Woordenboeken als wapens voor de rechter

Er zijn vermoedelijk geen woorden waarover zoveel is geschreven als over Jood. Althans, dat meent Ewoud Sanders, en als er iemand is die dat weten kan, is hij dat – de Nederlandse historicus die het allermeest weet over taal. Sanders is zelf ook al heel lang bezig geweest met het onderwerp. Twintig jaar geleden deed hij al onderzoek naar ‘het beeld van Joden in de Nederlandse taal, hij wilde er zelfs op promoveren. Er waren toen overigens allerlei problemen – het Meertens Instituut in Amsterdam wilde zijn netwerk van informanten liever niet met dit gevoelige onderwerp confronteren – en het onderzoek sneeuwde een beetje onder. Hij promoveerde uiteindelijk op een in de verte verwant onderwerp: kinderverhalen over jodenbekeringen. Maar de vraag wat voor beeld er nu precies opduikt van de Nederlandse kijk op joden als je naar de gebezigde taal kijkt, bleef hem bezighouden. En nu, in tijden waar het antisemitisme weer zoveel reëler is, nam hij het toch weer op. Dat is volkomen terecht, want er blijkt heel veel over te vertellen. De methode Sanders is dat je door de geschiedenis heengaat en onderzoekt in wat voor samenstellingen (jodenkoek, jodenstreek), uitdrukkingen (twee joden weten wat een bril kost) en plaatsaanduidingen (Jeudenhoek) het woord voorkomt, om zo te achterhalen wat voor beeld erop duikt. Eerder paste hij dat toe op het n-woord, en in dit geval werkt het even goed. Je leest Jood met een mengeling van afschuw over de xenofobie – Joden waren lang cultureel, religieus en in zekere zin etnisch de meest afwijkende leden van de bevolking, en veel antisemitisme was dan ook zo’n beetje de vreemdelingenhaat van de gewone man – en het soort vreugde dat grote eruditie en een vaardige pen nu eenmaal opleveren. Een passage over uitdrukkingen over joden en ham (‘hij is er gezien als ham in een jodenkeuken’) wordt bijvoorbeeld als volgt ingeleid: Dat wetsgetrouwe joden geen kamelen, klipdassen en hazen eten, heeft nooit veel aandacht getrokken, maar zeer tot de verbeelding van niet-joden sprak het joodse verbod op het consumeren van varkensvlees. Deze lezer moet toegeven: ook ik heb me nooit bekommerd over de vraag of klipdassenvlees wel wordt goedgekeurd volgens de kasjroet. Het mooiste van Jood is het hoofdstuk over de wederwaardigheden van het woord in Van Dale. De schoolmeester Van Dale baseerde zijn werk op dat van twee joodse lexicografen, Isaac Marcus Calisch  en Nathan Salomon Calisch. Dat stond niet in de weg dat er in de loop van de tijd, en natuurlijk vooral na de Tweede Wereldoorlog, heel veel discussie is geweest over de manier waarop bijvoorbeeld bij ‘jood’ werd vermeld dat het gebruikt werd (of wordt) voor ‘woekeraar’. Uiteindelijk is terecht bij het woord vermeld dat het een scheldwoord is en ervaren wordt als beledigend. Minder terecht is dat er allerlei woorden geschrapt zijn, zoals woekerjood. In 1992 stonden er nog 50 woorden in met jood, inmiddels zijn het er nog maar 23. Sanders betreurt dat: Zeker is dat antisemitisme niet verdwijnt door woorden te schrappen. Je geeft er wel een wapen mee uit handen om het te bestrijden – bijvoorbeeld bij de rechter. Bovendien: een woordenboek dat schrapt vanwege druk van buitenaf ondergraaft z’n autoriteit. Goed, daarom dat het allemaal nu nog veel uitvoeriger gedocumenteerd is dan in een woordenboek ooit zou kunnen. Ewoud Sanders. Jood, de vergeten geschiedenis van een beladen woord. Walburg Pers, 2024.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
Foto: Schermafbeelding uitzending WNL 9 november 2020

Clichés domineren beeldvorming moslims op tv

ACHTERGROND - Hoe wordt er op de Nederlandse televisie bericht over moslims? In het kader van Moslims op Tv gaat Ewoud Butter in dit artikel nader in op onderzoek dat is gedaan naar de wijze waarop de Nederlandse tv specifiek aandacht besteedt aan moslims. Hij illustreert dat met enkele filmpjes.

Grote hilariteit ontstond vorige week op sociale media (bv hier of hier of hier) naar aanleiding van de boven dit artikel getoonde illustratie die WNL op 9 november gebruikte in het programma Goedemorgen Nederland. Koranteksten werden ondersteboven vertoond tijdens een gesprek met VVD-Tweede Kamerlid Bente Becker en Amerika-deskundige Jan-Kees Emmer. Veel duidelijker kon niet geïllustreerd worden dat er bij omroepen als WNL wel veel over moslims of de islam wordt gesproken, maar dat er op de redacties vaak sprake is van gebrek aan deskundigheid. Dit heeft ook gevolgen voor de wijze waarop over moslims en de islam wordt bericht.

