Buiten op straat lijkt iedereen gelukkig

Er zijn tijden dat het nodig is om de straat op te gaan. Dat je niet kunt volstaan met achter je scherm woedende berichten de wereld in te slingeren – ieder voor zich –, maar dat het nodig is om anderen te laten zien dat je er bent, dat er genoeg voor je op het spel staat om ergens met zoveel mogelijk anderen te zijn. Het kabinet-Schoof bezuinigt ruim twee miljard in het onderwijs – een onderwijs dat juist gebaat zou zijn bij investeringen of op zijn minst bij enige rust. Vorige week is het bovendien verschillende grenzen overgegaan. Een gezelschap dat het enige Marokkaans Nederlandse lid laat vertrekken nadat allerlei op zijn minst dubieuze uitspraken zijn gedaan, en dat daarna verklaart 'niet racistisch' te zijn en geen enkele aanstalten doet tot zelfonderzoek, met zo'n gezelschap is iets mis. Er worden voortdurend kleine stapjes gezet, en er worden steeds meer grenzen opgerekt. Op de sociale media ging dit weekeinde een citaat rond uit het bekende boek They Thought They Were Free: The Germans, 1933–45 van Milton Mayer, gepubliceerd in 1955. Daarin onderzocht Mayer hoe gewone Duitsers geleidelijk de opkomst van het naziregime accepteerden. Onder andere schreef hij: Elke daad, elke gebeurtenis, is net iets erger dan de vorige, maar slechts een klein beetje. Je wacht op de volgende, en daarna wéér op de volgende. Je blijft hopen op een grote, schokkende gebeurtenis, in de veronderstelling dat anderen, zodra die schok komt, zich bij je zullen voegen om op een of andere manier weerstand te bieden. Je wilt niet alleen handelen, of zelfs maar alleen spreken; je wilt geen “problemen veroorzaken” of “opvallen”. (...) Buiten, op straat, in de bredere gemeenschap, lijkt iedereen ”gelukkig". Je hoort geen protesten en ziet ze al helemaal niet. Je praat privé met collega’s, van wie sommigen ongetwijfeld hetzelfde voelen als jij. Maar wat zeggen ze? “Het valt wel mee.” Of: “Je ziet spoken.” Of: “Je overdrijft.” Docenten en studenten in het hoger onderwijs zouden afgelopen donderdag de straat op zijn gegaan. Het zij verre van mij om te overdrijven of spoken te zien, maar: we mochten van dat demonstratierecht geen gebruik maken. Nu wordt de demonstratie volgende week maandag alsnog gehouden in Den Haag (25 november, Malieveld, 13.00). Officieel is dat nog steeds een demonstratie tegen de bezuinigingen, maar iedereen die zich betrokken voelt bij het hoger onderwijs is van harte welkom, en wat mij betreft komt iedereen. Het is als we niet uitkijken een lange rij in demonstraties tegen aanvallen op instituties die onze rechtsstaat schragen. Laten we zichtbaar zijn, voor de buitenwereld en vooral voor elkaar. Meer informatie over de demonstratie bij onderwijsbond AOb

Foto: Screenshot

Studenten, verenigt u. Of niet

Ik mag niet langer zwijgen. De mensen die momenteel acties voorbereiden tegen het rampzalige beleid van minister Eppo Bruins zijn zo beleefd dat er gisteren in allelei app-groepen lang werd gediscussieerd over de vraag of je het wel een ‘Eppocalyps’ mocht noemen – maakte je het dan niet te persoonlijk?

Ondertussen haalde Bruins zelf gisteren onbekommerd zijn zoveelste botte bijl tevoorschijn. Deze keer ging het om de langstudeerboete: studenten die langer doen over hun studie dan de norm, moeten 3000 euro bovenop hun collegegeld betalen. Het betreft ongeveer 95.000 studenten, oftewel 1 op de 8.

