikel van Roemer van Oordt verscheen eerder bij Republiek Allochtonië. Toevoeging redactie Sargasso: De in het artikel genoemde Sarah Izet was werkzaam bij de politie Rotterdam. Radio Rijnmond sprak met haar over de nieuwe wet.

Door: Foto: Vrouwe Justitia. Bron: pixabay.com
Foto: Knar Bedian (cc)

Zelfdoding doe je niet alleen

OPINIE - Zelfdoding is al jaren een heet politiek hangijzer. Veel liberalen zeggen: de keuze ligt bij het individu. Maar wat als de keuze niet echt vrij is?

Over hulp bij zelfdoding woedt de laatste jaren een felle maatschappelijke en politieke discussie. Het gaat over ouderen die hun leven ‘voltooid’ vinden of mensen die anderszins een einde aan hun leven wensen. Zeker als het gaat om zogeheten ‘laatstewilmiddelen’ die voor iedere particulier toegankelijk zouden moeten zijn, lopen de gemoederen hoog op. Onlangs nog schreef minister Hugo de Jonge (CDA, Volksgezondheid) een brief naar de kamer waarin hij stelde dat het kabinet wil voorkomen dat mensen dodelijke poeders kopen om zelf uit het leven te stappen. De onderliggende vraag is natuurlijk: in hoeverre mogen we zelf beslissen over ons levenseinde? In het eerste Filosofisch Café van dit seizoen ging filosoof Fleur Jongepier (RU Nijmegen) in gesprek met haar liberale onderbuik.

Liberale onderbuik en je toekomstig ‘ik’

Als het gaat om zelfdoding is de eerste neiging van een liberaal om te zeggen: de keuze ligt volledig bij mij, ik bepaal het zelf wel. Maar alleen als dat in lijn is met het vrijheidsprincipe van de filosoof John Stuart Mill, namelijk, dat de grenzen van je vrijheid daar liggen, waar je de vrijheid van anderen beperkt. Wanneer Jongepier dit principe toepast op de zelfdodingsproblematiek, stuit ze op een diepere, filosofische kwestie. Want wat bepaalt het ‘ik’ en wat bepaalt de ‘ander’? Is je toekomstige ‘ik’ niet eigenlijk een ander persoon? En schaad je die toekomstige ‘ik’ niet door nu een radicale keuze zoals zelfdoding te maken?

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Patiënt krijgt steeds minder te kiezen

OPINIE - Een nepkeuze is geen keuze. Deze regering dreigt een echte keuze van patiënten, om een arts te kiezen, in te wisselen voor een nepkeuze. Patiënten kunnen straks alleen een zorgverzekeraar en niet meer een zorgverlener uitkiezen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Duopolie | Nudge Unit voor Nederland

COLUMN - Het uitgangspunt van het liberalisme is dat mensen beter weten wat goed voor ze is dan de overheid. Toch staat ons liberale land bol van de restricties op individuele keuzes gerelateerd aan consumptie, veiligheid en gezondheid. Recent economisch gedragsonderzoek geeft bovendien aanleiding tot nieuwe vormen van paternalisme, waar de Nederlandse overheid op zou moeten inspelen.

Wetenschappelijke inzichten zijn altijd drijvers geweest van paternalistische regels voor bepaalde activiteiten. Kennis over de effecten van meeroken en de kosten voor de maatschappij veranderden een expressie van individualisme in een sterk gereguleerde (en bijna beschamende) gewoonte. Verplichte motorhelmen en veiligheidsgordels zijn nauwelijks controversieel.  Kennis over hersenschade drijft de discussie over de alcoholleeftijd, en zonder anticonceptie was er geen discussie over het recht op voortplanting voor verslaafden en gehandicapten.

Recent gedragsonderzoek werpt echter algemenere vragen op over de waarde van autonome keuzes. Onderzoeksresultaten laten zien dat de manier waarop keuzes worden gepresenteerd een enorme invloed heeft, en kan leiden tot beslissingen die niet in het belang van de beslisser zijn. Zo blijken de default-opties in een pensioenstelsel (moet ik actief worden om mee te doen, of actief worden om niet mee te doen) grote effecten te hebben. Een lage default-besparing verlaagt besparingen, terwijl mensen vaak achteraf of na beter nadenken aangeven dat ze graag meer gespaard hadden. Dit en vele andere voorbeelden laten zien dat individuele keuzes vaak afhangen van een context die door anderen is ontworpen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

Vrijheid anno nu: keuzestress of slavernij?

Vrijheid betekent tegenwoordig dat ieder individu zijn eigen leven kiest. Maar zij wij nu eigenlijk wel zo vrij als we denken? Is onze huidige vrijheid niet een illusie? Gastredacteur Klokwerk gaat in op deze filosofische vrijheidsvragen.

Op 18, 19 en 20 april 2012 werd de VARA-documentaire “Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap” uitgezonden. In die documentaire werd kortweg gesteld dat ons denken over vrijheid doorgeschoten is ten opzichte van de andere twee waarden.

