De adviezen van de Raad van State over de Asielnood­maatregelen­wet en de Wet invoering tweestatus­stelsel

van dr. Lisanne Groen Op 10 februari 2025 werden de adviezen van de Afdeling advisering van de Raad van State (hierna: de Afdeling) gepubliceerd over twee langverwachte wetsvoorstellen, die volgens minister Faber (Asiel en Migratie) moeten bijdragen aan ‘het strengste asielregime ooit’. Het gaat om de Asielnoodmaatregelenwet en de Wet invoering tweestatusstelsel. Welke maatregelen bevatten de voorstellen, hoe heeft de Afdeling ze beoordeeld en wat is de strekking van de adviezen? Inhoud wetsvoorstellen Het voorstel voor de Asielnoodmaatregelenwet bevat de volgende maatregelen: - De geldigheidsduur van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd wordt verkort van vijf tot drie jaar; - Er worden geen nieuwe verblijfsvergunningen asiel voor onbepaalde tijd verleend; - De mogelijkheden tot ongewenstverklaring van vreemdelingen worden verruimd; - De voornemenprocedure wordt afgeschaft; De voornemenprocedure is geregeld in art. 39 van de Vreemdelingenwet 2000 (hierna: Vw 2000), en houdt in dat de vreemdeling schriftelijk op de hoogte wordt gesteld van het voornemen van de minister om de aanvraag voor een verblijfsvergunning af te wijzen. De vreemdeling mag hierover dan zijn zienswijze naar voren brengen. Afschaffing van die procedure leidt ertoe dat de minister direct mag beslissen op een aanvraag nadat de vreemdeling is gehoord. - De nareismogelijkheden voor ongehuwde partners en meerderjarige kinderen worden beperkt; - De afdoening van asielaanvragen wordt vergemakkelijkt, door 1) nieuwe feiten en omstandigheden strenger te toetsen bij opvolgende aanvragen, 2) een verwijtbaarheidstoets te introduceren bij opvolgende aanvragen en 3) de afwijzingsmogelijkheden te verruimen. Het voorstel voor de Wet invoering tweestatusstelsel bevat de volgende maatregelen: - De invoering van een tweestatusstelsel; Hoewel – in navolging van Europese regelgeving – in de Vw 2000 twee categorieën vluchtelingen worden onderscheiden (‘verdragsvluchtelingen’, die gegronde vrees hebben om te worden vervolgd vanwege bijvoorbeeld hun ras, religie of politieke overtuiging en ‘subsidiair beschermden’, die willekeurig oorlogsgeweld ontvluchten), is hun verblijfsstatus identiek (een eenstatusstelsel). Invoering van een tweestatusstelsel brengt met zich dat voor beide categorieën verschillende voorwaarden in het leven worden geroepen. - Het beperken van nareis tot het kerngezin; - Het stellen van aanvullende voorwaarden (een wachttermijn, inkomensvereiste en huisvestingsvereiste) voor nareis bij subsidiair beschermden. Beoordelingskader Afdeling De Afdeling hanteert voor de beoordeling van wetsvoorstellen haar beoordelingskader. Dat bestaat uit verschillende onderdelen. In de eerste plaats verricht de Afdeling een beleidsanalyse. Daarbij wordt gekeken naar de analyse van het probleem dat een wetsvoorstel zou moeten oplossen en naar de aanpak van dat probleem. Bij de beoordeling komen vragen aan de orde als: voor welk probleem is wetgeving geformuleerd, en welke informatie is over het probleem bekend? Zijn er over het probleem misschien al (wetenschappelijke) adviezen of rapporten verschenen en zo ja, zijn die dan bij de voorbereiding van het wetsvoorstel betrokken? En wat zijn het doel en het beoogde resultaat van de voorgenomen wetgeving – helpt het wetsvoorstel, kortom, het probleem ook op te lossen? Is voldoende rekening gehouden met betrokken partijen en met de financiële consequenties van een wetsvoorstel? Daarnaast wordt een constitutionele en juridische analyse verricht. De Afdeling gaat na hoe het wetsvoorstel zich verhoudt tot hoger recht. Worden grondrechten beperkt en zo ja, wordt voldoende toegelicht waarom dat noodzakelijk en proportioneel is? Zijn er eventuele rechtsbeginselen, zoals het rechtszekerheids- of evenredigheidsbeginsel, in het geding? En hoe zit het met de juridische systematiek van het wetsvoorstel? Past het binnen en naast bestaande wetgeving en zijn bevoegdheden duidelijk toegekend? En is voorzien in rechtsbescherming en overgangsrecht? De uitvoeringsanalyse ziet in het bijzonder op het doenvermogen van burgers en de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid van het wetsvoorstel. Zijn de doelgroepen die door het wetsvoorstel worden geraakt goed in beeld gebracht, en begrijpen zij wat de wet van hen verlangt? Heeft de regeling tot gevolg dat nieuwe, meer of andere taken bij bijvoorbeeld (mede-)overheden of uitvoeringsorganisaties worden belegd? En zijn die dan geraadpleegd in de