Nederland buitenspel
De lijst van maatregelen waarmee de Nederlandse regering zich impopulair maakt in Europa groeit. Onze minister-president wil maar niet begrijpen dat zijn weigering om afstand te nemen van het PVV-meldpunt schadelijk is voor de betrekkingen met de Oost-Europese partners in de EU. Ook al valt er wat voor te zeggen dat de resolutie die vorige week is aangenomen in het Europees Parlement alleen maar overmatige aandacht genereert voor Wilders. Het gaat om het beeld dat blijft hangen. En dat beeld was in Oost-Europa al niet zo positief vanwege de weigering van Nederland om Bulgarije en Roemenië tot de Schengen-zone toe te laten.
Dan zijn er nog de pogingen van minister Leers om Europa mee te krijgen in een strengere asiel- en immigratiewetgeving. Iedereen weet wie hem stuurt en andere landen zullen hem dan ook alleen tegemoetkomen als het henzelf goed uitkomt.
Ook minister Rosenthal heeft zich al enkele malen impopulair gemaakt bij de collega’s door dwars te liggen over besluiten inzake de relatie met Israël. De EU steunt Israël op vrijwel alle fronten, maar kan ook niet om alle misdaden van dat land heen. Rosenthal vindt als enige van wel. Over mensenrechten elders in de wereld heeft hij een uitgesproken mening. Nederland is nog steeds “gidsland” als het om Iran gaat. Maar er zijn kennelijk uitzonderingen. Dat blijkt ook bij het Europese Hof voor de Mensenrechten in Straatsburg. Na enkele veroordelingen van Nederland toont onze regering zich bij monde van minister Opstelten samen met het Verenigd Koninkrijk de laatste tijd kritisch over de wijze waarop het EHRM omgaat met mensenrechten. Die houding werd deze week afgestraft door de Eerste Kamer waarin alle partijen behalve de PVV er op aandrongen toch vooral de oude koers te handhaven.