COLUMN - Het is om je de haren uit de kop te trekken. Westerse overheden treden de wet met voeten, en zetten je weg als zeur of softie als je er iets van zegt. Wanneer je metterdaad aantoont dat de burgers willens en wetens worden belogen, belanden niet zij, maar jij in de gevangenis: je hebt staatsgeheimen verraden, het land in gevaar gebracht.
De Europese dataretentie-richtlijn, die lidstaten verplichtte om alle informatie over het belgedrag en internetverkeer van de 450 miljoen EU-burgers op te slaan, is door het Europees Hof ongrondwettelijk verklaard. ‘Ach,’ zei minister Opstelten vorige maand welgemoed, ‘dan passen we de wet toch aan?’ Alsof je een onterechte inbreuk op het Europees Handvest en de mensenrechten kunt omzeilen met een Nederlands gelegenheidswetje.
Ik heb altijd hartstochtelijk in de politiek geloofd: jezelf engageren, jezelf informeren, luisteren en nadenken, je stem laten horen, steunen wat slim is, en waar nodig met meningen en feiten proberen het beleid te veranderen. Ik heb altijd geloofd in de macht van het woord, en vooral: in recht, rechtvaardigheid, en de kracht van de waarheid.
Maar dat geloof begint danig te tanen.
Vorige week publiceerde het Amerikaanse Congres een lijvig rapport over martelingen door de CIA, een praktijk die de CIA zelf vergoelijkend afdeed als enhanced interrogation. (Op Twitter schreef iemand dat verkrachting volgens die logica eigenlijk niks anders dan ‘enhanced dating’ is.) Verdachten werden in kerkers opgesloten, anaal verkracht, tientallen keren achtereen gewaterboard, moesten urenlang in pijnlijke posities staan, werden dagen en nachten aaneen wakker gehouden. Iemand die later godbetere per abuis als verdachte bleek te zijn bestempeld, stierf door hun toedoen aan onderkoeling.