Soepelere bijstand brengt meer gezondheid, participatie en vertrouwen

Het strenge bijstandsregime leidt niet tot meer uitstroom naar werk. Soepelere regels doen dat evenmin, maar zorgen wel voor meer gezondheid, participatie en politiek vertrouwen, blijkt uit promotieonderzoek van János Betkó. Vooral voor de meest kwetsbaren. Tussen 2017 en 2020 werd in Nijmegen een bijstandsexperiment gehouden. Ik verdedigde er recent mijn proefschrift over. In dit gerandomiseerde experiment werden bijstandsgerechtigden gevolgd in zowel het reguliere regime van de Participatiewet als in twee alternatieve, wat ruimhartigere regimes. Deze alternatieven waren meer onvoorwaardelijk van aard en gaven deelnemers meer ruimte, door het verregaand versoepelen van de re-integratieregels en de mogelijkheid meer bij te verdienen naast de uitkering. Dergelijke experimenten vonden ook plaats in vijf andere gemeenten.[1] De resultaten ervan zijn in meerdere rapporten en artikelen beschreven, onder andere op Sociale Vraagstukken. Belangrijke conclusie uit alle experimenten was dat er qua uitstroom uit de uitkering naar werk weinig verschil is tussen de reguliere en de experimentele aanpakken. De huidige aanpak, met alle dwang, verplichtingen en boetes, blijkt het in dat opzicht dus niet beter te doen dan een meer onvoorwaardelijke aanpak, gebaseerd op meer vertrouwen in en autonomie voor mensen in de bijstand. Alternatieve regimes voor subgroepen beter Voor mijn onderzoek keek ik, mede op verzoek van de lokale Nijmeegse politiek, naar zaken die vaak minder aandacht krijgen dan uitstroom, namelijk de ‘brede baten’, zoals vertrouwen, gezondheid en participatie. De uitkomsten sluiten aan bij de hierboven genoemde landelijke analyses over uitstroom naar werk. Wanneer we de uitkomsten van de experimentele bijstandsvormen vergelijken met die van de Participatiewet zien we bij de ‘brede baten’ eveneens weinig significante verschillen. Dit is in zichzelf een belangrijke bevinding: vanuit het oogpunt van effectiviteit zijn alle strengheid, dwang en boetes die de Participatiewet kenmerken dus onnodig. Daarnaast is onderzocht of er subgroepen zijn die het beter of slechter doen in de alternatieve regimes. Het antwoord is ja. Onder de deelnemers met bepaalde persoonskenmerken vond ik inderdaad positieve, statistisch significante effecten van het soepelere bijstandsbeleid. Bij hen leidt een meer op vertrouwen gebaseerde aanpak tot een betere gezondheid en meer participatie (onder andere vrijwilligerswerk en mantelzorg). Zo bleek onder andere dat deelnemers met een relatief zwakke mentale gezondheid meer gingen participeren. Deelnemers met weinig zelfvertrouwen boekten meer gezondheidswinst. Deelnemers met een migratieachtergrond waren beter af op het gebied van zowel gezondheid als participatie. Er is sprake van een duidelijk patroon. Het gaat in grote meerderheid om kwetsbare groepen die meer baat hebben van de experimentele vorm van bijstand.[2] Met andere woorden: het reguliere sociale vangnet – de bijstand – lijkt het slechtst te werken voor de meest kwetsbaren. Al jaren bekend Dat is nogal wat, want het sociaal beleid is er natuurlijk in eerste instantie voor kwetsbaren, maar tegelijkertijd is er de vraag: hoe schokkend is dit onderzoeksresultaat? We weten toch al jaren dat ons sociale stelsel niet functioneert voor een deel van de mensen die ervan afhankelijk zijn? En dat het stelsel vooral faalt voor juist die mensen die het vangnet het hardste nodig hebben? Het Sociaal en Cultureel Planbureau stelde in 2019 al vast dat de Participatiewet geen succes was en te veel uitging van mensen die niet willen werken maar wel kunnen, terwijl in de praktijk eerder het omgekeerde het geval is. De WRR wees er in 2017 op dat we te veel verwachten van mensen, met name kwetsbare mensen, op het gebied van zelfredzaamheid, en dat de overheid daar een realistischer verwachting over zou moeten koesteren. Bestuurskundige Roel in ’t Veld nam de schuldenproblematiek onder de loep, en hekelde de ‘anonieme wreedheid’ van het systeem, waar met name de mensen met de minste competenties slachtoffer van zijn. Zeer recent onderzoek uit Amsterdam door hoogleraar actief burgerschap Monique Kremer toont aan dat het de verzorgingsstaat zelf is die een bron van stress is geworden. Mensen met relatief weinig opleiding en digitale vaardigheden moeten complexe handelingen verrichten om van die verzorgingsstaat gebruik te kunnen maken en dat levert