Zelf maar zien

Gisteren maakte Bruins duidelijk dat het niet de bedoeling is dat de boete studenten sneller laat studeren. Het doel is simpelweg dat de maatregel geld oplevert. Om dat te bereiken, moeten er daadwerkelijk 94.000 studenten te laat afstuderen. Universiteiten moeten er dus voor zorgen dat studenten hun gedrag niet aanpassen: het geld moet binnenkomen. Daarom zullen er geen uitzonderingen zijn: niet als je ziek wordt, niet als je zwanger bent, niet als je moet werken om je studie überhaupt te kunnen betalen. “Er is geen ruimte voor uitzonderingen in de financiële tabel,” zei de minister, nadat hij eerst had benadrukt hoe jammer het is dat er geen uitzondering kan worden gemaakt voor mensen met een handicap of voor studenten die actief zijn in de medezeggenschap. Als de universiteiten die 94.000 x 3000 euro niet innen, moeten ze zelf maar zien waar ze het geld vandaan halen. Met andere woorden, dan wordt er nog verder op hen bezuinigd.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Quote du jour | Bedreigde wetenschappers

Dijkgraaf sprak wel de hoop uit dat men in de toekomst niet ontmoedigd wordt om de wetenschap in te gaan, zoals hij zelf ontmoedigd werd om minister van onderwijs te worden. “Toen ik aan deze baan als minister begon, kreeg ik eerst een slechtnieuwsgesprek. Niemand zei hoe goed het is. Men zei daarentegen: ‘weet wat je gaat doen, weet waar je jezelf en je familie aan blootstelt. Wat heb je ooit gezegd; hoe kan dat tegen je gebruikt worden? Dat was niet echt een aanmoediging om de politiek in te gaan. Ik zou het toch heel wrang vinden als mensen die de wetenschap ingaan dit gesprek ook moeten voeren.”

Foto: Rijksoverheid minister Eppo Bruins, foto Martijn Beekman

Neerlandicus voor de andere talen

Ik mag niet langer zwijgen. Ik mag me dan voorgenomen hebben een tijdje mijn mond te houden, maar als onverlaten dan de gelegenheid aangrijpen om alles af te breken wat ons lief is, wordt zwijgen op zeker moment immoreel.

Een van de kenmerken van de regeerstijl van Eppo Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, is dat hij de verschrikkelijkste dingen doet, en regelmatig erkent dat ze verschrikkelijk zijn, maar daarbij eigenlijk nooit argumenten geeft waarom hij ze desalniettemin doet. Ik heb in de afgelopen vier maanden slechts twee argumenten gehoord, ‘omdat het in het hoofdlijnenakkoord staat’ – maar waarom staat het daar? – en ‘omdat we nu eenmaal niet alles kunnen doen’ – dat is duidelijk, maar wat verklaart dan de keuze om dit niet te doen en dat wel?

Woensdagavond was Bruins op de radio om zijn nieuwste botte bijl te laten bewonderen – de Wet Internationalisering in Balans, die hij voor de gelegenheid nog net wat stomper heeft gemaakt: een wet die enorm moet snoeien in de Engelstalige bachelors aan de vaderlandse universiteiten, en daarmee naar verwachting grote schade gaat aanrichten. Zoals Remco Breuker van WO in Actie in de uitzending uitlegt, hebben universiteiten de afgelopen jaren geprobeerd de enorme tekorten te compenseren door buitenlandse studenten aan te trekken. Het resultaat daarvan is dat die universiteiten inmiddels voor een belangrijk deel financieel afhankelijk zijn van die opleidingen. Een voorbeeld is Breukers eigen Faculteit der Geesteswetenschappen in Leiden, die studies in allerlei zogeheten ‘kleine talen’ (zoals Swahili, dat natuurlijk een wereldtaal is, maar dat maar weinig studenten trekken en dus in Nederland ‘klein’ heten) kan bekostigen door een gigantische opleiding International Studies in te richten. De slachting is in Leiden inmiddels begonnen.

Foto: Andrew Black (cc)

Het allerbeste docentencollectief

Enkele dagen geleden stond er een opiniestuk van vijf academici in Trouw. De auteurs (allen bestuursleden van de Stichting Docentencollectief), zeggen zich onder andere in te zetten voor het de-ideologiseren en depolitiseren van het onderwijs. Het docentencollectief heeft zelf geen politieke kleur, stellen ze op hun website waarop voornamelijk stukken gericht tegen de Coronamaatregelen te lezen zijn. In het opiniestuk waarschuwen ze voor ‘een beperkte set politieke en ideologische overtuigingen’ waarvan universiteiten ‘in de ban zijn geraakt’. Dit is volgens de schrijvers de diepe oorzaak van de huidige bedreiging van de wetenschappelijke vrijheid. Ze noemen vervolgens vijf belangrijke gebieden waarin ‘ideologische opvattingen het universitaire onderzoek en onderwijs in ons land vergaand beheersen’: klimaat, corona, gender, kolonialisme en supranationale organisaties. Per gebied wijden de auteurs een paar zinnen aan hypothesen die als ‘rotsvaste geloofswaarheden’ zouden zijn aangenomen in universiteiten.

