dossier

De Eurocrisis

In dit dossier vindt u alle artikelen die de afgelopen jaren verschenen op Sargasso en betrekking hadden op de eurocrisis.


Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

VPRO’s Tegenlicht vraagt om hulp

COLUMN - VPRO’s Tegenlicht vraagt om uw input: hoe gaat u de crisis te lijf? Film uw creatieve oplossingen en wie weet komt het in de uitzending. U heeft tot 1 september de tijd.

Welke creatieve oplossingen kun je bedenken om geldgebrek tegen te gaan? Op een gegeven moment had ik het: bekers rapen op festivals. Een paar jaar geleden was ik voor het laatst op Lowlands. Van toen herinnerde ik mij het bekers rapen: als je vijf bekertjes inleverde, kreeg je een muntje terug. Dat muntje was één biertje waard, oftewel 2 euro 60. Wat nu, bedacht ik me, als je het hele weekend niks anders doet dan glazen rapen? Dan heb je zo een paar honderd euro bij elkaar verzameld! En als je op die manier alle festivals afgaat, dan kun je zo een mooie vakantiebonus bij elkaar rapen. Zet een camera op je hoofd, en je kunt er ongetwijfeld een boeiende reportage van drie minuten van maken. 

Ik dacht dat ik een origineel idee te pakken had. Maar wie schetst mijn verbazing toen ik op Lowlands dit jaar hordes professionele glazenrapers zag. En dat terwijl je inmiddels elf bekers moest verzamelen voor één muntje.

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

Een bescheiden voorstel om de eurocrisis op te lossen

OPINIE - In het in 1729 verschenen A modest proposal heeft Jonathan Swift een praktische oplossing voor het armoedeprobleem: de armen moeten een paar van hun kinderen vetmesten en verkopen aan rijke Engelse gentlemen. Vooral jonge gebraden kinderen schijnen een delicatesse te zijn. Swift steekt hiermee de draak met de harteloze en technocratische oplossingen van zijn tijdgenoten voor het armoedeprobleem. Tweehonderd jaar later is deze satire, tijdens de eurocrisis, nog steeds actueel.

De maatregelen die de Europese autoriteiten nemen om de eurocrisis op te lossen zijn van hetzelfde technocratisch gehalte en zijn even harteloos als de oplossingen van de Engelse gentlemen in de achttiende eeuw. Vooral in Zuid-Europa is de situatie zeer ernstig. In Griekenland is allang geen sprake meer van een recessie. Het is een diepe depressie, vergelijkbaar met de Grote Depressie. Het land zakt weg in armoede, zonder uitzicht op verbetering.

Tot nog toe wordt de eurocrisis bestreden door te hervormen en te bezuinigen. We moeten allemaal gaan doen wat Duitsland eerder gedaan heeft: pensioenleeftijd verhogen, belastingdruk, werktijd en arbeidsmarkt hervormen, lonen verlagen en korten op overheidsuitgaven. De economieën van de eurolanden moeten convergeren, zodat zij kunnen concurreren met Duitsland. Het gevolg van de draconische bezuinigingen die hiervoor noodzakelijk zijn, is dat in de eurozone de werkloosheid is gestegen tot 12% en dat de economie vorig jaar kromp met 0.6%.

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

Jeugdwerkloosheid Zuid-Europa is lager dan vaak gesuggereerd

ACHTERGROND - Het is slecht gesteld met de jeugdwerkloosheid in Zuid-Europa, maar niet zo slecht als media ons doen geloven.

‘De jeugdwerkloosheid blijft wereldwijd stijgen. De VN schat dat volgend jaar 73 miljoen jongeren geen baan hebben. Vooral in Europa gaat het de verkeerde kant op; in Griekenland en Spanje is meer dan de helft van de jongeren inmiddels werkloos. En de VN is bang dat dat voor veel onrust in de maatschappij gaat zorgen.’ Dat meldde NOS op 3 op 8 mei jongstleden.

Soortgelijke mededelingen worden regelmatig gedaan in het nieuws. Ze kloppen echter niet. De helft of meer van de Griekse en Spaanse, maar ook Italiaanse en Portugese jongeren, gaat naar school of is student. De jeugdwerkloosheid heeft niet betrekking op ‘de jongeren’, maar op die jongeren die op de (witte) arbeidsmarkt participeren. Dat zijn de niet-studerende/schoolgaande jongeren die een baan hebben of actief ernaar zoeken (als werkloos staan ingeschreven) plus de studenten/scholieren die een bij­baan hebben of actief ernaar zoeken.