Sinds eind jaren ’80 wordt er in Nederland onderzoek gedaan naar de berichtgeving van Nederlandse media over moslims. In 2018 en 2019 gaf ik in drie artikelen een impressie van de resultaten van dit onderzoek. Wasif Shadid (emeritus hoogleraar interculturele communicatie) vatte een belangrijk deel van dit onderzoek aardig samen toen hij in het artikel Moslims in de media, de mythe van de registrerende journalistiek (2009) de volgende frames signaleerde die hij steeds ziet terugkeren in de media:

Media en segregatie

Er wordt in de Nederlandse media wel over maar niet door Nederlandse Turken geschreven. En dat leidt tot een stroom bedroevend eenzijdige berichten over alles wat er fout gaat in Turkije en slecht is aan Turken. In dit geval in de Volkskrant, maar ik zie het ook in andere zogenaamde redelijke media.

Het stuk van Tayfun Balçik is om veel meer redenen de moeite waard (vooral zijn uitsmijter over Turkse hypocrisie ten opzichte van Nederlandse Koerden is briljant), maar voor mij maakte het in een slag duidelijk dat Nederlandse Turken niets te zoeken hebben bij Nederlandse media. Dat ze zich niet zullen herkennen en geen nieuws zullen vinden dat voor hun relevant is. Alleen maar gezeik.

Foto: David~O (cc)

Links zuur? De zuurgraad van de Nederlandse politiek berekend (reprise)

Iets minder dan vijf jaar geleden deed het margeblogje GeenCommentaar een baanbrekend onderzoek*. Het blog (dat inmiddels Sargasso heeft overgenomen) berekende de zuurgraad van de Nederlandse politieke partijen. De graadmeter was het aantal resultaten dat google teruggaf als je zocht op de partijnaam in combinatie met de termen “blij”, “boos” en “woedend”. Links was immers zuur, en dat zou duidelijk moeten blijken uit de resultaten. En dat deed het ook: De PVV** stak er met kop en schouders bovenuit. Zoveel zelfs dat we de partij moesten verwijderen uit de resultaten om de verschillen tussen de overige partijen inzichtelijk te maken.

Maar is er in de tussentijd iets veranderd? 2011 was de tijd van het minderheidskabinet Rutte I, met de VVD en het CDA met gedoogsteun van hoe-heet-die-partij-ook-alweer, nu zitten we met het virtuele minderheidskabinet Rutte II. Om dat uit te zoeken herhaalden we het onderzoek uit 2011, hieronder de resultaten.

Hits blij-boos-woedend verschillende partijen 2016

Wat als eerste opvalt is dat Excel nu een stuk vriendelijker voor het oog is qua standaard kleurkeuzes dan in 2011. Wat dat betreft een complimentje aan de jongens in Redmond. Verder blijkt dat in absolute aantallen de PVV nog steeds de meest woedende partij is, maar dat de partij wel een stuk blijer en minder boos is geworden. Qua zuurgraad leverde dit het volgende plaatje op (aantal boze en woedende hits bij elkaar opgeteld, vervolgens gedeeld door het aantal blije hits).

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

Moslim soap

OPINIE - Moslimnieuws is hot in de media. Momenteel is het eenvoudig te scoren met uitdagende koppen, vindt HanzChristian. Dat daarachter steeds vaker non-nieuws (entertainment als misinformatie?) zit, bewijst de Volkskrant: ‘Aldi haalt ‘moskeezeep’ uit de schappen’.

De ‘feiten’:

Het Duitse supermarktconcern Aldi Süd(?) heeft een vloeibare zeep uit de schappen gehaald na klachten uit de moslimwereld(?). Op het etiket van de zeep was namelijk een moskee(?) afgebeeld en veel(?) moslims stoorden zich daaraan.

Dat zou wat zijn. Een megagrote supermarktketen die een terughaaloperatie moet uitvoeren na massieve consumentenprotesten. Dat zou in de media niet onopgemerkt kunnen blijven. We zien meteen dat ene beeld van een woedende menigte voor ons dat al jaren stockfoto is bij nieuws over protesterende moslims: fanatiek ogende jonge mannen; grimassen met baarden en traditionele kledij.

Dan de ‘duiding’. De Volkskrant gebruikt echter een afbeelding van Aldi, niet van moslims of de bewuste zeep, noch van de moskee.

Volgens de Duitse media(?) gaat het om de zeep ‘Ombia – 1001 nacht’. Aldi kreeg vorige week de eerste klacht binnen(?) Een klant vroeg (verzocht/eiste?) de moskee(?), een religieus symbool(?), niet meer te gebruiken voor het etiket. Daarna kwam een discussie(?) op internet op gang waarna Aldi de zeepflacon uit al haar winkelschappen haalde.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Bangladesh en onze beeldvorming

Als u de naam Bangladesh hoort, waar denkt u dan aan? Een overstroming misschien, of een vreselijk moord op een liberale blogger die aan stukjes is gehakt? Heel misschien aan overbevolking, armoede?