Ik hoopte als lezer natuurlijk dat we hier van doen hebben met experts. Een collectief van een klimaatwetenschapper, viroloog, genderexpert, historicus en een bestuurskundige.

De auteurs zijn:

  • Bas van Bommel – UD Literatuurgeschiedenis (Universiteit Utrecht)
  • Jouke Dykstra – UD Milieutechnologie (Universiteit Wageningen)
  • Erik Faber – Docent Creatieve Technologie (Universiteit Twente)
  • Sascha Kersten – Hoogleraar Duurzame Procestechnologie (Universiteit Twente)
  • Mark Voorendt – Docent Waterbouwkunde (TU Delft)

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Quote du Jour | Rankings hoger onderwijs

We zijn hier wel vaker kritisch geweest op universitaire rankings. Afgaande op dit artikel op ScienceGuide, over één van de kandidaten voor de scriptieprijs van die website en de Landelijke studentenvakbond, kunnen we dat blijven. Scriptieschrijfster Tessa Groen verzamelde twee jaar data voor rankings als student-assistent, en schreef mede op basis van de kennis die ze daar op deed haar scriptie.

Universiteiten die niet voldoen aan het ideaalbeeld waardoor een ranking onderlegd is, staan dus vanzelf op achterstand, terwijl universiteiten die het vanaf het begin goed doen in rankings, dat voordeel makkelijker kunnen uitbouwen. Zodoende is er sprake van het Matheus-effect, ziet Groen, die het samenvat onder de term ‘academisch kapitalisme’. De rankings weerspiegelen de economische ongelijkheid in de academische wereld. Wie meer geld heeft, kan meer middelen inzetten om zich te spiegelen aan wat de rankingsorganisaties ‘excellent’ noemen – bijvoorbeeld meer onderzoek doen en meer publiceren. 

Foto: Chiot's Run (cc)

Wanneer gaan onze handschoenen uit

Tot de politiek en de ambtenarij is het inmiddels doorgedrongen: met het hoger onderwijs kun je doen wat je wilt. Je kunt onbeperkt spareribs eten bezuinigen, in slechte én in goede tijden, je kunt het onmogelijke verlangen aan administratieve ‘prestaties’, je kunt de mensen die er werken ondertussen beledigen, je slechtste minister op het dossier zetten. In actie komen ze niet.

Een enkele wetenschapper is zo slim geweest om ooit te besluiten niet de mens te bestuderen maar pakweg de levenloze natuur en zit nog steeds in een comfortabele positie en heeft geen behoefte aan solidariteit. De anderen hebben het te druk om zich te organiseren, of ze denken dat dit niet sjiek is – lidmaatschap van een vakbond is idioot laag onder onderzoekers – of ze denken dat het erbij hoort, of dat ze toch niet anders kunnen, of dat je natuurlijk wel netjes moet blijven.

Verantwoord

De afgelopen anderhalf jaar hebben de universiteiten alles op alles gezet om onderwijs zo goed mogelijk door te laten gaan voor de studenten, terwijl dat eigenlijk niet te doen was. Als dank kregen ze te horen dat ze moesten bezuinigen, weliswaar voor een bedrag waarvoor de CEO van Booking.com zijn bed niet uitkomt, maar waarvan je wel heel veel docenten had kunnen aanstellen, en dat in een jaar dat er wéér meer studenten naar het hoger onderwijs komen.

Foto: Matthijs (cc)

Een koepelgevangenis van glas

Als ik in 2021 weer eens op de campus mag komen, dan staat daar een fraai nieuw gebouw waarin ik het laatste jaar van mijn PhD-traject af mag ronden. Het ziet er mooi uit, staat in de prachtige, lommerrijke omgeving van de Nijmeegse campus, en is ook nog eens duurzaam. Fantastisch. Maar zonder negatief te willen zijn (nee, deze column komt voort uit verwondering!), brengt mij dit bij het onderwerp “koepelgevangenis”.

Panopticon

Dat zal ik u uitleggen. Het idee achter een koepelgevangenis is het panopticon. Voor de mensen die niet weten wat dat is (en geen zin hebben om op de link te klikken): het idee dat je vanuit het midden van een grote, cirkelvormige ruimte alle kamers (cellen) kan zien die aan die ruimte liggen, en aan meerdere galerijen daarboven. Eén bewaker in het midden van de koepel kan dus tientallen cellen tegelijk in het oog houden, liefst nog zonder dat men vanuit die cellen de bewaker kan zien. Wiki zegt hierover: “Het panopticon maakt het mogelijk groepen te controleren, te disciplineren, te bewaken, bestuderen, vergelijken en te verbeteren.”

