De ontmaskering van Ryszard Kapuściński
De twee jaar geleden overleden Ryszard Kapuściński leek lange tijd tot de schutspatroon van de oorlogsjournalisten uit te kunnen groeien. Deze moedige Poolse reporter, die met bijna geen geld de Derde Wereld bereisde, was een ideaalbeeld voor vele jonge journalisten. Hij is beroemd geworden met zijn boeken over Afrika, bijvoorbeeld over het hof van Haile Selassie, en ook met zijn verslag van de val van de Sjah en van de de oorlog tussen El Salvador en Honduras. Zijn schrijfstijl en zijn morele oprechtheid waren nog niet eens zijn belangrijkste kwaliteiten. Hij is vooral beroemd om zijn adembenemend gebrek aan aandacht voor zijn persoonlijke veiligheid. Zijn boek over de oorlog in Angola is bijvoorbeeld doorspekt met citaten als ´De Zuid-Afrikanen stonden erom bekend dat ze alle Oost-Europeanen die ze tegen kwamen zonder aarzeling ter plekke doodschoten. Ik besloot ze maar eens op te gaan zoeken.´ Als lezer loopt het angstzweet je al over de rug. Kapuściński lijkt echter nergens last van te hebben.
Veel journalisten hebben een voorbeeld aan Kapuściński genomen, door zelf ook grote risico´s te nemen. GC´s ´eigen´ Olivier van Beemen liet zich bijvoorbeeld inspireren tot het maken van riskante reportages in de Parijse banlieues. Als Kapuściński niet bang hoeft te zijn voor het Zuid-Afrikaanse leger, zo zal hij gedacht hebben, dan hoef ik zeker niet bang te zijn voor een paar snotjochies in de voorsteden.