stress op. Dus ja, het is goed dat in een Nijmeegs experiment empirisch is aangetoond dat juist de meest kwetsbaren baat hebben bij een meer onvoorwaardelijk en op vertrouwen gebaseerd beleid – en dat is ook echt een nuttige toevoeging aan de bestaande kennis. Maar tegelijkertijd is deze uitkomst voor weinigen bekend met het onderwerp een verrassing, vermoed ik. Politiek aan zet Als je een sociaal stelsel hebt dat bedoeld is om de kwetsbare mensen te ondersteunen, maar de praktijk is dat het anoniem, ingewikkeld, bureaucratisch en wantrouwend is en soms zelfs door deskundigen als ‘wreed’ wordt getypeerd, dan is er het nodige te doen voor de landelijke politiek. Dat is des te urgenter, omdat het vertrouwen in de politiek met rasse schreden terugloopt, en zich op een dieptepunt bevindt. In een interview vertelt politicoloog Tom van der Meer dat politiek vertrouwen geen doel op zich moet zijn van ‘Den Haag’, maar dat vertrouwen moet volgen uit een betrouwbare overheid zijn, die de grote vraagstukken van deze tijd effectief aanpakt. Meer wortel werkt Het effect van het experiment op het politiek vertrouwen van deelnemers is zoals gezegd ook onderzocht. En warempel: het vertrouwen in de (lokale) politiek blijkt dus daadwerkelijk te kunnen stijgen als mensen beleid ervaren dat meer is gebaseerd op autonomie en onvoorwaardelijkheid, een wederkerige relatie, wat meer ‘wortel’ en wat minder ‘stok’. Sterker nog: voor een deel van de deelnemers was het juist het op een meer fatsoenlijke manier benaderd worden die ervoor zorgde dat het vertrouwen steeg. Eén van de grote problemen van deze tijd is de crisis in bestaanszekerheid – de stress en ellende waar mensen in armoede mee te maken hebben en het huidige systeem dat soms eerder bron van ellende en stress is dan oplossing. Er zijn genoeg aangrijpingspunten waar Den Haag mee aan de slag kan. Meer uitgaan van vertrouwen en minder van wantrouwen. Normen voor uitkeringen die hoog genoeg zijn om van te leven, zonder een beroep te hoeven doen op tal van kleine potjes en losse regelingen. Op die manier de administratieve last en bureaucratie drastisch terugdringen. Meer persoonlijk contact met de burger. En zo de stress en onzekerheid bestrijden van mensen die hiervan afhankelijk zijn. De bijstandsexperimenten laten zien dat er geen negatieve effecten te verwachten zijn van een meer onvoorwaardelijke aanpak. Mijn Nijmeegse vervolgonderzoek toont dat het aannemelijk is dat er bovendien positieve effecten zijn op het gebied van gezondheid, participatie en politiek vertrouwen. Zoals gezegd zijn de problemen en de voorgestelde oplossingen allemaal geen nieuws. Wel is er nóg een stukje wetenschappelijke onderbouwing dat we die kant op moeten – en liefst met enige spoed, om het leed van mensen in kwetsbare posities niet nodeloos voort te laten duren. Dit artikel verscheen eerder bij Sociale Vraagstukken. János Betkó was ambtelijk projectleider van het Nijmeegse bijstandsexperiment. Hij is nu coördinator bestaanszekerheid bij de gemeente Nijmegen en werkt als universitair docent bij de afdeling bestuurskunde van de RU. Lees hier zijn proefschrift 'Effects of welfare policies based on autonomy and unconditionality: A social experiment with social assistance recipients'.  Noten [1] Dit waren Deventer, Groningen, Nijmegen, Tilburg, Utrecht en Wageningen. Daarnaast waren er enkele gemeenten (waaronder Amsterdam en Apeldoorn) die een soortgelijk experiment uitvoerden, maar zonder toestemming van het ministerie van SZW en daarom in een iets aangepaste vorm. Ik beperk me hier tot de zes eerstgenoemde gemeenten, omdat deze veel met elkaar gemeen hebben en in verschillende artikelen waar ik naar verwijs samen worden geanalyseerd. [2] Wat deze bevinding nog veelzeggender maakt, is dat de mensen die zich op hebben gegeven voor dit (op vrijwillige deelname gebaseerde) experiment met name behoren tot de gemiddeld genomen minder kwetsbare groepen: denk aan relatief hoog opgeleid, zonder migratieachtergrond en minder gebukt gaand onder stress. Wanneer we dan één (kwetsbare groepen hebben meer baat) optellen bij één (deze groepen deden minder mee) leidt dat tot de conclusie dat de gevonden effecten hoogstwaarschijnlijk artificieel klein zijn door de selectie-bias. Het is aannemelijk dat wanneer het experimenteel geteste beleid uitgerold zou worden over de totale populatie (nog) veel betere resultaten gehaald worden op het gebied van gezondheid en participatie.