consultatiefase? Ten slotte ziet de analyse van de gevolgen voor de rechtspraktijk op de vraag of het wetsvoorstel duidelijk en toepasbaar is voor de rechtspraak, en of rechterlijke colleges over de wet ook zijn geraadpleegd. Wordt een toename van procedures verwacht en zo ja, is deze aanvaardbaar? Zijn er financiële en organisatorische gevolgen voor de rechtspraak, en zo ja, zijn daarvoor dan genoeg mensen en middelen beschikbaar? De vragen in het beoordelingskader die de Afdeling beantwoordt bij de advisering over een wetsvoorstel, zijn als het goed is bij de voorbereiding van dat wetsvoorstel op het departement ook al aan de orde gekomen. Veel van deze vragen zijn terug te vinden in het Beleidskompas – dat wordt gebruikt bij het voorbereiden van beleid en regelgeving – en in het Draaiboek en de Aanwijzingen voor de regelgeving. Dicta Aan het slot van een advies geeft de Afdeling haar eindoordeel over een wetsvoorstel in de vorm van een ‘dictum’. Hiervoor gebruikt de Afdeling vier vaste formuleringen: Dictum A: De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen bij het voorstel en adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen. Dit dictum spreekt voor zich: de Afdeling heeft geen (noemenswaardige) opmerkingen bij het voorstel. Dit wordt ook wel aangeduid als een ‘advies conform’. Dictum B: De Afdeling advisering van de Raad van State heeft een aantal opmerkingen bij het voorstel en adviseert daarmee rekening te houden voordat het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal wordt ingediend. Hiermee geeft de Afdeling te kennen dat er wat haar betreft nog wel iets aan het wetsvoorstel moet gebeuren. Het kan zijn dat sommige van de voorgestelde bepalingen beter moeten worden geformuleerd of dat de toelichting op bepaalde punten aanvulling behoeft. Dictum C: De Afdeling advisering van de Raad van State heeft een aantal bezwaren bij het voorstel en adviseert het voorstel niet bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen, tenzij het is aangepast. Ook als een advies uitmondt in een C-dictum moet er volgens de Afdeling nog wel iets aan het voorstel gebeuren. Dat is duidelijk méér dan bij een B-dictum, hoewel de beide dicta op elkaar lijken: het B-dictum is geformuleerd als ‘ja, mits’; het C-dictum als ‘nee, tenzij’. De bezwaren van de Afdeling tegen het wetsvoorstel zijn bij een C-dictum aanzienlijk, maar nog wel te repareren. Dat is anders bij een dictum D, dat luidt: De Afdeling advisering van de Raad van State heeft ernstige bezwaren tegen het voorstel en adviseert het niet bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen. Dit dictum gebruikt de Afdeling als zij fundamentele bezwaren tegen het voorstel heeft, die door aanpassingen niet kunnen worden opgelost. Het C- en het D-dictum zijn zogenoemde ‘zware dicta’: voorstellen die van de Afdeling zo’n dictum krijgen, moeten opnieuw worden besproken in de ministerraad. ‘Zware dicta’ worden niet heel vaak toegekend. Hieronder zijn de dicta die de laatste jaren door de Afdeling zijn toegekend, weergegeven: Jaar Totaal A B C D ‘zware dicta’ 2023 340 212 93 31 4 10,2 % 2022 357 203 128 20 6 7,2 % 2021 417 251 112 47 7 12,9 & 2020 465 269 153 40 3 9,2 % 2019 407 262 103 32 10 10,3 % Bron: jaarverslagen Raad van State (www.raadvanstate.nl). Algemene maatregelen van bestuur zijn ook in deze cijfers betrokken. Adviezen van de Afdeling over de beide wetsvoorstellen De beide adviezen over beide wetten van de Afdeling zijn langs dezelfde lijn opgebouwd. Ik noem een aantal belangrijke punten. De adviezen beginnen met de belangrijkste bevindingen van de Afdeling die betrekking hebben op beide voorstellen. Die worden vervolgens per voorstel nader uitgewerkt. De belangrijkste bevindingen zien in hoofdzaak op drie aspecten: in de eerste plaats zijn de beide voorstellen volgens de Afdeling onzorgvuldig voorbereid. Ze zijn voorgelegd aan een beperkt aantal relevante instanties die maar een week de tijd kregen om erop te reageren: te weinig om de gevolgen goed in kaart te kunnen brengen, hoewel ze alle grote zorgen hebben geuit. Die onzorgvuldige voorbereiding is problematisch vanuit het perspectief van wetgevingskwaliteit en het belang van een ordentelijk wetgevingsproces, en kan niet worden gerechtvaardigd door de gestelde urgentie die tot versnelling van de procedure zou nopen. Het tweede punt gaat over de effectiviteit en de uitvoering van de wetsvoorstellen. Inzichten waaruit blijkt dat de voorgestelde maatregelen zullen bijdragen aan het beperken van de instroom of een efficiëntere asielprocedure zijn er niet, terwijl wél duidelijk