ANALYSE - Het basisinkomen: redding van de verzorgingsstaat… of een neoliberale valkuil? Het basisinkomen bestrijdt symptomen, niet de oorzaak van de problemen van de verzorgingsstaat, omdat het is gebaseerd op een verkeerde neoliberale analyse. Volgens Michel Verbeek is het antwoord overduidelijk: ‘Ja het is een neoliberale valkuil’. Geschreven voor ‘Denken over Links’, 29 jan 2015 Rotterdam
Terug van weggeweest
De eerste keer dat ik van het basisinkomen hoorde was eind jaren zeventig. Het sprak me toen als arme student wel aan. Daarna verdween het voor lange tijd uit beeld tot de redactie van Sargasso me in juni 2013 vroeg om wat modellen voor een basisinkomen door te rekenen. Ik ben daar zonder vooringenomenheid aan begonnen, maar ben toch tot de conclusie gekomen dat een universeel en onvoorwaardelijk basisinkomen [1] niet zo’n goed idee is.
Het basisinkomen is nu weer helemaal terug in de media. Vorig jaar besteedde de VPRO documentaireserie Tegenlicht er een aflevering aan. Rutger Bregman schreef er voor de Correspondent een enthousiast verhaal over. Zelfs in het bolwerk van financiële degelijkheid, het Financieel Dagblad, lees ik artikelen van voorstanders als Kim Putters en Marcel Canoy.
Er zijn natuurlijk ook tegengeluiden, zoals Thomas Colignatus die al jarenlang waarschuwt dat de voorstellen niet goed economisch onderbouwd zijn. Op Sargasso is door Paul Teule en ondergetekende af en toe aandacht besteed aan problemen van het basisinkomen. De meest grondige kritiek is in het Duits verschenen: Irrweg Grundeinkommen [2].