Waarom we ADHD nog steeds niet begrijpen
ONDERZOEK - Hersenwetenschapper Sarah Durston deed jarenlang onderzoek naar ADHD in het brein. Zonder bevredigend resultaat. Als we ADHD willen begrijpen, moeten we anders te werk gaan.
Prof. dr. Sarah Durston is hoogleraar Ontwikkelingsstoornissen van de Hersenen (UMC Utrecht). Ze sleepte grote subsidies binnen voor onderzoek en is expert op het gebied van kinderpsychiatrie en het brein. Tijdens de lezing ‘ADHD en de grenzen van wetenschap‘ legt ze uit waarom er nog steeds geen goed model is voor de manier waarop ADHD werkt. Durston stuitte op de grenzen van haar vakgebied. Tijd om het anders aan te pakken.
Bij aanvang van Durstons carrière was het idee dat je genen het risico op ADHD bepalen. Die genen veroorzaken ‘iets’ in het brein. Bijvoorbeeld een verandering in de structuur of de biologie van een deel van de hersenen, waardoor een ADHD-brein anders werkt dan een ‘normaal’ brein. Deze afwijking leidt vervolgens tot verandering van gedrag: druk zijn en geen aandacht kunnen vasthouden. Dat model wilde Durston verfijnen. Ze wilde begrijpen wat de rol van genen en erfelijkheid is. Ze wilde laten zien dat er verschillende biologische oorzaken van ADHD waren bij verschillende type kinderen. En ze wilde uitzoeken hoe hersenontwikkeling zich verhoudt tot gedrag. Maar 13 jaar en ruim 2,5 miljoen euro aan onderzoeksgeld later, komt ze tot een ontnuchterende conclusie: het model werkt niet.