is dat sommige maatregelen de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en de rechtspraak extra zullen belasten, zo schrijft de Afdeling. Dat geldt bijvoorbeeld voor het afschaffen van de asielvergunning voor onbepaalde tijd en de inperking van nareismogelijkheden (Asielnoodmaatregelenwet) waar in eerste instantie door de IND over moet worden beslist, en voor de invoering van het tweestatusstelsel (Wet invoering tweestatusstelsel), die in de hand zal werken dat vreemdelingen over hun status gaan procederen – met alle gevolgen voor de rechtspraak van dien. Ook het afschaffen van het ‘filter’ dat de voornemenprocedure vormt, kan uiteindelijk leiden tot meer en complexere zaken waarover moet worden beslist. Verder is de uitwerking van de beide wetsvoorstellen in onderlinge samenhang naar het oordeel van de Afdeling niet goed in beeld gebracht. De voorgenomen bezuinigingen op de asielketen leiden er bovendien toe dat niet alleen niet wordt voorzien in de financiële middelen die nodig zijn om de bestaande achterstanden weg te werken, maar óók niet voor de uitvoering van het wetsvoorstel. Deze uitvoeringsproblemen kunnen volgens de Afdeling in de praktijk voorts leiden tot grondrechtenschendingen, bijvoorbeeld omdat de IND en de rechtspraak niet binnen een redelijke termijn kunnen beslissen over verblijfsrechten van vreemdelingen en nareizigers. Dat kan tevens tot gevolg hebben dat gezinsleden lang gescheiden blijven. Dat niet is voorzien in overgangsrecht kan daarnaast ongelijke behandeling en schending van het rechtszekerheidsbeginsel in de hand werken. Verder wijst de Afdeling erop dat de maatregelen uit het Europese asiel- en migratiepact in 2026 van kracht worden. Dat betekent dat de asielwetgeving voor die tijd ingrijpend zal moeten worden gewijzigd. De Afdeling geeft te kennen dat een goede afstemming nodig is – niet alleen omdat twee verstrekkende wetswijzigingen kort na elkaar de IND en de rechtspraak nog verder zullen belasten, maar ook omdat samenvoeging van bepaalde onderdelen van (de nu voorgestelde en binnenkort noodzakelijke) wetsvoorstellen wellicht tot de mogelijkheden behoort. Kortom: hoewel geen van de voorgestelde maatregelen direct strijdig is met grondrechten en andere bepalingen van hoger recht, kan die strijd zich in de concrete uitvoering wel voordoen. De belangrijkste kanttekeningen van de Afdeling hebben betrekking op de probleemanalyse die aan het wetsvoorstel ten grondslag ligt en de wijze waarop is toegelicht dat de voorgestelde maatregelen aan de oplossing van het gestelde probleem bijdragen. Niet duidelijk is in hoeverre het voorstel effectief zal zijn en relevante instanties hebben te weinig tijd gekregen om de uitvoerbaarheid goed in kaart te brengen. Goed voorstelbaar is echter dat de beide voorstellen tot uitvoerbaarheidsproblemen zullen leiden bij de IND, en dat ook de rechtspraak aanzienlijk extra zal worden belast, zonder dat wordt voorzien in middelen om aan die extra belasting recht te doen. Ten aanzien van beide wetsvoorstellen adviseert de Afdeling dan ook om ‘de maatregelen opnieuw te bezien, voor iedere maatregel dragend te motiveren waarom deze effectief en uitvoerbaar is, en anders van de maatregel af te zien’. Aan beide voorstellen is een C-dictum toegekend. En, gelet op aard en aantal bedenkingen van de Afdeling: dat C-dictum ligt vermoedelijk dichter bij een D- dan bij een B-dictum. En nu? Nog voordat ze de adviezen had gelezen, heeft minister Faber al laten weten ‘hooguit punten en komma’s’ in de beide wetsvoorstellen te zullen aanpassen. “Het advies is niet bindend, ik kan ermee doen wat ik wil,” zei ze. Strikt genomen heeft ze daarin gelijk: een advies van de Afdeling advisering van de Raad van State hóeft niet te worden gevolgd. Dat neemt niet weg dat adviezen van de Afdeling serieus moeten worden genomen: de grondwettelijk verankering van de adviestaak van de Raad van State vereist dat. Het getuigt ook van weinig constitutionele etiquette om al bij voorbaat en in weinig subtiele bewoordingen duidelijk te maken dat een advies zal worden ‘weggeschreven’. Mocht niettemin blijken dat aanpassingen in de voorstellen die worden ingediend beperkt zijn gebleven, dan hebben de beide Kamers in ieder geval voldoende aanknopingspunten om de minister kritisch te bevragen. Dit artikel verscheen eerder bij het Montesquieu Instituut. Lisanne Groen is als fellow betrokken bij het Montesquieu Instituut. Haar onderzoek richt zich op wetgevingsvraagstukken, politiek staatsrecht (in het bijzonder de verhouding tussen de staatsmachten) en grondwetsinterpretatie.

