Minderheden en ministers boordevol gif?
Bloedonderzoek bij pasgeboren babies uit ethnische minderheden in de VS, Canada en Nederland toont ‘de aanwezigheid van 232 toxische stoffen’. Das logisch zo stelt het rapport [.pdf] van de Environmental Working Group (EWG): want deze groepen hebben vaak vuile risicovolle banen: ze werken in fabrieken, mijnen en op vuilnisbelten en komen zodoende meer dan anderen in aanraking met giftige stoffen. De moeders geven vervolgens deze stoffen via de navelstreng weer door aan hun babies.
Maar een paar jaar terug deed het Wereldnatuurfonds onderzoek [.pdf] naar het bloed van dertien Europese ministers. U weet wel: de elite met zachte studeerkamerhandjes die al generaties lang in de top functioneren [/PVV modus]. Dit onderzoek trof een brede waaier van toxische stoffen in het bloed van de bestuurders aan. Pesticiden, brandvertragers en giftige stoffen om pizzadozen vet-afstotend te maken: jaja… ook de elite eet pizza!
Nu zit de crux van dit verhaal in het feit of er écht significant meer toxische stoffen in het bloed van de minderheden zit dan in dat van de Europese ministers? Het onderzoek aan de minderheden-babies testte op twee keer zoveel chemicaliën dan het ministeronderzoek. Een snelle scan lijkt erop dat in beide groepen steeds de helft van de geteste chemicaliën gevonden wordt. Verdere scrutinizing van beide onderzoeken is aan u, deze (burger)journalist gooit uit tijdgebrek slechts botten om op te kluiven. Maar het staat wel vast dat ieder mens in de geïndustraliseerde wereld een boeiende verzameling toxische stoffen in zijn bloed heeft rond dwarrelen.