De designerbaby als moreel vraagstuk

De CRISPR/Cas9-techniek maakt het mogelijk om stukjes DNA te knippen en plakken, waarmee designerbaby’s dichterbij komen. Een goede ethische discussie hierover kan zorgen voor juiste beleidskeuzes. Toen in 1978 Louise Brown als eerste door middel van IVF ter wereld kwam barstte een wereldwijde discussie los over vergelijkbare morele vraagstukken. Was dit soort ingrijpen in de natuur wel verantwoord? Inmiddels kijken we niet meer op van IVF. In 2006 en 2013 bracht Brown zelf twee zoons ter wereld. Het is goed denkbaar dat over een jaar of 25 haar zoons voor de keuze staan of zij hun potentiële toekomstige nageslacht willen laten screenen op mogelijke overerfelijke ziekten of beperkingen. Of hun kinderen zelfs van bepaalde genetische voordelen willen laten voorzien.

Clone baby, clone

So, why should we clone a mammoth?

Het klonen van uitgestorven dieren komt in zicht. Op verschillende plekken in de wereld wordt gewerkt aan het terugbrengen van dieren die er niet meer zijn. Zoals de tasmaanse tijger, waarvan nog foto’s bestaan, zo pas geleden is die uitgestorven. Dino’s zullen we nooit kunnen klonen, DNA vergaat binnen ongeveer honderdduizend jaar. Maar het ligt nog wel binnen de mogelijkheden om mammoeten liggen terug te brengen.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

WW: Klonen wolharige mammoet goed op weg

De woensdagmiddag is op GeenCommentaar Wondere Woensdagmiddag. Met extra aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen in Wetenschap- en Techniekland.

De mammoet, van levensecht tot echt levend (Foto: Flickr/Jim Linwood)

Op tijd voor de aankomende feestdagen zal het niet zijn, maar alvast een mooie kadolijsttip voor eind 2009: Eén gekloonde wolharige mammoet (grote tuin gewenst). Als het aan de biologen van Penn State University ligt moet het op korte termijn mogelijk zijn om dit 10.000 jaar geleden uitgestorven beest via kloningtechnieken weer tot leven te brengen.

In een mooi voorbeeld van life imitating art is er sinds Spielberg’s klassieker Jurassic Park serieuze belangstelling voor het klonen van uitgestorven en bedreigde diersoorten. Dinosaurussen bleken toch een brug te ver en de giogenetici richtten hun pijlen sindsdien op de één-na-heilige graal: de mammoet.

Na de eerste pogingen leek het erop dat het een onhaalbare taak zou zijn. Niet alleen was het allemaal erg lastig, ook de kosten-baten analyse viel erg negatief uit. Daarbovenop kwamen ook nog eens allerlei ethische bezwaren van andere biologen die van mening zijn dat men zich beter bezig kan houden met het behouden van bestaande maar bedreigde diersoorten.

Maar deze week kwamen de professoren Stephan Schuster en Webb Miller met verrassende resultaten naar buiten. Zij bleken een groot gedeelte van het mammoet DNA, bewaard gebleven in twintig gevonden ballen mammoethaar, in kaart gebracht te hebben. Eén van de uitkomsten van het onderzoek is dat er niet één, maar twee soorten wolharige mammoeten hebben bestaan en dat deze genetisch gezien voor 99,4% met huidige Afrikaanse olifanten overeen komen. De onderzoekers gebruikten hiervoor de allernieuwste technieken en apparatuur en konden zo meer baseparen analyseren dan bij welk onderzoek ooit tevoren. De methoden zullen de komende tijd alleen maar verbeteren en het proces zal daarom aanzienlijk versnellen. Daarom zal Schuster’s uitspraak dat hij verbaasd zou zijn als het langer dan tien, twintig jaar zou duren voor de eerste mammoet gekloond zou kunnen worden niet al te gek zijn.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.