Door: Foto: Flickr CC BY 2.0 Metro Centric Verboden toegang
Foto: Enough Project (cc)

Rwanda voedt terreur in Oost-Congo met westerse steun

De verovering van de Oost-Congolese stad Goma (foto) door de rebellen van M23 heeft in het westen weer tot enige aandacht geleid voor het al decennialang durende conflict in deze Afrikaanse regio. De oorlog is met meer dan zes miljoen dodelijke slachtoffers het dodelijkste conflict na de Tweede Wereldoorlog, schreef de Nederlands-Congolese politicoloog Kiza Magendane zaterdag in de NRC. Maar westerse hulp voor de Congolezen blijft uit. Daarentegen steunen Europese landen, de Verenigde Staten en Israël wel buurland Rwanda dat M23 met financiële hulp en wapenleveranties in staat stelt Oost-Congo te blijven terroriseren.

De verantwoordelijkheid van Rwanda voor de slachtpartijen in Congo wordt inmiddels wel door iedereen erkend, behalve door de Rwandese president Paul Kagame. Bij de overname van Goma liepen Rwandese soldaten trouw naast de M23. Rwanda profiteert van de zwakte en de corruptie van het Congolese regime. Congo is totaal niet opgewassen tegen de Rwandese agressie. Datzelfde geldt voor de internationale troepen van de VN en andere Afrikaanse landen. Rwanda heeft zich in de loop van de tijd, na de extreem gewelddadige moordpartijen van Hutu’s op de Tutsi’s in 1994, ontwikkeld tot de lieveling van het westen. Dat heeft alles te maken met de aanwezigheid van belangrijke grondstoffen in de regio die onmisbaar zijn voor hedendaagse technologische ontwikkelingen in het westen. Rwanda is daarvoor de meest betrouwbare leverancier. Magendane: ‘Rwanda exporteert jaarlijks voor honderden miljoenen dollars aan (Congolese) grondstoffen, terwijl het zelf geen coltan- of kobaltreserves heeft. Vorig jaar sloot de Europese Unie een akkoord met Rwanda over de import van deze strategische grondstoffen, ondanks VN-rapporten die Rwandese betrokkenheid bij illegale mijnbouw aantonen. Westerse regeringen rechtvaardigen hun steun aan Rwanda met verwijzingen naar diens „effectiviteit” en „stabiliteit”, terwijl ze Congolese corruptie bekritiseren.’

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Dominik Bartsch (cc)

De rechtsstaat wereldwijd onder druk: hoe ziet haar zelfverdediging eruit?

De roep om ‘weerbaarheid’ klinkt steeds luider. In het regeerakkoord van het huidige kabinet komt het woord weerbaarheid 42 keer voor. Onder meer de Europese industrie, de energievoorziening, het onderwijs, burgers en de voedselvoorzieningsketen moeten weerbaarder worden. En de regering wil ‘weerbare instituties’ en ‘weerbaar bestuur’.