Het is de vraag of dit panopticonische principe geschikt is voor medewerkers in het hoger onderwijs. Ik vermoed namelijk van niet*. De meesten die ik ken willen niet bewaakt, bestudeerd en vergeleken worden terwijl ze aan het werk zijn – om van controle en disciplinering maar te zwijgen. Maar dat mooie, nieuwe gebouw waar ik dit verhaal mee begon, daar maakte ik laatst een ommetje door. De de vleugel waar ik kom te werken had een grote, ovaalvormige binnenruimte, van enkele verdiepingen hoog. De meeste werkkamers grenzen daar aan, en al die muren zijn van glas.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: copyright ok. Gecheckt 08-11-2022

Recensie | 40 stellingen over de wetenschap

Deze recensie is wat laat. Ik had deze héél graag gerecenseerd voor de opening van het academisch jaar, want dat is bij uitstek een moment van reflectie op ‘de academie’. En de 40 stellingen in het boek van Rens Bod, Remco Breuker en Ingrid Robeyns gáán over de academie. En het boek is prima voer voor reflectie, want laten we wel wezen: als je vindt dat het ergens helemaal toppie-joppie gaat, dan schrijf je geen pamflet met 40 stellingen.*

Bekende problematiek

Maar bovengenoemde auteurs schreven dus wél veertig stellingen. Want ze vinden dat het niet goed gaat op de Nederlandse universiteiten. Er is veel te weinig geld, te veel bureaucratie, wetenschappelijk personeel is overwerkt, de universiteiten zijn te hiërarchisch georganiseerd, dat heeft zijn weerslag op (het durven melden van) misbruik, personeel heeft te weinig inspraak, de positie van tijdelijk personeel is precair, de financiering van de wetenschap gefragmenteerd in allerlei soorten projectfinanciering maar de stabiele basis ontbreekt, de onafhankelijkheid van het onderzoek wordt bedreigd omdat onderzoekers niet altijd vrijuit kunnen spreken in de publieke ruimte (zonder gevolgen voor hun financiering) en soms te afhankelijk zijn van externe financiering… en nog één en ander.

Mensen die het hoger onderwijs en wetenschap volgen, zullen het allemaal herkennen: het zijn geen nieuwe thema’s. Dat is natuurlijk ook precies de reden dat enkelen van hen een actiegroep zijn begonnen (WOinActie), juist omdat dit al jaren, zo niet decennia speelt, en er weinig (ten goede) lijkt te veranderen.

Foto: Frans Peeters (cc)

Mondeling in tijden van Corona

Eindelijk klapt iemand van de Trump-clan uit de school. Gisteren, 14 juli, publiceerde Simon & Schuster een boek over Donald Trump, geschreven door zijn nicht, Mary Trump. Een van haar onthullingen: Donald werd geaccepteerd op de prestigieuze Wharton Business School omdat iemand anders zijn schriftelijke toelatingsexamen heeft gemaakt – natuurlijk tegen betaling. Het verbaast mij niet. De huidige VS-president kreeg met de paplepel ingegoten dat voor geld alles te koop is. Bovendien kunnen schriftelijke toetsen nogal fraude-gevoelig zijn.

Tijd voor een herwaardering van het mondeling examen, juist in tijden van Corona. Een discussiebijdrage van Hein Vrolijk.

Al ruim vóór Corona uitbrak, was hier te lande het mondeling vrijwel uitgestorven in het hoger onderwijs. Dit geldt niet voor spreekbeurten en (online) presentaties met Powerpoint, die juist enorm in opkomst zijn. Daar wordt overwegend gelet op de vorm, zoals: staat er teveel tekst op de sheet, kijkt de spreker meer naar zijn sheets dan naar het publiek, en is de in- en uitleiding functioneel? Ik wil het hebben over het mondelinge examen waar de student wordt doorgezaagd over wat hij wel en niet weet en kan toepassen, dus getoetst op de inhoud en niet op de vorm (mag je hopen). Het is een fenomeen dat de ouderen onder u nog wel kennen – met slechte én goede herinneringen – maar de huidige studenten nauwelijks meer.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Volgende