Een gastbijdrage van Rob van Kan. Het stuk staat ook op zijn weblog Edge of Europe.
Er is veel aandacht in Nederland voor Rubygate – het proces tegen premier Berlusconi wegens seks met minderjarige meisjes en het gelegenheid bieden aan prostitutie. Maar de Cavaliere moet vóór 6 april, het begin van het Rubygate-proces, in nog drie andere rechtszaken verschijnen.
Op 28 februari – aanstaande maandag dus – wordt een proces hervat over handel in uitzendrechten waarbij onder andere de premier wordt beschuldigd van belastingfraude voor de som van tien miljoen euro. Dit proces werd bruut onderbroken toen de leidende onderzoeksrechter ‘ineens’ werd overgeplaatst. Hij is inmiddels dankzij een spoedbesluit van de Raad voor de Magistratuur terug op zijn post.
Op 5 maart hervat de zaak-Mediatrade, een zaak die voortkomt uit bovengenoemde zaak, waarin onder andere de premier en zijn zoon Piersilvio, vicepresident van Mediaset, worden beschuldigd van belastingfraude en verduistering.
Op 11 maart hervat het proces over de zaak-Mills. De zaak tegen de Britse advocaat David Mills zelf – het aannemen van een omkoopbedrag van 600.00 dollar om meineed te plegen ten gunste van Berlusconi – eindigde wegens een technicaliteit in de prullenmand van de Italiaanse Hoge Raad, die echter wel vaststelde dat Mills inderdaad is omgekocht door de premier.