Als het gaat om de verdediging van de democratische rechtsstaat horen we op allerlei plekken steeds vaker het begrip ‘weerbare rechtsstaat’ opduiken. Zeker onder juristen. Een duidelijk concept van die weerbare rechtsstaat ontbreekt echter. Het is lang niet altijd helder waartegen bijvoorbeeld de rechtsstaat weerbaar moet zijn, en op welke manier.

En wat is die rechtstaat zelf dan eigenlijk? De weerbare rechtsstaat lijkt een wel heel brede paraplu: het kan wijzen op diverse vormen van ‘rechtsstatelijke zelfverdediging’ of ‘rechtsstatelijke innovatie’. ‘Weerbare rechtsstaat’ wordt dan wat Britse staatsrechtdenker Martin Loughlin een ‘slogan in search of a concept’ heeft genoemd.

In deze korte bijdrage laat ik zien hoe de weerbare rechtsstaat inhoud zou kunnen krijgen en een rol kan spelen bij het verdedigen van de democratische rechtsstaat. Ook ga ik dieper in op een vorm van die rechtsstatelijke weerbaarheid: de vangrails die de Grondwet ons kan bieden.

De verschillende facetten van de weerbare rechtsstaat

Foto: NiederlandeNet (cc)

Tussentijds vertrokken Kamerleden

Niet alleen is de Tweede Kamer hoogst zelden compleet, de Tweede Kamerzetels worden ook regelmatig van andere bemensing voorzien. Sinds de installatie van de huidige Kamer (6 december 2023) zijn 32 Kamerleden geheel of tijdelijk vertrokken en vervangen of opgevolgd door partijgenoten.

Negentien Kamerleden vertrokken om plaats te nemen in het kabinet Schoof. Een gebruikelijk ritueel na verkiezingen en kabinetsformatie.

De mutaties van de overige dertien Kamerleden hielden verband met zwangerschaps- en bevallingsverlof (3x), wisselingen binnen de fractie van een politieke partij (3x), benoemingen in het kabinet omdat andere kabinetsleden opstapten (2x) en Kamerleden die om diverse andere redenen opstapten(5x).

De dertiende mutatie is voor rekening van Lilian Helder. Zij maakte deze week bekend  haar BBB-zetel beschikbaar te stellen en is daarmee het derde Kamerlid dat een coalitiefractie verlaat. Eerder stapten de NSC’ers Femke Zeedijk en Rosanne Hertzberger op.

De meeste wisselingen vonden plaats bij het NSC (4x) en FvD (3x). BBB, D66, GL-PvdA, SP en VVD telden elk 1 mutatie.

Dit zijn ze (onderaan de lijst nog een paar bijzonderheden

8-dec-23: Hanneke van der Werf (D66) gaat met zwangerschaps- en bevallingsverlof, vervangen door Marijke Synhaeve
12-dec-23: Queenie Rajkowski (VVD),gaat met zwangerschaps- en bevallingsverlof, vervangen door Jacqueline van den Hil
12-dec-23: Ilana Rooderkerk (D66) , gaat met zwangerschaps- en bevallingsverlof, vervangen door Tjeerd de Groot
13-dec-23: Sarah Dobbe (SP) wordt beëdigd wegens vertrek Lilian Marijnissen
18-jan-24: Pepijn van Houwelingen (FvD) wordt beëdigd wegens vervanging Freek Jansen
19-nov-24: Ralph Dekker (FvD) wordt beëdigd wegens tijdelijk vertrek Pepijn van Houwelingen
27-nov-24: Folkert Idsinga (NSC) wordt beëdigd wegens vervanging Tjebbe van Oostenbruggen (kabinetsbenoeming)
3-dec-24: Willem Koops (NSC) wordt beëdigd wegens opstappen Femke Zeedijk
3-dec-24: Sander Van Waveren (NSC) wordt beëdigd wegens opstappen Rosanne Hertzberger
17-dec-24: Ria de Korte (NSC) wordt beëdigd, vervangt Sandra Palmen die op 12 december 2024 in kabinet is benoemd als opvolger van Nora Achahbar, die op 15 november was opgestapt
18-dec-24: Marleen Haage (GL-PvdA) wordt beëdigd wegens vertrek Senna Maatoug (werd in december 2024 wethouder in Utrecht)
16-jan-25: Lidewij de Vos (FvD) wordt beëdigd wegens tijdelijk vertrek Thierry Baudet
3-feb-25: Lilian Helder (BBB) stapt op. Martin Oostenbrink volgt Helder op

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: strassenstriche.net (cc)

Hoe ver komt de AfD?

