Wortels van het Oriëntalisme

'Barbaros', zo noemden de humanisten de Ottomaanse veroveraars. Barbaren. Zonder enig gevoel voor cultuur. En al vrij snel werd barbaren in die kringen een scheldwoord voor álle moslims. Die aanduiding werd in betrekkelijk korte tijd populair. Zo rond 1450 was ze zeldzaam; rond 1500 wist iedereen wie er met 'barbaren' werd bedoeld. De cruciale gebeurtenis was natuurlijk de val van de Byzantijnse hoofdstad Constantinopel in 1453. De verantwoordelijke sultan, Mehmed II, had zijn soldaten zoals gewoonlijk drie dagen de tijd gegeven om naar hartenlust te plunderen, en al spoedig bereikten de gruwelverhalen West-Europa.

Foto: In het programma: Reyers Laat (Canvas, 2013), via Youtube. copyright ok. Gecheckt 17-10-2022

Het achterhoedegevecht van Etienne Vermeersch

RECENSIE - De Vlaamse filosoof Etienne Vermeersch gaf nog eens een boek uit waarom de christelijke God niet bestaat. Dat is in Europa echter een achterhoedegevecht.

Wie regelmatig een Vlaams praatprogramma bekijkt, zal de naam ongetwijfeld bekend zijn. Etienne Vermeersch (1934) geldt bij onze Zuiderburen als een van de voornaamste publieksintellectuelen. Geen discussie over de islam of Vermeersch is van de partij.

De emeritus-hoogleraar in de ethiek is tevens een van ’s lands bekendste atheïsten, moet u weten, en in Vlaanderen is dat meer dan in Nederland een ding. Mogelijk komt dat omdat Vlaanderen geen Verzuiling heeft gekend, of meer onder de invloed stond van de Franse seculariteitsgedachte: namelijk dat de publieke levenssfeer gewonnen moest worden op de katholieke Kerk.

Hoe het ook zij: de professor bracht nog maar eens een boekje uit ‘Over God’, of preciezer: over de christelijke God en waarom die wel een groteske fictie moet zijn. De hoofdmoot van het boek is een al wat ouder essay over die kwestie, dat hij schreef naar aanleiding van vragen die de professor kreeg met betrekking tot een televisieoptreden in 1992, waarin hij zich tot het atheïsme bekende met de stelling dat de christelijke God volgens hem niet kon bestaan.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Opgelet, onderstaande tekst kan sporen van ironie bevatten

KRAS | Paaseitjes

Mij treft u aanstaande zondag aan bij de Mattheus Passion in Rotterdam. Steeds meer mensen niet, want die zijn atheïst en doen daarom niet aan sprookjes (althans, dat zeggen ze). Begrijpelijk dus dat paaseitjes uit de schappen verdwijnen ten faveure van chocolade-eitjes, voorjaarseitjes, verstopeitjes of hoe je ze nog meer kunt noemen. Als zelfs een symboolwetje als de zondagswet achterhaald wordt verklaard, dan geldt dat toch zeker voor paaseitjes, zou je zeggen.

Toch is er commotie om de ondermijning van de paaseitjes. Dat zou een aantasting zijn van de joods-christelijke waarden van de Nederlandse samenleving. De commotie is niet afkomstig uit joods-christelijke kringen. Christenen malen niet om paaseieren. Streng gereformeerden vinden ze heidens. De “joods-christelijke waarden” zijn een gelegenheidsargument om moslims mee te kunnen slaan voor mensen die zelf niks met die waarden hebben.

Foto: European Commission DG ECHO (cc)

Bed Bad Brood

OPINIE - De armen niet laten delen in uw eigen bezittingen is hen bestelen en hen beroven van het leven. Wat we bezitten is niet ons eigendom, het is het hunne.

Wanneer wij aan de armen de voor hen onmisbare goederen bezorgen, zijn dat geen bewijzen van onze persoonlijke vrijgevigheid; we geven hun immers slechts wat hun toekomt.

Aan het woord zijn hier niet Pierre-Joseph Proudhon, de radicale filosoof die de uitspraak ‘eigendom is diefstal’ muntte, en evenmin Karl Marx in zijn meest radicale bui. Deze citaten zijn van niemand minder dan de heiligen Johannes Chrysostomos en paus Gregorius de Grote. Beide heren worden met instemming geciteerd in de Katechismus van de Katholieke Kerk, een bijzonder saai geloofsleerkundig werk uit de late jaren negentig, onder het hoofdstuk over het zevende gebod: ‘gij zult niet stelen’.

Johannes Chrysostomos leefde in de vierde eeuw, Gregorius de Grote in de zesde. De katechismus citeert nog wat andere heiligen uit de periode tussen deze twee heren en de katechismus zelf en levert zo een weliswaar kort, maar duidelijk beeld over hoe de katholieke kerk denkt over eigendom en diefstal: wie genoeg te eten heeft, terwijl zijn naaste omkomt van de honger, begaat een misdrijf: diefstal.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Nederlandse christenen steeds fundamentalistischer

Zo meldt Trouw op basis van cijfers van het SCP:

Jonge christenen hebben steeds vaker (zeer) behoudende opvattingen. Dat schrijft het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in een onderzoek naar de kerkelijkheid van Nederlanders dat vandaag verschijnt. Het instituut munt zelfs een nieuwe term voor de orthodoxe christenjongere: de neofundamentalist.

Bijna de helft van de kerkgangers tussen de 17 en 30 jaar is van mening dat je je aan alle voorschriften van je kerk hebt te houden. Ter vergelijking: twintig jaar geleden vond dat slechts een op de vijf jonge christenen.