Voor mijn werk kom ik in veel verschillende landen. Als ik erover vertel aan vrienden dan komt vrijwel altijd een vraag op die gaat over wat wij hier in Nederland in de pers meekrijgen over dat land.

Foto: UNICEF Ethiopia (cc)

‘Zo’n envelop met donker kindje erop gaat gelijk prullenbak in’

INTERVIEW - Hans Withoos, internationaal modefotograaf en kunstenaar fotografeerde in Zambia voor Orange Babies kinderen met hiv, in designerkleding van de Braziliaanse ontwerper Fernando Silva.

Wat vindt Hans Withoos precies van de discussie over beeldvorming? ‘Ik denk dat het nodig is. Als ik eerlijk ben…ik had nooit verwacht dat er in Afrika nog steeds mensen zijn die echt niet te eten en te drinken hebben, dat ze daarvoor in de rij moeten. Dat vind ik een gebrek aan voorlichting van elk goed doel. Dat verhaal lijkt zo jaren ‘70/’80, maar het is nog steeds zo. Dat wordt naar mijn idee nu niet meer goed gecommuniceerd. Ik ben best iemand die veel gesponsord heeft, maar ik zie alsmaar die lachende, blije kindjes uit Afrika of die kinderen met vliegen op hun gezicht. Ja, dat weet ik nou wel.’

Wat voor beeld had je dan wel?

‘Ik heb veel gereisd over de wereld en ik zag eigenlijk altijd heel veel verschillende vormen van rijkdom. Iemand kan geen geld hebben en toch rijk zijn. In Ecuador kwam ik mensen tegen die daar in een hutje wonen, maar gelukkig zijn. Ze hebben een goed leven. In mijn opinie is de Westerse wereld niet de enige goede manier. En zo dacht ik ook over Afrika, want zo zag ik het bijvoorbeeld ook bij de Masai. Ze kunnen jagen, er is eten en er is drinken. Natuurlijk is er gebrek aan water om te wassen, maar als dat er is, is iedereen heel gelukkig. De levensbehoeften en de levensinvulling zijn anders, maar dat vind ik geen kwestie van armoede, maar een andere vorm van leven. Totdat ik in Zambia kwam en ik op de scholen zag dat de kinderen in de rij moesten staan om één keer te mogen eten. En dat de laatste tien geen eten kregen, omdat het eten op was. Ik heb daar echt lopen huilen, en ik ben geen sentimentele dwaas. In Zambia ben ik echt geconfronteerd met echte armoede en het echte probleem, en dat is immens groot natuurlijk. Nu realiseer ik me dat er dus veel meer speelt, meer dan ik me had kunnen voorstellen en dat ondanks dat ik al die jaren gesponsord heb. Mijn beeld hiervan was niet absoluut niet goed.’

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Beeldvorming in goede doelencampagnes is stigmatiserend

OPINIE - Firdaoussi verschijnt zo nu en dan op televisie, tussen de soapseries en het journaal door. Zij vult dan negentig seconden lang in haar eentje het beeld. Een klein, verdrietig meisje, op sterven na dood. Een dragende mannelijke voice-over vertelt met de nodige melancholie: ‘Ze is nog maar een kind. Een onschuldig meisje, dat niets anders kent dan pijn en gekweld wordt door ondervoeding.’  Op de kijker wordt vervolgens een dringend beroep gedaan: ‘Helpt u vandaag een kinderleven redden? Dat kan al vanaf drie euro per maand.’

Achter het beeld

Red het leven van Firdaoussi“, een reclamespot van Save the Children, heeft de gemoederen flink bezig gehouden de laatste tijd. IDleaks stuurde in juni een brief aan het management van Save the Children met het verzoek de reclame van de buis te halen. Publicist Frank van der Linde diende in oktober een klacht in bij brancheorganisatie Partos. Diverse Nederlanders met Afrikaanse roots deden een appèl op prominenten in de ontwikkelingssector om te stoppen met dit soort beeldvorming.

Waarom vallen zo veel mensen over deze reclamespot? En welke argumenten passeren daarbij de revue? IDleaks kwam eerder deze week met een uitgebreide analyse. Wij borduren daar in dit artikel op voort. We proberen antwoord te geven op de vraag “wat is eigenlijk het probleem?”, doen een aantal suggesties en sluiten af met een gedachte-experiment. Kijk voor je verder leest overigens eerst even naar de reclamespot die de directe aanleiding vormt voor dit schrijven.

Gebrekkige beeldvorming

Beeldvorming is allesbepalend.

Heel veel mensen zullen nog wel de beelden van het Syrische jochie Aylan Kurdi herinneren. Levenloos aangespoeld en opgeraapt op een Turks strand wist het beeld de harten en zielen van vele mensen in het westen te raken. Het bracht het conflict in Syrië bij wijze van spreken in onze huiskamers.

Heel weinig mensen zullen het beeld herinneren van een naamloos Palestijns jochie (schokkend beeld alert) dat net ervoor met zijn vriendjes op het strand aan het voetballen was toen hij werd stuk geschoten. Een ultiem wreed beeld. Toen ik het zag was ik er kapot van, maar bijna niemand om me heen kende het beeld.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Volgende