COLUMN - In de meest actuele peiling voor de komende Bondsdagverkiezingen staat de AfD nu al op 21%. Dat betekent dat partijleider Alice Weidel niet meer genegeerd kan worden door de talkshows van ARD en ZDF. Zondagavond was ze te gast bij Caren Miosga. De voormalige journaalpresentator legde haar het vuur aan de schenen. Was für ein Deutschland wollen Sie, Frau Weidel? Ook de twee andere gasten deden alle moeite om aan te tonen dat de AfD niet deugde. Onder applaus van het publiek. Weidelkreeg geen applaus. Het zal haar niet deren. Ze is aan de winnende hand en dat is op zichzelf al een reden voor veel kiezers om straks op de AfD te stemmen, ondanks -of misschien juist vanwege- alle tegenprotesten die ook dit weekend weer duizenden de straat op bracht.

Hoe krijg je de leider van een extreemrechtse partij klein terwijl ze aan de winnende hand is? Caren Miosga confronteerde Weidel met vele gevoelige punten. De AfD leider bleef stoicijns. Ze omzeilde alle moeilijke vragen met lange verhalen waarin ze haar standpunten bleef herhalen. Herhaling is ook een onderdeel van effectieve propaganda. Miosga probeerde haar voortdurend met interrupties tot een antwoord te dwingen. Weidel: ‘Als u me nu even laat uitspraten, kom ik zo bij uw punt’. Vaak kwam het niet eens zover. Maar het beeld was duidelijk: de AfD mag niet uitpraten. Het is koren op de molen van haar aanhangers en het zou bij de twijfelaars zomaar doorslaggevend kunnen zijn voor een stem op de Alternativen. Houden ze daar ook rekening mee in de verkiezingscampagne? Of geloven ze nog steeds dat de potentiële AfD stemmer vooral met morele argumenten overgehaald kan worden om het toch maar niet te doen?

Foto: Kheel Center (cc)

Eerlijk volgens Yesilgöz

Een gastbijdrage van Frans Kuijpers, eerder verschenen bij ‘Ballonnendoorprikker’.

Verelendung, een door Karl Marx gemunt begrip waarmee hij de voortdurende verslechtering van de positie van de proletarische klasse bedoelde. Het is het derde in een reeks van vijf stadia van de ondergang van het kapitalisme. Ik moest hieraan denken toen ik VVD-leider Yesilgöz haar plan met de titel De Agenda voor Werkend Nederland [1] hoorde presenteren. Een plan met als ondertitel Omdat het eerlijker moet. Een bijzonder plan, waarbij ik dus aan Verelendung moest denken.

Eerst even Marx en zijn vijf stadia. In het eerste stadium, de concentratie wet, vindt een concentratie van bedrijven. Bedrijven nemen andere over waardoor er steeds minder maar wel steeds grotere bedrijven ontstaan. In het tweede stadium, de accumulatie wet, proberen de overgebleven bedrijven hun bedrijf te laten groeien door te concurreren met de andere overgebleven grote bedrijven. Door die hevige concurrentie verslechtert de positie van de arbeider, het derde stadium, de Verelendung. Het steeds slechter behandelen van de arbeiders lost de problemen van de bedrijven niet op. Uiteindelijk worden arbeiders ontslagen en wordt de sociale ellende nog verder vergroot en zitten we in het vierde stadium, de crisistheorie. En als die crisissen elkaar in steeds hoger tempo opvolgen, zitten we in het laatste stadium, de ineenstorting van de kapitalistische maatschappij. Nu is Marx als groot wetenschapper een kundige beschrijver en duider van wat hij in zijn tijd zag gebeuren. Met zijn sociale en economische analyse van de negentiende-eeuwse samenleving was niet veel mis. Dat geldt niet voor zijn vermogen om de toekomst te voorspellen. Maar terug naar de VVD.

Doneer voor ¡eXisto!, een boek over trans mannen in Colombia

Fotograaf Jasper Groen heeft jouw hulp nodig bij het maken van ¡eXisto! (“Ik besta!”). Voor dit project fotografeerde hij gedurende meerdere jaren Colombiaanse trans mannen en non-binaire personen. Deze twee groepen zijn veel minder zichtbaar dan trans vrouwen. Met dit boek wil hij hun bestaan onderstrepen.