De jonge generatie gelovigen laat een ontwikkeling zien die al langer gaande is in de kerk: die wordt kleiner en orthodoxer.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-03-2022

The Passion: Messias zonder tanden

COLUMN - Er zit mij iets dwars aan de hype rond The Passion™. En ik lijk daarin alleen te staan.

Een paar jaar geleden werd er nog een beetje lacherig over gedaan. Laten we wel wezen, The Passion™ blijft een vrij doorzichtige poging van de EO om zieltjes te winnen door pop-in-je-moerstaal voor het karretje van het geloof te spannen. Inmiddels loopt echter vrijwel iedereen die er toe doet, van burgemeesters tot en met DWDD’s Matthijs van Nieuwkerk, met het spektakel weg.

Nu roept de Borsatoisering van het christelijke passiespel op zichzelf al gefronste wenkbrauwen bij me op, maar dat is gewoon omdat ik een snob ben. The Voice… of Jesus, Jezus en Hazes die uitwisselbaar raken; geef mijn portie maar aan fikkie. Niet dat het me iets zou moeten doen, want als protestantse atheïst vind ik passiespelen sowieso al een vorm van paapse kitsch.

Toch blijft er iets schuren. Wat me tegenstaat aan The Passion™ zit blijkbaar net wat dieper dan louter snobisme. Iedereen omarmt Jezus, de tragische held, de good guy – zeker als zijn lijdensweg omlijst wordt door een serie lekkere meezingers – maar deze populaire messias is daarmee wel een tandeloze profeet. Het moet immers wel leuk blijven. Waar is de bite?

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Sint-Maarten

COLUMN - Dat niet alle christelijke heiligen bescheiden personen waren, wordt geïllustreerd door Martinus van Tours ofwel Sint-Maarten: hij nam een secretaris in dienst om zijn heiligenleven schrijven. Je zou je ergeren aan Sulpicius SeverusLeven van de heilige Martinus als de tekst niet zo interessant was. Martinus was namelijk bepaald geen kwezel.

Hij begon zijn loopbaan bij de Romeinse cavalerie en was achttien toen hij zich in 335 bekeerde tot het christendom. Dat gebeurde, zo lezen we, nadat hij bij de stadspoort van Amiens een naakte man had zien zitten, die door iedereen werd genegeerd. Het was hartje winter.

Martinus begreep dat de bedelaar, nu de anderen hem geen barmhartigheid betoonden, voor hem was bestemd. … Daarom greep hij het zwaard waarmee hij was uitgerust, verdeelde er zijn mantel mee in twee stukken en gaf één ervan aan de arme; het andere trok hij zelf weer aan. Intussen begonnen enkele omstanders te lachen, omdat hij er met de afgesneden mantel als een mismaakte uitzag. Maar velen ook, die gezonder van geest waren, zuchtten diep, omdat zij niet iets dergelijks gedaan hadden. Want juist zij, die rijker waren, hadden de arme kunnen kleden zonder zelf naakt te hoeven worden.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Alain (cc)

Twee in één

ACHTERGROND - Waar de moderne westerse mens zich maar moeilijk voor kan stellen hoe christenen kunnen geloven in de goddelijkheid van Jezus, had het vroege christendom juist grote moeite zich voor te stellen dat de Zoon Gods ook een méns was. De keuze voor óf menselijk óf goddelijk bleek voor veel gelovigen de voorkeur te hebben boven die twee-in-één-oplossing. Toch was een vorm van combineren van die twee noodzakelijk, omdat anders het idee van de verlossing door een mensgeworden God niet meer vol te houden was. Voor dat probleem zijn in de loop van de geschiedenis allerlei formuleringen gevonden.

Volgelingen van Arius meenden dat ‘de zoon’ – één van de drie goddelijke personen – een schepsel was en niet van eeuwigheid af had bestaan. Alleen de Vader was God, de zoon was goddelijk. Daarmee werd afgestapt van het al even onnavolgbare idee van de Drie-eenheid. Adoptianisten gingen nog verder: de historische persoon Jezus was een gewoon mens, die door God was aangenomen als Zijn zoon. Docetisten namen juist het omgekeerde aan: Jezus was in werkelijkheid de Zoon zelf en in zijn historische voorkomen slechts in schijn een mens. Alles wat hij deed als mens, vooral het hoofdprobleem: zijn lijden, was slechts een voorspiegeling. In werkelijkheid was hij zuiver God, onaangetast door al wat menselijk was.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Framing

COLUMN - Amsterdam, een nachtcafé in een van de “negen straatjes”, en ik kan mijn geluk niet op. Ik zit tegenover de aantrekkelijkste vrouw van de stad en wat meer is, ze luistert geboeid naar wat ik vertel over het boek dat ik net ben begonnen te schrijven. Dat gaat over een simpele vraag: als Jezus en Paulus joden waren, waarom is het christendom dan geen joodse stroming meer? Het antwoord is niet simpel en ons gesprek duurt tot na sluitingstijd.

Dat was kort na mijn dertigste verjaardag. Dat ik er kort voor mijn vijftigste aan terugdenk, is omdat ik het boek dit weekend heb afgerond. Nu moet het zijn publiek gaan vinden, moeten er persberichten worden geschreven en moet een presentatie worden georganiseerd. De vraag is dus: hoe presenteren we het boek zó dat het de aandacht trekt en dat het onderwerp, om zo te zeggen, opnieuw kroegconversatie wordt?

Het probleem is dat de media – of het nu gaat om boekrecensies, interviews of wat dan ook – ingewikkelde onderwerpen vaak presenteren in vertrouwde interpretatiekaders. Zulke frames zijn nuttig, omdat een journalist zich dan kan concentreren op het allerbelangrijkste en onuitgelegd kan laten waarom dit onderwerp nieuws is. Zo past de informatie in duizend woorden of drie minuten zendtijd.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Vorige Volgende