Exacte data

De actief zoekende jongeren zijn degenen die we tegen­ko­­men in de werkloosheidspercen­ta­ges. De arbeidsmarktproblemen in de mediterrane EU-landen zijn reusachtig en leiden tot protest en onrust. Voor doeltreffend beleid zijn echter wel zo exact mogelijke data vereist. Tabel 1 toont de rele­vante percentages van participatie op de arbeidsmarkt, werkgelegenheid en werkloosheid voor de ja­ren 2000 (voordat de euro kwam), 2009 (het eerste jaar van de crisis), 2011 (het laatste jaar waar­voor alle gegevens beschikbaar zijn) en januari 2013 (alleen werkloosheid).

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

De Nederlandsche Bank heeft wat uit te leggen

ANALYSE - De ‘kleine’ en ‘open’ Nederlandse economie valt niet te stimuleren, zo beweerde De Nederlandsche Bank in haar meest recente jaarverslag: alle potentiële groei lekt onvermijdelijk weg naar het buitenland. Maar eergisteren tapte DNB opeens uit een heel ander vaatje: stimuleren werkt wél – althans zolang de consument ervoor opdraait en de heilige drie-procentsnorm intact blijft.

Ongeveer twee maanden geleden werd in de media eventjes aandacht besteed aan een meningsverschil tussen De Nederlandsche Bank (DNB) en het Centraal Planbureau (CPB). Het CPB vond dat verdere overheidsbezuinigingen, ook bij een oplopend begrotingstekort, onwenselijk waren omdat dit zou leiden tot een vicieuze cirkel van economische krimp, lagere belastingopbrengsten en een resulterende noodzaak tot steeds verdere bezuinigingen.

DNB erkende dit mechanisme weliswaar (zij het impliciet), maar vond extra bezuinigingen tóch noodzakelijk. Dit standpunt werd ook herhaald op pagina 33 van het jaarverslag (pdf):

Dat budgettaire consolidatie [d.w.z. het verder terugdringen van het begrotingstekort] de groei aantast, is echter geen argument om ervan af te zien. Nederland zal eens door die zure appel heen moeten bijten. Als de consolidatie wordt uitgesteld, zal de toekomstige consolidatie-inspanning alleen maar groter zijn vanwege de inmiddels verder opgelopen overheidsschuld.

Dat de appel juist dankzij de voortdurende ‘budgettaire consolidatie’ steeds zuurder wordt, vertelt DNB er echter niet bij. In het verlengde daarvan wordt tevens gezwegen over het feit dat de meest pijnloze wijze om de staatsschuld (als percentage van het bnp) terug te brengen uiteraard de groei van het bnp is – die echter door het gevoerde beleid nu juist niet wil groeien. En uiteraard geen woord over het gegeven dat Nederland op dit moment een negatieve reële rente betaalt op haar schuldpapier. Uitgedrukt in reële goederen of diensten, betekent dit dat geld lenen de Nederlandse Staat momenteel geld oplevert in plaats van geld kost.

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

Blind en ‘pervers’ debat-Keynesianisme

ANALYSE - In het publieke debat beleeft een soort van Keynesianisme een renaissance. Dat is op­mer­ke­lijk, en bovendien nogal simplistisch. 

In de jaren zeventig raakte het Keynesianisme, in ieder geval in Europa, in de versukke­ling omdat de over­tuiging groeide dat Keynesiaanse recepten de struc­turele problemen in de veranderende we­reld­economie niet aankonden. Tegenwoordig zijn Keynesi­aanse ideeën weer duidelijk pre­sent als alternatief voor het in de meeste landen doorge­voerde bezuinigingsbeleid en het gedachtegoed erachter. ‘We spa­ren ons kapot’, is de karakterisering van de gegeven situatie.

Om de economie weer op te krikken moe­ten we echter juist meer besteden en niet meer lang wachten ermee: ‘Overheid investeer op ter­reinen als in­frastructuur, onderzoek en onderwijs en zorg via de verla­ging van belastingen ervoor dat de bur­gers meer te besteden heb­ben.’ De oplopende schuld zal dan snel weer terugverdiend zijn. In Euro­pees perspectief dient het ver­der met name de Zuid­Europese landen mogelijk te worden ge­maakt geld tegen een schappelijke ren­te te lenen, bijvoor­beeld via Eurobonds. In de Verenigde Sta­ten luidt het parallele verhaal dat Obama moet in­vesteren.