De ruim dertig jongeren in ¡eXisto! kijken afwisselend trots, onzeker of strak in de camera. Het zijn indringende portretten die ook ontroeren. Naast de foto’s komen bovendien persoonlijke en vaak emotionele verhalen te staan, die door de jongeren zelf geschreven zijn. Zo wordt dit geen boek óver, maar mét en voor een belangrijk deel dóór trans personen.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Hans Hillewaert (cc)

Rijkdom is het probleem

COLUMN - De rijken worden steeds rijker, vorig jaar alleen al 2.000.000.000.000 dollar. Tegelijk leeft bijna de helft van de wereldbevolking onder de armoedegrens van 6,85 dollar per dag. Ter gelegenheid van het World Economic Forum in Davos legde Oxfam weer eens de vinger op de zere plek. ‘Zestig procent van de rijkdom van miljardairs is afkomstig van erfenissen, monopoliemacht of vriendjespolitiek, volgens Oxfam: “extreem veel rijkdom van miljardairs is grotendeels onverdiend.”’ Een andere conclusie uit Takers not Makers, het jaarlijkse onderzoek van Oxfam naar sociale ongelijkheid: ‘De rijkste 1 procent in het mondiale noorden haalde in 2023 via het financiële systeem 30 miljoen dollar per uur uit het mondiale zuiden.’ Per uur!

Klimaatverandering

Sinds een jaar of tien volg ik voor een kleine hulporganisatie het nieuws over Malawi, een van de armste landen ter wereld in het zuiden van Afrika. Het land is niet alleen arm maar wordt de laatste jaren ook buitensporig getroffen door de klimaatverandering. Afrika is naar schatting slechts verantwoordelijk voor 4 procent van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Maar Afrikaanse landen zijn wel een groot slachtoffer. Malawi kende in de laatste halve eeuw zeven periodes van droogte en 19 overstromingen.De afgelopen jaren werd het afwisselend getroffen door grote droogte, hevige regenval en orkanen. De cycloon Freddy richtte begin 2023 een spoor van vernielingen aan in Mozambique en Malawi. Malawi telde meer dan 1200 doden, meer dan een half miljoen ontheemden en een totale schade die geschat wordt op 507 miljoen dollar. Eind vorig jaar trof een tropische storm met de naam Chido opnieuw tienduizenden mensen. Nu bereidt het door droogte getroffen land zich opnieuw voor op potentieel gevaarlijke regenval. Ondertussen bouwt het rijke deel van de wereld aan ‘een façade voor aanhoudend extractivisme en controle door bedrijven over mineralen in Afrika. De uitgestrekte bossen, mineralen en het land van Afrika worden steeds meer vercommercialiseerd onder het mom van koolstofcompensatieprojecten. Wereldwijde bedrijven investeren in deze projecten en beweren dat ze hun emissies “compenseren” terwijl ze in hun landen gewoon doorgaan met hun dagelijkse gang van zaken.’

Foto: eigen werk - Cartoon Marc van Oostendorp eppo bruins sloopkogel.jpg

Nog meer destructieve plannen van de minister

Verontrustend nieuws uit doorgaans goed geïnformeerde kring: terwijl de universiteiten nog nasudderen van de draconische bezuinigingen die hen zijn opgelegd – de Eerste Kamer moet nog instemmen, maar niemand koestert nog illusies over de liefde van de christelijke partijen voor het onderwijs –, bezint minister Eppo Bruins zich alweer op de volgende grote klap met de sloopkogel.

Hij zou bij de Voorjaarsnota met een ingrijpende wijziging in het universitaire systeem komen. Drie lijnen daarvan zijn inmiddels bekend.

Rug naar de samenleving

Ten eerste wil de minister alle zogeheten randprogramma’s afschaffen—geld dat niet bedoeld is voor regulier onderzoek of onderwijs. Dit betekent dat het kleine beetje geld dat nu naar bijvoorbeeld wetenschapscommunicatie of ‘open science’ gaat (initiatieven om onderzoeksmethoden en -resultaten vrij toegankelijk te maken), verdwijnt. Hierdoor wordt de wetenschap gedwongen met de rug naar de samenleving te staan, juist nu er voorzichtige pogingen worden gedaan om toegankelijker te worden. Ook het programma Erkennen en Waarderen, dat voorzichtig probeerde universitair medewerkers te belonen voor meer dan alleen publicaties in toptijdschriften, dreigt hiermee te verdwijnen.