In het eerste deel van de documentaire wordt een beeld geschetst van onze samenleving waarin vrijheid niet meer zomaar het zich vrijvechten van onderdrukkers is. Eerder wordt vrijheid nu opgevat als de absolute vrijheid van anderen: het individu kiest voor zichzelf het meest perfecte leven.

Dit heeft, zo beweert de documentaire, zeer nadelige gevolgen. Vrijheid is hier namelijk een examen mee geworden, en de veelheid van keuzes leidt tot keuzestress. Het gemiddelde bereiken is voor ons vrije individuen niet bevredigend genoeg: de gemiddelde burger voelt zich daarom een verliezer. Ook blijven de maatschappelijke gevolgen niet uit. Een cultuur van hoge doelstellingen en hoge beloningen aan de bovenkant van de samenleving wakkert de hebzucht aan en nodigt uit tot fraude, waardoor aan de top ruimte komt voor een gewetenloze graaicultuur: ziehier de crisis.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: copyright ok. Gecheckt 28-09-2022

Keuzestress

De marktprincipes in de zorg beginnen hun zegenende werking te doen. Of we daar blij mee moeten zijn, is nog maar de vraag, want de marktwerking levert inderdaad iets wat ze belooft: keuze. Maar het is een valse keuze waar haast niemand op zit te wachten. En er zit een venijnig addertje onder het gras.

Gisteren kopte NRC Handelsblad dat CZ zijn inkoopbeleid aanscherpt. De grootste verzekeraar van Nederland koopt sommige behandelingen simpelweg niet meer in bij zorgverleners als die te duur, kwalitatief onder de maat of onnodig zijn. Daardoor zouden er weer wachtlijsten kunnen ontstaan, omdat in sommige regio’s bijvoorbeeld nog maar weinig ziekenhuizen zijn die een bepaalde behandeling mogen geven – of anders gezegd, waarvan de behandeling door CZ vergoed wordt.

Zo’n wachtlijst is natuurlijk vervelend (oeps daar gaat hét argument van pro-marktwerking-types: sinds 2006 hebben we nauwelijks wachtlijsten meer), maar op zich past dit allemaal netjes in het plaatje van de marktwerking. Want we krijgen er keuze voor terug. Iedere zorgverzekeraar zal namelijk zijn eigen afwegingen maken. Het kan dus zijn dat je bij CZ voor behandeling A niet meer bij ziekenhuis Z terecht kan, maar dat je bij Achmea voor behandeling A wel naar ziekenhuis Z kan gaan. We hebben keuzevrijheid.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het doolhof van de duurzame keuzes

Regelmatig raak ik verzeild in discussies over persoonlijke keuzes en klimaat en milieu. Dan moet ik me als eenzame structuralist teweer stellen tegen een overmacht aan individuele-verantwoordelijkheidsdenkers. Die stroming gaat ervan uit dat een goed geïnformeerd individu (waaronder de meeste van mijn zakelijke contacten, vakgenoten, vrienden en kennissen) de juiste keuzes maakt. Zo kan het in dergelijke discussies gebeuren dat ik stevig word aangesproken op mijn keuzes: Nou nou, jij hebt wel een snelle auto, zeg, mag dat wel in dat vak van jou? Moet jij niet in een Prius rijden? Goh, jij hebt nog aardig wat gloeilampen en halogeenspotjes in je huis. Ik had verwacht dat jij wel zonnepanelen op je dak zou hebben. En zo voorts.

Dan probeer ik maar weer eens uit te leggen hoe ik het zie, als milieukundige én als verantwoordelijk burger, waarvan de zielen in één borst samengesmolten zijn.
“Die snelle auto rijdt wel 1:17” – o, nou, dat is verrassend.
“Als ik autorijd is dat doorgaans voor langere afstanden naar onbereikbare oorden, terwijl een hybride auto vooral zijn winst in stadsritjes behaalt, die heb ik amper met als ik autorijd” – eh, tja, je hebt er kennelijk wel over nagedacht.
“Het merk is trouwens maar een van de twee autofabrikanten waarin een bekend duurzaam beleggingsfonds investeert” – echt, en zit mijn merk daar dan niet in? Dat verbaast me wel zeg.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Keuzevrijheid en neurowetenschap

Een gastbijdrage van Bart Nooteboom van CentER Innovation Research van de Universiteit van Tilburg. Het artikel is overgenomen van Me Judice.

Economie gaat over het maken van keuzes. Maar valt er nog wel wat te kiezen? Er is geen vrije wil, is vaak te horen van hersenwetenschappers. We mogen op enig moment nauwelijks verantwoordelijk zijn voor wat onze wil ons oplegt, maar het onderzoek laat ook zien dat we de ontwikkeling van onze wil kunnen beïnvloeden.