Foto: NiederlandeNet (cc)

Kamer op zoek naar zichzelf

ANALYSE - van Edgar Hoedemaker

Dit jaar wordt uitgebreid stilgestaan bij de 175e verjaardag van de Grondwet van 1848, de ‘Grondwet van Thorbecke’. Deze Grondwet zorgde voor een rechtstreeks gekozen Tweede Kamer, het recht van amendement en onderzoek, een sterker budgetrecht, een inlichtingenrecht, en het belangrijkste: ministeriële verantwoordelijkheid, waaruit een ongeschreven vertrouwensregel voortkwam. Kortom: een zelfbewuste, sterkere Tweede Kamer. Anno 2023, aan de vooravond van het zomerreces in het Thorbecke-herdenkingsjaar, is die zelfbewuste Tweede Kamer op zoek naar zichzelf. De Kamer heeft te maken met inflatie van de belangrijkste parlementaire instrumenten, een hard politiek debat (niet alleen in de zaal, ook in de (sociale) media), versplintering, het verdere verlies van parlementaire ervaring, en vastlopende parlementaire enquêtes. ‘Wie zijn wij, en hoe gaan wij met elkaar en onze taak om?’ is een vraag die voorligt. De Tweede Kamer is ruim twee jaar na de verkiezingen nog steeds niet uitgebalanceerd.

Het goede nieuws: de Tweede Kamer is met deze vraag aan de slag gegaan, zij het met wisselend succes.

In 2022 dienden Kamerleden gezamenlijk een recordaantal moties in. Maar liefst 4893. Dit aantal past in een langere trend waarin het aantal moties gestaag toeneemt. Dit baart de Kamer zorgen en daarvoor werden in 2021 al aanbevelingen gedaan. In de eindmonitor van het rapport Versterking functies Tweede Kamer op 5 juni 2023 staat echter het volgende:

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Susanne Nilsson (cc)

Conservatieven aan de macht in Finland

Coca Cola neemt de Finse wodkaproductie over. En het Lenin-park in Helsinki krijgt een andere naam. Finland, het jongste lid van het NAVO-bondgenootschap heeft zich definitief bekeerd tot het westerse kamp. Dinsdag kreeg het land een nieuwe regering met een coalitie van de conservatieve Nationale Coalitiepartij, de christendemocraten, de Zweedse volkspartij en de extreemrechtse Finnenpartij.

Petteri Orpo van de Nationale Coalitiepartij is de nieuwe premier. Zijn partij werd bij de laatste parlementsverkiezingen de grootste met 22% van de stemmen, op de voet gevolgd door de Finnenpartij (21%) en de Sociaaldemocraten (20%) van voormalig premier Sanna Marin. De oppositiepartijen zijn in het eerste parlementaire debat met de nieuwe regering meteen hard in de aanval gegaan. De fractieleider van de sociaaldemocratische SDP, Lindtman, bekritiseerde bezuinigingen die snijden in de voordelen van lagere inkomens. Daartegenover staan belastingvoordelen voor de rijken en versoepeling van het ontslagrecht. “Is dit de regering van ‘een sterk en zorgzaam Finland'” vroeg hij met verwijzing naar de titel van het coalitieprogramma. “Of zorgt ze alleen voor de sterken?” Finland heeft nog altijd te maken met stijging van de werkloosheid, in het bijzonder onder jongeren. Tegelijkertijd neemt het aantal buitenlandse arbeidskrachten toe. Maar dat zou kunnen veranderen als de plannen van de nieuwe regering worden uitgevoerd. Maandag demonstreerden in Helsinki honderden Finnen tegen aangekondigde restrictieve maatregelen voor immigranten.