Platheid

In hoeverre dit Keynesianisme de theorie van Keynes weerspiegelt wil ik in het midden laten, maar er is sprake van ‘debat-Keynesianisme’ dat ik vanwege zijn platheid en ignorantie bekritiseren. Die plat­heid wordt bijvoorbeeld gedeeld door nobel­prijs­winnaar Paul Krug­man in veel van zijn columns in de The New York Times (maar genuanceerder is zijn boek End this De­pres­sion Now)  en in Ne­der­land onder meer door de opi­nie­stukken van Ewald Engelen (exemplarisch is misschien ‘Wil­ders, bedankt! Namens alle Keynesianen’ in NRC Next van 23-4-2012).

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

Zuinigheid in tijden van crisis

ANALYSE - Het huishoudboekje moet op orde, dus  moet er bezuinigd worden. Dat is het VVD-mantra. Die ideologie is inmiddels flink ingehaald door de empirie.

Dat de VVD het liefst een zo klein mogelijke overheid ziet, wisten we met z’n allen natuurlijk al tientallen jaren. Dat zij de crisis zou gebruiken om dit te doel bereiken mag dan ook geen verrassing heten. Immers: never waste a good crisis. Daarbij had ze de wind vier jaar geleden ook nog eens mee. Zo pleitte bijvoorbeeld het IMF voor terughoudendheid in het uitgavenpatroon van overheden in de ontstane crisis.

Er leek ook een solide wetenschappelijke basis ten grondslag te liggen aan de bepleite zuinigheid van overheden. De(assistent-)professors aan Harvard Alesina en Ardagna publiceerden in 2009 bijvoorbeeld een paper waarin ze stelden dat lage tekorten zouden leiden tot vertrouwen van de markten en groei op de korte termijn. Een economisch mechanisme dat Paul Krugman van The New York Times al typeerde als het geloof in de confidence fairy. In de echte wereld blijkt de confidence fairy maar niet op te komen dagen. Zo blijft in Nederland, ondanks al onze bezuinigingen, het consumentenvertrouwen onverminderd laag en het economisch klimaat belabberd. Ook bleek bij een nadere analyse (pdf) van hun data dat in meer dan de helft van de door Alesina en Ardagna aangehaalde gevallen de groei het jaar na die bezuinigingen juist nog verder terugliep. 

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

Dijsselbloem, de media en de ideologie van het grootkapitaal

ACHTERGROND - De initiële berichtgeving rondom de uitspraken van Jeroen Dijsselbloem onthult hoezeer ons denken wordt bepaald door de belangen van de economische elite.

De ‘affaire Dijsselbloem’ deed afgelopen week veel stof opwaaien. Minister Jeroen Dijsselbloem, in zijn capaciteit als voorzitter van de Eurogroep, had immers gewaagd te verkondigen dat doorsnee belastingbetalers niet langer automatisch worden aangeslagen om houders van grote, onverzekerde deposito’s bij omvallende banken te ontzien. Zeg maar hoe het systeem nominaal hoort te werken.

Met name in de Angelsaksische media was de reactie fel: Dijsselbloem kon het beste zo snel mogelijk wegens incompetentie worden ontslagen. Maar ook Nederlandse financiële ‘goeroes’ spraken schande van de notie dat renderend kapitaal niet onder alle omstandigheden op een bail out van de belastingbetaler kan rekenen (die in het eventuele rendement van de getroffen deposito’s natuurlijk nooit zou meedelen). En hoewel later in de week positievere geluiden over Dijsselbloems uitspraken vielen te beluisteren, waren de eerste reacties toch overweldigend negatief.

En zo – afgaande van de berichtgeving in de Nederlandse pers – waren we er met zijn allen toch een paar dagen van overtuigd dat het de taak van de weldenkende burger is om de financiële verliezen van kapitalisten (want dat bén je wanneer je inkomsten genereert met behulp van je kapitaal) op zich te nemen.

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

Europese samenwerking: brug of de polsstok

ANALYSE - Deze week evalueert de Tweede Kamer de Europese samenwerking in het jaarlijkse debat ‘De staat van de Unie’. Een voorbeschouwing.

