COLUMN - In de nieuwe realitysoap #dathebikweer volgen we mensen die iets meemaken. In aflevering 1 wordt Max Molovich verdacht van oplichting.
Afgelopen zaterdag. Max zit in de tuin van het weder te genieten als zijn vrouw enigszins aangeslagen komt aangelopen met een brief in haar handen. ‘Wat is dit,’ zegt ze nauwelijks hoorbaar. Max neemt de brief over, de camera kijkt mee over zijn schouder, Max begint hardop te lezen.
“Geachte heer Molovich”, leest hij, “hiermee verzoek ik u om op dinsdag 2 juli 2013 om 13.00 te verschijnen aan het bureau Teambureau Etc., om als verdachte te worden gehoord over oplichting, gepleegd op 31 mei 2013. Ik wijs u op de mogelijkheid om voorafgaand aan uw bezoek uw zaak op eigen kosten te bespreken met een advocaat. Tijdens het verhoor kunt u zich niet laten bijstaan door een advocaat.” Max’ schoonmoeder begint, tot grote ergernis van haar dochter, een anekdote over een collega die iets soortgelijks had meegemaakt, maar dan erger.
In de onvermijdelijke tussenbeschouwinkjes, die dit soort programma’s kenmerken, vertelt Max dat er van alles door zijn hoofd schoot. Films van Hitchcock, Bellicher’s Cel, Nigeriaanse prinsenkinderen, zijn autodealer (kampers!), zijn illegale downloadjes van Pirate Bay, de klusjesman, Maurice de Hond… Hij kijkt of hij in zijn digitale agenda kan zien wat hij die dag gedaan had. Hij was naar de dermatoloog geweest ter controle van zijn moedervlekken. En hij had een vrijmibootje gehad. Niks bijzonders kortom. Of toch wel?