Foto: EU Civil Protection and Humanitarian Aid (cc)

Het cynische businessmodel van asielopvang

COLUMN - Daar viel de term weer:

De premiers Giorgia Meloni (Italië) en Mark Rutte hebben samen met de EU-commissievoorzitter Ursula von der Leyen op bezoek in Tunis “het cynische businessmodel” van de mensensmokkelaars gehekeld.

Rutte bezigt de term niet voor de eerste keer.  In 2019 kwamen zeven mensen om toen hun boot kapseisde in de Egeïsche zee. Een journalist wilde zijn reactie en Rutte sprak:

(…) hier zie je dus uit dat het cynische businessmodel van die bootjessmokkelaars (…)

Dat Tunesië 150 miljoen euro “budgethulp” in de staatskas gestort krijgt om de economie van het land te steunen, daar is natuurlijk niets cynisch aan? Tunesië is immers een ‘veilig’ land, waar president Kais Saied Afrikaanse vluchtelingen de schuld geeft van de economische malaise. Wat voor sommige Tunesiërs wordt gezien als vrijbrief er op los te slaan.

Autocratische despoot regeert Tunesië

Diezelfde president heeft sinds 2021 de Tunesische democratie volledig ontmanteld. De regering en parlement ontbonden. De grondwet buiten werking gesteld. En politieke tegenstanders opgepakt. Dat alles bij elkaar is voor sommige Tunesiërs en Afrikaanse immigranten reden het land te ontvluchten. Met overvolle begraafplaatsen en mortuaria in de Tunesische kustregio Sfax tot gevolg.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Team Basis (cc)

Oostenrijkse sociaaldemocraten naar links

De leiderschapsverkiezing bij de Oostenrijkse sociaaldemocratische SPÖ eindigde onlangs in een bizarre ontknoping.  Een ’technische fout’ in een Excelbestand heeft er volgens de partij toe geleid dat de verkeerde kandidaat als nieuwe leider werd aangekondigd. Niet Hans Peter Doskozil had gewonnen maar Andreas Babler (foto). De stemmen voor de twee eindkandidaten van bijna zeshonderd afgevaardigden op een partijconferentie waren op een of andere manier door elkaar gegooid. Een slimme journalist miste in de uitslag één stem, waarna de fout aan het licht kwam. Doskozil had zijn overwinningsrede al gehouden.

Babler’s kansen om premier te worden na de parlementsverkiezingen in Oostenrijk volgend najaar worden niet hoog ingeschat. Hij behoort tot de uiterst linkse vleugel van de sociaaldemocraten en heeft in het verleden nogal forse uitspraken gedaan over de EU en de NAVO. Babler’s kandidatuur kwam als een verrassing  en is niet los te zien van ontevredenheid aan de basis van de partij over de slechte resultaten bij recente regionale verkiezingen. In Salzburg was de communistische partij de grote winnaar ten koste van de sociaaldemocraten. Babler heeft nu –naar het voorbeeld van Jeremy Corbyn– de grassroots van de sociaaldemocraten weten te mobiliseren voor een nieuwe koers. De oude partijleiding slaagde er niet in een passend antwoord te geven op de politiek van de zittende coalitie van de  conservatieve ÖVP en de Groenen. Babler heeft, anders dan Doskozil een coalitie met de conservatieve ÖVP afgewezen. Zoals de kaarten nu liggen ziet het er naar uit dat de ÖVP wel weer met de extreemrechtse FPÖ in zee zal gaan.

Foto: Tim Reckmann (cc)

Het gaat in Oekraïne niet om vrede

ANALYSE - Terwijl Rusland met het opblazen van de Nova Kakhovka dam weer eens laat zien op wat voor vernietiging ze uit is, wordt er elders af en toe gesproken over onderhandelingen en vrede. Door politici op het internationale toneel en bij delen van het westerse publiek. ’Zo snel mogelijk een staakt het vuren en dan de wapens neerleggen’ lijkt dan de vast goed bedoelde gedachte te zijn. Maar onder het oppervlak van die goede bedoeling vinden we morele verwarring en een gebrek aan humaniteit.