Eens per jaar bespreken leden van de Tweede Kamer met de Nederlandse leden van het Europarlement de toestand in de Europese Unie. Vooraf publiceert de regering een discussiegrondslag waarin ze haar voornemens voor het komend jaar kenbaar maakt. Bruggen slaan in Europa heet het stuk dat minister Timmermans een paar weken geleden in Buitenhof mocht toelichten. De quote die toen het nieuws haalde ging over de voorzitter van de Europese Raad, Herman van Rompuy die volgens Timmermans met “zijn” hervormingsplannen te ver voor de troepen uit dreigde te gaan lopen. Dat kon Van Rompuy, de week erop te gast in Buitenhof , natuurlijk niet over zijn kant laten gaan. Terecht merkte hij op dat hij tot niets in staat is zonder de 27 regeringsleiders. De Raad  is de baas, niet hij. Daarmee legde hij de bal weer terug bij de Nederlandse regering, een-zevenentwintigste deel van zijn opdrachtgever. En zo gaf hij tegelijkertijd opnieuw voeding aan de oplopende frustratie over Europa bij de burgers die ondertussen meer dan genoeg hebben van dit spelletje van het heen en weer schuiven van de verantwoordelijkheid zonder dat er hen iets wordt gevraagd.

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

Has the ECB done enough to save the euro?

ANALYSE - The ECB promised to do whatever it had to, to save the euro. But it might be a problem to act like the US Federal Reserve, when modelled after the Bundesbank.

European Central Bank President Mario Draghi told a London conference of bankers On July 26th 2012 that ’the ECB is ready to do whatever it takes to save the euro.’ He paused, somewhat theatrically. ‘And believe me, it will be enough.’ His comments were an exercise in expectations management. The ECB was trying to convince financial markets that betting on the euro’s downfall would be a fool’s errand.

To all appearances, the plan seems to have worked. In the first half of 2012, investors had been withdrawing capital at an accelerating pace from Spain and Italy. Banks had been finding it increasingly difficult to get funding. Borrowing costs for the Spanish and Italian governments had risen to unsustainable levels. After Draghi’s comments in July, the ECB announced it would buy government bonds in Spain and Italy in unlimited quantities, if necessary (a plan it dubbed Outright Monetary Transactions, or OMT). This plan has not yet been activated, but Spanish and Italian borrowing costs have fallen by a fifth. This has led some to claim that the worst of the euro crisis is behind us. José Manuel Barroso, the European Commission’s president, said that ’the existential threat to the euro has essentially been overcome.’ The Italian prime minister, Mario Monti, said the crisis is ‘almost over.’ Is this so?More like US or UK

Foto: Deutsche Bundesbank (cc)

In EU betalen sociale investeringen zich dubbel en dwars terug

ANALYSE - In de Europese Unie is behoefte aan een agenda waar behalve begrotingsnormen ook sociale investeringen een belangrijke plaats hebben, aldus hoogleraar Anton Hemerijck.

De afgelopen jaren is de Europese economie van de ene crisis in de andere getuimeld. Wat begon als een hypothecaire crisis in de Verenigde Staten in 2007, is in vijf jaar tijd omgeslagen in een eurocrisis, mede als gevolg van een ontwerpfout in de architectuur van de Europese Unie (EU). In de oorspronkelijke (monetaire) beleidstheorie was de Europese Centrale Bank (ECB) een zekere mate van onafhankelijkheid toebedeeld op het terrein van prijsstabiliteit. Die bevoegdheid zou in combinatie met afspraken tussen de ECB en de lidstaten over de begrotingsdiscipline de concurrentiedruk tussen de Eurozone economieën intensiveren. Toegenomen concurrentie, zo was de verwachting, zou als vanzelf worden doorvertaald naar ‘structurele hervormingen’ van arbeidsmarkten en verzorgingsstaten, met als uiteindelijk resultaat economische groei in alle gebiedsdelen van de EU.

Burgers zijn aangespoord om zich in de schulden te steken

In het afgelopen decennium hebben de Europese instellingen, onder de neoklassieke leerstelling van efficiënte markten en ineffectieve overheden, de nationale economieën eenzijdig de maat genomen op het terrein van groei, inflatie en begrotingsevenwicht. Als gevolg van het gevoerde beleid wordt de Europese economie nu geconfronteerd met grote, destabiliserende handelstekorten in Griekenland, Spanje, Portugal, Ierland en Italië. Met vastgoedbubbels in Ierland, Spanje, Groot-Brittannië en Nederland, en handelsoverschotten in Duitsland, Nederland en de Scandinavische landen.

Vorige Volgende