We horen de laatste tijd veel over het al of niet bestaan van vrije wil. Er is geen vrije wil, zegt de hersenwetenschap. Keuzen worden buiten ons om door het brein bedisseld. Achteraf verzinnen we redenen om ons gedrag te rationaliseren en we geloven daarin omdat we ons niet bewust zijn van de processen die in feite onze keuzen bepalen. De filosoof Nietzsche, en voor hem Schopenhauer, en voor hem Spinoza, zeiden al dat de vrije wil een illusie is. Schopenhauer zei het mooi exact: de wil gaat zijn eigen gang, en is dus op zichzelf vrij, autonoom, maar we hebben er geen bewuste controle over. De wil zit in ons karakter en daarop hebben we geen invloed. Nietzsche zei: het schip volgt de stroom, niet de sturing van de schipper.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Sturen met techniek

Kan techniek stimuleren dat mensen de juiste keuze maken zonder hen daartoe te dwingen? Ja, leert de zware sleutelhanger in hotels.

Tussen individuele keuzevrijheid en sturing door de overheid bestaat altijd een zekere spanning. Het Wetenschappelijk Bureau van GroenLinks en de GroenLinks Academie verkennen een ‘derde weg’ met een lezingencyclus over ‘vrijzinnig paternalisme’. Emeritus hoogleraar filosofie Hans Achterhuis sprak op de laatste discussieavond van de cyclus over de mogelijkheid techniek in te zetten bij het stimuleren van mensen om de moreel juiste keuze te maken zonder hen daartoe te dwingen. Vrijzinnigheid en moralisme hoeven dus niet tegenover elkaar te staan.

Neutrale techniek bestaat niet

Het klinkt raar: techniek die mensen stimuleert de juiste keuze te maken. Is techniek niet gewoon een neutraal middel? Achterhuis: “Er is een common sense opvatting over techniek die stelt: mensen hebben een bepaald doel en technische middelen kunnen helpen om dat doel tebereiken. Dat is ook de mening van de Amerikaanse National Rifle Association: guns don’t kill people, people kill people.” Maar volgens Achterhuis is de relatie tussen de mens en de techniek veel complexer. Apparaten hebben invloed op de keuzes die we maken: “Neem de zware bal die aan hotelsleutels hangt. Je kunt die sleutel met zo’n bal in je zak niet makkelijk vergeten.” En zo word je eraan herinnerd om de sleutel in te leveren. De zware sleutelhanger doet als het ware een beroep op je.

Achterhuis noemt nog een ander voorbeeld: dat van de Amsterdamse metro, die werd ontworpen in de jaren zestig. Achterhuis: “Die metro had geen toegangspoortjes. Het was een algemene opvatting in die tijd dat mensen zelf vrij en zelfstandig moesten bepalen hoe ze wilden reizen. Men zette zich af tegen het paternalisme van de jaren vijftig. Er ontstonden grote problemen in de metro: veel vandalisme, veel mensen reden zwart. De zaak werd onhoudbaar. Er deden allerlei verhalen de ronde over de verloedering van de Amsterdamse moraal. Daarom werden erop scholen grote campagnes gevoerd om jongeren te wijzen op hun eigen verantwoordelijkheid. Dit leverde bitter weinig op. Toen werden er simpele toegangspoortjes neergezet. Het zwartrijden nam af van 35 naar 15 procent. Was het ontwerp van de metro van begin af aan anders geweest, dan was in Amsterdam niet zo gesproken over de verloedering van de moraal in de stad.”

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kabinet verheerlijkt keuzevrijheid

Een gastbijdrage van Esther-Mirjam Sent, hoogleraar Economische Theorie en Economisch Beleid aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Het stuk is ook te lezen op Me Judice.

Ouders moeten zelf kunnen kiezen naar welke school hun kinderen gaan. Studenten moeten zelf hun onderwijskansen kunnen grijpen. Mensen moeten zelf kunnen kiezen of ze hun organen na hun dood ter beschikking willen stellen. En dit is slechts een kleine greep uit de argumenten die we vanuit het kabinet krijgen over voorgenomen beleidswijzigingen. Het onderliggende mensbeeld is dat van een koele en calculerende burger die optimaal gebruikt maakt van de geboden keuzemogelijkheden. Dat geeft de kiezer mogelijk een prettig gevoel, maar sluit absoluut niet aan bij de realiteit.

Ratio en emotie
Rationeel denken, analyseren, beslissen geeft mensen het gevoel dat ze in control zijn. En dat is plezierig, omdat de wereld om ons heen zo complex is geworden. Het verstand is te sturen, de emotie lijkt ongrijpbaar. Daarom denken we graag dat we op grond van redelijke overwegingen handelen, maar niks is minder waar. Ratio en emotie zijn innig vervlochten. Uit experimenten blijkt dat als je mensen een opdracht geeft, ze denken dat ze de vragen heel rationeel beantwoorden, maar het deel van de hersens dat tijdens de beantwoording van de vragen geactiveerd is, blijkt het emotionele deel te zijn (Camerer, Loewenstein en Prelec, 2005). Tegelijkertijd is het zo dat die emoties ons juist kunnen helpen om een rationele beslissing te nemen (Damasio, Tranel en Damasio, 1991). Dat wil zeggen, emoties stellen ons in staat onderscheid te maken tussen dat wat belangrijk is en dat wat minder belangrijk is.