Internationale initiatieven

Op het internationale toneel was er bijvoorbeeld een Chinees initiatief dat weinig enthousiast werd ontvangen. Het kreeg toch een vervolg met een Europese rondreis van de Chinese minister van buitenlandse zaken Qin Gang. Topdiplomaat Li Hui voerde vervolgens gesprekken met Zelensky. Wel temperde hij daarna de verwachtingen. Waarschijnlijk omdat de innige banden tussen Beijing en het Kremlin, die hij zelf heeft helpen versterken, in Oekraïne bekend zijn en terecht met argwaan worden bekeken. Het leidde gelukkig niet tot westerse druk op Oekraïne om met de bezetter te gaan onderhandelen.

De Braziliaanse Lula, president van een land dat zich neutraal voordoet, volgde met een soortgelijke oproep. In april ontving Brazilië minister van buitenlandse zaken Lavrov, die er werd uitgenodigd voor een staatsreceptie. Lula sprak er met hem, terwijl hij gedurende de G7 in Japan, Zelensky juist leek te mijden. Diezelfde Lula weigerde recent Duits luchtafweergeschut terug te leveren aan Duitsland, dat het wilde inzetten voor de verdediging van Oekraïne tegen door Rusland afgeschoten Iraanse drones. Lula wil wel vrede, maar liever geen mensenlevens redden.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Gerard Stolk (cc)

Rutte IV bezwijkt (niet) onder de erfenis van… Rutte, I, II en III

COLUMN - Voor de derde keer overleefde Mark Rutte, als MP van kabinet Rutte IV,  gisteravond een motie van wantrouwen. Dat is de achttiende keer sinds Rutte I.

De motie Klaver haalde het niet dankzij VVD, D66, CDA, CU en SGP.  De motie Van Haga sneuvelde omdat alleen zijn eigen groep en JA21 plus FVD voor stemden.

Hoelang kan je tegen een ballon porren voor-ie knapt? Rutte bewijst: behoorlijk lang. Zijn kabinetten, bewindslieden en hijzelf hebben nu, vanaf Rutte I, 96 moties van wantrouwen (in Tweede en Eerste Kamer) achter de rug. Slechts één keer dreigde een motie van wantrouwen een krappe meerderheid ter halen. Maar dat was een weinig effectieve motie omdat hij toen al demissionair was.

Hier de top-5 moties van wantrouwen naar aantal voorstemmen.

Kabinet Rutte IV is overigens (nog?) niet het meest door moties van wantrouwen getroffen Rutte-kabinet.

Maar de helft van alle 96 moties waren wel tegen zijn kabinet of persoon gericht.

Pas als de SGP en/of dissidenten binnen CDA, CU of D66 het een keer zat zijn, maakt een motie van wantrouwen tegen Rutte of het kabinet kans van slagen. Tot nu toe is een dergelijke stemming in de verste verte niet te bespeuren. Wat media ook denken te zien aan wrijving binnen de coalitie.

Foto: Fred Romero (cc)

Voorstel voor een leesbare Voorjaarsnota

een gastbijdrage van  Jasper H. van Dijk en Vinzenz Ziesemer, eerder verschenen bij MeJudice (2 juni 2023)

De Voorjaarsnota is volgens velen onleesbaar. Het is bijvoorbeeld niet duidelijk of het kabinet bezuinigt en waarop, hetgeen een goed politiek debat in de weg staat. Jasper H. van Dijk en Vinzenz Ziesemer van het Instituut voor Publieke Economie doen een voorstel voor een rapportage die wél leesbaar is.

Lastig te volgen

Tweede Kamerlid Henk Nijboer noemde de Voorjaarsnota onleesbaar. Hij was niet de enige met kritiek. Ook de Raad van State vond de Voorjaarsnota lastig “te volgen en doorgronden”.

