Levelen over cijfertjes
Het zijn allemaal manieren om te laten horen dat de mensen (‘de consumenten’ zoals de bankiers dat vast noemen) je vertrouwen kunnen omdat jij spreekt zoals zij: bedachtzaam of juist opgewonden, deftig of juist volks. De taal van de bankreclames is een goede thermometer voor het maatschappelijk klimaat: wie praat als een bankreclame is kennelijk betrouwbaar. In de jaren tachtig was dat de donkerbruine stem, in de jaren negentig de brallende bal. Wat vertellen de nieuwste reclames ons over de huidige tijd?
Op het eerste gezicht zou je denken: de dialectspreker. Deze week werd bekend dat de RegioBank radiospotjes heeft gemaakt in het Fries, Gronings, Drents, Twents, Achterhoeks, Limburgs, Brabants en Zeeuws (in West-Friesland, Salland en op de Veluwe zitten kennelijk niet genoeg klanten). Als ik het goed begrijp, zijn de spotjes bedoeld voor de regionale omroep — ik heb ze via internet niet kunnen terugvinden. Wanneer je dat leest, zie je meteen welke analyse er gemaakt is door de reclamejongens: de mensen (oh nee, de consumenten) hebben De Prooi gelezen en willen geen bankiers die zichzelf bonussen geven. Ze willen de eerlijke directeur van de dorpsbank terug, de man die gewoon Drents of Twents praat, ook al doe je dat zelf misschien niet meer.