Je kunt ook zeggen: zo krijgen mensen zo min mogelijk mee van wat de wetenschap denkt, waardoor ze vatbaarder worden voor radicale, niet op feiten gebaseerde meningen.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Schermafbeelding minister Eelco Heinen bij WNL

Nieuw jaar, nieuwe VVD: van xenofoob populisme naar fiscaal populisme

ANALYSE, LONGREAD - door Bram van Gendt

Sinds 2023 probeerde de VVD kiezers aan zich te binden met ferme taal over asielmigratie. De partij liet het kabinet Rutte IV vallen om een verkiezingscampagne te voeren die volledig om dit marginale thema moest draaien (we hebben het over slechts enkele tienduizenden asielmigranten per jaar). Deze roekeloze en machtsbeluste koers heeft de VVD, zoals inmiddels duidelijk is, niets opgeleverd. De PVV zette de toon op dit onderwerp en behaalde een klinkende overwinning met de inhoudsloze leus “De Nederlander op 1”. Hiermee werd gesuggereerd dat oorspronkelijke Nederlandse burgers benadeeld worden door een links-liberale elite, die vooral prioriteit gaf aan linkse hobby’s zoals ‘klimaatgekte’ en het verspillen van geld aan ‘asieltuig’. Vooral dat laatste sentiment sloeg aan bij kiezers, nu asielmigratie hoog op de politieke agenda stond: de uitgeknepen burger die zijn zuurverdiende geld ziet verdwijnen in de zakken van asielzoekers.

Het gevolg was dat de VVD ervoor zorgde dat de PVV van 17 naar 37 zetels steeg. Door deze politieke crisis, mede veroorzaakt door Brekelmans (die in een stuk in EW Magazine de deur voor de PVV op een kier zette) en Yesilgöz, zitten we nu opgescheept met het meest radicale kabinet in de parlementaire historie. De rampzalige gevolgen voor de kwaliteit van het openbaar bestuur zijn al zichtbaar: onder asielminister Marjolein Faber wordt de gehele asielketen de komende jaren ontmanteld, terwijl wekelijks symboolpolitiek wordt opgevoerd. Ik vermoed dat historici haar over enkele decennia zullen aanwijzen als een van de slechtste, zo niet dé slechtste minister ooit. Een andere bewindspersoon die die de twijfelachtige eer kan verdienen, en waarvoor de VVD eveneens verantwoordelijk is, is minister Femke Wiersma. Haar ministerschap is dan ook als volgt samen te vatten: het geld voor boeren om de omslag te maken is verdwenen, en nu wordt er maar wat geïmproviseerd.

Foto: © Rijksoverheid Kabinet Schoof bordesfoto - foto Valerie Kuypers

De opmerkelijke portefeuilleverdeling van kabinet-Schoof

ANALYSE - Het kabinet-Schoof is redelijk uniek in de verdeling van portefeuilles. Veel lijkt erop gericht om elkaar tegen te werken, met het oog op een snelle val van het kabinet en een gunstige electorale uitgangspositie. Een analyse van Jasper van der Heide (redacteur-analist bij het Montesquieu Instituut)

De verdeling van de ministersposten is een essentieel onderdeel van de formatie, waar een formatie op kan klappen. Een aantal posten zijn daarbij het meest begeerd, zoals het minister-presidentschap, Financiën en Buitenlandse Zaken. Daarnaast heeft een partij vaak haar ‘kroonjuwelen’. Zo zal D66 doorgaans onderwijs willen en de PvdA Sociale Zaken.

Bij het kabinet-Schoof waren nog twee regels te zien. Allereerst mocht de PVV niet posities krijgen die teveel raken aan de rechtsstaat of het internationaal aanzien. Het meest prominent is het premierschap, dat Wilders aan zich voorbij moest laten gaan. Dit was al het geval bij kabinet-Rutte I, waar geen bewindslieden van de PVV in werden opgenomen.

Ten tweede is te zien dat de PVV, NSC en BBB de portefeuilles kregen waarop zij de door VVD-geleide kabinetten afgelopen jaren onwelwillendheid of incompetentie verweten. Dit valt uit te leggen als het claimen van de kroonjuwelen, immers zijn de partijen vaak issue owner op het thema. Maar wat redelijk uniek is, is de manier waarop de coalitiepartijen ermee omgaan. Zij willen vooral benadrukken dat de ander de problemen óók niet kan oplossen.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Vorige Volgende