In de Voorjaarsnota staat dat het kabinet gaat bezuinigen. Maar gekeken naar de verschillende grafieken en tabellen is het niet duidelijk of dit ook daadwerkelijk zo is. Zo is er veel vertroebeling op de begroting door verschuivingen van posten tussen begrotingsjaren en door het inzetten van onderuitputting voor andere uitgaven. Maar ook het totaalbeeld is niet duidelijk: want ten opzichte van wat bezuinigt het kabinet eigenlijk en hoeveel?

Deze onduidelijkheden staat een goed debat over begrotingsbeleid in de weg. Want welke politieke keuzes zijn er precies gemaakt? Geeft het kabinet onder de streep nu te veel uit en verergert het bijvoorbeeld de inflatie? Of trapt het nu onnodig op de rem waardoor het aanpakken van belangrijke uitdagingen zoals klimaatverandering in de problemen komt?

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Directie Voorlichting (cc)

VVD medeverantwoordelijk voor opvangcrisis

De ultrarechtse vleugel van de VVD deed een poepje, Rutte spoot met de toiletverfrisser en men borrelde en bitterbalde nog genoeglijk na.

“Nee jongens, echt, we doen er alles aan de vluchtelingenstroom tegen te houden. Daarvoor reizen we de wereld af, dus geduld, het gaat gebeuren”. Dat was zo ongeveer het antwoord van Rutte op de hysterie van het xenofobe deel van de partij.

Voor excuses vind hij het blijkbaar nog te vroeg. Die gaat hij zijn congres aanbieden als volgend jaar gebleken is dat vluchtelingen blijven komen, de grenzen echt niet dicht kunnen en hij zijn belofte dus niet kon nakomen.

Was dat zijn strategie als excuusrecord houdende premier? Beter had hij de zaal voorgehouden hand in eigen boezem te steken. Iets in de trant van: “lieve mensen, bedenk wel dat wij medeverantwoordelijk zijn voor de opvangcrisis. Nee, nee, niet toeteren, het is geen asielcrisis, het is een opvangcrisis!”

Feiten versus rommelende darmen

Dan had het congres over de feiten kunnen discussiëren en niet over de rommelende darmen. Rutte had het selectieve geheugen van de liberale haviken op moeten frissen: “dames en heren, ik heb hier het gezamenlijk advies van de Adviesraad Migratie (ACVZ) en de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) dat onze Eric vorig jaar juni 2022 in ontvangst heeft genomen”.

Foto: Jesterhat84, CC BY-SA 3.0. Departement van Justitie in Den Haag, via Wikimedia Commons.

Groeien vertegenwoordigen en verantwoordelijkheid nemen uit elkaar?

ANALYSE - een gastbijdrage van Simon Otjes, eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees

Er is in Nederland al twee jaar een discussie bezig over een nieuwe bestuurscultuur. Dat lijkt te gaan over de manier waarop Mark Rutte het land bestuurt. Echter, als je langer kijkt naar de elementen van die bestuurscultuur dan valt op dat deze verder teruggaan. Bovendien is verzet tegen de Nederlandse bestuurscultuur al eerder opgekomen.

In een recente podcast Het Spel en de Macht spreek ik hierover met bestuurskundige Caelesta Braun en student journalistiek Arend Viëtor. Het is de laatste in een reeks over de Nederlandse bestuurscultuur. Als we die langere lijnen volgen dat valt op dat het verschil tussen toen en nu is dat electorale positie van partijen die volgens de regels van het spel politiek bedrijven zwakker is dan in het verleden. Partijen die het primair als hun rol zien om onvrede te vertegenwoordigen sterker zijn geworden.

De Regels van Lijphart

De regels van het spel zijn eigenlijk opvallend constant in de afgelopen 70 jaar. De regels die politicoloog Arend Lijphart in 1968 formuleerde over de Nederlandse politiek in jaren ’50 zijn nog springlevend: als politici in Nederland een beslissing moeten nemen benaderen ze de materie zakelijk en niet ideologisch. Als ze er onderling niet uitkomen dan kijken ze naar experts en belangengroepen. De oplossingen komen van buiten de politieke arena. Als coalitiepartijen recht tegenover elkaar staan, dan stellen ze beslissingen uit. Moeten ze nu een oplossing vinden, proberen ze een compromis te formuleren waar iedereen zich in kan vinden. Zelfs een kleine coalitiegenoot kan dat vetoën. Zulke compromissen worden niet gesloten in de plenaire zaal van de Kamer maar achter dichte deuren.

Vorige Volgende